Adresafbeelding en routering ARP, RIP, OSPF en BGP 20 november 2001 1 Mededeling over Tentamen Tentamen: 30 multiple-choice vragen met 4 antwoordalternatieven. De vragen gaan uitsluitend over de inhoud van de hoorcollege-presentaties! Ondersteunende literatuur: Computernetwerken van A. Tanenbaum, tweede herziene uitgave. 20 november 2001 2 IP- en Datalink laag adressen. Iedere host en router in een subnet hebben een datalink-laag adres. Dit adres staat in het frame wat op de datalink-laag actief is (bijv. HDLC) Bijv. 48-bit 802.3 MAC-adres voor LANs of HDLC-adres in point-point verbindingen. 20 november 2001 Subnet DA DL Frame voor Subnet 3 Adressen Elke host en router hebben ook een IPadres. Specificeert lokatie in het wereldwijde internet. Subnet 128.171.17.13 Subnet Subnet 20 november 2001 4 Adress Resolutie Probleem Router herkent aan IP-adres van pakket dat pakket op eigen subnet afgeleverd moet worden. Router kent subnetadres echter niet Bestemming Host 128.171.17.13 Subnet 20 november 2001 subnet adres? 5 Address Resolution Protocol (ARP) RFC 826 Router maakt een ARP-request bericht en stuurt dit naar alle hosts op subnet ARP-bericht: “Wie heeft IP-adres 128.171.17.13?” ARP-request wordt afgeleverd op datalinklaag en verstuurd. Subnet ARP Request 20 november 2001 6 Address Resolution Protocol (ARP) Op een LAN wordt eerst een MAC-adres bestaande uit 48 keer een 1 verzonden. Dit is een attentiesignaal voor alle hosts. Subnet ARP Request 20 november 2001 7 Address Resolution Protocol (ARP) Host met het opgegeven IP-adres antwoordt: Het IP-proces op de host maakt een ARP-response bericht. Hierin staat het 48-bits MAC-adres van de host. ARP Response Subnet 20 november 2001 8 Address Resolution Protocol (ARP) Router kan het IP-pakket nu goed afleveren. Plaatst het IP-pakket in het dataveld van het frame (laag2) MAC-adres wordt in het adresveld van het frame geplaatst. Subnet 20 november 2001 9 Address Resolution Protocol ARP-requests en responses vinden plaats op de internetlaag; tussen router en host. Router Internet Proces 20 november 2001 ARP Request ARP Response Bestemming Host Internet Proces 10 Dynamische Routerings Protocollen Wat is dynamische routering? Iedere router werkt volledig onafhankelijk; op basis van zijn routeringstabellen. Routeringsinformatie wordt wel gedeeld tussen routers. 20 november 2001 Routering Tabel 11 Dynamische routering Dynamische routering wordt ook wel adaptieve routering genoemd. Routeringsbeslissingen worden genomen op basis van de actuele situatie (verkeer en topologie) Dan dus ook statische routering ofwel niet-adaptief. Routering ligt vast. 20 november 2001 12 Routing Information Protocol (RIP) Routing Information protocol (RIP) is het eenvoudigste dynamische protocol. Iedere router zendt om de zoveel tijd zijn complete routeringstabel (broadcast) Niet geschikt voor grote netwerken door broadcasting Routering Tabel 20 november 2001 13 Routing Information Protocol (RIP) Broadcasts komen terecht bij routers en hosts. RIP resulteert in veel interrupts, maakt de hosts langzamer. Routering Tabel 20 november 2001 14 Routing Information Protocol (RIP) RIP is beperkt De routering tabel heeft een veld voor indicatie van het aantal router hops naar een andere router Bij RIP geldt een maximum van 15 hops Niet geschikt voor grote netwerken Hop 20 november 2001 Hop 15 Routing Information Protocol Is een Afstandsvector Protocol “Amsterdam” begint, maakt