Formulier aanvraag instemming winningsplan Dit formulier dient ervoor om te zorgen dat de aanvraag om instemming voldoet aan de eisen die de Mijnbouwwet en Mijnbouwbesluit aan het opstellen van een winningsplan stelt. Indien de ruimte op het formulier te beperkt is dan kan worden verwezen naar een bijlage. Indienen in zesvoud bij: Ministerie van Economische Zaken Directie Energieproductie Postbus 20101 2500 EC DEN HAAG Artikel Onderwerp Beschrijving Mw 34 lid 1 Verzoek om instemming voor winningsplan een winningsplan voor voorkomens in het continentaal plat vanaf de 3 zeemijlszone Schoonebeek Gas een winningsplan voor voorkomens in Nederlands territoir tot 3 zeemijl A) Algemene gegevens Mw 22 A1.1) Naam indiener Nederlandse Aardolie Maatschappij B.V. A1.2) Adres Postbus 28000 9400 HH Assen A1.3) Contactpersoon mr. K. Lemstra A1.4) E-mail [email protected] A1.5) Tel/Fax 0592-362989 / 0592-363600 is houder van de vergunning A1.6) Indiener is uitvoerder A2) Winningsvergunninggebied winningsvergunning: - Schoonebeek Mw 34 lid1 Mb 24lid 1a A2.1) Voorkomens koolwaterstoffen Schoonebeek Zechstein 2 Carbonate (SCH-ZEZ2C) Mb 24 lid 1a A2.2) Soort koolwaterstof die wordt gewonnen Mr 1.2.1 lid 3 A3) Bestaande of nieuwe winning olie hoog calorisch gas Groningen kwaliteit gas laag calorisch gas zwavelhoudend gas condensaat winningsplan voor reeds bestaande winning (inclusief voorziene uitbreiding) winningsplan voor nieuwe winning Mw 38 nee A4) Samenloop Wm-vergunningen ja: te weten: - -1- Winningsplan Schoonebeek Gas B) Bedrijfs- en productiegegevens (waarop artikel 10 lid 1 sub b van de Wet openbaarheid van bestuur niet van toepassing is) Mw 35 lid 1 B1) Beknopte beschrijving van de winning Het voorkomen ‘Schoonebeek Zechstein 2 Carbonate’ wordt geproduceerd vanaf één satellietlocatie en één productielocatie. Vanaf deze locaties wordt het gas geëxporteerd naar de Gaszuiveringsinstallatie (GZI) in Emmen waar het op specificatie wordt gebracht voor aflevering. De winning is begonnen in 1957 en loopt naar verwachting af in 2006. De duur van de winning wordt beïnvloed door de datum waarop de exploitatie van de GZI in Emmen niet meer rendabel is. Mw 35 lid 1c Mb 24 lid 1c B1.1) Beknopte beschrijving van wijze van winning door middel van mijnbouwwerken SCH-447 satelliet 447,537,591,597 Schoonebeek SCH-313 prod.locatie -Gas Drogen (Glycol) GZI prod.locatie -Compressie Gasdrogen (LTS) -Ontzwaveling SCH-313 putten 589,592 Naar Gasunie □ Gas dat wordt gewonnen op de satelliet locatie SCH-447 en productie locatie SCH-313 wordt gedroogd op de productielocatie SCH-313. Vanaf de productielocatie SCH-313 wordt het gas geëxporteerd naar de Gas Zuiveringsinstallatie (GZI) te Emmen, waar het samen met gas van andere voorkomens op specificatie wordt gebracht voor aflevering. Op de productielocatie SCH-313 bevindt zich ook een waterbehandelingsinstallatie. Hier wordt productiewater uit de SCH-313 gas droog installatie samengevoegd met water dat samen met het gas uit de velden in Oost Nederland wordt geproduceerd en per tankauto naar S-313 wordt getransporteerd. In de SCH-313 waterbehandelingsinstallatie wordt het water op specificatie gebracht voor ondergrondse injectie. Per pijpleiding wordt het behandelde water getransporteerd voor ondergrondse