HOOFDVERPLEEGKUNDIGE – WOONZORGCENTRUM ARBEIDSVOORWAARDEN JOB - INHOUD Een uitdagende job waarbij je een afdelingswerking kan uitbouwen voor een uitgebreid zorgteam, De nadruk komt te liggen op bewonersgerichte zorgverlening binnen de werking van de leefsferen in de woon en werkomgeving van het woonzorgcentrum T’ HOF. Meer info over de taakinhoud vind je in het functie- en competentieprofiel. Contract van onbepaalde duur. Voltijdse tewerkstelling. Dagdienst, geen nachtdienst of weekendprestaties. Je beschikt over vijf jaar relevante beroepservaring VERLONING Geïndexeerd bruto maandsalaris: min. 3.014,60 euro – max. 4.559,50 euro Alle overheidservaring en max. 20 jaar relevante privé-ervaring telt mee voor de berekening van uw loon. Een geïndividualiseerde weddesimulatie kan opgevraagd worden bij de personeelsdienst. Haard- en standplaatsvergoeding Eindejaarstoelage Attractiviteitspremie EXTRA LEGALE VOORDELEN Permanente vorming Fietsvergoeding Terugbetaling van openbaar vervoer Maaltijdcheques Hospitalisatieverzekering Minstens 26 dagen verlof + 13,5 feestdagen DIPLOMA & ANDERE VOORWAARDEN houder zijn van de beroepstitel van gegradueerd verpleegkundige; beschikken over een diploma hoger onderwijs in de verpleegkunde (gegradueerde verpleegkundige, bachelor in de verpleegkunde, master in de verpleegkunde); bijkomend één van volgende diploma’s bezitten: o een diploma kaderopleiding voor gegradueerd verpleegkundigen en vroedvrouwen (overeenkomstig artikel 42 §3 wordt de proeftijd verlengd tot wanneer deze kaderopleiding wordt behaald; de maximale proeftijd bedraagt evenwel 3 jaar); o een diploma kaderopleiding voor hoofdverpleegkundigen (overeenkomstig artikel 42 §3 wordt de proeftijd verlengd tot wanneer deze kaderopleiding wordt behaald; de maximale proeftijd bedraagt evenwel 3 jaar); o een licentie biomedische wetenschappen; o een licentie medisch-sociale wetenschappen; o een licentie medisch-sociale wetenschappen en ziekenhuisbeleid; o een licentie gerontologie. beschikken over een uittreksel uit het strafregister, waaruit blijkt dat de betrokkene niet werd veroordeeld wegens een misdrijf dat genoemd is in boek II, titel VII, hoofdstuk V, VI, VII, titel VIII, hoofdstuk I, II, artikel 422bis, IV en VI en titel IX, hoofdstuk I en II, van het Strafwetboek;