Proefhoofdstuk Chemie

advertisement
Proefhoofdstuk
Chemie TSO
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
Kom je cursus inkijken:
Antwerpen, Frankrijklei 127, 2000
Gent, Brusselseweg 125, 9050
Hasselt, Simpernelstraat 27, 3511
Brussel, Timmerhoutkaai 4, 1000
+32 3 292 33 30
[email protected]
Maak van je opleiding Chemie TSO een succes!
Beste toekomstige student,
Hartelijk dank voor je interesse in de opleiding Chemie TSO aan het Centrum Voor Afstandsonderwijs.
Op de volgende pagina’s vind je een hoofdstuk en de volledige inhoudstafel van deze thuisstudie terug. Ook
krijg je alle nodige informatie over de werking van onze school. Neem deze info rustig door, zo krijg je een
goed beeld van de inhoud van de cursus en weet je zeker dat je voor de opleiding kiest die het beste bij
jou past. Noteer alvast dat alle diploma’s die je via het CVA behaalt erkend zijn en uitermate praktijk- en dus
jobgericht!
Heb je na het inkijken van dit proefhoofdstuk nog vragen? Geef ons gerust een seintje op het nummer +32
3 292 33 30 of mail ons op [email protected]. Onze opleidingsconsulenten
beantwoorden al jouw vragen en geven je persoonlijk advies omtrent je studiekeuze.
Blader je graag door de volledige cursus? Ook dat kan. Het Centrum Voor Afstandsonderwijs geeft je op
vier plaatsen in België de mogelijkheid om de cursussen geheel vrijblijvend in te kijken. Je kan de cursussen
inkijken in de campussen van Het Centrum Voor Avondonderwijs VZW in Antwerpen, Gent en Hasselt of in
Brussel. Je hoeft hiervoor geen afspraak te maken, kom gewoon vrijblijvend langs.
Ik wens je veel leesplezier en alvast veel succes met je studie!
Jo Vandevelde
Opleidingsconsulent Centrum Voor Afstandsonderwijs
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
Chemie TSO: erkende opleiding en praktijkgerichte cursus
Deze moderne en praktijkgerichte opleiding kwam tot stand in samenwerking tussen het Centrum Voor
Afstandsonderwijs en zelfstandige beroepsdeskundigen met jarenlange ervaring. Een duidelijke structuur
maakt deze cursus zeer overzichtelijk. Op deze manier garanderen wij je een vlot studietraject.
Op de volgende pagina’s vind je de volledige inhoudstafel van de opleiding en een gratis onderdeel uit de
cursus terug.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
1 CHEMIE ONDER HET VERGROOTGLAS
1.1
Wat is chemie nu juist?
1.2
Takken in de chemieboom
1.3
De wetenschappelijke methode
1.4
De macroscopische en microscopische wereld
1.5
Wat doen chemici nu eigenlijk allemaal?
1.6
Waar kan een chemicus gaan werken?
2 MATERIE EN ENERGIE
2.1
De toestanden van materie
2.1.1 Vaste toestand
2.1.2 Vloeibare toestand
2.1.3 Gasvormige toestand
2.2
Sciencefiction en materie: van toestand veranderen
2.2.1 Smeltpunt
2.2.2 Kookpunt
2.2.3 Vriespunt
2.2.4 Goochelen met ijs!
2.3
Materie: een mengsel van zuivere stoffen
2.4
Zuivere stoffen
2.4.1 Elementaire stoffen
2.4.2 Verbondenheid onder de elementen
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
2.5
Mengsels
2.5.1 Soorten mengsels
2.6
Meten is weten: het SI-eenhedenstelsel
2.7
Eigenschappen van stoffen
2.7.1 Dicht, dichter, dichtst
2.7.2 Het meten van de dichtheid
3 OPGEPAST: GEVAARLIJKE STOF!
3.1
R- en S-zinnen
3.2
A-zinnen
3.3
Indeling gevaarlijke stoffen
3.4
GHS-systeem: de nieuwe indeling
3.4.1 Implementatie in de Europese Unie
4 OP ZOEK NAAR KLEINE DEELTJES: DE STRUCTUUR VAN ATOMEN
4.1
Wat zit er in een atoom?
4.2
De zware kern
4.3
Op zoek naar de elektronen
4.3.1 Het model van Bohr
4.3.2 Het kwantummechanisch model
4.3.3 Elektronenconfiguraties
4.4
Valentie-elektronen: dat zijn randgevallen
4.5
Ionen en isotopen
4.5.1 Isotopen