injectie in de vroegere gas putten op locatie DAL-1 of via het Schoonebeek Waterpompstation (WPS) naar de vroegere olieputten SCH-519, SCH-531 of SCH-560 op de gelijknamige locaties. Mb 24 lid 1a Mb 24 lid 1c B2) Geologische beschrijving van het voorkomen Schoonebeek Zechstein Carbonate (SCH-ZEZ2C) De Zechstein formatie van het voorkomen bestaat uit evaporitische- en kalksteenlagen die zijn afgezet in het Late Permian tijdperk. De evaporitische gesteenten bestaan voornamelijk uit anhydriet en haliet. De reservoir kalksteenlagen aangeduid met “Zechstein Carbonate” omvatten voornamelijk een mengsel van calciet en dolomiet. Deze kalksteenlagen hebben een goede porositeit en matige permeabiliteit. Plaatselijk wordt de stroming van gas vergemakkelijkt door van nature aanwezige open scheurtjes in het reservoir gesteente. Het gas is gedeeltelijk gemigreerd vanuit de onderliggende Limburg formatie en gedeeltelijk in de formatie zelf gevormd. Door afsluitende Zechstein anhydriet- en haliet-lagen boven het “Zechstein Carbonate” heeft het gas zich in dit kalksteenreservoir kunnen ophopen. -2- Winningsplan Schoonebeek Gas Mb 24 lid 1a B2.1) Geologische doorsnede van het voorkomen Onderstaand zijn de dwarsdoorsneden van de besproken voorkomens weergegeven. Mb 24 lid 1b -3- Winningsplan Schoonebeek Gas Mw 35 lid 1a Mb 24 lid 1d B3) Overzicht ligging voorkomens en gasputten De contouren van het Schoonebeek Zechstein gas voorkomen zijn aangegeven in lichtgroen. De contouren van de nabijgelegen voorkomens Emmen Nieuw-Amsterdam, Coevorden, Dalen en Oosterhesselen in geel. In het navolgend overzicht zijn de bestaande en geabandonneerde locaties met de bijbehorende putten aangegeven. Voor de putten is aangegeven uit welke voorkomens ze produceren of geproduceerd hebben. Ook is aangegeven of het geproduceerde gas wel of geen H2S bevat. Voorkomen Locatie Put Status Spud SCHOONEBEEK-313 SCH-313 abandoned 10-jul-56 SCHOONEBEEK-313 SCH-589 producing 8-mrt-86 SCHOONEBEEK-313 SCH-592 producing 6-nov-86 SCHOONEBEEK-447 SCH-447 producing 20-aug-68 SCHOONEBEEK-447 SCH-537 producing 6-aug-79 SCHOONEBEEK-447 SCH-591 producing 12-okt-86 SCHOONEBEEK-447 SCH-597 producing 20-aug-95 SCHOONEBEEK-449 SCH-449 Abandonnering Type 31-mrt-87 exploration SCH-ZE N development x N development x N exploration x Y development x Y appraisal x Y development x Y abandoned 18-jan-71 SCHOONEBEEK-463 (SIM SCH-463 abandoned technica 24-sep-74 development x SCHOONEBEEK-580 suspended 16-sep-82 development x SCH-580 -4- H2S x 30-aug-92 appraisal x Y Winningsplan Schoonebeek Gas Mb 24 lid 1e B3.1) Situering mijnbouwwerken situatie Mb 24 lid 1g De satellietlocatie Schoonebeek-447 ligt in de gemeente Emmen (provincie Drenthe). De productielocatie Schoonebeek-313 ligt in de gemeente Coevorden (provincie Drenthe). Schoonebeek 447 satelliet locatie Schoonebeek 313 productie locatie Mb 24 lid 1e Mb 24 lid 1f B4) Overzicht boringen in het voorkomen Mb 24 lid 1g B4.1) Schematische voorstelling putverbuizing(en) Er zijn geen nieuwe boringen gepland voor dit voorkomen. Typische Schoonebeek Gas put verbuizing 600 m 18.875” surface casing 3 ½” of 5” tubing incl. SCSSSV 13,375” casing 1700 m 7” liner top 2800 m 7” prod. packer 3100 m 3000 m 9,625” production casing 3700 m 7” production