Godsdienst lesdoelen Hoofdstuk 1 en 2

advertisement
Godsdienst lesdoelen Hoofdstuk 1 en 2
Hoofdstuk 1:
Lesdoel 1: Je kunt tenminste vier hoofdgedachten van de evolutietheorie en het
scheppingsmodel verwoorden en vergelijken. (Opdr 2, blz 5)
Bijbel
God
Alles uit niets.
In 6 dagen
Zeer goed begin, daarna achteruitgang:
‘Devolutie’
Catastrofes
Evolutietheorie
Toeval, natuurlijke selectie
Het één uit het ander.
In miljarden jaren.
Ontwikkeling van simpel naar complex:
‘Evolutie’
Uniforme ontwikkeling
Lesdoel 2: Je kunt uitleggen wat onder evolutionisme wordt verstaan en je kunt dit met ten
minste drie voorbeelden verduidelijken. (Aantekeningen)
Evolutionisme = de invloed van de evolutietheorie in het dagelijks leven.
Voorbeelden: je kan het terugzien in schoolvakken:
-
Biologie: ordening van de levende wezens & rudimentaire ontwikkelde organen.
Geschiedenis: definitie van de prehistorie & primitieve culturen ‘barbaren’.
Aardrijkskunde: geologische tijdtabel  miljarden jaren!
Lesdoel 3: Je kunt de mening van Peter Singer met betrekking tot pasgeborenen weergeven
en bekritiseren.
Mening van Peter Singer:
Pasgeboren baby’s moeten gedood worden, want:
- Ze kosten de maatschappij alleen maar geld,
- Ze hebben nog geen bewustzijn.
Bekritisering op Peter Singer:
- Ieder mens heeft recht op leven en we zijn er samen verantwoordelijk voor.
- …
Lesdoel 4: Je kunt de begrippen Verlichting, Deïsme, survival of the fittest en
causaliteitsprincipe uitleggen.
Verlichting = De Verlichting is een intellectuele (waar veel over nagedacht is d.m.v. filosofen)
stroming die tot bloei komt in de 17e en 18e eeuw in Europa. Verlichtingsdenkers zetten zich
af tegen kerk en autoriteiten. Zij willen de wereld in vrijheid bestuderen en de samenleving
opnieuw inrichten.
Deïsme = De theologische positie dat er weliswaar een god of goden bestaan die het
universum en de natuurwetten geschapen hebben, maar dat deze bovennatuurlijke actors
(wezens) daarna geen invloed meer uitoefenden op deze schepping.
Survival of the fittest = betekent: alleen de sterkste overleeft. Volgens Charles Darwin de
verklaring waarom er evolutie plaatsvind door de tijd heen.
Causaliteitsprincipe = Principe van het oorzaak-gevolg problematiek als je door de tijd heen
reist. Je zou bijvoorbeeld je grootouders kunnen vermoorden voordat je ouders er nog niet
waren. Dat betekent dan weer dat je niet geboren wordt, en dat je grootouders in leven
zouden blijven. Waardoor je geboren zou kunnen worden, en je grootouders zou kunnen
vermoorden voor je ouders geboren zijn.
Hoofdstuk 2:
Lesdoel 1 + 2: Je kunt uitleggen hoe vrijzinnige theologie, gaptheorie en creationisme
omgaan met wat de bijbel zegt over het ontstaan van de aarde + Je kunt argumenten voor
die visies weergeven.
Vrijzinnige theologie:
- Aarde ontstaan door evolutie en niet door schepping.
- Gen. 1 vinden ze een waardevol verhaal. Prachtig verhaal, dus ze laten het gewoon staan
in de bijbel.
- Het is een geloofslied:
- Het heeft 6 coupletten en refreinen.
- Goede structuur voor een lied. (dagen komen overeen, zie blz 11)
- Volgens hun ontstaan in Babel. Afgeleid van het Gilgamesj-epos.
- Het doel van Gen. 1 is om de Joden in ballingschap moed in te spreken.
De Gaptheorie:
- Kern: Waar in mijn theorie nog Lacunes (gaps, gebreken) zitten, daar heb ik God voor
nodig. De werkelijkheid valt daarentegen nog wel met de wetenschap te verklaren.