4.5.2 Ionen: geen neutrale partij
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
5 HET PERIODIEK SYSTEEM
5.1
De periodiciteit: opnieuw en opnieuw
5.2
Ordening van de elementen in het periodiek systeem
5.2.1 Metalen, niet metalen en metalloïden
5.3
Groepen en perioden
5.3.1 Bijzondere groepen
5.4
De innige relatie tussen valentie-elektronen en groepen
5.5
De octetregel: met acht zijn is goed
6 IONBINDINGEN: GEVEN EN NEMEN
6.1
Het perfecte huwelijk: de ionbinding
6.1.1 De gevaarlijke bestanddelen van zout
6.1.2 Hoe de reactie tot stand komt
6.1.3 De eerste partner: natrium
6.1.4 De tweede partner: chloor
6.1.5 De partners binden zich
6.2
Positieve en negatieve ionen van één atoom: mono-atomaire ionen
6.3
Polyatomaire ionen
6.4
Magie tussen kationen en anionen: ionverbindingen
6.4.1 Magnesium en broom samenbrengen
6.4.2 De kruisregel toepassen
6.5
Ionverbindingen een naam geven
6.6
Elektrolyten en niet-elektrolyten
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
7 COVALENTE BINDINGEN: EERLIJK DELEN
7.1
Basisprincipe van de covalente binding
7.1.1 Covalente bindingen vergelijken met andere bindingen
7.1.2 De enkelvoudige covalente binding
7.1.3 Meervoudige bindingen
7.1.4 Naamgeving binaire covalente verbindingen
7.2
Formules en nog eens formules
7.2.1 Empirische formule
7.2.2 Molecuulformule
7.2.3 Structuurformule
7.2.3.1
De elektronenformule van water
7.2.3.2
De Lewis-structuur van water
8 CHEMISCHE REACTIES
8.1
Beginstoffen en reactieproducten
8.2
De botsingstheorie
8.2.1 Exotherme reactie: het wordt warm
8.2.2 Endotherme reactie: het wordt kouder
8.3
Chemische reactie en energie
8.3.1 Warmte
8.3.2 Arbeid
8.3.3 Inwendige energie
8.3.4 Activeringsenergie
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
8.4
Soorten reacties bekijken
8.4.1 Combinatiereacties
8.4.2 Ontledingsreacties
8.4.3 Enkelvoudige vervangingsreactie
8.4.4 Dubbele vervangingsreacties
8.4.4.1
Neerslagreacties
8.4.4.2
Neutralisatiereacties
8.4.5 Verbrandingsreacties
8.4.6 Redoxreacties
8.5
Reacties kloppend maken
8.6
Chemisch evenwicht
8.7
Principe van Le Chatelier toepassen
8.7.1 Invloed van de concentratie
8.7.2 Invloed van de temperatuur
8.7.3 Invloed van de druk
8.7.4 Invloed van een katalysator
8.7.5 Invloed van de verdelingsgraad
8.7.6 Invloed van licht
8.8
Reactiesnelheid berekenen
8.8.1 Aard van de beginstoffen
8.8.2 Deeltjesgrootte van de beginstoffen
8.8.3 Concentratie van de beginstoffen
8.8.4 Druk van gasvormige beginstoffen
8.8.5 De temperatuur
8.8.6 Een katalysator
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
9 REDOXREACTIES
9.1
Redoxreacties: waar zijn die elektronen naartoe?
9.1.1 Oxidatie
9.1.1.1
Verlies van elektronen
9.1.1.2
Zuurstofwinst
9.1.1.3
Waterstofverlies
9.1.2 Reductie
9.1.2.1
Elektronenwinst
9.1.2.2
Zuurstofverlies
9.1.3 Samen zijn we sterk
9.2
Oxidatiegetallen bepalen
9.3
Redoxvergelijkingen kloppend maken
9.4
Typische stoffen: Natriumhypochloriet en waterstofperoxide
9.4.1 Natriumhypochloriet
9.4.2 Waterstofperoxide (H2O2)
9.5
Redoxreacties in de praktijk: de redoxtitratie
9.5.1 Voorbeeld: de dosering van Fe2+ in een oplossing
10 WIE IS DE MOL?
10.1 Van gram naar aantal: tellen door te wegen
10.2 De mol om aantallen uit te drukken
10.2.1 Het getal van Avogadro
10.2.2 De mol in onze wereld
10.3 De mol gebruiken in chemische reacties
10.3.1 Stoïchiometrie van een reactie: hoeveel nodig en hoeveel gevormd
10.3.2 Rendement van een reactie
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
10.3.3 Verbruik van beginstoffen in aflopende reacties
10.3.4 Verbruik van beginstoffen in evenwichtsreacties
11 OPLOSSINGEN
11.1 Oplosmiddelen, opgeloste stoffen en oplossingen ontdekken