liner (De dieptes zijn weergegeven in meters along hole) -5- Winningsplan Schoonebeek Gas Mb 24 lid 1h B4.2) Plaats en wijze waarop koolwaterstoffen in verbuizing treden De putten die gas produceren uit het voorkomen zijn typisch tussen de 3000 en 3200 meter ‘along hole’ geperforeerd op de gasvoerende formaties. Mb 24 lid 1ic B5) Productieontwikkelingsstrategie Het voorkomen Schoonebeek Zechstein 2 Carbonate is een complexe structuur, opgedeeld in een aantal breukblokken. De druk in het voorkomen vermindert uniform. Verwacht wordt dat het winningspercentage zal uitkomen op 70%. Er is geen verdere ontwikkeling van dit voorkomen voorzien. Het gas is H2S houdend en wordt geproduceerd via de GZI in Emmen. Er wordt voorzien dat de installatie in 2006 moet sluiten omdat deze dan niet langer rendabel geëxploiteerd kan worden. Indien de sluiting enige jaren wordt uitgesteld kan het winningspercentage van het voorkomen Schoonebeek Zechstein 2 Carbonate oplopen tot 75%. Of dit inderdaad het geval zal zijn hangt af van de technische en economische haalbaarheid van het openhouden van de GZI na 2006. Mb 24 lid 1ic B5.1) Productiefilosofie Het voorkomen wordt maximaal geproduceerd binnen de beperkingen van de bestaande leveringscontracten. Regelmatig worden capaciteit genererende activiteiten uitgevoerd om maximale productie binnen de levensduur van de faciliteiten na te streven (de-bottlenecking, herperforaties, stimulaties, reparaties, maatregelen om de verticale opvoer van vloeistoffen te verbeteren). Putten met een lage capaciteit worden soms intermittent geproduceerd om problemen met de opvoer van vloeistoffen tegen te gaan. Mb 24 lid 1ic B5.2) Reservoirmanagement Het voorkomen wordt geproduceerd middels depletie. Regelmatig worden drukmetingen gedaan om het reservoirmodel te kalibreren. -6- Winningsplan Schoonebeek Gas Mw 35 lid 1a Mw 35 lid 1d Mb 24 lid 1a B5.3) Omvang van de winning Jaarlijkse productie Winningsplan Schoonebeek Gas 0.180 Schoonebeek Zechstein 2 Carbonate (SCH-ZEZ2C) 0.160 Jaarlijkse gas productie in mrd Nm3 0.140 0.120 0.100 0.080 0.060 0.040 0.020 2019 2018 2017 2016 2015 2014 2013 2012 2011 2010 2009 2008 2007 2006 2005 2004 2003 0.000 Navolgend overzicht geeft de getalsmatige specificatie van de bovengenoemde voorspelling. mrd Nm³ 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 SCH-ZEZ2C 0.162 0.146 0.141 0.093 0.000 0.000 0.000 0.000 0.000 0.000 0.000 0.000 0.000 0.000 0.000 0.000 0.000 De voorspelling is gebaseerd op de meest recente informatie met betrekking tot het gedrag van de bestaande putten en geprojecteerde vraag. Afwijkingen van de voorspelling door onvoorziene omstandigheden van technische of economische aard zijn mogelijk. Dit kan invloed hebben op de totale hoeveelheid te produceren gas en ook op de fasering van de productie. Gezien de productie uit het voorkomen in de eindfase verkeerd, is er aanzienlijke onzekerheid (+/- 30%) in de fasering en de omvang van de gasproductie. Sommige putten worden intermittent geproduceerd. Bij lage productie kan de verticale opvoer van water in de put plotseling een probleem worden. Het moment waarop dit gebeurt is moeilijk te voorzien. De productie van dit voorkomen is ook in grote mate afhankelijk van de beschikbaarheid van de GZI in Emmen