Voorlichting over amyloïdose

advertisement
Voor patiënten en hun zorgnetwerk, zoals artsen,
verpleegkundigen en paramedici
Nederlandse uitgave juli 2015 / tweede druk april 2016.
Voor meer informatie over Stichting Amyloidose Nederland ga naar
www.amyloidose.nl.
Met dank aan de medische adviesraad van de Stichting Amyloidose
Nederland en de artsen die hebben meegewerkt aan de oorspronkelijke
Amerikaanse uitgave.
Dit boekje is, op verzoek van de Stichting Amyloidose Nederland, v­ ertaald uit
het Engels door Paula Waddell en Marianne Nijnuis van de VSOP. Er is zo veel
mogelijk getracht aan te sluiten bij de Nederlandse situatie.
Hoewel de informatie in dit boekje zo nauwkeurig mogelijk is, blijft de
­medische wetenschap zich steeds ontwikkelen. Derhalve is de inhoud van
deze publicatie alleen voor informatieve doeleinden bedoeld en niet als
medisch advies. Alle beslissingen met betrekking tot medische zorg dienen
met een arts besproken te worden.
Illustraties © Fairman Studios, LLC.
Omslagafbeelding: Amyloïdose komt vaak voor op middelbare leeftijd en
bij oudere mensen, maar ook bij patiënten van 30+ of 40+ en soms zelfs
jonger.
Deze uitgave is mede tot stand gekomen door bijdragen van diverse
sponsors.
INHOUDSOPGAVE
1 Overzicht in het kort
2 Wat is amyloïdose?
3 Typen amyloïdose
4
5
10
4
Diagnose
5
Behandelingen
19
6 Expertisecentra voor amyloïdose in Nederland
7 Online informatiebronnen
37
27
38
1. OVERZICHT IN HET KORT
Alle eiwitten in ons lichaam zijn normaal gesproken afbreekbaar
en herbruikbaar. Amyloïdose is een ziekte waarbij verkeerd
­gevouwen eiwitten (amyloïd) neerslaan in weefsels en organen.
Door hun veranderde vorm kunnen deze eiwitten moeilijk worden
afgebroken. Als amyloïd zich opstapelt in nieren, hart, lever,
maag-darmkanaal of zenuwen, dan heeft dit tot gevolg dat die
organen slecht zullen functioneren. De symptomen van amyloïdose
worden daarom veroorzaakt door een abnormale werking van de
betrokken organen.
Doorgaans zullen patiënten een aantal van de volgende ­symptomen
hebben: onverklaarbaar gewichtsverlies, vermoeidheid, kort­
ademigheid, schuimende urine, opgezwollen enkels en benen,
gevoelloosheid en tintelen van handen en voeten. Dit zijn klinische
uitingen van schade aan de organen door het onoplos­bare
­amyloïd-eiwit. Behandelingen zijn gericht op symptoom­bestrijding
om de kwaliteit van leven te verhogen en op het zo veel mogelijk
verminderen van verdere afzetting van amyloïd in de organen.
Het doel van de behandeling is om de functie van de organen
te verbeteren en daarmee de kans op overleving te vergroten.
Onbehandeld kan de ziekte levensbedreigend zijn, daarom is
vroege en nauwkeurige diagnose noodzakelijk.
4
2. WAT
HOOFDSTUKKOP
IS AMYLOÏDOSE?
Tijdens ons leven codeert ons DNA de aanmaak van aminozuren
die de bouwstenen zijn van eiwitten. Deze eiwitten geven structuur
en werking aan bijna alle biologische processen van het leven.
Voorbeelden van werkende eiwitten zijn enzymen die eten helpen
verteren, hormonen die de groei en stofwisseling van ons lichaam
beïnvloeden en antilichamen die onze afweer tegen infecties
­verzorgen. Bijna alles in ons lichaam, van de kleur van onze ogen,
tot het transport van zuurstof in ons bloed of het verteren van
voedsel, wordt geregeld door de eiwitten die we aanmaken.
Eenmaal in het lichaam geproduceerd zullen eiwitten zich op
natuurlijke wijze in een bepaalde vorm vouwen. Deze natuurlijke
vorm van een eiwitmolecuul is wat de specifieke functie mogelijk
maakt. Simpel gezegd, wanneer eiwitten goed zijn gevouwen,
werken ze zoals het hoort. Wanneer eiwitten verkeerd zijn gevouwen
beïnvloedt dit het vermogen van ons lichaam om te functioneren
en kunnen in de loop van de tijd problemen ontstaan.
Verkeerd gevouwen eiwitten kunnen ontstaan door erfelijke
­oorzaken of door andere factoren zoals chronische ontsteking,
of hoge leeftijd. Wat de oorzaak ook moge zijn, ons lichaam is
meestal in staat deze abnormale eiwitten te herkennen en te
­verwijderen. Echter, in sommige gevallen produceren we ofwel
te veel van de abnormale eiwitten voor het lichaam om die te
kunnen verwerken, of we zijn helemaal niet in staat de eiwitten af
te breken en op te ruimen. Dergelijke defecten in eiwitproductie
en verwerking worden geassocieerd met vele ziekten.
Wat is amyloïdose?
5
Amyloïd is een vormeloze substantie veroorzaakt door afzetting van verkeerd
gevouwen eiwitten. Amyloïd blijkt op elektronenmicroscopisch niveau
­opgebouwd te zijn uit stijve, kaarsrechte vezeltjes (fibrillen) die zich afzetten
in de weefsels en organen.
6
Amyloïdose (uitgesproken als ‘aa-mie-lo-ie-do-ze’) is één klasse
in een groeiende lijst van ‘eiwitvouwingsaandoeningen’. Er zijn
veel verschillende typen amyloïdose, maar deze worden in alle
gevallen veroorzaakt door verkeerd gevouwen eiwitten die door
hun vorm moeilijk af te breken zijn door het lichaam.
De verkeerd gevouwen vorm zorgt ervoor dat deze eiwitten
­makkelijk aan elkaar vast kunnen klitten, zo worden stijve, kaarsrechte vezels (of fibrillen) gevormd die zich massaal ophopen in
organen en weefsels van ons lichaam. Wanneer deze ophopingen
tot ziekteverschijnselen leiden, noemen we het amyloïdose.
Afhankelijk van waar de amyloïd eiwitten neerslaan, zoals in de
nieren, hart en zenuwen, zullen zich verschillende symptomen
en mogelijk levensbedreigende aandoeningen manifesteren.
Alhoewel amyloïdose al sinds de 19e eeuw bekend is, is onze
kennis pas in de laatste decennia gegroeid. Momenteel zijn er meer
dan 30 verschillende eiwitten bekend, waarvan is vastgesteld dat
ze kunnen leiden tot amyloïdose (de belangrijkste typen worden
beschreven in het volgende hoofdstuk). Deze eiwitten worden
precursor- of voorlopereiwitten genoemd. Het is erg belangrijk
om bij amyloïdose dit precursoreiwit te kennen omdat dit de
­uiteindelijke behandeling bepaalt. Dit wordt verderop uit­gelegd.
