Sociaal ondernemen is niet hetzelfde als maatschappelijk

advertisement
J a a r g a n g 2 9 - N u m m e r 4 - 2 016
‘Sociaal ondernemen is niet hetzelfde als
maatschappelijk verantwoord ondernemen’
Willemijn Verloop van Social Enterprise NL
6
Ondernemen met een missie
Maatschappelijke betrokkenheid en een gezond bedrijfsmodel gaan prima samen, meent een groeiende beweging van sociaal
ondernemers. Willemijn Verloop en Mark Hillen hebben vijf jaar geleden Social Enterprise NL opgericht vanuit de stellige overtuiging
dat sociaal ondernemers een belangrijke positieve impact hebben op de samenleving.
Door: Hans Pieters
Willemijn Verloop en Mark Hillen zetten zich in voor een
wetswijziging in het Burgerlijk Wetboek, waarbij de bijzondere status van de sociale onderneming wordt vastgelegd in
een aparte juridische vorm, de zogenoemde bv-m. “Sociaal
ondernemers creëren op een andere manier waarde dan goede
doelen. Wij willen dat deze ondernemers meer ruimte krijgen,”
verklaart Verloop. “Social Enterprise NL wil laten zien dat je
succesvolle ondernemingen kunt bouwen, waarbij het oplossen
van een maatschappelijk probleem geen postenkost is, maar
juist een ‘added value’.” Hillen vult aan: “Het shareholders value-model, gericht op winstmaximalisatie, is failliet. We laten
zien dat het anders kan.
‘We laten zien dat het
anders kan’
Het is nuttig om de sociaal ondernemers die bepaalde maatschappelijke vragen stellen op een voetstuk te plaatsen. Je kunt
laten zien tegen welke hobbels ze aanlopen, maar ook hoe ze
daaroverheen stappen.” Verloop, enthousiast: “De voorbeeldrol
is enorm groot. De algemene gedachte is dat mensen met een
arbeidsbeperking geld kosten. Bedrijven als Tony’s Chocolonely of Taxi Electric, met herintredende vijftigplussers achter
het stuur, laten zien dat het anders kan.”
Maatschappelijke missie
“Het blijft uitleggen dat je ook binnen een bv een maatschappelijke missie kunt najagen. De erkenning blijft achter,”
constateert Hillen. Het is een van de redenen waarom Social
Enterprise NL zich inzet voor de komst van een zogenoemde
bv-m. “Er heerst in Nederland nog steeds het idee dat je binnen
een bv geld verdient en dat je ‘goed doet’ binnen een stichting.
Een aantal partijen kan maar niet geloven dat sociaal onder-
NOAB
nemers dezelfde waarden en doelstellingen hebben als binnen
een stichting. Alsof er een kloof is, waarbij het bedrijfsleven
alleen maar financiële waarden nastreeft en goede doelen en
de overheid voor publieke waarden zorgen.” Verloop snapt het
ongemak dat sociaal ondernemen oproept. “Je wilt zeker weten
dat het niet alleen een mooi verhaal is.”
Hillen breekt ook op andere gronden een lans voor erkenning van de sociaal ondernemer in de wet: “Uiteindelijk is een
stichting van niemand. Er is geen eigenaarschap. Vandaar de
wens voor de nieuwe bv-m.” Het initiatief wordt gedragen door
de behoefte van de achterban. “Bij een enquête onder sociaal
ondernemers antwoordde bijna 80% van de ondervraagden: als
de bv-m er zou zijn, zou ik er gebruik van maken.” Het heeft
volgens Verloop te maken met de herkenning en erkenning:
“Een rechtsvorm waarbij iedereen meteen weet dat de onderneming een maatschappelijk doel nastreeft.”
Verschil met bv
“De belangrijkste kenmerken van de bv-m zijn dat je een
maatschappelijke doelstelling kiest en in de oprichtingsstatuten vastlegt en dat de stakeholders daarop kunnen rekenen,”
verklaart Hillen. “Dat is meteen ook de reden waarom een
keurmerk niet werkt.” Transparantie is een van de leidende
principes onder de bv-m. “De keerzijde van een focus op maatschappelijke impact is dat je transparant moet zijn over alles,
ook je belonings- en dividendbeleid. Dat geldt voor de bv totaal niet. Die hoeft zelfs de aandeelhoudersovereenkomst niet
te publiceren.” Het biedt zekerheid voor opdrachtgevers over
de partij met wie ze aan tafel zitten, benadrukt Verloop. “Je
hebt een ander soort relatie met je klant. Transparantie draait
om het zichtbaar maken van je impact. We denken dat de bv-m
het een sociaal ondernemer makkelijker maakt om te laten zien
welke waarden hij of zij hanteert. Mensen willen weten wie je
bent en of je consistent bent.”