in de komende jaren. Mw 35 lid 1b B5.4) Duur van de winning De productie van het voorkomen loopt af in 2006. De duur van de winning wordt beïnvloed door de datum waarop de exploitatie van de GZI in Emmen niet meer rendabel is. Mb 24 lid 1i B6) Stoffen die jaarlijks worden meegeproduceerd Met de gasproductie worden water en condensaat meegeproduceerd. De geproduceerde hoeveelheid water en condensaat is afhankelijk van de totale gasproductie. De hoeveelheid condensaat wordt gegeven door de Condensaat Gas Ratio (CGR) en het water door de Water Gas Ratio (WGR). Voor het Schoonebeek gasveld is CGR 5 m³/mln m³ en de WGR 430 m³/mln m³. De waarden voor de WGR stijgen naarmate de druk in het reservoir afneemt. -7- Winningsplan Schoonebeek Gas Mb 24 lid 1i B7) Jaarlijks eigengebruik bij winning Het jaarlijkse eigengebruik kan worden toegeschreven aan de op de locatie Schoonebeek-313 en GZI opgestelde fakkels (spoelgas en gas voor steunbranders) en fornuizen. Op de GZI komt tevens een deel van het eigengebruik voor rekening van de gasturbine. Het berekende eigengebruik voor deze locaties (gerealloceerd naar de betreffende voorkomens) gebaseerd op de voorspelling van de productie in B5.3 bedraagt maximaal circa 5.7 mln Nm³/jr. Mb 24 lid 1j B8) Jaarlijks bij winning afgeblazen/afgefakkelde koolwaterstoffen Het volume koolwaterstoffen dat jaarlijks wordt afgeblazen (ten gevolge van het afgaan van veiligheidskleppen dan wel onderhoud) is te verwaarlozen. Het volume koolwaterstoffen dat jaarlijks wordt gefakkeld bestaat uit: Mb 24 lid 1k • eigengebruik van de fakkels (zie B7). Dit bedraagt circa 0.45 mln Nm³/jr. • restgas, afhankelijk van de 50000 Nm³/jr. • gas dat vrijkomt ten gevolge van putactiviteiten en onderhoudswerkzaamheden. Van 1998 tot en met 2001 is voor de betreffende voorkomens circa 100.000 Nm³ afgefakkeld, dus circa 25.000 Nm³/jr. Er wordt vanuit gegaan dat deze waarde ook geldt voor de komende jaren, maar afwijkingen van de voorspelling zijn mogelijk, afhankelijk van frequentie en tijdsduur van putactiviteiten en onderhoudswerkzaamheden. doorzet van de locaties. Dit bedraagt maximaal circa B9) Jaarlijks bij winning in de ondergrond terug te brengen delfstoffen en andere stoffen Het vrijkomende productiewater wordt niet in het voorkomen geïnjecteerd, maar op de locatie Schoonebeek-313 behandeld en verpompt naar de locatie Dalen-1 waar het uiteindelijk wordt geïnjecteerd (zie B1.1). -8- Winningsplan Schoonebeek Gas C) Gegevens inzake bodembeweging Mw 35 lid 1f C1) Aard van de bodembeweging ; bodemdaling Door de winning van koolwaterstoffen uit olie- en gasvoerende gesteentelagen zal de druk in de poriën van het gesteente verminderen waardoor compactie van de olie- en gasvoerende lagen optreedt. Dit manifesteert zich aan de oppervlakte in de vorm van bodemdaling. Zie voor een uitgebreide beschrijving van het bodemdalingsproces “Bodemdaling door Aardgaswinning – Groningen veld en randvelden in Groningen, Noord Drenthe en het Oosten van Friesland – Status Rapport 2000 en Prognose tot het jaar 2050” (NAM 2000 02 000410). ; bodemtrilling Compactie van de olie- en gasvoerende lagen kan onderlinge beweging tussen gesteentelagen veroorzaken. Dit kan zich soms aan de oppervlakte manifesteren in de vorm van bodemtrillingen