Polsslag , 12 oktober 2006 Vrouwen horen anders Vrouwen blijken op een andere manier te horen dan mannen. Terwijl mannen betekenisloze geluiden zoals ruis wegfilteren, blijven vrouwen er actief naar luisteren. Dat blijkt uit het onderzoek van promovenda Liesbet Ruytjens die op 4 oktober promoveert aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zij ontdekte verder dat seksuele geaardheid ook van invloed is bij het verwerken van geluid. Vrouwen blijken op een andere manier te horen dan mannen. Terwijl mannen betekenisloze geluiden zoals ruis wegfilteren, blijven vrouwen er actief naar luisteren. Dat blijkt uit het onderzoek van promovenda Liesbet Ruytjens die op 4 oktober promoveert aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zij ontdekte verder dat seksuele geaardheid ook van invloed is bij het verwerken van geluid. Dat vrouwen vaak meer dingen tegelijk kunnen doen, is algemeen bekend. Dat ze ook anders horen dan mannen, is nieuw. Voor haar onderzoek liet Liesbet Ruytjens heteroseksuele mannen en vrouwen en homoseksuele mannen en vrouwen luisteren naar ruis, muziek en stilte. Met behulp van PET-scans registreerde ze welke gebieden in de hersenen door deze geluidssignalen worden geactiveerd. PET staat voor Positron Emissie Tomografie en vereist het toedienen van een geringe hoeveelheid radioactieve stof. Opvallend is dat vrouwen anders reageren op ruis dan mannen. Ruytjens: “Bij vrouwen zie je de primaire auditieve cortex mooi oplichten. Dat is het gebied in de hersenen waar de basiskenmerken van geluid worden verwerkt. Bij mannen zie je dat niet. Bij het luisteren naar muziek treedt dit verschil niet op.” Luisteren naar liplezen Ook bij het onderzoek naar liplezen blijkt dat vrouwen anders reageren dan mannen. Dit deel van het onderzoek bestond uit het kijken naar mensen die getallen opnoemden. Uiteraard zonder geluid. De PET-scans laten dan zien dat bij vrouwen een groot aantal hersengebieden wordt geactiveerd. Niet alleen de visuele hersengebieden, maar ook de primaire auditieve cortex en bijvoorbeeld het hersengebied waar de motoriek van het gezicht wordt aangestuurd. “Alsof vrouwen de getallen fysiek willen horen en na willen zeggen”, merkt Ruytjens op. “Mannen maken vooral gebruik van de visuele informatie die ze krijgen. Er zijn minder hersengebieden actief en de primaire auditieve cortex wordt al helemaal niet gebruikt. Vrouwen gebruiken blijkbaar meer verbindingen in de hersenen om tot dezelfde waarneming te komen als mannen.” Onnodige informatie wegfilteren Dat vrouwen anders horen dan mannen heeft Ruytjens meer dan aangetoond. Waarom dit zo is, kan ze niet verklaren op basis van haar data. Zo geven mannen na afloop van de scans uit het eerste onderzoek aan dat ze wel degelijk bewust ruis hebben gehoord. Waarom vrouwen wel naar ruis luisteren en mannen niet, kan ze niet zeggen. “Vanuit de evolutietheorie zou je kunnen bedenken dat dit wellicht te maken heeft met het feit dat vrouwen in de oudheid meerdere taken tegelijk hadden en alle aanwezige informatie in de omgeving opnamen terwijl mannen zich konden richten op één activiteit en onnodige informatie wegfilterden.” Geslacht en seksuele geaardheid vermelden Een andere opvallende uitkomst van haar onderzoek is dat de verschillen in het horen tussen homoseksuele mannen en vrouwen minder groot zijn dan tussen heteroseksuele groepen. Ook daar is geen goede verklaring voor. Toch vindt Ruytjens het van belang om bij patiëntenonderzoek voortaan mee te nemen wat het geslacht en de seksuele geaardheid van een patiënt zijn. “Als de verschillen bij gezonde vrijwilligers al zo duidelijk aantoonbaar zijn, zal dat bij mensen met gehoorproblemen niet anders zijn. Het is dus van belang om de verschillen als gevolg van geslacht en seksuele geaardheid uit te sluiten als je patiënten onderzoekt.” Marjan Brouwers