- God in deze theorie het sluitpunt van het wetenschappelijk denken.
- Wereld ontstaan door evolutie.
Creationisme:
- Nemen de bijbel aan als het Woord van God.
- Ze willen vanuit de wetenschap ook de dingen bewijzen die in de bijbel staan.
- Met behulp van geologie, sterrenkunde, biologie enz. de historiciteit van de bijbel
onderbouwen.
- De aarde is nog jong volgens hun (6000-10.000 jaar oud).
- Bijv. aardlagen door natuurrampen en de zondvloed.
- Ook volgens de Creationisten is er een ijstijd geweest. Ook in de bijbel terug te vinden.
(Job 37 en 38).
Lesdoel 3: Je kunt met argumenten jou mening geven over deze visies.
Argumenten TEGEN de Vrijzinnige Theologie:
- Gen. 1 is geen lied, het wordt verteld als geschiedenis.
- Gen 2: 4 zegt: dit is de GESCHIEDENIS van hemel en aarde.
- Het mist typische Hebreeuwse poëziekenmerken.
- Eventueel: de Bijbel is Gods Woord, dus betrouwbaar!
Mening tegenover Gap theorie:
Je kunt niet in evolutie geloven en in God. Je moet kiezen. Het is dus niet eerlijk als je God op
deze manier invult. Je zet zo God op de 2e plek en dat is niet de bedoeling!
Mening tegenover Creationisme:
Ze gebruiken de juiste dingen en ze komen voor de juiste dingen uit. Je moet alleen wel
uitkijken voor de gevolgen: je moet niet alles willen bewijzen, dan is het hele nut van geloven
verdwenen!
Lesdoel 4: Je kunt voorbeelden geven van vragen rondom het ontstaan van de aarde die in
Genesis 1 niet beantwoord worden. Je kunt ook uitleggen waarom niet.
- God heeft de hemel en de aarde gemaakt. Maar wie heeft God dan gemaakt?
- Hoelang bestaat de aarde al? Miljarden jaren of 6000-10.000 jaar?
- Of hoelang bestond de aarde al voor de schepping?
- …..
Waarom worden die niet beantwoord?
Wat God belangrijk vond heeft Hij aan ons verteld, de rest is niet van essentieel belang om te
kunnen geloven in God. Je kan er je vragen bij hebben, maar dat staat je relatie met God niet
in de weg als je het niet weet.
Lesdoel 5: Je kunt duidelijk maken dat de uitleg van de eerste hoofdstukken van de bijbel
van verstrekkende betekenis zijn voor de visie op de mens, de leer over God en de
noodzaak van de verlossing in het christelijk geloof.
Doordat God de hemel en de aarde heeft gemaakt, sloot hij een verbond met zijn volk. Door
de zondeval is die hele schepping vernietigd. Jezus moest naar de aarde komen om dat
verbond weer heel te maken en daardoor ook de verlossing te ontvangen, op weg naar de
volmaakte aarde!
Hoofdstuk 3:
Lesdoel 1: Je kunt uitleggen wat gereformeerde theologie benadrukt in de uitleg van
Genesis 1.
-
Concentreren op God: centrale punt in de Bijbel
God is de schepper en onderhouder van deze aarde
God moet je aanbidden en Hij is dat ook waard
Lesdoel 2: Je kunt overeenkomsten en verschillen tussen gereformeerde theologie en
creationisme onder woorden brengen en ook je eigen mening daarover geven.
Overeenkomsten:
- Geschreven als geschiedenis
- Almachtig en soeverein God, alles geschapen uit niks
- Het Woord van God: opgeschreven door Mozes.
Verschil(len):
De Gereformeerde Theologie blijft veel meer bij de bedoeling van de bijbel. Het creationisme
probeert alles te verklaren en zo haal je dus ongelofelijke dingen naar beneden in de bijbel.
Lesdoel 3: Je kunt met argumenten ingaan op de vraag of hemel en aarde op of voor de
eerste dag geschapen zijn.
De handeling in het begin van Genesis 1: ‘In het begin schiep God de hemel en de aarde’
staat volgens de bijbelgeleerden apart van de rest van Genesis 1. De aarde en hemel zou dus
al onbepaalde tijd hebben bestaan voordat er leven op de aarde werd geschapen.