C2) Bodemdalingscontour (uiteindelijk verwachte mate van bodemdaling) Gebaseerd op beschikbare gegevens over de ondergrond en het productiescenario zoals beschreven in sectie B5.3 van dit winningsplan is een prognose voor de toekomstige bodemdaling ten gevolge van gaswinning voor dit voorkomens opgesteld. De nog te verwachten bodemdaling door gaswinning uit de in dit winningsplan beschreven voorkomen is 250000 255000 260000 525000 525000 ´ 0 250000 255000 Figuur C1: Nog te verwachten bodemdaling in cm (2003 – 2006) veroorzaakt door de het voorkomen Schoonebeek zez2c. 520000 SCHOONEBEEK 520000 Mb 24 lid 1m 0.5 1 2 3 km 260000 weergegeven in figuur C1. In deze figuur is de bodemdaling door winning uit het voorkomen Schoonebeek ZEZ2C getoond. De bijdrage van dit voorkomen is minder dan 2 cm. Aangezien een dergelijke daling kleiner is dan de onzekerheid van de berekening en het ook niet mogelijk is een dergelijke kleine daling met voldoende precisie te meten, zijn er geen contouren getoond. De resultaten van de berekeningen worden uiteraard wel meegenomen bij het beschouwen van de cumulatieve bodemdaling in dit gebied. Enkele algemene kentallen van de in dit winningsplan beschreven voorkomens zijn samengevat in tabel C1. Deze (gemiddelde) kentallen reflecteren een zeer vereenvoudigd model van de voorkomens. Hierin wordt het gasvoerend reservoir beschreven door een elliptische cilinder met een halve lange as Rmax en een halve korte as Rmin en met als hoogte de dikte van het reservoir. In de berekeningen die ten grondslag liggen aan de in dit winningsplan gepresenteerde contourkaarten zijn vanzelfsprekend de werkelijke reservoir structuur en de invloed van de eventueel aanwezige aquifers meegenomen. -9- Winningsplan Schoonebeek Gas Tabel C1. Enkele kentallen ter indicatie van de in dit winningsplan beschreven voorkomens. C2.1)Verloop bodemdaling in tijd In deze sectie wordt aandacht besteed aan de huidige status en het verwachte verloop in tijd van de bodemdaling ten gevolge van winning uit dit voorkomen, gecombineerd met de effecten van winning uit naburige voorkomens. 250000 255000 260000 265000 ´ Figuur C2: In 2000 gemeten bodemdaling als gevolg van olie en gaswinning uit alle voorkomens in dit gebied. 525000 DALEN 515000 4 520000 SCHOONEBEEK COEVORDEN -2 520000 2 525000 EMMEN-NIEUW AMSTERDAM 0 250000 255000 0.5 1 2 3 km 260000 265000 De meest recente bodemdalingsmeting in dit gebied heeft plaatsgevonden in het jaar 2000(“Bodemdaling Zuid Oost Drenthe”, NAM 200204000985). Zoals in figuur C2 weergegeven bedroeg de in 2000 de gemeten daling (sinds de nulmeting in 1952) door en gaswinning in dit gebied overal minder dan 5 cm. 245000 250000 255000 260000 525000 525000 EMMEN-NIEUW AMSTERDAM DALEN SCHOONEBEEK COEVORDEN 0 245000 250000 255000 - 10 - Figuur C3: Bodemdalingprognose voor 2006 voor in dit winningsplan beschreven voorkomens in combinatie met naburige voorkomens. De contourlijnen geven de bodemdaling in cm aan. 520000 520000 Mb 24 lid 1n Mb 24 lid 1o SCH-ZEZ2C 3000 100 358 118 110 3.0 2.2 0.3 Diepte veld [m] Dikte reservoir [m] Initiële Druk [bar] Druk in 2003 [bar] Eind druk [bar] Rmax [km] Rmin [km] Cm [10-5 bar-1] 0.5 1 2 3 km 260000 Winningsplan Schoonebeek Gas Na het beëindigen van de winning in 2006 zal de