Uit lopend onderzoek ­worden nog steeds nieuwe typen ontdekt
die kunnen leiden tot het ontstaan van amyloïdose.
Amyloïdose is een zeldzame aandoening en wordt vaak over
het hoofd gezien of verward met veel voorkomende andere aandoeningen, zoals hart- en vaatziekten. Elk jaar zullen naar schatting
50.000 mensen wereldwijd getroffen worden door deze ziekte.
Dit is ongeveer 20% van het voorkomen van multipel myeloom
en komt even vaak voor als de ziekte van Hodgkin of chronische
myeloïde leukemie. Omdat het zo zeldzaam is z­ ullen artsen
­amyloïdose niet vaak zien in hun praktijk en mede daardoor ook
Wat is amyloïdose?
7
Verkeerd gevouwen eiwitten kunnen ontstaan door erfelijke oorzaken
of door andere factoren gerelateerd aan een chronische ontsteking of
hogere leeftijd.
8
minder ­makkelijk herkennen. Bovendien, omdat de niet-specifieke,
steeds ­verergerende symptomen van deze ziekte (bijv. moe of
buiten adem) verward kunnen worden met vaker voorkomende
aandoeningen als een longziekte of hart- en vaataandoeningen,
is het zeer waarschijnlijk dat er geen verder onderzoek verricht wordt
en de onderliggende oorzaak amyloïdose niet gevonden wordt.
Vanwege de ernst van onbehandelde amyloïdose is het absoluut
noodzakelijk dat artsen en pathologen amyloïdose overwegen
wanneer er specifieke klachten zijn (zie hoofdstuk 4).
Wanneer gericht gezocht wordt, is de diagnose amyloïdose
eigenlijk niet moeilijk te stellen. Uit het lichaam kan een klein
hapje aan­gedaan weefsel worden genomen (biopsie). Wanneer
de patholoog (arts met specifieke kennis van het effect van
­ziekten op weefsels) dit weefsel kleurt met de speciale kleurstof
congorood, kleurt weefsel waarin amyloïd opgehoopt is rood.
Wanneer dit vervolgens bekeken wordt met gepolariseerd licht
(dubbelbrekingseffect) ziet dit gekleurde weefsel er appelgroen uit.
De naam amyloïd komt ook uit de pathologie. Voordat bekend
was dat het om aan elkaar geklitte eiwitten ging, dacht men dat
het zetmeel-achtig materiaal betrof. Een andere naam hiervoor
is amyloïd.
Het is van groot belang om de diagnostiek van amyloïdose te
­verbeteren, waardoor eerder met behandeling kan worden gestart
en de ­kwaliteit en duur van het leven wordt verhoogd (besproken
in hoofdstuk 5).
Wat is amyloïdose?
9
3. TYPEN
HOOFDSTUKKOP
AMYLOÏDOSE
Er zijn veel verschillende eiwitten in ons lichaam die verkeerd
gevouwen kunnen worden en zo leiden tot amyloïdose. De aanleg
om abnormale eiwitten te vormen kan geërfd worden van onze
ouders, of het gevolg zijn van DNA-mutaties tijdens ons leven.
In sommige gevallen komt amyloïdose voort uit chronische
­ontsteking, zoals bij reumatoïde artritis, de ziekte van Crohn of
tuberculose, en vroeger ook door langdurige nierdialyse. Echter
de meeste gediagnosticeerde gevallen worden veroorzaakt door
een beenmergaandoening waarbij een kloon (een groep van cellen
met identieke eigenschappen) van plasmacellen grote hoeveel­
heden eiwitten produceert.
Zoals al vermeld kunnen verschillende eiwitten op allerlei plaatsen
in weefsels neerslaan in de vorm van amyloïd. Als het plaatselijk
blijft, spreken we van lokale amyloïdose, zoals in de alvleesklier
(samenhangend met suikerziekte), in de hersenen (samenhangend
met dementie of hersenbloedingen), in de stembanden of in het
ooglid. Maar het kan ook door het hele lichaam heen plaats­
vinden, in dat geval spreken we van systemische amyloïdose.
Organen en weefsels waar de afzetting van amyloïd dan meestal
plaats vindt, zijn de nieren, hart, buikvet en zenuwen. Maar ook
de lever, milt, het maag-darmkanaal en soms ook de longen
­kunnen betrokken raken.
Hoewel de symptomen en behandelingen van de aandoening
afhankelijk zijn van de betrokken organen, kunnen de verschillende
typen van amyloïdose worden ingedeeld aan de hand van het
betrokken precursoreiwit. Zoals blijkt uit tabel 1 (zie pagina 15)
wordt een handig systeem van naamgeving gebruikt, waarbij de
“A” verwijst naar amyloïd, gevolgd door een afkorting voor het
geassocieerde eiwit. Bijvoorbeeld, AL duidt op amyloïd afgeleid
10
van de “Lichte keten antilichamen”; AA duidt op serum amyloïd
A eiwit, en ATTR duidt op amyloïd uit TransThyRetine.
Hieronder volgen korte beschrijvingen van AL-amyloïdose,
AA-amyloïdose, familiaire amyloïdose, systemische ouderdoms
­amyloïdose, alsmede van ALECT2, dialyse-gerelateerde en
­gelokaliseerde amyloïdose.
AL-amyloïdose
AL-amyloïdose is de meest voorkomende vorm van de ziekte,
verantwoordelijk voor 85% van alle gevallen. De ziekte begint in
het beenmerg, het zachte weefsel dat de holten van onze botten
vult, waar rode en witte bloedcellen en bloedplaatjes worden
gevormd. Een bepaald soort witte bloedcellen, de zogenaamde
plasmacellen, produceert antilichamen die ons beschermen tegen
infecties. Deze antilichamen (immunoglobulinen) zijn eiwitten die
opgebouwd zijn uit zowel lichte als zware ketens. Normaal
gesproken produceren onze plasmacellen volledige antilichamen
en ons lichaam breekt deze eiwitten af en herbruikt ze. Maar bij
AL-amyloïdose zijn er klonale plasmacellen die een voorloper zijn
van kanker plasmacellen. Deze abnormale plasmacellen maken
meestal grote hoeveelheden losse lichte ketens aan. Deze ‘vrije
lichte ketens’ (in zeldzame gevallen, ‘vrije zware ketens’) zijn
abnormaal van vorm en zijn verkeerd gevouwen. Zij klitten daarom
aan elkaar en vormen amyloïdfibrillen die zich ophopen in
­verschillende organen en weefsels. Problemen doen zich meestal
voor in de nieren, hart, lever, milt, zenuwen, darmen, huid, tong
en bloedvaten, leidend tot diverse, ernstige symptomen.
Typen amyloïdose
11
Bij AL-amyloïdose produceren plasmacellen in het beenmerg te veel
“vrije lichte keten” antilichamen. Deze eiwitten vouwen verkeerd tot amyloïd,
verspreiden zich via de bloedbaan en zetten zich af in vele orgaansystemen.
