Begrippen en economen DEC-22803 Mercantilism: - Trade is a zero-sum game State intervention Value economy based on gold Physiocracy: - Economie naar natuurlijke wetten Laissez-faire Quesnay 3 klassen Classical economics: - Smith, Ricardo, Mill, (Marx, Malthus) Economie = harmonieus geheel Gaat over income distribution, role of the state,growth Labour theory of value Aanbod bepaalt prijs Vrije markt Vrije individu leidt tot efficiëntie Adam Smith: Vrijemarkt leidt tot efficiëntie Onzichtbarehand zorgt voor orde Kortetermijn: supply en demand bepalen waarde Langetermijn: supply bepaalt waarde Governmentmoet zorgen voor het beschermen van nieuwe bedrijven, monopolieën vernietigenen voorzien in publieke goederen. Groei= accumulatie van kapitaal Focusop imports Jeremy Bentham: - utilitarisme Utilitarianism: - hetstreven naar het grootste geluk/meeste waarde bij zo veel mogelijk mensen Thomas Robert Malthus: - populatie groeit exponentieel, voedselaanbod liniair verwerpt say’s law (betaal voorproduct met product: want onderconsumptie) positive & preventive checks Positive checks: - hoger sterftecijfer da’shandig, want dan is er weer genoeg te eten Preventive checks: - lager vruchtbaarheidscijfer da’shandig, want dan is er weer genoeg te eten David Ricardo: - Deductieve methodologie Iron law of wages Theory of land rent Iron law of wages: - lonen zijn gelijk aan subsistence level Theory of land rent: doordat er steeds meerbevolkingsgroei is moeten steeds meer mensen eten en steeds slechtere grondenworden gebruikt om eten op te verbouwen. De prijs wordt bepaald door deproductiekosten op de slechtste grond. Deze zijn veel hoger dan deproductiekosten op goede grond. De landeigenaren van de goede grond krijgen hetverschil tussen de prijs en hun productiekosten gewoon onverdiend: economicrent. Daar hebben ze niets voor hoeven doen. De prijzen gaan omhoog door diesteeds slechtere grond waar steeds duurder op verbouwd kan worden en delandeigenaren op betere grond profiteren er alleen maar van. De rest van demaatschappij niet. Want door de prijsverhoging moeten de absolute lonen omhoogom op het subsistencelevel te blijven, hebben kapitalisten minder geld om teinvesteren en minder winst en dat is alleen maar lastig en niet goed voor deeconomische groei. Comparative advantages: sommigelanden kunnen sommige producten goedkoper produceren dan andere landen -->internationale handel loont John Stuart Mill: - onderscheidtussen persoonlijke en functionele inkomensverdeling inductievebenadering governmentmoet zorgen voor goede distributie & educatie stationairestaat is wenselijk taxationkan inkomensverdeling beïnvloeden Karl Marx: Dialectical materialism Alienation Reserve army of the unemployed Fundamentele revolutie Dynamic forces of production (technologie, accumulatievan kapitaal) change the static relations of production (rules of the game) Surplusis het verschil tussen opbrengsten en arbeidskosten Dialectical materialism: - Thesis + antithesis = synthesis Hegel Marx:arbeidersrevolutie + kapitalisme = dictatuur van het proletariaat Alienation: Vervreemding door arbeidsdeling en commoditisation Reserve army of the unemployed: Door technologischeveranderingen minder arbeiders nodig --> aantal ‘vrije’ (= werkloze)arbeiders stijgt relatief ten opzichte van absolute bevolkingsaantal -->gunstig voor kapitalisme (want inzetbare arbeid bij hoogconjunctuur, meermogelijkheid uitbuiting, etc.) Neoclassical economics: - Jevons, Menger, Walras Focus op resource allocation Gebruik van marginalistische analyse Deductieve benadering Geen aandachtvoor tijd als factor Focusop consumenten Marginalists: - Meer gerichtop verdeling en welvaart ipv groei Vraagbepaalt prijs Meer gebruikvan wiskunde en afgeleide functies (= andere techniek) Menger: - Vraag bepaalt prijzen marginalist Walras: vraagen aanbod bepalen prijzen: New Theory of Value Gossen’ssecond law resulteert in een vraagcurve en daarom zijn alle markteninterrelated: general equilibrium Gossen's first law: - Marginaalnut neemt af (17e appel minder lekker dan 16e) Gossen's second law: the last euro you spend on each product should give youthe same amount of utility. in een optimum is het marginale nutvan alle consumptie gelijk prijs/nut vergelijking ;nutsmaximalisatie