Wat ook zou kunnen zijn volgens sommige mensen dat toen God de hemel en de aarde
schiep ook gelijk het leven in één week zou zijn geschapen. Dus helemaal geschapen in één
week.
De keus is aan jou!
Lesdoel 4: Je kunt voorbeelden geven van vragen rondom het ontstaan van de aarde die in
Genesis 1 niet beantwoord worden. Je kunt ook uitleggen waarom niet.
-
Hoelang duurden de scheppingsdagen? ‘Het werd avond en het werd morgen’.
Hoeveel tijd zit er tussen Adam en Eva en de zondeval?
De vraag is of je de bijbel wel recht doet met dat soort vragen. De bijbel wordt er niet minder
geloofwaardig door als we dat soort kleine details niet weten.
Lesdoel 5: Je kunt duidelijk maken dat de uitleg van de eerste hoofdstukken van de bijbel
van verstrekkende betekenis zijn voor de visie op de mens, de leer over God, en de
noodzaak van de verlossing in het christelijk geloof.
Als je de 1e hoofdstukken niet gelooft, dan krijg je een domino effect. Een slechte start, en je
gaat anders tegen God aankijken. Als je dat wel gelooft, heb je denk ik meer ontzag voor God
en weet je hoe machtig hij is.
Hoofdstuk 4:
Lesdoel 1: Je kunt met voorbeelden uit Genesis 1 en 2 duidelijk maken hoe speciaal de
mens voor God is en wat dit voor jou betekent.
God schiep de mens als kroon op de schepping. Er staat ook dat God de mens schiep naar
Zijn evenbeeld. Hij heeft ons bijna goddelijk gemaakt.
Lesdoel 2: Je kunt met behulp van Genesis 1-3 uitleggen wat zegen en zonde is en wat dat
betekent voor alle vier relaties waarin de mens staat: zijn relatie met God, tot zijn naaste,
tot de natuur en tot zichzelf.
Zonde is dingen doen die tegen Gods wil zijn. Zonde zorgt dus ook vijandschap met God.
Zegen is voorspoed: krijg je als je dingen doet. Als je dingen doet die God fijn vind, wordt je
dus gezegend.
Door zonde zullen die relaties verbroken worden, als je gezegend bent zal je in staat zijn om
al die relaties goed te handelen.
Lesdoel 3: Je kunt de betekenis van zonde en zegen in je eigen leven verwoorden.
Elke dag doen we slechte dingen, daar kunnen we niet omheen. We worden nog elke dag
gezegend: we hebben altijd genoeg eten, genoeg kleding enz. Voor de rest zijn we altijd nog
in staat om te kunnen leren voor toetsweken, we kunnen naar school enz. enz.
Lesdoel 4: Je kunt met behulp van Genesis 3 duidelijk maken wie satan is en wat Adam en
Eva van hem overnemen.
Satan is iemand die vijandschap wil stichten tussen God en de mensen. De grote
tegenstander van God. Wat Adam en Eva van hem overnemen is angst voor God.
Lesdoel 5: Je kunt duidelijk maken welke functie kleding in Genesis 3 krijgt.
Verbergen voor de schaamte die ze hebben en het verstoppen van zichzelf voor God.
Lesdoel 6: Je kunt de belangrijkste bijbelgegevens weergeven die duidelijk maken hoe het
gesteld is met de wil van de mens.
De wil van de mens is sterk vertroebeld, iedereen is nu uit op zonde.
Lesdoel 7: Je kunt de begrippen wil, zonde, zondeval, erfzonde en mensbeeld uitleggen en
met elkaar in verband brengen met behulp van art. 14 en 15 NGB.
Wil  De mens heeft zijn eigen wil, doet wat het wil.
Zonde  God niet vertrouwen.
Zondeval  Aten van de boom van kennis van goed en kwaad, was niet toegestaan.
Erfzonde  Iedereen wordt in zonde geboren.
Mensbeeld  De kijk van God op de mens.
Lesdoel 8: Je kunt het Pelagianisme en het Semi-Pelagianisme kort uitleggen en
bekritiseren.