12
Typen amyloïdose
13
AA-amyloïdose
AA-amyloïdose is het gevolg van verhoogde bloedspiegels van het
­in het bloed circulerende serum amyloïd A-eiwit. De concentratie
van dit eiwit stijgt in ons bloed als een natuurlijke reactie op infectie
en ontsteking (zoals reumatische aandoeningen, inflammatoire
darm­ziekte, tuberculose, osteomyelitis en erfelijke koortssyndromen
zoals familiaire mediterrane koorts). Over het algemeen heeft een
patiënt, die langer dan zes maanden een infectie of inflammatoire
aandoening heeft, een verhoogd risico op het o
­ ntwikkelen van
AA-amyloïdose. De amyloïdose ontstaat dus als gevolg van de
infectie of ontsteking. Amyloïdafzetting begint meestal in de
­nieren, maar de lever, milt, lymfeklieren en darmen worden ook
vaak aangetast.
Familiaire amyloïdose
Familiaire amyloïdose, is een erfelijke vorm van de ziekte. Het wordt
veroorzaakt door een fout in het DNA, die leidt tot een afwijkend
eiwit. De meest voorkomende precursor is het eiwit genaamd
transthyretine (mutant TTR) dat in de lever gemaakt wordt. TTR is
een transporteiwit dat helpt thyroxine (een schildklier­hormoon) en
retinol (vitamine A) te ­vervoeren door het lichaam. Er zijn meer dan
100 bekende mutaties van TTR die zorgen dat het eiwit onstabiel
wordt en zich verkeerd vouwt tot amyloïd. Diverse organen worden
aangetast, met name het zenuwstelsel en hart, met symptomen
die zich voordoen tussen middelbare en oudere leeftijd.
14
De meest bekende mutatie van TTR heet Val-30-Met, die vooral
schade aan de zenuwen en geleidingsstoornissen aan het hart
veroorzaakt. Een andere veel voorkomende mutatie veroorzaakt
juist verdikking van de hartspier. Naast ATTR zijn er andere
­genmutaties voor verschillende eiwitten die leiden tot amyloïdose.
Hoewel zeer zeldzaam, zijn een aantal voorbeelden hiervan: AFib
(van fibrinogen A α-keten); AApoAI (van apolipoproteïne AI); Alys
(van lysozym); en Agel (van gelsoline).
Type
amyloïdose
Ontstaan van amyloïd,
precursoreiwit
Klachten/symptomen/uitingsvorm
AL, AH, ALH
Plasmacellen in
het beenmerg
(Immunoglobuline lichte of
zware ketens, of beide)
Amyloïdose, met gevolgen voor de
nieren, hart, lever, maag-darmkanaal
en zenuwen.
AA
Circulerend inflammatoir
eiwit
(Serum amyloïd A)
Ten gevolge van chronische ontsteking,
met gevolgen voor de nieren en lever.
ALECT2
Witte bloedcellen
(Leukocyt chemotactische
factor 2)
Klinische overeenkomst met AL, met
gevolgen voor de nieren en lever.
Aß2M
Circulerend serum eiwit
(beta-2microglobuline)
Dialysegerelateerd, met gevolgen
voor de gewrichten en pezen.
ATTR
Mutant en wildtype eiwit
geproduceerd in de lever
(Transthyretine)
Erfelijk met meer dan 100 mutaties,
met gevolgen voor het zenuwstelsel,
hart en nieren. Een niet-erfelijke,
wildtype vorm veroorzaakt hartfalen
bij ouderen.
AFib
Mutant eiwit geproduceerd in
de lever
(Fibrinogeen A -keten)
Erfelijk, met gevolgen voor de nieren.
AApoAI
Circulerend serum eiwit
(Apolipoproteïne AI)
Erfelijk, met gevolgen voor de lever,
hart, nieren en zenuwen.
ALys
Circulerend serum eiwit
(Lysozym)
Erfelijk, met gevolgen voor het
maag-darmkanaal en de nieren.
AGel
Circulerend serum eiwit
(Gelsoline)
Erfelijk, met gevolgen voor de huid,
zenuwen en nieren.
Gelokaliseerd Plasmacellen in lokale weefsels
(Immunoglobuline lichte
ketens)
Komt meestal voor in de blaas, huid,
stembanden en luchtwegen.
Tabel 1: Voorbeelden van amyloïdose. De naamgeving combineert een
“A” voor amyloïd met een afkorting voor het eiwit dat ten grondslag ligt
aan de aandoening.
Typen amyloïdose
15
Ouderdoms systemische amyloïdose
Ouderdoms systemische amyloïdose is een niet-erfelijke ziekte
die je op latere leeftijd krijgt. Amyloïdafzettingen van normale,
ongemuteerde (= wildtype) eiwitten hopen zich op in het lichaam.
Het bekendste voorbeeld van ouderdoms systemische amyloïdose
ontstaat uit de ophoping van niet-afwijkend transthyretine (TTR)
in het hart van ouderen. In tegenstelling tot familiare amyloïdose
zijn er geen mutaties van het TTR-gen te vinden, maar de langzaam
progressieve hartaandoening heeft vergelijkbare symptomen.
Er wordt gedacht dat zowel mutant als wildtype TTR ­amyloïdose
zelfs vaker voorkomt dan AL-amyloïdose, maar dat dit niet
­gediagnosticeerd wordt. Zo wordt het wildtype TTR gevonden in
30% van oude, vooral mannelijke patiënten met klinisch “hartfalen
met normale ejectiefractie”.
Andere voorbeelden van ouderdoms amyloïdose omvatten: APro
(van prolactine); ACAL (van calcitonine); AIAPP (van amylin); en
AANF (van atriale natriuretische factor). Allen zijn afgeleid van
verkeerd gevouwen wildtype eiwitten.
16
ALECT2-amyloïdose
Een van de meest recente ontdekkingen is ALECT2, afgeleid
van een eiwit gemaakt door witte bloedcellen (leukocyten). In het
lopende onderzoek moet nog worden bepaald of ALECT2 het
resultaat is van genetische mutaties. De ziekte lijkt sterk op
AL-amyloïdose en heeft vaak gevolgen voor de nieren. Omdat
amyloïdafzettingen het gevolg kunnen zijn van normale (wildtype)
eiwitten, zoals bij ouderdoms systemische amyloïdose, kan deze
vorm van de ziekte verkeerd of onvoldoende gediagnosticeerd
worden. Eén studie stelde zelfs dat ALECT2 het meest voor­
komende, niet-gediagnosticeerde type amyloïd was. In een analyse
van amyloïdbevattende niermonsters in de afgelopen 8 jaar
was ALECT2 het op twee na meest voorkomende type (2,5%),
­vergeleken met AL (86%), AA (7%) en ATTR (1,4%). Maar opgemerkt
moet worden dat het vooral patiënten betreft van Zuid- en MiddenAmerikaanse afkomst. In Europa komt dit type nauwelijks voor.
Aβ2M-amyloïdose
Aβ2M (of-dialyse-gerelateerde) amyloïdose kwam vaak voor bij
patiënten met nierfalen die vele jaren aan de dialyse waren
geweest. Een circulerend serumeiwit, beta-2 microglobuline (β2M),
hoopte zich op in het bloed doordat het niet in staat was om door
het dialysefilter te komen. Door de hoge concentratie kon het
samenklitten tot amyloïd en ophopen in weefsels, met name in de
gewrichten en pezen. Dit veroorzaakte pijn, stijfheid en vocht in
de gewrichten evenals carpaal tunnelsyndroom. Door het gebruik
van modernere dialysemembranen met betere doorlaatbaarheid
voor beta2M komt dit ziektebeeld tegenwoordig nauwelijks
meer voor.