als 1 appel 2 peren kost is het marginale nut van 1 appelblijkbaar hoger, anders zakt de prijs van de appel. Alfred Marshall: ceteris paribus tijdsverdeling: market period (supply is fixed,vertical curve), short run (variable costs can change), long run, very long run(all costs are variable, curve is almost horizontal) Marshalliancross, kijken naar zowel vraag als aanbod Prijselasticiteit Ceteris paribus: - veronderstellendedat alle andere factoren gelijk blijven Jevons: - arbeid hangt af van utility marginalist ‘the Coal Question’ Rebound, cohort, backfire effect Rebound effect: - Verhogingvan productiviteit leidt tot lagere prijzen leidt tot hogere consumptie Cohort effect: - Reboundeffect werkt door in latere generaties (zijn gewend aan lage prijs) Backfire effect: - Rebound effect bij kolen First theorem of welfare economics: - Trade will lead to an efficient (not equitable)distribution Second theorem of welfare economics: - By changing the initial endowments, you can achieve amore equitable growth John Bates Clark: - Pareto-efficientiezal leiden tot equity Kritiekop neoclassical economics: te mechanische werking van de economie, geen vrijewil voor agents GermanHistorical School German Historical School: - Historische, inductieve methode Oudereschool: er is geen universele theorie mogelijk Nieuweschool: historical case studies Thorstein Veblen: Probeerde een unified theory of social sciences temaken Kritiek op marginalistische benadering Institutionalisme (nadruk) Washet niet eens met neoklassieke denken: te teleologisch, pre-darwinistisch(leidt tot perfecte markt en socially benificial equilibrium e.g. disagreedwith general equilibrium), statisch, non-empirisch, neemt rationaliteit aan Focusop instinct (hebzucht, nieuwsgierigheid, etc.) Dichotomietussen cultuur en economie --> New Institutional Economics New Institutional Economics: - institutieszijn er om transactiekosten te reduceren. Austrian School of Economics: andere methodologie: theory and abstracting subjective theory of value focusniet alleen op bestaande equilibria, maar ook hoe je er komt opportunity costs also work over time Jemoet zoeken naar producten en prijzen --> no perfect information (je weetnooit zeker of je wel de allergoedkoopste appel hebt gevonden) Tegenstaatsinterventie; markt is een proces Joseph Schumpeter: Neoclassicist,maar wel focus op groei en verandering Verschiltussen groei (meer van hetzelfde) en ontwikkeling (creative destruction,verandering in sociale organisatie en daarbijhorende instituties) populatiegroei enconsumentenvoorkeur zijn ‘exogene’ factoren voor groei, sociale innovaties zijnendogeen en kunnen ontwikkeling veroorzaken Nadrukop de rol van de ondernemer Inducedinnovation Evolutionaryeconomics Induced innovation: innovation responds to market signals of scarcitiy samenwerking tussen invention eninnovation --> elektriciteit: men vond uit hoe men het kon gebruiken, wilhet van waarde voor je zijn dan moet je zorgen dat het op de markt komt enverkocht wordt. maar dit brengt risicos met zich mee omdat je nog niet zekerweet of je het verkocht krijgt en dus je investeringen terugverdient Evolutionary Economics: - kapitalismeverandert altijd en kan nooit stationair zijn Rosenstein-Rodan: tweeoplossingen voor arbeidersoverschot in oost-Europa: 1. Emigratie, 2. Industrialemployment. Hold-up problem: employers do not want to train theirworkers, as they might leave the company --> role for government Tinbergen: - Groeiin rijke landen komt at the expense van arme landen Cobweb model of instability: the economy can go incircles around the equilibrium Inkomensnivellering werkt positief (1:5 regel) ideale inkomensverdeling als niemand van werk wil wisselen Boserup: - Populatiedruktriggert technologische verandering (niet eens met Malthus) Verborgenwerkloosheid vs informele sector Cobweb model of instability: - the economy can go in circles around the equilibrium Hirschman: - belangvan instituties (geen laissez-faire) Sen: Hongersnoodveroorzaakt door gebrek aan geld: goede oogst --> meer geld --> meerconsumptie --> stijgende prijzen --> geen geld meer --> geen eten--> dood Micro development economics: asymmetric information,game theory, social choice theory How should poverty be measured?