Pelagianisme is het geloof dat de zondeval de menselijke natuur niet heeft bedorven en dat
de sterfelijke wil nog steeds in staat is tussen het goede en het kwade te kiezen zonder dat
hier speciale goddelijke interventie voor nodig is.
Het Semi-Pelagianisme houdt in dat een mens alleen het heil kan bereiken als de wil
aanwezig is om die genade inderdaad te ontvangen: zonder de wil ertoe geen heil.
Bekritisering: we zullen altijd God nodig hebben om genade te vragen voor de zondige
dingen die we hebben gedaan, zonder God krijgen wij geen vergeving. Maar we hoeven er
niks meer voor te doen, de genade hebben we al ontvangen.
Lesdoel 9: Je kunt uit de kerkgeschiedenis duidelijk maken hoe over de wil van de mens
gesproken is door Bijbels Humanisme.
Volgens het Humanisme was het zo dat ieder mens recht had op leven, vrijheid en het
nastreven van geluk, niet in een toekomstig beloofd paradijs, maar in het hier en nu, in een
zelf vormgegeven werkelijkheid.
Hoofdstuk 5:
Lesdoel 1: Je kunt –uit de bijbel- duidelijk maken wat engelen zijn en welke taken ze
hebben.
Engelen zijn Gods Boodschappers, ze zijn in de hemel, onzichtbaar voor ons en sommigen
hebben de taak om ons te beschermen tegen de duivel.
Lesdoel 2: Je kunt de mening van Frank Peretti en je eigen mening over engelen geven.
Frank Peretti zegt dat er op het gebied van geesten en engelen veel meer gebeurd dan dat
wij kunnen zien. Volgens mij is dat wel waar.
Lesdoel 3: Je kunt met behulp van argumenten een antwoord geven op de vraag of
christenen een (persoonlijke) beschermengel hebben.
Sowieso staat in de bijbel wel dat we beschermengelen hebben. Maar of iedereen
persoonlijk er eentje heeft dat staat er niet in.
Lesdoel 4: Je kunt art. 12b N.G.B. in eigen woorden weergeven.
Er staat dat God alle engelen goed heeft geschapen. Sommige engelen hebben tegen God
gekozen en daardoor zijn dat boze geesten. De boze geesten en de duivel zijn nu vijanden
van God geworden.
Nu zijn het dus afgezanten van de duivel geworden. Ze zorgen voor pijniging in het leven en
ze misleiden de mensen ertoe om zonde te doen.
Lesdoel 5: Je kunt ten minste vier verboden uit Deut. 18 noemen en uitleggen over
occultisme.
Ze mogen geen mensen in huis nemen die:
- Hun zoon of dochter als offer verbranden
- Waarzeggers zijn
- Wolkenschouwers zijn
- Wichelaars zijn
- Tovenaars zijn
- Enz.
Lesdoel 6: Je kunt een goede beschrijving geven van de begrippen occultisme, magie,
waarzeggerij en spiritisme.
Occultisme = Alle geheimzinnige dingen die afwijken van de dagelijkse praktijken en zich
vooral richten op de geestelijke kant.
Magie = tovenarij. Eigenschappen zijn bepaalde rituelen en formules. Proberen het
goddelijke naar jou hand te zetten.
Waarzeggerij = proberen de toekomst te voorspellen door bijvoorbeeld een glazen bol, of
iets van horoscopen.
Spiritisme = het bewust contact zoeken met geesten van overledenen. Bijvoorbeeld glaasje
draaien.
Lesdoel 7: Je kunt op basis van bijbelse overwegingen bepalen of iets demonisch is.
Iets is demonisch als het Gods werk wil afbreken.
Lesdoel 8: Je kunt je houding ten aanzien van het demonische verwoorden en je kunt je
standpunt verdedigen.
Het mag niet, God heeft het verboden. We moeten op hem vertrouwen en al die duivelse
praktijken zal leiden tot je ondergang. Jezus heeft de duivel al overwonnen, dus het heeft
geen zin om duivelse praktijken te gaan doen als het je redding toch niet brengt.
Lesdoel 9: Je kunt weergeven hoe de bijbel demonen en de duivel typeert.
De duivel (=Satan) is de leider van de demonen. Maar eens zal hun bestaan ophouden. Jezus
heeft namelijk al het kwaad overwonnen door aan het kruis te sterven voor onze zonden.