Typen amyloïdose
17
Gelokaliseerde amyloïdose
Naast de aanwezigheid van systemische typen van amyloïdose
is het belangrijk te onderkennen dat amyloïd-­afzettingen af en toe
kunnen voorkomen op geïsoleerde plekken, zonder systemische
ziekte. Deze gelokaliseerde, tumorachtige afzettingen komen het
meeste voor in de urinewegen en luchtwegen. Afzettingen komen
ook voor in het ooglid, maagdarmkanaal, huid en borstklier. Net als
bij AL-amyloïdose bestaan de gelokaliseerde amyloïdafzettingen
uit lichte keten-­eiwitten. Maar in gelokaliseerde amyloïdose
bevinden de abnormale plasmacellen, die de amyloïd lichte ketens
produceren, zich in de getroffen weefsels en niet in het beenmerg.
Andere niet-systemische typen amyloïdose worden geassocieerd
met hormooneiwitten, veroudering of specifieke gebieden van
het lichaam. Een speciaal geval van gelokaliseerde amyloïdose
is cerebrale amyloïd angiopathie (CAA). Hoewel de oorzaak nog
onbekend is, kan CAA bij sommige mensen erfelijk zijn. Amyloïd
wordt afgezet in de wanden van de slagaders in de hersenen,
hetgeen het risico op een beroerte en dementie verhoogt. Een
voorbeeld hiervan is de Katwijkse ziekte (HCHWA-d).
18
4. DIAGNOSE
Amyloïdose is meestal niet gemakkelijk te herkennen. De symptomen zijn vaag en niet-specifiek en lijken vaak op symptomen van
andere, veel voorkomende aandoeningen. Kortademigheid kan
bijvoorbeeld een uiting zijn van hartziekte, die gewoonlijk veroorzaakt wordt door aderverkalking van de slagaders van het hart.
Er wordt in eerste instantie niet aan amyloï­dose gedacht. Eiwit in
de urine is een vroeg teken van nierziekte, zoals bij patiënten met
diabetes, maar ook hier wordt normaal gesproken niet gedacht
aan amyloïdose.
Amyloïdose ontstaat meestal op middelbare leeftijd en bij oudere
mensen, maar kan ook bij iemand van 30+ of 40+ voorkomen en
soms zelfs jonger. Amyloïdafzettingen kunnen leiden tot gewichts­
verlies, vermoeidheid, kortademigheid, duizeligheid bij het opstaan,
zwelling in de enkels en benen, gevoelloosheid en tintelingen in
de handen en voeten, schuimende urine, afwisselend obstipatie
en diarree en snel een vol gevoel na het eten. Als een patiënt
gemakkelijk blauwe plekken krijgt, vooral rond de ogen (periorbitale
purpura), of een vergrote tong heeft (macroglossie), is amyloïdose
waarschijnlijk de oorzaak.
Omdat amyloïdose zo zeldzaam is en omdat de klachten lijken
op veel voorkomende andere aandoeningen, denken veel artsen
niet aan deze ziekte. Het komt helaas voor dat patiënten een
aantal artsen bezoeken voordat een biopsie wordt afgenomen of
dat dit pas gebeurt als zij zeer ernstig ziek zijn. Bij het afnemen van
het biopt is het ook van belang dat de patholoog (de specialist
die het weefsel onderzoekt) specifiek gevraagd wordt te kijken
naar amyloïdvorming.
Diagnose19
Hoewel amyloïdose gevolgen kan hebben voor één enkel orgaan,
veroorzaakt het vaak systemische problemen (d.w.z. beïnvloedt
meer dan één orgaansysteem). De meest betrokken organen,
zijn de nieren (ongeveer 70% van de patiënten), hart (50%), het
zenuwstelsel (30%) en maagdarmkanaal. Wanneer er een combinatie bestaat van klachten uit meer dan één orgaansysteem,
­zonder duidelijke diagnose, zou er gedacht moeten worden aan
amyloïdose.
20
Amyloïdose moet zeker worden overwogen bij de volgende
symptomen:
1.Verlies van grote hoeveelheden eiwit in de urine (proteïnurie).
2.Stijf of verdikt hart (restrictieve cardiomyopathie) te zien op
een echocardiogram; laagvoltage te zien op elektrocardiogram;
onregelmatige hartslag (aritmie) die niet reageert op conven­
tionele behandeling, vaak geassocieerd met normale of lage
bloeddruk; of onverklaard hartfalen.
3.Vergrote lever (hepatomegalie) zonder alcoholgebruik of andere
verklaring, vaak met abnormale leverbloedtesten
4.Gevoelloosheid of pijn in de vingers (zoals carpaal tunnel­
syndroom) of tenen (perifere neuropathie), of afwisselende
aanvallen van obstipatie en diarree (autonome neuropathie)
en tegelijkertijd een licht gevoel in het hoofd (lage bloeddruk)
bij het opstaan.
Testen op amyloïdose
Zodra amyloïdose wordt vermoed kan het meestal worden
geïdentificeerd met een zeer eenvoudige test. Vroege opsporing
en nauwkeurige evaluatie zijn onontbeerlijk, zodat patiënten
­kunnen profiteren van de behandelingen die nu beschikbaar zijn
(besproken in het volgende hoofdstuk).
Bloed- en urinetesten kunnen een abnormaal eiwit aan het licht
brengen in het lichaam, maar de gouden regel voor het detecteren
van amyloïdafzettingen is het gebruik van congorood kleuring
op een biopsie (weefselmonster). Het amyloïd kleurt roze en is
onder de microscoop goed te zien. Onder een polarisatie microscoop kan een karakteristiek appelgroen dubbelbrekings­effect
gezien worden.
Diagnose21
Biopsieën kunnen worden genomen van een speekselklier, zenuwen,
nier, lever, het hart of rectum. De gemakkelijkste manier om een
weefselmonster te verkrijgen is echter een mini-liposuctie van het
onderhuidse buikvetweefsel. Bij deze procedure wordt de huid
van de buik verdoofd door een plaatselijke verdoving, vervolgens
wordt met een naald een mini-liposuctie uitgevoerd van vetweefsel
onder de huid. Met deze techniek kan de diagnose amyloïdose in
meer dan 80% van de patiënten gesteld worden.
Wanneer de mini-liposuctie negatief is voor amyloïdose, maar
het vermoeden van de ziekte sterk is, dient een biopsie van het
betrokken orgaan (bijvoorbeeld het hart, nier of lever) te worden
genomen. Dit leidt in bijna 100% van de gevallen tot een definitieve
diagnose (mits gebruik gemaakt wordt van de congorood kleuring
en polarisatie microscoop).