11.1.1 Oplossen: soort zoekt soort
11.1.2 Nu is het genoeg: verzadiging
11.2 Verschillende soorten oplossingsconcentraties gebruiken
11.2.1 Procentuele samenstelling
11.2.1.1
Percentage gewicht/gewicht
11.2.1.2
Percentage gewicht/volume
11.2.1.3
Percentage volume/volume
11.2.2 Molariteit
11.2.3 Normaliteit
11.2.4 Molaliteit
11.2.5 Ppm
12 ZUREN EN BASEN: ZUUR EN BITTER IN DE MOND
12.1 Zuren en basen in onze leefwereld
12.2 Een microscopische blik op zuren en basen
12.2.1 De theorie van Arrhenius
12.2.2 De theorie van BrØnsted-Lowry
12.3 Sterke en zwakke zuren en basen
12.3.1 Sterke zuren
12.3.2 Sterke basen
12.3.3 Zwakke zuren
12.3.4 Zwakke basen
12.3.5 Zuur-basereacties volgens BrØnsted-Lowry
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
12.4 Zuur-base indicatoren
12.4.1 Lakmoesstrookje
12.4.2 Fenolftaleïne: chocolade als laxeermiddel
12.5 De neutralisatiereactie in de praktijk
12.6 Hoe zuur is cola: de pH-schaal
12.7 Buffers: regel die pH maar!
12.8 Maagzuurremmers: neutraliseer die boel!
13 KOOLSTOFCHEMIE: ORGANISCHE VERBINDINGEN EN HUN REACTIES
13.1 Soorten organische verbindingen
13.2 Voorstelling van organische verbindingen
13.2.1 Brutoformule
13.2.2 Structuurformule
13.2.3 Zaagtandformule of skeletformule
13.2.4 Bol-staafmodel
13.2.5 Bolkapmodel
13.3 Eigenschappen van organische verbindingen
13.4 Reactietypes in de organische chemie
13.5 Het begrip polariteit
13.6 De stofklassen nader bekeken
13.7 Belangrijke organische verbindingen
13.7.1 Alkanen
13.7.1.1
Naamgeving
13.7.1.2
Molecuul- en stuctuurformules
13.7.1.3
Naamgeving vertakte alkanen
13.7.1.4
Fysische eigenschappen
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
13.7.1.5
Chemische reacties
13.7.1.6
Toepassing
13.7.2 Alkenen (of olefinen)
13.7.2.1
Naamgeving
13.7.2.2
Fysische eigenschappen
13.7.2.3
Chemische reacties
13.7.2.4
Toepassing
13.7.3 Alkynen
13.7.3.1
Fysische eigenschappen
13.7.3.2
Chemische reacties
13.7.4 Alicyclisiche koolwaterstoffen
13.7.5 Aromatische koolwaterstoffen of aromaten
13.7.6 Halogeenalkanen
13.7.6.1
Naamgeving
13.7.6.2
Fysische eigenschappen
13.7.6.3
Chemische reacties
13.7.6.4
Toepassing
13.7.7 Alcoholen en fenolen
13.7.7.1
Naamgeving
13.7.7.2
Fysische eigenschappen
13.7.7.3
Chemische reacties
13.7.7.4
Toepassingen
13.7.8 Thiolen
13.7.9 Ethers
13.7.9.1
Naamgeving
13.7.9.2
Fysische eigenschappen
13.7.9.3
Chemische reacties
13.7.9.4
Toepassing
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
13.7.10 Aminen
13.7.10.1
Naamgeving
13.7.10.2
Fysische eigenschappen
13.7.10.3
Chemische reacties
13.7.10.4
Toepassing
13.7.11 Ketonen en aldehyden
13.7.11.1
Naamgeving
13.7.11.2
Fysische eigenschappen
13.7.11.3
Chemische reacties
13.7.12 Carbonzuren
13.7.12.1
Naamgeving
13.7.12.2
Fysische eigenschappen
13.7.12.3
Chemische reacties
13.7.12.4
Toepassing
13.7.13 Esters
13.7.13.1
Naamgeving
13.7.13.2
Fysische eigenschappen
13.7.13.3
Chemische reacties
13.7.13.4
Toepassingen
13.7.14 Amiden
13.7.14.1
Naamgeving
13.8 Isomerie
13.8.1 Structuurisomerie of ketenisomerie
13.8.2 Plaatsisomerie
13.8.3 Stereo-isomerie
13.8.4 Optische isomerie
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
13.9 Enkele typische stoffen en hun eigenschappen/ toepassingen
13.9.1 Methaan
13.9.2 Wasbenzine
13.9.3 White spirit
13.9.4 Paraffine
13.9.5 Methanol
13.9.6 Ethanol
13.9.7 Glycerol/glycerine
13.9.8 Glycol
13.9.9 Azijnzuur
BIJLAGE A: HET METRISCH SYSTEEM
BIJLAGE B: EXPONENTEN VOOR HEEL KLEINE OF HEEL GROTE GETALLEN
BIJLAGE C: BEDUIDENDE CIJFERS
VRAAGSTUKKEN
INDEX
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
HOOFDSTUK 2: MATERIE EN ENERGIE
In dit hoofdstuk zullen we:

De verschillende toestanden van materie bekijken

Zuivere stoffen en mengsels van mekaar onderscheiden

Meten met maten en gewichten

Gevaarlijke stoffen herkennen

Informatie opzoeken over de gevaren en de veiligheid van stoffen
Materie is alles wat een massa heeft. Dus ook jijzelf bent materie. Net als de stoel waarop je zit, de houten
vloer waarop je staat, en je kat of hond dat ook is. Hier kan je al een onderscheid maken tussen levende en
dode materie.
De elektriciteit die uit het stopcontact komt is een vorm van energie, zoals ook warmte dit is. Vroeger dacht
men dat materie en energie los van elkaar stonden, maar bedenk maar eens wat er vrijkomt als je een
houten vloer zou verbranden in een kachel… Inderdaad, dan komt er energie vrij onder de vorm van
warmte.
Zoals je merkt zijn materie en energie dus in elkaar om te zetten. Wanneer we op het gaspedaal van onze
auto duwen, wordt er benzine verbrandt en draait onze motor. Ook in onze voeding is er een omzetting van
materie in energie, waardoor ons lichaam zich kan voortbewegen. Denk maar eens aan het slappe gevoel
dat je hebt als je honger hebt. Je voelt je futloos en hebt geen energie.
Misschien komt het ooit wel zover dat we ons lichaam tijdelijk even in energie kunnen omzetten, die
energiestroom verplaatsen en dan op onze bestemming terug massa worden, zoals je nu al wel eens ziet in
sciencefictionfilms.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
2.1
De toestanden van materie
De kosmos bestaat uit twee delen: materie en energie. De drie bekendste toestanden van materie zijn: gasvormig,
vloeibaar of vast. Energie bespreken we later.
2.1.1
Vaste toestand
Een vaste stof heeft een duidelijke vorm en neemt een duidelijk volume in. Denk maar aan een blokje ijs. Je
kan dit blokje meten en wegen. Op microscopisch niveau bevinden de ijsdeeltjes zich heel dicht bijeen en
bewegen ze bijna niet. Dit komt omdat de deeltjes in een strakke structuur zitten, men noemt dit een
kristalrooster. De deeltjes in het kristalrooster bewegen nog slechts heel weinig, ze trillen heel zwak. Tussen
de deeltjes bestaan sterke aantrekkingskrachten. Bij verwarming neemt de beweeglijkheid van de deeltjes
toe.
2.1.2
Vloeibare toestand
Wanneer het blokje ijs smelt tot water, blijven de waterdeeltjes nog dicht bijeen, maar ze kunnen nu wel
verschuiven ten opzichte van elkaar. De rangschikking van het kristalrooster gaat verloren. Vloeistoffen
hebben hierdoor geen eigen vorm, ze nemen de vorm aan van het vat waarin de vloeistof zich bevindt. De
aantrekkingskrachten tussen de deeltjes zijn nu veel zwakker. Een boot vaart toch ook veel gemakkelijker
door water dan door ijs? Toch is er nog een zeker interactie tussen de deeltjes van een vloeistof.
2.1.3
Gasvormige toestand
Als je water verwarmt, kan je het omzetten in waterdamp of stoom. De deeltjes kunnen nu vrij bewegen in
de ruimte waarin ze zich bevinden en zitten ver van elkaar. Er is geen orde meer. Een gas heeft hierdoor
geen eigen vorm en volume. Een gas zet uit en vult de ruimte waarin het zich bevindt. Gassen zijn wel
samendrukbaar. Dit is veel minder het geval bij vaste stoffen en vloeistoffen. Als de druk op een gas groot
genoeg is, dan zal het condenseren.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
2.2
Sciencefiction en materie: van toestand veranderen
Een stof kan van toestand veranderen. Dit noemen we toestandsverandering of faseovergang (een fase is
hier een synoniem voor toestand).
2.2.1
Smeltpunt
Als je een blokje ijs smelt in een kookpan, dan zal de warmte ervoor zorgen dat de ijsdeeltjes in het
kristalrooster gaan trillen. Als je blijft verwarmen, zullen ze na een tijdje uit het rooster trillen. Het kristalrooster
zal dan uit elkaar vallen en de vaste stof is dan geen vaste stof meer, maar een vloeistof. De temperatuur
waarbij de overgang tussen de vaste en de vloeibare fase optreedt, heet het smeltpunt. Bij ijs is dit 0°C.
Tijdens deze faseovergang blijft de temperatuur constant (0°C dus), totdat alle ijs gesmolten is. Dit is steeds zo
bij faseovergangen.
2.2.2
Kookpunt
Wanneer je de kookpan met water nu verder verwarmt, neemt het
water steeds meer warmte op. De waterdeeltjes gaan steeds sneller
bewegen en de temperatuur blijft stijgen, tot we aan het kookpunt
komen. Als het kookpunt bereikt is, zal de temperatuur ook weer
constant blijven, tot alle deeltjes omgezet zijn in stoom, een gas. De
temperatuur waarbij een vloeistof begint te koken, heet dus kookpunt.
Het kookpunt is afhankelijk van de atmosferische druk: hoe hoger de druk, hoe moeilijker een stof naar de