Lesdoel 10: Je kunt uit de bijbel 3 typeringen geven van satan.
-
De Grote Tegenstander
Heerser van deze wereld
De verleider
Hoofdstuk 6:
Lesdoel 1: Je kunt aangeven wat met Gods voorzienigheid wordt bedoeld en wat het
probleem is van deze leer in onze tijd.
Volgens de catechismus is voorzienigheid:
“De kracht van God, waardoor Hij heel de schepping in stand houdt en regeert.”
De probleem van deze tijd is dat mensen veel te veel vragen stellen hierover.
Lesdoel 2: Je kunt verwoorden hoe deze leer jou raakt en wat je ermee kunt.
Met de leer die wij tegenwoordig hebt is het best wel raar om te weten dat God overal mee
bezig is, maar tegelijkertijd is het ook goed om te weten dat God alles in de hand heeft. Hij
zal je dus beschermen.
(Dit is mijn mening, je zult er wellicht je eigen mening over hebben)
Lesdoel 3: Je kunt de volgende dwaling over Gods voorzienigheid noemen en uitleggen:
Deïsme.
Deïsme zegt: God heeft deze wereld gemaakt en ziet er nu niet meer naar om.
Lesdoel 4: Je kunt de opvatting van Kushner ten aanzien van het lijden en Gods
voorzienigheid benoemen en kritisch bespreken.




Mens
Moreel dier
Veroordeeld tot
vrijheid
Oorzaak van veel
lijden
Moet God vergeven



God
Heeft zichzelf
beperkt
Niet volmaakt, stelt
Zichzelf teleur
God lijdt mee



lijden
Fase in de evolutie
Niet Gods wil
Niet te verklaren
Lesdoel 5: Je kunt drie tegenwerpingen tegen de leer van Gods voorzienigheid verwoorden
en ook van bijbels commentaar voorzien.
Ik niet snap.
Lesdoel 6: Je kunt het probleem van het lijden in bijbels perspectief beschrijven.
Is God –omdat er lijden is- een slechte God?
 NEE!
Oorzaken van het lijden:
 Zondeval
 Zondige mens
 Satan (volgens het Bijbelboek Job)
o Luther: Gevaarlijke hond aan een ketting
o Is uit om kapot te maken
God schiep een perfecte wereld
 Gaf zijn Zoon
 Belooft een nieuwe aarde
Functies van het lijden:
 ? -> Vaak weten we het niet.
 Gods megafoon
 Zonde-ontdekkend
 Loutering (verzoeking is ook beproeving)
 Lijden is geen straf op de zonde
Lesdoel 7: Je kunt de hoofdlijn van artikel 13 NGB en zondag 1 en 10 HC in eigen woorden
weergeven.
Artikel 13:
Gods voorzienigheid en regering: God heeft de schepping niet aan het toeval overgelaten. Hij regeert alles, buiten
Zijn heilige wil om gebeurt er niets. God is echter niet de bedenker en de schuldige van de zonde, hoewel er niets
buiten Hem om gaat. Zijn macht en goedheid zijn zo groot dat Hij altijd rechtvaardig is, ook al zijn mensen en
duivelen onrechtvaardig. Het verstand van mensen is te beperkt om alles wat God doet, te begrijpen. De mens
moet dat ook niet willen, maar juist tevreden zijn met wat in de Bijbel staat. Gods Vaderlijke zorg, dat de mens
niets zomaar of toevallig overkomt, is een troost in het leven. Zonder Zijn wil kunnen vijanden en duivelen geen
schade doen.
HC Z 1:
Onze enige troost in het leven en in het sterven is Jezus Christus onze Heiland. Hij is voor
onze zonden gestorven en heeft zo de dood overwonnen.
HC Z 10:
Onder Gods voorzienigheid verstaan wij de Kracht van God waarmee Hij deze wereld regeert.
Hij heeft ons geschapen en door zijn voorzienigheid regeert hij ons nu ook nog. Wij kunnen
dus ook bij tegenslagen weten dat God ons red!
Made by: Joran Vrolijk Ltd. Gebruik op eigen risico! Ik stel mijzelf niet aansprakelijk voor lagere cijfers
!
Download