Het typeren van de amyloïdose
Als amyloïd is gevonden in de weefselbiopsie en typering van het
amyloïdeiwit niet goed mogelijk is, is het raadzaam om c
­ ontact op
te nemen met het expertisecentrum voor amyloïdose (zie hoofdstuk 6) waarin meer geavanceerde methoden gebruikt worden.
Aantonen dat amyloïd aanwezig is in een orgaan is slechts het
begin van het proces. Vervolgens moet worden vastgesteld welk
type amyloïd de ziekte ­veroorzaakt om een passende behandeling
te kunnen geven.
Het ondubbelzinnig vaststellen van het type amyloïd, via herkenning
van het precursoreiwit, is de volgende stap wanneer een weefselbiopsie heeft aangetoond dat het om amyloïdose gaat. Er is
helaas geen test die alle typen kan onderscheiden.
Voor het meest voorkomende type, de AL-amyloïdose is een
eenvoudige bloedtest om de abnormale productie van serum
vrije lichte ketens te meten gebruikelijk, deze zal in 98% van
22
De standaard voor het opsporen van amyloïdose gebruikt congorood kleurstof
op een weefselmonster, dat appelgroen lijkt wanneer bekeken met een Polarisatie
microscoop. Lasermicrodissectie gevolgd door massaspectrometrie kan het
type amyloïd in vrijwel 100% van de gevallen bepalen.
Diagnose23
de patiënten met AL-amyloïdose een (fors) verhoogd niveau
laten zien. Vervolgens zal een beenmergbiopsie, met de juiste
immuno­histochemische kleuring of flowcytometrieanalyse in de
meeste patiënten een klonale populatie van plasmacellen laten
zien, die de defecte antilichamen lichte ketens produceren. Toch
is dit nog geen bewijs voor het type AL omdat deze bevindingen
in 5-10% van de ouderen voorkomt zonder dat dit amyloïdose
veroorzaakt.
Voor het aantonen van AA-amyloïdose kan gebruik worden gemaakt
van immunohistochemische typering van het biopt door gebruik
van specifieke antilichamen.
Als deze testen negatief zijn dient op een erfelijke vorm van de
ziekte te worden getest, dit kan door DNA-onderzoek te doen,
bijvoorbeeld op TTR, fibrinogeen, lysozym, apolipoproteïnen AI
en AII en gelsoline. Als iemand een dergelijke mutatie heeft, dan
zullen zijn of haar kinderen 50% kans hebben om dit te erven.
Benadrukt moet worden dat de aanwezigheid van een genetische
mutatie niet altijd verklarend is voor het type amyloïdose.
Een patiënt kan – theoretisch gezien – bijvoorbeeld AL-amyloïdose
hebben en tegelijk ook een genetische variant hebben die niet
de oorzaak is van de ziekte. Mogelijk bieden nieuwe technieken
die eiwitten ‘ontleden’ in de toekomst sneller en zekerder inzicht
(‘proteomics’). Proteomics is de studie van het gehele spectrum
van eiwitten in een organisme of weefsel. In tegenstelling tot
standaard immuno­chemische technieken, die beperkt kunnen
zijn in hun beschikbaar­heid, specificiteit en gevoeligheid, kunnen
proteomics in één enkele test elk eiwit, met of zonder genetische
mutaties, identificeren. Dit zorgt voor enorme tijdwinst en kostenbesparing in het nauwkeurig identificeren van amyloïd-eiwitten
uit b
­ eschikbare weefselmonsters.
24
Als een patiënt ouder is dan 50 jaar en hartfalen wordt vastgesteld,
of tekenen van dementie of een beroerte, dan moet een arts
­klinisch geïsoleerde soorten van de ziekte, zoals systemische
ouderdoms amyloïdose (SSA) of cerebrale amyloïd angiopathie
(CAA) overwegen. Specifieke afwijkingen op een echocardiogram
in combinatie met specifieke klachten èn het niet reageren op
de behandeling met een calciumantagonist kan leiden tot de
diagnose amyloïdose.
Samengevat heeft amyloïdose gevolgen voor mensen van
­verschillende leeftijden en afkomst. Het risico op het ontwikkelen
van de ziekte is groter bij mensen die:
• 50 jaar en ouder zijn;
• een chronische infectie of inflammatoire ziekte hebben;
• een familiegeschiedenis van amyloïdose hebben;
• multipel myeloom hebben (ongeveer 10% van patiënten met
multipel myeloom ontwikkelt ook amyloïdose).
Diagnose25
DIAGNOSE
Klinisch vermoeden van amyloïdose, met betrokkenheid van meerdere
organen zonder duidelijke oorzaak. Bijvoorbeeld:
•Overmatig eiwit in de urine (proteïnurie)
•Stijf of verdikt hart (restrictieve cardiomyopathie)
•Vergrote lever (hepatomegalie)
•Gevoelloosheid of pijn in de handen of voeten (perifere neuropathie), of
•afwisselende periodes van constipatie en diarree (autonome neuropathie),
in combinatie met een licht gevoel in het hoofd (lage bloeddruk bij opstaan)
Abdominaal vetaspiraat of biopsie
van betrokken organ
Congorood kleuring
Elektronenmicroscopie
Positieve dubbele
breking
8-10 nm fibrillen
Amyloïdose
TYPERING
Bepaling van serum
vrije lichte keten
Positief voor ofwel lambda of
kappa vrije lichte ketens
+/- zware ketens
AL, AH of ALH
amyloïdose
Bevestiging met beenmerg
biopsie, monoklonale
eiwitstudies, en laser
microdissectie met
massaspectrometrie
Onduidelijke
of negatieve
resultaten
Genetische tests en
immuunhistochemie
Proteomics laser
microdissectie met
massaspectrometrie
Bevestiging van AA,
TTR, AFib, ALECT2,
Aß2M, etc.
Tabel 2: Diagnose stroomschema.
Een algemeen werkplan voor het opsporen van amyloïdose en het bepalen
van het type amyloïd dat ten grondslag ligt aan de aandoening.
26
5. BEHANDELINGEN
Behandelingen tegen de precursor eiwitten van amyloïdose zijn
steeds effectiever geworden. De hoop is dat amyloïdose, naarmate
therapieën zich blijven o
­ ntwikkelen en verfijnen, ­beter behandelbaar zal worden. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat effectieve
behandeling nu vaak niet goed mogelijk is. Dit komt vooral door
het vergevorderde stadium van de ziekte op het moment waarop
de diagnose gesteld wordt.
Binnen een samenwerkend team van artsen zoals hematologen,
­cardiologen, nefrologen en neurologen, is het van belang zo snel
mogelijk een definitieve, nauwkeurige diagnose van de ziekte te
hebben. De beschikbare behandelingen zijn afhankelijk van het
type amyloïdose en de aangetaste organen, evenals de conditie
van de patiënt, leeftijd en persoonlijke voorkeur. Indien niet tijdig
behandeld zullen amyloïdafzettingen weefsels blijven beschadigen
met als gevolg orgaanfalen en mogelijk overlijden.
De behandeling van amyloïdose is een tweeledig proces:
1.het elimineren van de toevoer van precursor amyloïd-eiwit
om de orgaanfunctie te verbeteren; en
2.het beheersen van de symptomen om het welzijn, kwaliteit
van leven en overleving van de patiënt te bevorderen.