bodemdaling door gaswinning uit de in dit winningsplan beschreven voorkomens tezamen met de naburige voorkomens overal minder dan 5 cm bedragen (Figuur C3). De onzekerheid in de uiteindelijk verwachte bodemdaling wordt bepaald door de onzekerheden in de bij de berekeningen gebruikte invoergegevens en door de betrouwbaarheid van het gebruikte gesteentemechanische model. Het resultaat hiervan is dat de onzekerheid in de verwachte bodemdaling gemiddeld zo’n 20 % bedraagt (bereik: - 20 % tot + 20 % van de berekende daling) met een minimum van 2 cm. Mb 24 lid 1p C3) Risicoanalyse bodemtrilling De winning van aardolie en/of aardgas gaat in het algemeen gepaard met een daling van de druk in de ondergrond. Dit soort spanningsverandering kan leiden tot plotselinge bewegingen langs bestaande breuken, waardoor een aardtrilling plaatsvindt. Sinds het begin van de jaren negentig hebben verschillende instanties, waaronder de overheid, kennisinstituten en mijnbouwmaatschappijen, zich gezamenlijk met deze problematiek bezig gehouden. Bevindingen zijn o.a. gedocumenteerd in een aantal rapportages zoals “Eindrapport multidisciplinair onderzoek naar de relatie tussen Gaswinning en Aardbevingen in Noord-Nederland; Begeleidingscommissie Onderzoek Aardbevingen, 1993“, “De relatie tussen schade aan gebouwen en lichte ondiepe aardbevingen in Nederland; TNO Bouw, 1998” en “Seismisch risico in Noord-Nederland; KNMI, 1998”. Het KNMI heeft berekend dat dergelijke aardtrillingen niet zwaarder zullen zijn dan magnitude 3,8 op de schaal van Richter. Momenteel zijn bovengenoemde instanties verenigd in het Technisch Platform Aardbevingen (TPA). Hiermee is alle aanwezige kennis op het gebied van aardtrillingen gebundeld en kan deze optimaal worden ingezet met gebruikmaking van de meest actuele stand der techniek. In Nederland is/wordt uit ruim 100 olie- en gasvelden op het vasteland geproduceerd. Boven een beperkt aantal velden (19) zijn trillingen geregistreerd. In het kader van de Seismisch Risico Analyse zijn de velden opgedeeld in drie categoriën: A. Groningen, Bergermeer en Roswinkel, waar magnitudes 3,0 en hoger zijn opgetreden. B. Andere velden waar aardtrillingen met magnitudes kleiner dan 3,0 zijn opgetreden. C. Velden waar geen trillingen zijn geregistreerd. Recent is door KNMI en TNO-NITG onderzoek uitgevoerd ter bepaling van het risico op aardtrillingen ten gevolge van gasproductie. De eerste resultaten van dit onderzoek geven aan dat er boven de velden van categorie B, waarin ook het in dit winningsplan beschreven voorkomen valt, gemiddeld jaarlijks 2 trillingen met magnitude boven 1,5 op de schaal van Richter (d.w.z. door mensen voelbaar) kunnen optreden. Ook is gebleken uit dit onderzoek en andere studies door bijvoorbeeld ingenieursbureaus dat samenstelling van de ondiepe ondergrond in combinatie met de “peak ground velocity” en de bouwwijze de factoren zijn die het meest bepalend zijn voor de mate van schade die de aardtrillingen kunnen veroorzaken op een gegeven afstand van het epicentrum. De afgelopen 9 jaren zijn er circa 3 trillingen door het KNMI boven het in dit winningsplan beschreven voorkomen geregistreerd, waarvan de zwaarste een magnitude van 1,9 op de schaal van Richter had. Geen van deze trillingen heeft tot schade