Implementatietraject ketenzorg beweegprogramma’s voor patiënten met licht tot matig COPD in de eerste lijn DBC, wat moet ik ermee? Samenwerking, is dat versterking? Ontwikkelingen op het gebied van COPD in de eerste lijn Er bereiken ons geluiden dat er misverstanden ontstaan over de verschillende ontwikkelingen die op dit ogenblik spelen in de eerste lijn op het gebied van COPD. We merken onder andere dat er bij ons implementatietraject voor ketenzorg beweegprogramma’s een neiging tot achteroverleunen ontstaat, omdat men hoort dat er centraal/regionaal toch al van alles geregeld gaat worden via een DBC. Verder merken we een gevoel van onzekerheid bij bijvoorbeeld de fysiotherapeuten over het beheer van het financiële gedeelte binnen een DBC: beheren straks de huisartsen het geld? En dat er van allerlei kanten concurrentie ontstaat, o.a. van fitnesscentra. Via deze voorlichtingsbrief willen we u duidelijk maken dat het niet echt verstandig is om achterover te gaan leunen, en dat het noodzakelijk is om bezig te zijn met het opstarten/door te gaan met initiatieven op het gebied van samenwerking COPD. Voor de uitleg over de diverse ontwikkelingen willen we ons vooral focussen op twee situaties, namelijk de ontwikkeling van een regionale keten DBC COPD en het opstarten van een lokaal samenwerkingsverband COPD. Deze twee ontwikkelingen zijn verschillend, maar vullen elkaar wel aan voor wat betreft doelstelling en uitwerking. Overeenkomst Zowel de ontwikkeling van een keten DBC COPD als het opstarten van een samenwerkingsverband COPD in de eerste lijn hebben als doel om ketenzorg op het gebied van COPD te initiëren en te faciliteren. Beide ontwikkelingen maken gebruik van een zorgstandaard, waarin wordt beschreven uit welke onderdelen goede COPD-zorg bestaat en die is opgesteld op basis van bestaande nationale en internationale richtlijnen. Voor de uitvoering van beide ontwikkelingen wordt het belang benadrukt van basisvoorwaarden voor goede ketenzorg, zoals scholing, communicatie, ruimte en middelen, coördinatie, organisatie en evaluatie. Verschil Een keten DBC COPD handelt vooral over financiering van de zorg voor mensen met COPD en het behandelt de COPD-zorg in de eerste lijn in zijn totaliteit. Landelijk is hiervoor een voorzet gemaakt die regionaal moet worden ingevuld. Een samenwerkingsverband COPD is lokaal gericht en handelt vooral over inhoudelijke aspecten van de zorg voor mensen met COPD. Het behandelt meestal een specifiek onderwerp, in dit geval bewegen. Het opstarten van een lokaal samenwerkingsverband COPD, naast het aanwezig zijn van een keten DBC COPD, is noodzakelijk om “maatwerk” te kunnen leveren aan de COPD-patiënt in zijn eigen omgeving. In de verschillende gebieden binnen een regio kunnen de omstandigheden namelijk zo specifiek zijn dat er afzonderlijke werkafspraken gemaakt moeten worden. Bovendien is het voor een verwijzer (huisarts en/of praktijkondersteuner) nuttig om te weten welke fysiotherapeuten in zijn directe omgeving de expertise hebben op het gebied van onderzoek en training bij COPD-patiënten en of ze over de vereiste ruimte en mogelijkheden beschikken, zodat hij dus weet naar welke fysiotherapeuten hij de patiënten kan doorsturen. Het opstarten van een lokaal samenwerkingsverband COPD kan vrij vlot gebeuren vanwege de korte lijnen en de directe communicatie tussen de (kleine groep) hulpverleners. De ontwikkeling van een keten DBC COPD verloopt over het algemeen een stuk trager, omdat veel zorgdetails moeten worden ingevuld door ze vooraf te bedenken en dus niet de flexibele dagelijkse praktijk volgen, waarin de zorg per patiënt op maat wordt aangepast. Het is van belang de ontwikkeling te toetsen en draagvlak te creëren onder een (grote groep) hulpverleners, wat tijdrovend is maar absoluut noodzakelijk. De verwachting is dat er gestart gaat worden met pilots voor een keten DBC COPD in 2008 en dat brede uitrol daarvan pas in de jaren erna zal gebeuren afhankelijk van de evaluatie van de eerste ervaringen. Mei 2007, Universiteit Maastricht, vakgroep Huisartsgeneeskunde Implementatietraject ketenzorg beweegprogramma’s voor patiënten met licht tot matig COPD in de eerste lijn Een laatste, maar misschien wel allerbelangrijkst punt om een lokaal samenwerkingsverband COPD op te starten, is het belang van de persoonlijke en informele contacten tussen de hulpverleners. Men leert elkaar kennen, weet van elkaar wat men doet en men leert elkaars sterke en zwakke punten in de behandeling van een COPD-patiënt kennen. Doordat er in elkaars keuken gekeken wordt en er stappen worden gezet in de fysieke werksetting van een ander wordt ook duidelijker hoe de behandeling van een COPD-patiënt in elkaar steekt. Hierbij kan als voorbeeld aangehaald worden een situatie waarin een huisarts ziet hoe de oefenruimte en oefenmogelijkheden eruit zien bij de fysiotherapeut. Kortom, het is noodzakelijk dat er concreet inhoudelijke afspraken worden gemaakt over de behandeling van een COPD-patiënt op basis waarvan vervolgens een financiering ketenzorg kan worden ingevuld. U bent beter voorbereid op een keten DBC COPD straks als u nu reeds ervaring opdoet met COPD en beweegprogramma’s in een samenwerkingsverband in de eerste lijn! Samenvatting kernpunten: keten DBC COPD gericht op financieringsstructuur beschrijft allesomvattende COPD-zorg regionaal/landelijk algemeen format (kapstok) inspraak en draagvlak grote groep hulpverleners samenwerkingsverband COPD gericht op inhoud gericht op specifiek onderdeel (bewegen) lokaal; dicht bij de hulpverlener én patiënt werkafspraak voor levering van maatwerk aan patiënt (kapstok met aankleding) relatief kleine betrokken groep, daardoor korte lijnen en directe communicatie Mei 2007, Universiteit Maastricht, vakgroep Huisartsgeneeskunde