Er zijn drie algemene benaderingen voor het onderbreken van de
vorming en afzetting van amyloïd-eiwitten, die variëren afhankelijk
van het type amyloïdose. De meest voorkomende behandeling
onderbreekt de productie van het precursoreiwit die tot de ziekte
leidt. Een tweede methode maakt gebruik van medicijnen die de
normale structuur van het precursoreiwit stabilisereren en daardoor
verhinderen dat het verkeerd vouwt tot amyloïd. Een derde
Behandelingen27
strate­gie is het rechtstreeks beïnvloeden van de amyloïdafzettingen
door het destabiliseren van de amyloïdfibrillen zodat ze niet l­anger
verkeerd gevouwen kunnen blijven.
Alle behandelingen hebben bijwerkingen en uw artsen kunnen
u hierin adviseren. In veel gevallen kunnen bestaande amyloïd­
afzettingen na verloop van tijd afnemen en orgaanfuncties wat
verbeteren als de bron van het abnormale eiwit verwijderd wordt.
AL-amyloïdose
Bij AL-amyloïdose, de meest gediagnosticeerde vorm van de ziekte,
zijn veel organen betrokken. Zonder behandeling is de gemiddelde
overlevingsduur ongeveer 12-18 maanden, en slechts 6 maanden
voor patiënten met een ernstig verminderde hartfunctie. Het is
goed om zich te realiseren dat een gemiddelde overleving slechts
een indicatie is voor de overleving van een individuele patient.
Chemotherapie, als tabletten of via de bloedbaan, vormt de basis
van de behandeling van AL-amyloïdose. Het doel is om de groei
van plasmacellen te onderbreken die de abnormale lichte keten
anti­lichaameiwitten produceren. Geen enkel chemotherapie medicijn
is specifiek voor behandeling van AL amyloïdose geregi­streerd maar
vaak worden middelen gegeven die effectief zijn bij het Multipel
Myeloom (ziekte van Kahler), een plasmacel beenmergkanker.
Lange tijd is behandeling met melfalan (ook bekend als Alkeran)
of cyclo­fosfamide (Endoxan) de voorkeurs­behandeling geweest.
Nieuwere geneesmiddelen die worden gebruikt bij het behandelen
van m
­ ultipel myeloom, zoals bortezomib (Velcade), of lenalidomide
(Revlimid), zijn ook effectief gebleken. Deze therapieën worden
vaak gebruikt in combinatie met dexamethason, een corticosteroïd,
voor een sterker effect op de plasma­cellen. Chemotherapie kan
bijwerkingen geven zoals misselijkheid, ­braken, haaruitval, infectie
en extreme vermoeidheid. Hiervoor bestaan ondersteunende
medicijnen om de therapie zo ­draaglijk mogelijk te maken.
28
Bij sommige patiënten wordt chemotherapie gecombineerd met
stamceltransplantatie. Stamcellen worden gevonden in het beenmerg en ze ontwikkelen zich tot verschillende soorten bloedcellen.
Zodra de plasmacellen zijn ­vernietigd door hoge doses chemotherapie wordt het beenmerg aangevuld met verse stamcellen
van het eigen lichaam van de patiënt (autologe transplantatie).
Chemotherapie gevolgd door stamceltransplantatie geeft vaak een
uitstekend resultaat, met een significante verbetering of stabili­satie
van de orgaanfunctie. Niet alle patiënten kunnen echter deze
intensieve behandeling aan, met name voor patiënten met hart­
problemen is het te zwaar. Gezien de complexiteit van de ziekte
wordt ­aanbevolen dat de behandeling wordt uitgevoerd in een
medisch centrum met ervaring met amyloïdose (zie het volgende
hoofdstuk).
Een ander geneesmiddel dat nu wordt ontwikkeld richt zich direct
op de lichte keten amyloïdafzettingen die zijn neergeslagen in het
lichaam. In klinische studies worden deze geneesmiddelen, mono­
klonale antistoffen genaamd, getest om de verkeerd gevouwen
eiwitten van de a
­ myloïdfibrillen te vinden en zich daar specifiek
aan te binden. De monoklonale antistoffen bootsen de antistoffen
na die ons immuunsysteem van nature produceert om ons te
beschermen tegen ziekte. Op deze manier kunnen de amyloïd­
afzettingen ­worden gedestabiliseerd en verwijderd. In de komende
jaren kan dit veelbelovende geneesmiddel misschien het uiteindelijke, o
­ ntbrekende stuk van de behandelingspuzzel vormen
om het herstel van de orgaanfunctie en algehele gezondheid te
bevorderen.
Behandelingen29
AA-amyloïdose
AA amyloïdose is het op een na meest voorkomende type van
de ziekte wereldwijd. Ten gevolge van een chronische ontstekingsziekte (bijvoorbeeld reuma, ziekte van Crohn en familiaire
­mediterrane koorts), vindt de amyloïdafzetting zeer ­geleidelijk
plaats. De overleving na behandeling is vaak meer dan 10 jaar.
Daarentegen kunnen ­onbehandelde infecties zoals osteomyelitis
of tuberculose een snellere stapeling van amyloïd veroorzaken.
In alle gevallen is de basis van de behandeling het aanpakken van
de achterliggende infectie of ontsteking. Dit kan de geleidelijke
opbouw van amyloïd vertragen of stoppen door vermindering van
het circulerende precursoreiwit, serum amyloïd A. Bovendien heeft
men ontdekt dat een oraal geneesmiddel, eprodisate (Kiacta)
genaamd, de vorming van amyloïdfibrillen remt. Kiacta voorkomt
interactie tussen serum amyloïd A en andere moleculen die het
verkeerd vouwen naar amyloïd fibrillen mogelijk maken. Klinische
studies hebben aangetoond dat deze behandeling effectief de
achteruitgang van de nierfunctie kan vertragen of stoppen omdat
het amyloïd niet meer gevormd en afgezet kan worden. Verwacht
wordt dat Kiacta in de komende jaren zal worden goedgekeurd
voor algemeen gebruik, na hernieuwde vaststelling van de
­effectiviteit in ­internationale studies.
Voor patiënten met nierfalen zijn dialyse en niertransplantatie
mogelijke behandelingen. Maar zoals met niertransplantaties voor
AL-amyloïdose, geldt ook hier, dat als de bron van het abnormale
eiwit niet wordt aangepakt het amyloïd opnieuw terecht kan
komen in de donornier.
ATTR-amyloïdose
30
In familiare (of erfelijke) ATTR amyloïdose, worden het hart en het
zenuwstelsel het zwaarst getroffen. Zonder ingrijpen varieert de
overlevingsduur tussen de 5-15 jaar vanaf het begin van de ziekte.
Aangezien de meeste abnormale eiwitten worden aan­gemaakt
in de lever, kan het transplanteren van de lever zorgen voor de
productie van normaal TTR. Wachtlijsten voor orgaan­donatie zijn
vaak lang, maar transplantatie is een haalbare optie voor sommige
patiënten bij wie de ziekte niet te ver gevorderd is. De gemiddelde
overleving na levertransplantatie lijkt gestegen te zijn naar circa
20 jaar.
