Rubriek Oogaandoeningen uit De Stem van Grave september 2011 Nederlandse oogartsen in Indonesië Deze keer gaat de rubriek Oogaandoeningen niet over één specifiek probleem en ook niet, zoals gebruikelijk, over een oogaandoening waarover we nog niet eerder schreven. De reden waarom we afwijken van de normale gang van zaken heeft te maken met een toevallige ontmoeting met oogarts Wilda Batubara die werkzaam is in het Phacocentrum in Den Bosch. Toen we daar verleden jaar waren om te schrijven over ooglaseren stond zij op het punt om enkele weken in Indonesië te gaan opereren. We waren benieuwd naar haar ervaringen en ontdekten dat het in Indonesië veelal over dezelfde oogaandoeningen gaat als hier, maar toch is het een heel ander verhaal... Wordt u door een organisatie uitgezonden? Ja, en wel door de Stichting LAH ofwel Leer Anderen Helpen die in 1989 is opgericht door twee Nederlanders waaronder een oogarts. Doel is: blindheid in Indonesië bestrijden. Er is een pool van 22 oogartsen waarvan er viermaal per jaar twee of drie voor enkele weken naar Indonesië gaan. De stichting ontvangt geen subsidie maar donaties. We gaan in onze eigen tijd en krijgen hiervoor geen vergoeding. Welke oogproblemen komt u zoal tegen? Heel veel staar en, heel opmerkelijk, we zien het ook op heel jonge leeftijd. De laatste keer dat ik er was had ik vijf jongeren onder de twintig. Zelfs een paar kinderen van 11 jaar! Tja hoe komt dat? Misschien heeft het te maken met de voeding in combinatie met het klimaat. We zien ook veel infectieziekten, netvliesloslatingen, glaucoom, tumoren en een heel vreselijke aandoening die ontstaat bij een tekort aan vitamine A. Wanneer kinderen bijvoorbeeld niet goed eten en dan ook nog mazelen krijgen, kan dat tekort zodanig oplopen dat het hoornvlies kan smelten. We proberen ouders goed voor te lichten. Kijk, in Indonesië is geen tekort aan voedsel. Alles groeit er, maar wanneer je je niet realiseert hoe belangrijk het is om een ziek kind goed te laten eten, is het vechten tegen de bierkaai. Er ontstaan ook problemen door ongelukken: spijkers, glas of andere vreselijke dingen die in ogen terechtkomen. In Indonesië is geen Arbo-wetgeving en dat is vaak op een vreselijke manier merkbaar. Kunnen jullie de meeste problemen verhelpen? Was het maar waar! We kunnen bijvoorbeeld geen medicijnen verstrekken tegen glaucoom, daar hebben we geen geld voor. We kunnen er ook geen netvliesloslating repareren. Maar wat we goed kunnen - en waar we heel veel mensen mee helpen- zijn staaroperaties. Zo'n operatie is in Nederland in de laatste jaren heel eenvoudig geworden. De lenzen zijn perfect en de operatie zelf is bijna 'een fluitje van een cent'. Tegenwoordig hebben we hier namelijk instrumentarium waarmee we de hard geworden lens in het oog verpulveren. Die apparatuur kunnen we in Indonesië niet gebruiken. Als de stroom gemiddeld drie keer per dag uitvalt en ook de generatoren niet betrouwbaar zijn, moet je terugvallen op de oude methode: dus moet het oog helemaal opengesneden worden, wat ook de kans op complicaties vergroot. Een vervelende factor is dat jonge, Westerse oogartsen geen ervaring hebben met de laatste methode, laat staan routine daarin. Daarom nemen we, zo mogelijk, op elke reis een junior mee zodat hij of zij ook de techniek nog leert om staar op 'de oude manier' te verhelpen. Staaroperaties geven je echt een kick. Stel je voor: je helpt iemand die al heel lang vrijwel niets meer kan zien. Daarna zijn het licht en het zicht helemaal terug! Je kunt weer om je heen kijken, je eigen familie herkennen, weer naar school of weer werken! In 2009 opereerde ik een jongen van 11 jaar met staar die al vanaf zijn negende niets meer kon zien. Verleden jaar kwam hij met een jonger broertje. Ook dit kind hebben we geholpen. Daarna keek de grote broer me aan op een manier die ik nooit zaI vergeten. Zó intens dankbaar! Waar komt de apparatuur en bijvoorbeeld de nieuwe lenzen vandaan? De stichting ontvangt geld van gulle gevers. Daar waar het mogelijk is hergebruiken we apparatuur en instrumenten die hier in Nederland afgeschreven zijn of niet meer worden gebruikt. Daarnaast is met onze steun in Indonesië een fabriekje opgezet waar ook eenvoudige instrumenten worden gemaakt. Hoeveel patiënten worden er per reis behandeld? De laatste keer hebben we, naast alle consulten, 160 staaroperaties gedaan. Hoe traceren jullie de patiënten? We werken in een vrij grote en uitgestrekte gebieden. Daar hebben we contacten met paters en nonnen die een voorselectie doen. De behandelingen zijn niet gratis. We vragen een symbolisch bedrag van één of twee euro. We zien bijvoorbeeld dat veel mensen roken, ze hebben dus wat geld en wij vinden het belangrijk dat ze voor onze hulp ook zelf iets overhebben. Wat drijft u elke keer weer naar Indonesië? Het is mijn geboorteland! Maar er is meer. Het is zo ongelooflijk bevredigend en zinvol om mensen die praktisch blind zijn weer te kunnen laten zien. En ik krijg er levenslessen. Voor ons, hier in het Westen, is het bijna niet te bevatten hoe de mensen zich ginds met het leven weten te verzoenen. Hier zie je soms patiënten die heel moeilijk met een oogaandoening kunnen leven. Neem bijvoorbeeld 'droge ogen'. Dat is lastig, maar er zijn mensen die het als onoverkomelijk ervaren. Die nergens plezier meer aan beleven en gedeprimeerd zijn omdat die 'droge ogen' hen constant in de weg zitten. Of patiënten die nog maar met één oog kunnen zien en dat ervaren als een gigantisch obstakel waartegen ze zich blijven verzetten en waar ze intens verdrietig om zijn. In Indonesië zie ik meer berusting en een positieve benadering. ‘God heeft mij gelukkig nóg een oog gegeven’, hoor je dan. Dat is een manier van in het leven staan waarvoor ik diepe bewondering heb. In meerdere ontwikkelingslanden worden staaroperaties verricht door westerse artsen of met behulp van westerse fondsen. Zo ondersteunt de KSBS al jaren zogenaamde oogkampen in India: kijk voor meer informatie op www.ksbs.nl.