geleid. De praktijkervaring met gasproductie uit andere voorkomens in Nederland leert dat aardtrillingen ten gevolge van gasproductie in een aantal gevallen hebben geleid tot beperkte, niet constructieve schade. In onderdeel C6 wordt uiteengezet of en zo ja op welke wijze dergelijke schade zal worden beperkt of vergoed. Met de voortzetting van de gaswinning en het voortschrijdend onderzoek dat in het kader van het TPA wordt verricht, zullen steeds meer gegevens over de eigenschappen van het voorkomen en de mate van seismiciteit worden verkregen. Deze informatie zal aanleiding kunnen geven de risicoanalyse op onderdelen te herzien dan wel op enig onderdeel nader onderzoek uit te voeren.. Zoals beschreven in het meetplan Zuidoost Drenthe, vindt in het gebied boven het in dit winningsplan beschreven voorkomen continu monitoring van eventuele aardtrillingen plaats. Deze monitoring wordt uitgevoerd door KNMI met behulp van een daartoe aangelegd netwerk van seismische registratieapparatuur. - 11 - Winningsplan Schoonebeek Gas Mb 24 lid 1q C4) Omvang en aard van de schade C4.1 Algemeen Bodemdaling door gaswinning manifesteert zich aan de oppervlakte in de vorm van een platte, zeer gelijkmatige schotel. Die veroorzaakt een hellend vlak in het maaiveld, waarvan de gradiënt zeer gering is. De nog te verwachten bodemdaling door gaswinning uit de in dit winningsplan beschreven voorkomens bedraagt maximaal 2 centimeter. Een deel van de totale bodemdaling is reeds opgetreden omdat het hier gaat om een winningsplan voor al bestaande winning. De gevraagde instemming voor dit winningsplan zal dan ook geen betrekking kunnen hebben op in het verleden veroorzaakte bodemdaling. Dat geldt ook voor eventueel aan de goedkeuring te verbinden voorwaarden. C4.2 Schade aan openbare infrastructuur door bodembeweging Omdat bodemdaling een geleidelijk en gelijkmatig verloop heeft, wordt geen directe schade aan infrastructuur verwacht. Niet uitgesloten is echter dat de bodemdaling gevolgen kan hebben voor het normale beheer en het onderhoud van waterkeringen en waterlopen. Voor zover dat beheer onvermijdelijk te maken meerkosten met zich meebrengt die, in overeenstemming met het gestelde in onderdeel C6, voor vergoeding in aanmerking komen dan rust op NAM de verplichting die schade overeenkomstig de regels van het burgerlijk recht te vergoeden. In sommige gevallen loopt dat via een hiertoe ingestelde commissie. In andere gevallen kunnen afspraken worden gemaakt in bilateraal verband. C4.3 Schade aan bouwwerken door bodemtrillingen De ervaring met gasproductie in Nederland over de afgelopen jaren leert dat aardtrillingen ten gevolge van gasproductie in het algemeen niet leiden tot schade. Zoals in de seismisch risico analyse (sectie C3) is beschreven kan de kans op lichte (niet structurele) schade in de nabije omgeving van het epicentrum van een aardtrilling niet volledig worden uitgesloten. Aangezien het KNMI heeft berekend dat dergelijke aardtrillingen niet zwaarder zullen zijn dan magnitude 3,8 op de schaal van Richter (sectie C3), wordt structurele schade aan gebouwen niet verwacht. Indien schade is opgetreden dan rust op NAM de verplichting die schade overeenkomstig de regels van het burgerlijk recht te vergoeden. C4.4 Schade aan natuur en milieu