Ondertussen worden nieuwe geneesmiddelen ontwikkeld om
te voorkomen dat familiare amyloïdafzettingen zich überhaupt
vormen. Twee van dergelijke geneesmiddelen die kunnen tegengaan dat mutant TTR zich verkeerd vouwt tot amyloïd zijn
­diflunisal en tafamidis. Deze kleine moleculen binden zich aan de
precursor­eiwitten en stabiliseren hun structuur, zodat ze slechter
amyloïd­fibrillen kunnen vormen. Diflunisal is nog niet geregistreerd
voor ATTR en is in Nederland verkrijgbaar via de inter­nationale
apotheek.
Een aparte soort medicijnen die gebruik maakt van de techniek
van “genuitschakeling” (gene silencing) betekent mogelijk een
verbetering in de behandeling van ATTR. Deze medicijnen gebruiken
het natuurlijke proces van het lichaam voor de regulering van
genexpressie. Heel in het kort werkt het als volgt: in onze cellen
­worden de genen die eiwitten coderen overgeschreven van DNA
naar het messenger (boodschapper) RNA (mRNA). Dit mRNA wordt
dan vertaald naar de productie van eiwitten. Bij gene silencing
worden kleine RNA-moleculen vervoerd door het bloed naar de
lever. Eenmaal in de levercellen kunnen RNA-gebaseerde genees­­
middelen zich specifiek binden met het mRNA dat TTR-eiwitten
zou produceren. Deze binding aan het mRNA voor TTR, leidt tot
afbraak van dit mRNA. Daardoor kan de TTR-amyloïdproductie
worden vertraagd of gestopt bij de bron. Deze medicatie kan
mogelijk een veilige en effectieve manier bieden om direct de
Behandelingen31
Wij adviseren u om naar een medisch centrum met expertise in amyloïdose te
gaan. Afhankelijk van het type amyloïdose, kunnen behandelingen chemotherapie,
cardiale zorg, orgaantransplantatie of gerichte medicijn therapie inhouden.
32
productie van abnormaal TTR te voorkomen. De eerste studies
geven aan dat dit medicijn, zowel via de bloedbaan als onderhuids toegediend, een snelle en krachtige vermindering van de
TTR-eiwitspiegel geeft. Een direct gunstig effect op de ogen en
hersenvliezen valt met deze middelen (nog) niet te verwachten.
Systemische ouderdoms amyloïdose
In systemische ouderdoms amyloïdose, is therapie grotendeels
gericht op ondersteuning van de hartziekte van een patiënt.
Voor TTR-gemedieerde vormen van ouderdoms amyloïdose kunnen
dezelfde geneesmiddelen die worden gebruikt als bij familiare
amyloïdose de productie van ATTR-amyloïd remmen. Cardiale
­amyloïdose is echter moeilijk te behandelen en heeft dan ook
een slechte prognose.
Aβ2M-amyloïdose
In Aβ2M (of dialyse-gerelateerde) amyloïdose wordt niertransplantatie beschouwd als de beste therapeutische optie. Goed
doorlatende dialyse­membranen kunnen het begin van de ziekte
voor­komen of vertragen.
Gelokaliseerde amyloïdose
Bij amyloïdose die zich voordoet op specifieke plekken, zoals in de
blaas of luchtwegen, kan radiotherapie de progressie van de ziekte
vertragen. Maar als het amyloïd effectief verwijderd kan worden
via chirurgie of laserbehandeling dan heeft dat de voorkeur boven
radiotherapie.
Voor cerebrale amyloïd angiopathie (CAA), die gevolgen heeft
voor de hersenen, is er geen bekende effectieve behandeling.
Symptoomverlichting is hierbij de doelstelling. Dit kan onder
meer met medicijnen die helpen het geheugen te verbeteren,
zoals gebruikt voor de behandeling van de ziekte van Alzheimer.
Behandelingen33
Epileptische aanvallen kunnen worden behandeld met anti­
convulsiva zoals fenytoïne (Dilantin) of carbamazepine (Tegretol).
In sommige gevallen kunnen spraak- en fysiotherapie nodig zijn.
Het behandelen van de symptomen
van amyloïdose
Het is zeer belangrijk om niet alleen de achterliggende oorzaken
van de amyloïdose te behandelen, maar ook de symptomen van
de ziekte. Dit zal de levenskwaliteit en de levensduur van een
patiënt verbeteren.
Hierbij is het van belang om te leren omgaan met de beperkingen
die een ziekte (al dan niet tijdelijk) met zich meebrengt. Zo heeft
het bijvoorbeeld geen zin om bij vermoeidheid continue over de
grenzen te gaan. Een fysio- of ergotherapeut kan hierbij
ondersteunen.
Voor ondersteunende behandelingen van de nieren en het hart
moeten patiënten wellicht een diureticum innemen om water en zout
kwijt te raken, zoals voorgeschreven door hun arts; de hoeveelheid
zout in hun dieet beperken, of elastische kousen dragen en met
de benen omhoog zitten om de zwelling te verminderen. Voor het
maag-darmkanaal, kunnen bepaalde medicijnen helpen bij diarree
en obstipatie. Over het algemeen kan het nuttig zijn om het dieet
aan te passen ter verlichting van symptomen of om het lichaamsgewicht te handhaven.
Naarmate de behandeling vordert kan zenuwbeschadiging
(neuropathie) verbeteren. Het kan tot 12-24 maanden duren voordat de zenuwen herstellen, waarbij klachten langzaam afnemen.
34
Medicijnen om pijn te verlichten kunnen oraal worden ingenomen
of toegepast op de huid. Ter verlichting van ongemak zoals tintelingen of een branderig gevoel kan een voetmassage met warm
water van 15 minuten vóór het slapen gaan helpen. Het warme
water en de trillingen blokkeren de zenuwen die pijn ­doorgeven
en stimuleren zenuwen die de pijn niet doorgeven.
Deelnemen aan klinisch onderzoek
Klinische studies zijn onderzoeksstudies die nieuwe manieren testen
om diagnose en/of behandeling van een ziekte te verbeteren.
Dergelijk onderzoek is cruciaal om onze kennis van amyloïdose
te vergroten en om effectievere therapieën te ontwikkelen.
De behandelingen die momenteel toegepast worden, werden
­allemaal ontwikkeld en verfijnd door lopend klinisch onderzoek.
Nu kunnen patiënten soms in duurzame, langdurige remissie van
hun ziekte komen en kan er ook soms verbetering van belangrijke
orgaan­systemen bewerkstelligd worden.
Voor bepaalde patiënten is het mogelijk om deel te nemen aan
klinische studies. Wanneer nieuwe behandelmethodes worden
getest, wordt hiervan verwacht dat deze net zo goed zijn of beter
dan de standaard behandelingen. Helaas kan dit ook tegenvallen,
dat moet men zich goed dit te realiseren voordat men meedoet
aan een studie.