zich bekend met een RIP broadcast. Door dit bericht weet “Rotterdam” dat Amsterdam 1 hop verwijderd is. Dit wordt weer doorgegeven naar de volgende router. Amsterdam Rotterdam Asd is 1 Breda 1 hop 20 november 2001 16 Routing Information Protocol Routers leren het netwerk (adaptief) “Breda” ontvangt broadcast van “Rotterdam” Breda weet al dat Rotterdam 1 hop verwijderd is. Dus Amsterdam moet 2 hops van Breda verwijderd zijn. Breda zet dit weer in zijn routeringstabel. Amsterdam Rotterdam 1 hop 20 november 2001 Asd is 1 1 hop Breda Asd is 2 17 Routing Information Protocol Convergeert langzaam Convergentie is het verkrijgen van de juiste routeringstabellen na een fout in het netwerk. Bij RIP kan dit minutenlang duren Veel pakketten kunnen dan verloren gaan. Vanwege alle nadelen is er sinds 1990 een opvolger: OSPF. 20 november 2001 18 OSPF Open Shortest Path First Het Open slaat op het feit dat het een openbaar protocol is. Iedere leverancier kan het implementeren. Shortest Path First slaat op het routeringsalgoritme. De korste paden in het netwerk worden eerst geprobeerd (netwerk als graaf). 20 november 2001 19 OSPF Protocol (RFC 1247) Link State Protocol Link is verbinding tussen twee routers OSPF routeringstabellen bevatten meer dan alleen het aantal hops: bijv. ook betrouwbaarheid van links (state) enz. Optimalisatie van de routering. 20 november 2001 Link 20 OSPF Routers Netwerk is verdeeld in gebieden Elk gebied heeft een aangewezen router Gebied 20 november 2001 Aangewezen Router 21 OSPF Routers Als een router een wijziging in de linkstatus constateert dan: Gebied Wordt deze info naar de aangewezen router gestuurd. Aangewezen Router Wijziging in status 20 november 2001 22 OSPF Routers De aangewezen router brengt alle andere routers binnen het gebied op de hoogte. Gebied Aangewezen Router Wijzigingsbericht Van linkstatus 20 november 2001 23 OSPF Routers Efficient Hosts blijven buiten beeld. Normaal gesproken alleen updates verstuurd; geen hele tabellen. Gebied Aangewezen Router Wijzigingsbericht Van linkstatus 20 november 2001 24 OSPF Snelle convergentie Als een fout optreedt wordt de aangewezen router direct geinformeerd. De aangewezen router informeert direct alle andere routers in het gebied. 20 november 2001 25 OSPF Wordt verstuurd in het dataveld van een IP-pakket Waarde in protocol-veld IP-header is 89 IP is onbetrouwbaar, dus OSPF berichten komen niet altijd aan. Als dit heel enkel is, geeft dat geen problemen IP Dataveld OSPF bericht 20 november 2001 IP Header 26 Autonome systemen RIP en OSPF zijn voor autonome systemen bedoeld. Elk autonoom systeem wordt geexploiteerd door een andere organisatie en kan intern zijn eigen routeringsalgoritme gebruiken. Een routeringsalgoritme binnen een autonoom systeem wordt een Intern Gateway Protocol (IGP) genoemd. 20 november 2001 27 Border Gateway Protocol (BGP) RFC 1654 Bedoeld om autonome systemen onderling te koppelen. BGP is zeer populair Gateway is oude benaming voor router Externe gateway protocol (EGP) Autonoom Systeem 20 november 2001 BGP Autonoom Systeem 28 Border Gateway Protocol (BGP) Afstandsvectoren Aantal hops wordt opgeslagen in de routeringstabel Alleen updates worden verstuurd Autonoom Systeem 20 november 2001 BGP Autonoom Systeem 29 Border Gateway Protocol (BGP) Twee BGP-routers communiceren door een TCP-verbinding tot stand te brengen. Betrouwbaar Autonoom Systeem 20 november 2001 BGP Autonoom Systeem 30