De vijf legenden over Liszt Precies 200 jaar na zijn geboorte bestaan er nog talloze vooroordelen over de componist Franz Liszt, de man die in zijn jonge jaren Parijs op zijn kop zette met zijn virtuoze pianospel. Pianist en Lisztkenner Leslie Howard breekt hier de vooroordelen af. op zijn naam staan. Ook Sjostakovitsj heeft gelegenheidsmuziek geschreven. Daar moet je een componist niet op afrekenen. Maar met de Sonate voor piano, de Faust-symfonie en het oratorium Christus heeft hij zijn top bereikt. „Het slechtste dat Liszt kan overkomen is dat zijn werk in handen komt van een slechte pianist die voor de effecten gaat. Dan wordt het goedkoop en lelijk. Je moet het werk nobel spelen.” 3. Liszt componeerde voornamelijk voor piano. Sandra Kooke H et duurt meer dan vijfenhalve dag non-stop luisteren voor iemand alle 99 cd’s met pianomuziek van Franz Liszt heeft gehoord. Pianist Leslie Howard nam ze op. Als dirigent stortte hij zich ook op een minder bekend deel van Liszts repertoire: de orkestwerken. Als kenner van Liszt verbaast hij zich over de vooroordelen die over Liszt bestaan. Liszt zou een oppervlakkige pianovirtuoos zijn, die als componist niet bijster interessant was. Behalve voor pianisten die zo snel mogelijk hun publiek versteld willen doen staan met pianotrucs. Nu het driejaarlijkse internationale Lisztfestival te Utrecht bijna begint, stelt Howard het beeld bij. Franz Liszt in 1858. Veel van de verhalen over hem zijn clichés. 4. Liszt kreeg als genie alles aangewaaid en heeft niet hoeven lijden. 1. Franz Liszt was er als eerste popster vooral op uit de vrouwen aan zijn voeten te krijgen. Door zijn spectaculaire spel vielen de vrouwen flauw. Leslie Howard: „Liszt introduceerde het recital, waarbij de pianist als solist optrad. Hij was inderdaad immens populair bij het vrouwelijk publiek. Maar die beroemde periode in Parijs heeft slechts tien jaar geduurd. Na zijn 35ste heeft hij zelfs nooit meer in het openbaar piano gespeeld. Veel van zijn eigen stukken, zoals het tweede pianoconcert, heeft hij zelf nooit uitgevoerd. „Het is ontzettend jammer dat er geen opname van zijn spel bestaat. De techniek was er klaar voor aan het eind van zijn leven. We hebben wel beschrijvingen van mensen die concerten van hem bijwoonden. Als jongeman maakte hij er een show van, met veel lichaamsbewegingen. Vooral in het lichte repertoire. Maar als hij Beethoven speelde, zat hij rechtop en stil. Later speelde hij alles zonder erg te bewegen. „Hij speelde showstukken, maar bracht het publiek ook in contact met muziek van Beethoven en andere componisten. Hij was zelfs de enige pianist die werk van Schubert speelde. Maar om het publiek daarvoor te interesseren, moest hij die serieuze muziek combineren met populair werk, bijvoorbeeld met pianobewerkingen van opera’s die net in de mode waren. In Engeland maakte hij tijdens concerten parafrases op ’God save the queen’ en ’Rule, Brittannia’. Een enorm succes natuurlijk. Dat noemen we nu de sandwichformule.” „Liszt schreef bijna honderd orkestwerken, drie oratoria, vijf missen, zo’n zestig andere religieuze koorwerken, honderd seculiere koorwerken, zo'n zestig stuks kamermuziek, meer dan zestig orgelwerken, meer dan honderd pianoduetten, 130 liederen en een hoop losse werken. Ook zonder zijn pianowerken is dit een van de grootste producties in de geschiedenis. „Er wordt wel eens gedacht dat Liszt, toen hij op zijn 37ste dirigent werd in Weimar, het orkest nog moest leren kennen. Onzin. Berlioz had hem al gecomplimenteerd met hoe hij voor orkest schreef. „Toen hij in Weimar een eigen orkest had, leerde hij natuurlijk veel bij. De Faust-symfonie is niet voor niets als summum van orkestverfijning een voorbeeld voor veel componisten geweest.” „Liszt werkte hard. Hij zat elke dag van zes uur 's ochtends tot twaalf uur 's middags aan zijn partituren te werken. Wat betreft discipline is hij te vergelijken met Bach, Mozart of Haydn, die ook elke week een nieuw stuk af hadden. „Rijk was hij wel, althans het grootste deel van zijn leven. Een heel andere situatie dan die van tijdgenoten Wagner en Brahms die alleen konden overleven dankzij giften van weldoeners. Maar Liszt was ook genereus. Hij gaf zijn geld makkelijk weg en wist