gasfase kan overgaan. Het kookpunt zal dan ook stijgen, want er is dan meer weerstand tegen deze
overgang. Dit principe vind je terug in een snelkookpan: het voedsel zal op een hogere temperatuur koken,
omdat het hermetisch afsluiten van de pot de druk verhoogt. Omdat het voedsel op een hoger kookpunt
kookt, zal het sneller gaar zijn.
Water kookt op zeeniveau bij 100°C. Op een berg van 3000 meter hoog zal water koken bij een lagere
temperatuur (omdat de druk daar lager is en de waterdeeltjes minder weerstand tegen verdampen
hebben). Bij 100°C heb je zowel water als stoom. Beiden hebben dezelfde temperatuur, maar de
stoomdeeltjes bewegen vrijer en sneller en hebben daardoor meer energie. Omdat stoom meer energie
heeft, veroorzaakt deze veel ergere brandwonden dan bij kokend water het geval is.
 Faseovergangen van water
 Schrijfwijze voor dit proces
H2O(s)  H2O(l)  H2O(g)
(s) staat voor solid (vaste stof)
-
(l) staat voor liquid (vloeistof)
-
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
(g) staat voor gas
Deze notatie wordt vaak gebruikt in de chemie en is beter dan de notatie ijs  water  stoom, omdat vele
stoffen geen verschillende namen hebben voor de drie fases.
2.2.3
Vriespunt
Als een vloeistof afkoelt, heeft die minder energie. Door aantrekkingskrachten tussen de deeltjes komen
deze deeltjes dichter naar elkaar toe en vormen een vloeistof. Dit proces heet condensatie. Als door verdere
afkoeling nog meer energie wordt onttrokken, dan gaan de vloeistofdeeltjes zich nog meer ordenen en
krijgen we een vaste stof. Dit proces noemt men bevriezen. De temperatuur waarbij dit gebeurt, is het
vriespunt van de stof.
Het smeltpunt is gelijk aan het vriespunt. Het is het punt waarbij een vaste
stof verandert in een vloeistof of een vloeistof verandert in een vaste stof.
2.2.4
Goochelen met ijs!
Meestal heb je bij verhitting van een vaste stof eerst de faseovergang naar vloeistof en dan pas naar gas.
Sommige stoffen kunnen echter rechtstreeks van de vaste toestand naar de gasvormige overgaan. Hierbij
wordt de vloeibare fase overgeslagen. Dit heet sublimatie of vervluchtigen. Droogijs of vast koolstofdioxide,
genoteerd als CO2(s), is een gekend voorbeeld van sublimatie. Je hebt vast en zeker al wel eens
laaghangende nevel gezien in het theater, bij goochelvoorstellingen of op een rockfestival… Deze rook
krijg je doordat het droogijs op kamertemperatuur spectaculair vervliegt.
De witte nevel die je ziet, is niet het kooldioxidegas, want dat is kleurloos. Het is de condenstatie van
waterdamp in de lucht dat die witte wolk veroorzaakt, ten gevolge van de lage temperatuur van het
droogijs.
 Schrijfwijze sublimatie hier
CO2(s) CO2(g)
Sublimatie treedt ook op bij sommige vaste luchtverfrissers en wordt toegepast bij vriesdrogen. Vriesdrogen
is een techniek om water te ontrekken aan levensmiddelen, zodat ze langer bewaren. Het volume en
gewicht van de levensmiddelen zal ook sterk verminderen, wat ideaal is voor wegtransport. Voorbeelden
zijn oploskoffie, en soep uit een zakje. Bij vriesdrogen gaat men het product invriezen onder verminderde
druk. Het water in het product zal dan bevriezen en vervolgens sublimeren, waardoor het water uit het
product verdwijnt. Vriesdrogen heeft als voordeel ten opzichte van gewoon drogen dat het product niet
verwarmt dient te worden en de smaak beter behouden blijft.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
Figuur: droogijs dat sublimeert (direct van vaste naar gasvormige toestand)
In omgekeerde richting spreekt men van desublimatie, verrijpen of vervasten. Dit gebeurt bijvoorbeeld op een
koud raam als er ijsbloemen ontstaan. Deze zijn ontstaan uit waterdamp, door rijping.
2.3
Materie: een mengsel van zuivere stoffen
Wetenschappers classificeren materie dus als vast, vloeibaar of vast. Materie kan je ook nog classificeren
als zuivere stoffen of mengsels.
Stoffen komen zelden alleen voor. Ze zijn meestal gemengd met andere stoffen. Men spreekt dan van een
mengsel, dat bestaat uit verschillende componenten. Zelfs water is niet zuiver. Bronwater bevat allerlei
mineralen uit de grond in de omgeving van de bron, bijvoorbeeld ijzer. Ook leidingwater is niet zuiver, want
als je het kookt in een waterkoker en daarna laat afkoelen, krijg je kalkaanslag. Er is dus kalk in opgeloste
vorm aanwezig in het leidingwater. Daarom moet je je waterkoker regelmatig ‘ontkalken’. En als je een
vaatwasmachine hebt, moet je af en toe glansmiddel toevoegen Dit glansmiddel zorgt ervoor dat metalen