door bodemdaling Bij een daling van minder dan 2 cm in gebieden met een kunstmatig peilbeheer is de mate van bodemdaling aanzienlijk kleiner dan de jaarlijkse schommelingen in de waterstand (verschil zomer- en winterpeil). De waterhuishouding in het gebied dat wordt beïnvloed door bodemdaling ten gevolge van gaswinning, is in de loop van eeuwen tot stand gekomen en tegenwoordig volledig kunstmatig geregeld. Waterpeilen zijn vastgelegd in peilbesluiten. Indien een relatieve stijging van het waterpeil t.o.v. het maaiveld de geldende norm dreigt te overschrijden, moet dit worden tegengaan door aanpassingen in de waterafvoer (compartimentering, versnelde afvoer waterbezwaar). Het waterschap is verantwoordelijk voor het waterbeheer in het beheersgebied. In dit relatief kleine dalingsgebied wordt, gelet op het beperkte volume van de schotel en gezien het feit dat de daling aanzienlijk minder is dan de jaarlijkse schommelingen in de waterstand, geen effect van betekenis op natuur en milieu verwacht. Mb 24 lid 1r C5) Maatregelen om bodembeweging te voorkomen / te beperken Gezien de te verwachten geringe effecten door bodembeweging als gevolg van de gasproductie en omdat het hierbij gaat om productie met behulp van al bestaande faciliteiten uit reeds producerende voorkomens worden in verband hiermee in het bestaande productieproces zelf geen maatregelen voorzien. Dergelijke maatregelen zullen immers bij voorkeur bij het ontwerp van nieuwe plannen voor nieuwe winning in overweging worden genomen zodat daarover al in de ontwerpfase kan worden beslist. - 12 - Winningsplan Schoonebeek Gas Mb 24 lid 1s C6) Maatregelen die gevolgen van schade door bodembeweging beperken of voorkomen De gaswinning zal plaatsvinden overeenkomstig de in het winningsplan aangegeven productieprofielen. Door de wettelijke verplichting om bodemdaling door gaswinning te meten overeenkomstig een goedgekeurd meetplan, wordt de door gaswinning veroorzaakte bodemdaling gevolgd. Omdat gaswinning een geleidelijke en gelijkmatige bodemdaling zal veroorzaken, wordt geen schade aan bouwwerken verwacht. Indien als gevolg van bodemdaling door gaswinning de waterhuishouding of andere waterstaatkundige werken in betekenende mate worden beïnvloed dan zullen, in overleg met de beheerders of onderhoudsplichtigen van die werken, de maatregelen of voorzieningen kunnen worden getroffen ter beperking of voorkoming van hieruit voortvloeiende schade of gevaar. Als met het nemen van maatregelen niet alle door gaswinning veroorzaakte schade afdoende kan worden voorkomen dan rust op NAM de verplichting die schade overeenkomstig de regels van het burgerlijk recht te vergoeden. Voor mogelijke schade veroorzaakt door bodemtrillingen die worden veroorzaakt door gaswinning geldt een zelfde verplichting. Ter additionele bescherming en ter verzekering van het belang van gelaedeerden is een "waarborgfonds mijnbouwschade" in de Mijnbouwwet opgenomen en rust daarenboven op de exploitant van een mijnbouwwerk een risico aansprakelijkheid voor schade die ontstaat door beweging van de bodem als gevolg van de exploitatie van dat werk. Ondertekening Naam: ir. J.L.R. Coppes Datum: Assen, 19 december 2003 Functie: Asset Leader Land Bijlagen Omschrijving Geen - 13 - Winningsplan Schoonebeek Gas