soms niet eens wat hij bezat. „Hij deed ook veel om anderen te helpen. Hij had een neus voor talent en als hij dat ontdekte, hielp hij door een componist bij een uitgever te introduceren of een uitgave van het werk zelf te betalen. Ook dirigeerde hij als eerste veel werken van Wagner, maar ook bijvoorbeeld de eerste symfonie van de vijftienjarige Glazoenov. „Liszt heeft ook veel goeds gedaan voor de bekendheid van componisten door hun werk voor pianotranscripties te gebruiken. Daarmee was hij soms de eerste die een opera publiceerde.” „Liszt was ook zijn hele leven beroemd. Hij is de meest gefotografeerde man van de negentiende eeuw. De laatste twintig jaar van zijn leven, toen hij in een lagere kerkfunctie was gewijd, werkte hij als een soort ambassadeur voor het Vaticaan. Alle deuren gingen voor hem open. Als hij in Engeland was logeerde hij bij koningin Victoria op Windsor Castle. „Als je een bepaald soort roem hebt, kunnen mensen je moeilijk serieus nemen. Dat is ook het geval met Liszt. Maar Liszt was niet uit op die roem.” 5. Afgezien van pianovirtuositeit heeft Liszts werk geen sporen nagelaten. „Iedere componist die na hem kwam, heeft iets uit zijn werk gebruikt. Soms hoor je dat duidelijk, zoals in Tsjaikovski’s ’Francesca da Rimini’ of in de pianosonates van Skrjabin. Vaker hoor je dat componisten zich indirect laten inspireren door de muzikale vernieuwingen die hij doorvoerde op het gebied van harmonie, orkestratie of vorm. „In de laatste fase van zijn leven componeerde Liszt korte pianowerken die zo modern waren dat ze vooruitwezen naar de muziek van de twintigste eeuw. Stille, lege stukken zonder vaste toonsoort. Hij verbeeldde zo volgens mij de eenzaamheid van de ouderdom. Overigens is het ook niet waar dat Liszt pas aan het eind van zijn leven interesse voor religie kreeg. Hij was zijn hele leven een gelovig man.” Het Liszt Concours 2011 wordt vrijdag feestelijk geopend. Van 29 maart tot en met 5 april vinden de kwart- en halve finale plaats. Op 9 april zal de winnaar na de finale bekend worden gemaakt. www.liszt.nl Na enkele relaties trok de kerk hem het meest Liszt was bij leven al geliefd en welvarend. Hij geldt als de meest gefotofeerde man van de 19de eeuw. 2. Liszt was belangrijker als pianist dan als componist. „Liszts bestaan als concertpianist duurde tien jaar. Hij componeerde gedurende 65 jaar van zijn leven. „De hoeveelheid composities is overweldigend. Ik heb in archieven heel wat onbekende manuscripten opgedoken. In mijn cd-box zitten stukken die voor de allereerste keer zijn uitgevoerd. „Natuurlijk was niet al zijn werk even diepgravend. Iedere componist heeft eenvoudige marsen of Ländler Franz Liszt (1811-1886) werd geboren in Hongarije en was als negenjarige al zo’n begaafd pianist dat de edelen die hem hoorden spelen voor een studiebeurs zorgden om hem lessen te laten nemen bij een goede leraar. Czerny bleek bereid de jonge Liszt in Wenen voor niks les te geven. Van Wenen ging het naar Parijs, waar de beroemdste periode van zijn leven aanbrak. Hij ging samenleven met gravin Marie d’Agoult, die voor hem haar man verliet. Muzikaal liet hij zich inspireren door vioolvirtuoos Paganini, collega-pianist Chopin en Berlioz, van wie hij het beginsel van de programmamuziek leerde: muziek die de werkelijkheid uitbeeldt of een verhaal vertelt. Met d’Agoult trok hij rond in Europa. Hij speelde piano, componeerde en kreeg met haar drie kinderen. In 1844 gingen ze uit elkaar. Voor Liszt begon een nieuwe periode toen hij in 1848 aan het hertogelijk hof van Weimar dirigent werd. Hij componeerde ook en gaf les. Aan zijn vele leerlingen hebben wij de kennis over zijn spel te danken. Hij begon een verhouding met prinses Caroline von Sayn-Wittgenstein, die al getrouwd was. In 1860 vertrok Liszt naar Rome waar de derde periode uit zijn leven zich grotendeels afspeelde. Hier trad hij in een van de lagere orden van de katholieke kerk in, waarna hij voortaan gekleed ging in een soutane. Zijn late composities zijn het tegenovergestelde van zijn vroege werken. De virtuoze passages hebben plaatsgemaakt voor uitgebeende, kale stukken. Deze zijn tegenwoordig al net zo geliefd als zijn beruchte Mefistowalsen en zijn meesterwerk, de Sonate in b.