die in het water aanwezig zijn, niet neerslaan en je wijnglazen niet dof worden.
2.4
Zuivere stoffen
Een zuivere stof kan uit één chemisch element bestaan, of uit twee of meer elementen.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
2.4.1
Elementaire stoffen
Een zuivere stof uit één chemisch element bestaat uit één bepaalde soort atoom. Een atoom is het kleinste
deeltje van een element dat nog alle eigenschappen van dit element bezit. Zilver is een element. Koper en
ijzer zijn ook elementen. Als je dus een blokje ijzer neemt, en dit steeds kleiner maakt, blijft er op den duur
nog één deeltje ijzer over. Dat is niet meer deelbaar zonder dat het zijn eigenschappen verliest. Dat
allerkleinste deeltje ijzer is een ijzeratoom.
De atomen van één element hebben allemaal hetzelfde aantal protonen. Protonen zijn deeltjes van een
atoom, ook subatomaire deeltjes genoemd. In hoofdstuk 3 gaan we hier dieper op in. Onthoud dat
elementen de bouwstenen zijn van materie. Alle elementen die voorkomen in de natuur zijn ooit door
wetenschappers op een heel slimme manier in een tabel gezet: de tabel van Mendelejev, of het periodiek
systeem. In hoofdstuk 3 vind je er zo één.
2.4.2
Verbondenheid onder de elementen
Een verbinding bestaat uit twee of meer elementen in een bepaalde verhouding. Zout (NaCl) is
bijvoorbeeld een verbinding van 2 elementen, natrium (Na) en chloor (Cl). Water (H20) bestaat ook uit 2
elementen, zuurstof (O) en waterstof (H), in een verhouding van 2 waterstofatomen op één zuurstofatoom
(H2O dus). Alhoewel water uit zuurstof en waterstof bestaat, heeft de verbinding water andere chemische
en fysische eigenschappen dan zuurstof en waterstof. Een verbinding is niet makkelijk te scheiden, tenzij er
een chemische reactie gebruikt wordt (meer uitleg over chemische reacties vind je in hoofdstuk 8).
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
2.5
Mengsels
Mengsels zijn combinaties van zuivere stoffen, zonder een vaste samenstelling. De samenstelling is afhankelijk
van hoe het mengsel wordt gemaakt. Als ik tomatensoep maak, dan is die verschillend van diegene die
mijn partner maakt, tenzij je exact hetzelfde recept gebruikt. Ik gebruik bijvoorbeeld wat meer tomaten of
wat minder zout dan mijn partner,... Elk ingrediënt (in het algemeen dus elke zuivere stof die in het mengsel
voortkomt) behoudt zijn fysische en chemische eigenschappen. De verschillende delen van een mengsel
kunnen vaak met behulp van scheidingstechnieken, bijvoorbeeld ziften, uit elkaar worden gehaald. Deze
techniek gebruikt men onder andere bij het zuiveren van graan (fijnere zanddeeltjes gaan door de zift, het
graan blijft achter).
2.5.1
Soorten mengsels
Mengsels kunnen homogeen of heterogeen zijn. Homogene mengsels noemt men ook oplossingen en zijn
gelijk van samenstelling. Dat wil zeggen elk deel van het mengsel lijkt op het andere deel van het mengsel.
Als je zout in water oplost en heel goed roert, dan is dat mengsel uniform. Eender waar je er een staal van
neemt, is de samenstelling gelijk.
Maar doe je bij dit zout en water ook nog zand en meng je dit geheel, dan heb je geen homogene
samenstelling meer. Er zal wat zand naar de bodem zakken en in het water bovenaan zit er meer zout. Dit is
een mengsel waar de samenstelling verschilt van plaats tot plaats, een heterogeen mengsel dus.
2.6
Meten is weten: het SI-eenhedenstelsel
Tot de 18de eeuw gebruikten wetenschappers verschillende meetsystemen. In het Verenigd Koninkrijk
gebruikt men zelfs nu nog andere meetsystemen dan de rest van Europa, denk maar aan mijl i.p.v. kilometer
en pond i.p.v. kilogram. In de wetenschap is er een wereldwijd meetsysteem bedacht, om chaos te
vermijden. Dit systeem is het SI-systeem (van het Franse Système Internationale). Men spreekt in het SIsysteem van grootheden en eenheden. Een voorbeeld: als we spreken over l (lengte) = 5 m (meter), dan is
lengte de grootheid en meter de eenheid. In het SI-systeem zijn volgende grootheden en eenheden
vastgelegd:
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
Grootheid
Eenheid
Naam
symbool
naam
symbool
Lengte
l
meter
m
Massa
m
kilogram
kg
Tijd
t
seconde
s
elektrische stroomsterkte
I
ampère
A
Temperatuur
T
kelvin
K
hoeveelheid stof
n
mol
mol
Lichtsterkte
I
candela
cd
Alle andere SI-grootheden (druk, volume, energie,…)
kunnen worden uitgedrukt in termen van deze
basisgrootheden.
In het onderwijs gebruikt men de SI-eenheden zoveel mogelijk, maar in de wetenschap en techniek vind je
vaak andere eenheden. Enkele voorbeelden:

Een beeldscherm van 19 inch diagonaal (=48 cm) (1 inch = 2,54 cm)

Een vlieghoogte van 15 000 voet (=4567 m) (1 voet=30,48 cm)

1 pond gehakt bij de beenhouwer (±500 g) (1 pond = 453,59 g)
De eenheden uit deze voorbeelden zijn allen afkomstig van een ander systeem dan het SI-systeem,
namelijk het Brits-Amerikaanse meetsysteem, dat wereldwijd ook zeer veel gebruikt wordt. In bijlage A vind
je nog extra voorbeelden en uitleg over het SI-systeem.
2.7
Eigenschappen van stoffen
Scheikundigen kunnen twee soorten eigenschappen onderzoeken bij stoffen:
Chemische eigenschappen
Dankzij deze eigenschappen kan een stof veranderen in een geheel andere stof. Als je bijvoorbeeld een
stukje natriummetaal in een bekertje met water brengt, ontstaat er natriumhydroxide en waterstofgas. De
chemische eigenschappen geven je ook kennis over hoe een stof met andere stoffen zal reageren.
Fysische eigenschappen
Deze beschrijven de fysische kenmerken van een stof. Voorbeelden zijn de kleur, de kook- en
smelttemperatuur, het volume, de dichtheid, de hardheid, de oplosbaarheid en het geleidingsvermogen
voor warmte en elektrische stroom.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
2.7.1
Dicht, dichter, dichtst
De dichtheid ρ (ook massadichtheid genoemd) is de verhouding tussen de massa en het volume van een
stof bij een welbepaalde temperatuur gemeten. Wiskundig noteren we dit als volgt:
met m = massa en V= volume.
In het SI-systeem wordt massa in kilogram (kg) weergegeven en het volume in kubieke meter (m³), dus dan
wordt de dichtheid in kg/m³ uitgedrukt. Een kubieke meter is een kubus van 1m x 1m x 1m:
Vermits het volume van een vloeistof varieert met de temperatuur en de luchtdruk, geven
dichtheidstabellen steeds de temperatuur en druk weer waarbij de dichtheid is gemeten. Meestal is de
temperatuur 20 °C, omdat dit ongeveer kampertemperatuur is. De plaats waar gemeten wordt dient dan
niet teveel verwarmd of afgekoeld worden (tenzij je in Siberië of in de Sahara gaat meten natuurlijk). Voor
de luchtdruk neemt men meestal de atmosferische druk op gemiddeld zeeniveau (101 325 Pa). De luchtdruk
is de kracht per vierkante meter die het gewicht van de luchtkolom in de atmosfeer boven je uitoefent.
Een andere veelgebruikte term, is soortelijk gewicht. Dit is de verhouding van de dichtheid van een stof tot
de dichtheid van water bij dezelfde temperatuur (en druk). Soortelijk gewicht heeft geen eenheden, omdat
je deze door mekaar wegdeelt in teller en noemer: als je kg/m³ deelt door kg/m³, dan mag je beide
schrappen en heb je geen eenheden meer.
Wetenschappers gebruiken soortelijk gewicht om het probleem te omzeilen dat het volume van een
vloeistof afhangt van de temperatuur. In vele gevallen zijn de dichtheid en het soortelijk gewicht ongeveer
gelijk. Dichtheid wordt in de praktijk dikwijls uitgedrukt in kg/m³ (SI-systeem). Andere mogelijkheden zijn:
g/cm³, dat gelijk is aan g/ml, omdat een kubus van cm³ een volume van bijvoorbeeld 1ml vloeistof kan
bevatten. Een voorbeeld hiervan vind je op de volgende pagina.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
In de geneeskunde gebruikt men vaak cc, dit is hetzelfde als 1 ml of 1cm³; g/cm³ is dus gelijk aan g/cc en
g/ml. Wanneer je een spuit krijgt met 5 cc, gaat het dus om 5 milliliter vloeistof.
Volgende éénheden kan je gebruiken bij het omrekenen van dichtheden:
1 g/cm³ = 1 g/ml = 1 g/cc = 1000 kg/m³
1 g/l = 0,001 g/ml
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
2.8 Vragenreeks
1. Welke zijn de drie belangrijkste toestanden van materie?
……………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………
2. Kan materie in energie omgezet worden? Zoja, geef dan een voorbeeld.
……………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………
3. Bij een toestandsverandering of faseovergang zoals smelten, koken en bevriezen, blijft de temperatuur
constant?
a) Alleen bij het smelten
b) Bij het smelten en koken, niet bij het bevriezen
c) Zowel bij smelten, koken als bevriezen
d) De temperatuur blijft niet constant
4. Een bergbeklimmer beklimt de Mont Blanc. Op 2800m hoogte kookt hij een pan met water. Zal dit water
koken op 100°C? Motiveer je antwoord.
……………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………
5. Wat zijn de faseovergangen van water?
……………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………
6. Leg uit: sublimatie of vervluchtigen.
……………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
7. Wat is het SI-eenhedenstelsel?
……………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………
8. Wat is de eenheid van de grootheid massa? Geef ook het symbool.
……………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………
9. Welke twee soorten eigenschappen onderzoeken scheikundigen bij stoffen? En beschrijf deze.
……………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………
10. Wat is een heterogeen mengsel?
……………………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………………………
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
Afstandsonderwijs = studeren op je eigen tempo
Een thuisstudie volgen aan het Centrum Voor Afstandsonderwijs is de meest flexibele manier om je erkend
diploma te behalen. Met een thuiscursus start je namelijk wanneer het jou het beste uitkomt. Je studeert waar
en wanneer je wil en legt examen af wanneer jij er klaar voor bent. Erg handig als jouw leven meer is dan
studeren alleen!
Tijdens je studie kan je rekenen op de professionele begeleiding van een persoonlijke docent. Met de taken die
je docent aan elk hoofdstuk heeft toegevoegd, oefen je jezelf in de praktijk, en bereid je je optimaal op het
examen voor. Heb je vragen, of wil je je gemaakte oefeningen uit de cursus laten verbeteren? Dan stuur je
je docent een mailtje via het online leerplatform (je krijgt een toegangscode bij inschrijving). In het
inschrijvingsgeld is twaalf maanden begeleiding van je docent inbegrepen.
Klaar met studeren? Dan leg je examen af op één van onze examenlocaties in Antwerpen, Brussel, Gent of
Hasselt. Je hebt vijf jaar de tijd om je examen af te leggen en je beslist zelf wanneer je dit wil doen. Dit kan
bijvoorbeeld al na drie maanden, maar ook na een jaar; de keuze is aan jou!
Geslaagd? Dan krijg je je diploma binnen de 14 dagen. Je kan hiermee meteen solliciteren als werknemer of
als zelfstandige starten (mits je ook een attest bedrijfsbeheer hebt). Al onze diploma’s zijn erkend en zijn een fikse
meerwaarde op de arbeidsmarkt.
Niet van de eerste keer geslaagd? Geen nood. Je kijkt je examen in, en leert van je fouten. Vervolgens
mag je gratis herexamen afleggen. Examen afleggen is trouwens nooit verplicht.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
Zes ijzersterke redenen om te studeren aan het CVA
1. Je behaalt een erkend diploma

Het Centrum Voor Afstandsonderwijs bezit het ISO 9001-2008 certificaat. Dit is een onafhankelijk kwaliteitslabel dat elk
jaar opnieuw, na een grondige audit, moet worden toegekend. Zowel ons cursusmateriaal als de docenten en
de secretariaatswerking kregen en krijgen een positieve beoordeling. Dit is jouw beste garantie voor een
kwaliteitsvolle en degelijke opleiding.

Het Centrum Voor Afstandsonderwijs is door een groot aantal beroepsfederaties erkend. Je kan je met je diploma
bij deze federaties aansluiten en genieten van allerlei voordelen. Bij werkgevers in verschillende sectoren heeft
het diploma een grote troef bij je sollicitatie en biedt het je vaak werkzekerheid.

Bovendien zijn onze diploma’s internationaal erkend door de International Association of Professional Education (IAPE),
die alle beroepsopleidingen wereldwijd registreert en accrediteert. De IAPE controleert en beoordeelt de
kwaliteit van professioneel onderwijs van instellingen zoals universiteiten, hogescholen, publieke en private
opleidingsverstrekkers, docenten en onderwijsinstellingen voor volwassenen.
2. Je kiest voor een praktijk- en jobgerichte opleiding

Al onze opleidingen en cursussen worden ontwikkeld en geschreven door zelfstandige specialisten met jarenlange
beroepservaring. Je gaat er meteen mee aan de slag. Dankzij onze jarenlange ervaring weten we precies welke
onderwerpen, extra uitleg of praktijkvoorbeelden het verschil maken. Hierdoor bereik je snel je doel: je carrière
een boost geven of een nieuwe job vinden.