De nieuwe behandelingen worden geëvalueerd in groepen mensen
die voldoen aan bepaalde eisen voor de studie. Deelname aan
klinische studies is geheel vrijwillig en de deelnemende patiënten
ondertekenen een toestemmingsverklaring. Het is ook geoorloofd
om zich op elk moment terug te trekken uit de studie. In veel
gevallen zullen de kosten van behandeling worden vergoed (zoals
reiskosten e.d.) als onderdeel van de studie.
Behandelingen35
Vroege en nauwkeurige diagnose, samen met een persoonlijk behandelplan
vormt de sleutel tot positieve resultaten voor patiënten en families. Met een
uitgebreid ondersteunend netwerk van gezondheidszorgverleners en lot­
genoten bent u niet alleen.
36
6. AMYLOÏDOSECENTRA
Er zijn gespecialiseerde artsen die kunnen helpen bij de ­diagnose
en behandeling van amyloïdose. Als patiënt bent u niet alleen.
De amyloïdosecentra in Nederland zijn:
• Het expertisecentrum Amyloïdose in het UMCG,
neem hiervoor contact op met: Dr. Bouke P.C. Hazenberg,
reumatoloog, via 050 361 34 32 (secretaresse)
• Het centrum voor AL amyloïdose in UMC Utrecht,
neem hiervoor contact op met: Dr. Monique C. Minnema,
hematoloog, via 088 755 83 80 (polikliniek)
Amyloïdosecentra37
7. ONLINE INFORMATIEBRONNEN
Voor meer informatie en voor lot­genotencontact, kunt u in Nederland terecht op:
www.amyloidose.nl
Medische informatie
• www.amyloid.nl (Nederlands)
Website van de Groningen Unit for Amyloidosis Research &
Development (GUARD), een samenwerkingsverband van
­medische disciplines verbonden aan het Universitair Medisch
Centrum Groningen die zich bezig houden met de diagnostiek
en therapie van systemische en lokale amyloïdose.
• www.amyloidosis.nl (Engels)
Website van de International Society of Amyloidosis (ISA), de
vereniging voor wetenschappers en artsen die zich bezighouden
met onderzoek, onderwijs of behandeling van patiënten met
amyloïdose.
• www.bu.edu/amyloid (Engels)
Website van het Amyloidosis Center, wereldwijd een van
de leiders op het gebied van onderzoek naar amyloïdose.
Het Amyloidosis Center is onderdeel van de medische
faculteit van de Boston University.
• www.mayoclinic.com/health/amyloidosis/DS00431 (Engels)
Informatie van de Mayo Clinic, een medisch centrum met
­vestigingen op meerdere plaatsen in de Verenigde Staten.
De Mayo Clinic heeft veel kennis en ervaring op het gebied
van amyloïdose.
38
• www.nyp.org/services/amyloidosis-program-overview.html
(Engels)
Website van de NewYork-Presbyterian, een van de paar zieken­
huizen in de Verenigde Staten met een multidisciplinair medisch
team dat zich bezighoudt met het diagnosticeren en behandelen
van amyloïdose.
• www.mountsinai.org/patient-care/health-library/diseases-andconditions/amyloidosis (Engels)
Website van het Mount Sinai Hospital, een opleidingsziekenhuis
in New York. Dit medisch centrum is een van de vier referentiecentra in de Verenigde Staten voor amyloïdose.
• www.cedars-sinai.edu/Patients/Programs-and-Services/
Multiple-Myeloma-and-Amyloidosis-Program (Engels)
Website van het medisch en onderzoekscentrum Cedars-Sinai
in Los Angeles. Dit ziekenhuis heeft veel ervaring met onderzoek naar en behandeling van amyloïdose.
• www.stanfordhospital.org/cardiovascularhealth/amyloid (Engels)
Website van het ziekenhuis in Stanford, California. Dit ziekenhuis
heeft een Amyloid Center dat geïntegreerde, multidisciplinaire
zorg biedt aan amyloïdose-patiënten.
• www.iupui.edu/~amyloid/ (Engels)
Website van onderzoeksinstituut Amyloid Research Group,
onderdeel van de universiteit van Indianapolis.
• www.brighamandwomens.org/cvcenter/amyloidosis (Engels)
Website van een opleidingsziekenhuis van Harvard Medical
School, dat zich richt op onderzoek naar en behandeling van
cardiale amyloïdose.
• www.amyloidosis.it (Italiaans)
Website van Italiaans centrum dat onderzoek doet naar systemische amyloïdose. Onderzoekt jaarlijks ruim 2000 patiënten.
Online informatiebronnen
39
• www.klinikum.uni-heidelberg.de/Startseite-AmyloidoseZentrum.117180.0.html (Duits)
Website van het Amyloïdose Zentrum van het universitair ziekenhuis in Heidelberg dat multidisciplinaire behandeling van
amyloïdose-patiënten verzorgt.
• www.amyloid.de (Duits)
Website van de Duitse vereniging voor amyloïdose-ziekten dat
artsen en wetenschappers ondersteunt bij onderzoek naar de
amyloïdose.
• www.ucl.ac.uk/medicine/amyloidosis (Engels)
Website van het Centre for Amyloidosis and Acute Phase
Proteins, onderdeel van de faculteit geneeskunde van de
University College London. Deze nationale vereniging stimuleert
en voorziet in (klinisch) onderzoek naar amyloïdose.
• www.amyloidosis.org.uk (Engels)
Patiënteninformatie van het landelijke amyloïdose-centrum
in Engeland.
• www.ceparm.com/en/ (Engels en Portugees)
Website van de Center for Studies of Paramyloidosis Antonio
Rodrigues de Mello, een onderzoeksinstituut uit Brazilië dat
onderzoek doet naar familiaire amyloïdose.
Patiënten- en belangenverenigingen
•
•
40
www.amyloidose.nl (Nederlands)
Voor meer informatie en voor lot­genotencontact in Nederland.
www.amyloidosissupport.org (Engels)
Website over Amerikaanse steungroepen voor amyloïdose-­
patiënten. Ook links naar buitenlandse pagina's en algemene
informatie over (omgaan met) de ziekte.
• www.amyloidosisresearchfoundation.org (Engels)
Website van de Amyloidosis Foundation, een stichting die
als doel heeft de kennis over amyloïdose te vergroten en het
onderzoek naar de ziekte te bevorderen. Bevat ook verhalen
van patiënten.
• www.thecasn.org (Engels)
Website van de Canadese supportgroep voor amyloïdose-­
patiënten. Met veel informatie over (de behandeling van en
onderzoek naar) de ziekte en levensverhalen van patiënten.
• www.lls.org (Engels)
Website van de Leukemia & Lymphoma Society (LLS),
’s werelds grootste non-profitorganisatie die zich inzet voor de
financiering van onderzoek naar bloedkanker en het verstrekken
van informatie aan patiënten.
• www.rarediseases.org (Engels)
Website van NORD (National Organization for Rare Diseases),
een Amerikaanse vrijwilligersorganisatie die zich richt op het
helpen van mensen met een zeldzame ziekte.
• www.rareconnect.org (Engels)
Een wereldwijde online community voor patiënten met een
zeldzame ziekte. Hier komt u in contact met andere patiënten
en krijgt u informatie over (leven met) zeldzame ziektes.
Online informatiebronnen
41
Download