Activisme
Sociaal ondernemers vormen een groeiende groep ondernemers die geld verdienen niet als een hoofddoel zien, maar als
Activa | Nummer 4 - 2016
7
de lokale gemeenschap vreselijk belangrijk. We gaan onze hele
bedrijfsvoering daarop inrichten’. Zij konden dat doen vanuit
een succesvol businessmodel.” De omslag van Gulpener Bier is
bijzonder. “Het complexe van bestaande ondernemingen is dat
er verschillende aandeelhouders in zitten, met verschillende
verwachtingspatronen van wat de onderneming gaat opleveren.
Dat maakt het er niet makkelijk op om zo’n koerswijziging in
te zetten.”
Fot o gr a f ie Er ik Smit s
Impact first
Mark Hillen en Willemijn Verloop
middel om hun missie te verwezenlijken. Verloop: “Het is
een nieuwe generatie activisten die op een nieuwe manier tot
een oplossing komt. Het is ook een generatie die vaak al een
keer commercieel heeft ondernomen en zegt ‘ik wil dit inzetten voor een betere wereld’.” Een sociaal ondernemer wil een
maatschappelijk probleem oplossen. Hij wil primair een oplossing bieden, maar doet dat via de markt, door een product of
dienst te leveren. Zijn drive komt meestal voort uit een vorm
van activisme. Hij voelt onvrede over misstanden in de samenleving. Dat kan zijn over hoe het in de zorg eraan toegaat, in de
productieketen, het milieu. “In het ideale bedrijfsmodel biedt
het product of de dienst een oplossing van het probleem. Essentieel is dat het niet om een publieke of ideële instelling gaat,
maar om een onafhankelijke private onderneming.”
Haarvaten
Sociaal ondernemen is niet hetzelfde als maatschappelijk verantwoord ondernemen, stelt Verloop. “Een sociale onderneming herken je aan de intentie waarmee het bedrijf is gestart –
het ‘waarom?’ – en hoe ver die ‘waarom?’ wordt doorgevoerd
in alle haarvaten van het bedrijf. Dat herken je eigenlijk vrij
snel. Uiteindelijk vinden ze de maatschappelijke missie belangrijker dan hun eigen portemonnee. De sociaal ondernemer legt
zichzelf een ander waardenpatroon op.”
Mensen die voor de makkelijke oplossing kiezen, kiezen niet
voor sociaal ondernemen, meent zij. Als voorbeeld noemt
Verloop Gulpener Bier, een familiebedrijf. “Dat heeft een
enorme draai gemaakt en gezegd ‘wij vinden de bijdrage aan
NOAB
“Mensen denken meer na over hoe de wereld in elkaar steekt
en wat hun rol daarin is,” meent Mark Hillen. De sociaal
ondernemer zet dat om in daden. Als voorbeeld noemt hij
de plastic soep in de oceanen. “Hij vraagt niet wiens verantwoordelijk dat is, maar ‘welke verantwoordelijkheid voel ik?’.
Tegelijkertijd is er een grens aan wat hij kan doen: je hebt een
businessmodel nodig waarmee je de concurrentie aankunt.”
Verloop vult aan: “Het is vaak heel erg tegen de stroom inzwemmen. Bij de start is er nog geen consument die om de
aanpak gevraagd heeft. Het zijn de ondernemers die ervan
overtuigd zijn dat het anders moet en die het dús anders gaan
doen.” Een totaal andere benadering dan dat je zegt ‘ik zie een
gat in de markt’. “Het uitgangspunt is ‘hier klopt de markt niet,
ik ga dat anders doen. Je kiest niet de makkelijke weg, maar
wel de weg waarmee je uiteindelijk de meeste waarde creëert.”
‘Transparantie is een van de
leidende principes onder de bv-m’
Veel van de problemen die sociaal ondernemers proberen op te
lossen, werden voorheen aangepakt door goededoelenorganisaties. Wat een sociaal ondernemer met de goede doelen deelt,
is dat beide de sociale missie vooropstellen. Het middel om de
missie te verwezenlijken is echter wezenlijk anders, stelt Verloop. Bij een maatschappelijke organisatie is het ‘impact only’,
bij een sociaal ondernemer is het ‘impact first’. “Een sociale
onderneming moet gewoon geld verdienen, teert niet op filantropische bronnen. Lukt het je niet om financieel rendement te
creëren, dan kun je je maatschappelijk doel niet najagen.” Tussen de sociale ondernemingen bestaat verschil in benadering.
“Sommige willen 100% non-profit zijn en elke euro die binnenkomt herinvesteren in hun maatschappelijke missie. Anderen willen een deel van de opbrengst uitkeren aan hun aandeelhouders, omdat ze zo hun onderneming willen opschalen.” ■
Activa | Nummer 4 - 2016
Download