Het contact tussen jou en je docent is maximaal door gebruik van ons online studentenplatform. Al je vragen zullen
binnen de 48 uren worden beantwoord.

Momenteel is er in het bedrijfsleven veel vraag naar goed opgeleide werknemers. Het diploma dat je behaalt is
een internationaal erkend diploma. Deze cursus biedt daarom zeer goede perspectieven op de arbeidsmarkt
en een groot voordeel tijdens je sollicitatie. Veel afgestudeerde studenten startten reeds hun eigen succesvolle
zaak na het volgen van een opleiding bij het CVA. Wij zijn dan ook een echte ondernemersschool die
startende ondernemers met veel plezier begeleidt in hun eerste stappen naar een carrière als zelfstandig
ondernemer.
3. Je kiest voor maximale flexibiliteit

Thuisstudie is uiterst flexibel. Jij bepaalt zelf wanneer je studeert, hoe lang, en wanneer je examen aflegt. Je hebt
je toekomst dus zélf in de hand! Ideaal als je je studie wil combineren met een job, kinderen of andere
activiteiten.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
4. Je weet zeker dat je de opleiding kiest die bij je past

Nog vragen? Extra informatie nodig? Kom dan gewoon langs op één van onze inkijklocaties (Antwerpen,
Brussel, Gent, Hasselt) voor een adviserend gesprek met één van onze professionele opleidingsconsulenten. Zij helpen
jou met veel plezier bij het ontwikkelen van een studietraject dat volledig aan jouw eisen en wensen voldoet. Je kan
er ook je volledige cursus inkijken!
5. Je kan boeiende stages lopen

Het CVA helpt je carrière op weg! Heel wat studenten kiezen ervoor om tijdens hun opleiding stage te lopen,
ook al is dat in de meeste gevallen geen verplichting. Je docent begeleidt je in jouw keuze van een stageplaats en
jouw opleidingsconsulenten brengen de nodige papieren in orde. Een handige manier om praktijkervaring op te
doen, waardevolle referenties te krijgen en connecties te leggen!
6. … Dit aan een uiterst scherpe prijs!

Wist je dat het CVA elk jaar meer dan 12.000 studenten telt? Door die schaalgrootte kunnen we jouw cursus tegen
een bijzonder scherpe prijs laten drukken en verzenden. Zonder in te boeten op de kwaliteit van het lesmateriaal.

Het examen dat je aflegt op onze school is in je inschrijvingsgeld inbegrepen (inclusief herkansingen!). Geen
verborgen kosten bij het CVA!

Je kan mogelijk genieten van extra financiële voordelen bij je inschrijving, zoals de Ondernemerskorting voor
startende ondernemers, korting indien meerdere familieleden dezelfde opleiding volgen, korting bij het volgen
van een studietraject dat bestaat uit meerdere cursussen enz. Bel onze opleidingsconsulenten (03 292 33 30)
tijdens je inschrijving om te weten voor welke korting jij in aanmerking komt.
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
Overtuigd? Start vandaag nog! Schrijf je snel en eenvoudig in
Wie studeert aan het Centrum Voor Afstandsonderwijs heeft een streepje voor. Moderne werkgevers
hechten veel belang aan permanente bijscholing en een praktijkgerichte kennis. Onze school bouwde in de
loop der jaren op dit vlak een ijzersterke reputatie op.
Alle diploma’s die je behaalt via het Centrum Voor Afstandsonderwijs zijn erkend en verhogen je kansen op de
arbeidsmarkt.
Jouw keuze gemaakt? Dan hoef je je alleen nog in te schrijven. Je hebt hiervoor 3 opties:
1. Je vult het inschrijvingsformulier in op www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
2. OF je mailt naar [email protected]
3. OF je maakt gebruik van het inschrijvingsformulier op de volgende pagina (als je je
rechtstreeks op één van onze locaties komt inschrijven).
Je inschrijving is pas definitief nadat we ook je cursusgeld ontvangen. Het inschrijvingsgeld voor de cursus
Chemie TSO bedraagt €220 en bevat de kostprijs van het cursusboek, de begeleiding van jouw docent en het
(her)examen bij ons op school.
Na ontvangst van je inschrijvingsgeld krijg je van ons een bevestigingsmail. Je krijgt je cursus dan binnen de
week toegestuurd, zodat je meteen aan de slag kan!
Veel succes!
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
INSCHRIJVINGSFORMULIER THUISSTUDIE CHEMIE TSO
Naam:
Voornaam:
Straat + Huisnummer:
Postcode + Gemeente:
Telefoon:
GSM:
E-mailadres:
Geboortedatum:
Heb je bij ons al een cursus gevolgd?
JA - NEE
Wens je een factuur na je betaling?
JA - NEE
Bij ja, vul hier je bedrijfsnaam en BTWnummer in:
O Ik ga akkoord met de algemene voorwaarden zoals
ze vermeld staan op onze website.
(handtekening)
Je inschrijving is pas definitief nadat we ook je inschrijfgeld ontvangen. Het inschrijvingsgeld voor de cursus
Chemie TSO bedraagt €220 en bevat de kostprijs van de cursus, de begeleiding van je docent en je
examen bij ons op school (en eventuele herexamens).
Veel succes met je opleiding en je verdere carrière!
www.centrumvoorafstandsonderwijs.be
[email protected]
03 292 33 30
Download