EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Verspreidende inktvlek Hier heb je de hulp van een volwassene nodig! Je hebt nodig: 2 glazen Heet water Koud water Inkt En zo doe je het: Vul het ene glas met heet en het andere met koud water. In beide glazen moet zich dezelfde hoeveelheid water bevinden. Laat in ieder glas een druppel inkt vallen. Wat zal er gebeuren? De inkt en het water vermengen zich in beide glazen en de vloeistof in beide glazen is uiteindelijk gelijkmatig gekleurd. In het hete water vermengt de inkt zich echter heel wat sneller dan in het koude. Waarom? In koud water bewegen de moleculen langzaam, in heet water snel. Daarom verspreidt ook de inkt zich sneller in heet water. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl De grote mix Je hebt nodig: 2 even grote flessen Levensmiddelenkleurstof of inkt Water 1 strook karton Zout 2 lange dunne houten stokjes (bijv. Satéstokjes) En zo doe je het: Vul beide flessen in de gootsteen tot aan de rand met water. Los in de ene fles zout op en giet in de andere de levensmiddelenkleurstof of inkt. Roer het water in beide flessen om met de dunne stokjes. Let het stuk karton op de fles met het zoute water. Druk het karton stevig tegen de flesopening, draai de fles voorzichtig om en zet ze, nog steeds met het karton ertegenaan, ondersteboven op de andere fles. trek de strook karton er voorzichtig tussenuit, zonder dat de op elkaar staande flessen verschuiven. Wat zal er gebeuren? De beide oplossingen vermengen zich, totdat beide flessen dezelfde kleur aangenomen hebben. Waarom? De verfmoleculen lossen op en diffunderen, d.w.z. ze vermengen zich geleidelijk met het oplosmiddel water en daarna met het zoute water. Alle deeltjes worden zo gelijk gespreid over de oplossing. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Droog water Je hebt nodig: 1 glas, gevuld met water Gemalen peper En zo doe je het: Strooi voorzichtig gemalen peper op het kalme wateroppervlak van het glas, tot het volledig bedekt is. Nu mag je het glas niet meer bewegen. Doop je vinger langzaam een klein stuikje in het water en trek hem er meteen weer uit. Wat zal er gebeuren? Je vinger blijft droog. Waarom? De peper versterkt de oppervlaktespanning van het water, die de watermoleculen stevig bijeenhoudt. Alleen bij zeer sterke druk breekt het watervlies en wordt de vinger nat. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Onzichtbare huid Je hebt nodig: 1 glas gevuld met leidingwater 1 speld 1 pincet En zo doe je het: Wacht tot het wateroppervlak helemaal kalm is. Pak de pincet op en klem daarmee de speld horizontaal vast. Leg de speld langzaam en uiterst voorzichtig op het wateroppervlak. (Het is belangrijk dat je de speld helemaal horizontaal neerlegt. Wanneer de speldpunt in het water zakt, lukt de proef helaas niet meer!) Wat zal er gebeuren? De speld zinkt niet, ze drijft. Waarom? Omdat de aantrekkingskracht tussen de watermoleculen heel groot is, vormen ze aan het wateroppervlak een soort dunne, onzichtbare huid, een elastisch vlies, dat lichte voorwerpen kan dragen. De kracht zie deze moleculen bij elkaar houdt, noemen we oppervlaktespanning. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Suikerdans Je hebt nodig: 1 plat schaaltje, gevuld met water 6 tandenstokers 1 suikerklontje En zo doe je het: Leg het suikerklontje voorzichtig op het wateroppervlak, en schik de tandenstokers er in een cirkel omheen. Wat zal er gebeuren? De tandenstokers worden door de suiker aangetrokken en lijken ernaartoe te drijven. Waarom? Terwijl de suiker geleidelijk oplost in het water, zinkt de suikeroplossing omlaag, omdat ze zwaarder is dan water. Daardoor ontstaat een stroming. Die stroming “zuigt” de tandenstokers naar het midden toe. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Ei röntgen apparaat Je hebt nodig: 1 kleine zaklantaarn 1 schoenendoos met deksel 1 rauw kippenei En zo doe je het: Knip in het deksel van de doos een eivormig gat, ter grote van een klein kippenei. (De opening moet iets kleiner dan het ei zijn.) 2. Leg of zet de zaklantaarn zodanig in de doos, dat de lichtstraal op het gat in het deksel valt. Ze de zaklantaarn aan. 3. Leg in een verduisterd vertrekt het ei op het gat in het deksel, zodat het van onderen belicht wordt. Wat zal er gebeuren? Je herkent de eidooier. Bij sommige eieren zie je bovendien een donkere vlek, die bij andere eieren ontbreekt. Waarom? De lichtstralen van de zaklantaarn zijn natuurlijk geen röntgenstralen. Maar ook zichtbaar licht kan gedeeltelijk door de eischaal heendringen en zo het binnenste van het ei wazig zichtbaar maken. Wordt een bevrucht ei van onderen belicht, dan zie je een donkere vlek. Bij onbevruchte eieren ontbreekt de vlek. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Weerkaatst licht Je hebt nodig: 1 zaklantaarn 1 vel wit papier 1 vel zwart papier 1 wandspiegel En zo doe je het: Knip de zaklantaarn in een verduisterd vertrek aan en ga voor de spiegel staan. Houd de lamp van opzij zodanig tegen je gezicht, dat je neus belicht wordt. Houd aan de andere kant eerst het zwarte en daarna het witte vel papier in het schijnsel van de zaklantaarn. Kijk daarbij in de spiegel. Wat zal er gebeuren? De zaklantaarn belicht je neus. Houd je het witte vel voor de lichtstraal, dan wordt je gezicht “bestraald”; het licht op. Houd je het zwarte vel voor de lichtstraal, dan blijft je gezicht bijna helemaal donker. Waarom? De lichtstralen van de zaklantaarn vallen eerst op je neus en ketsen daarop af. Het witte vel papier reflecteert het licht, d.w.z. het werpt de stralen terug op je gezicht en verlicht het. Het zwarte vel reflecteert het licht daarentegen bijna helemaal niet; het absorbeert een groot deel van de lichtstralen (m.a.w. het ‘slokt het op’) Je gezicht blijft daardoor, met uitzondering van de neus, donker. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Zonnewijzer (een proef waarbij een volgend groepje verder kan gaan) Je hebt nodig: Karton Schaar 1 passer 1 spijker 1 potlood 1 stokje van ca. 25 cm 1 klok of horloge En zo doe je het: Teken met de passer een cirkel (doorsnede 20 cm) op het karton en knip die uit. Prik met de spijker in het midden een gat. Steek het stokje door het gat en loop de tuin in. Prik het stokje op een zonnige plaats in de grond, zodat de kartonnen schijf plat op de bodem ligt. Markeer elke keer als de klok een vol uur aangeeft de schaduw van het stokje op de kartonnen schijf. Schrijf er telkens het uur (bijv. 12 uur) bij. Wat zal er gebeuren? De schaduw verplaatst zich in de loop van de dag. Op ieder vol uur valt hij op een andere plaats. De schaduwen die je met het potlood natrekt, zijn straalvormig rond het stokje geordend. Waarom? De aarde draait met een constante snelheid rond de zon. Daardoor lijkt de zon zich te verplaatsen en van stand te veranderen. ’s Middags staat de zon hoog aan de hemel, ’s avonds en ’s ochtends laag. Met de stand van de zon schuift de positie van de schaduw op. ’s Ochtends valt de schaduw naar het westen en is hij lang en smal. ’s Middags is hij kort en wijst hij op het noordelijke halfrond naar het noorden, op het zuidelijke halfrond naar het zuiden. Laat in de middag draait de schaduw naar het oosten toe. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Pupillen Je hebt nodig: 1 spiegel 1 zaklantaarn 1 verduisterde kamer En zo doe je het: Verduister de kamer en ga voor de spiegel staan. Knip de zaklantaarn aan en houd hem zo naast je hoofd, dat het licht niet direct in je ogen schijnt. Let in de spiegel op de grootte van je pupillen. Breng de zaklantaarn nu wat naar voren, zodat er meer licht op je ogen valt. Wat zal er gebeuren? Wanneer het licht zwak is, zijn je pupillen heel groot. Wanneer je het licht daarna meer op je gezicht richt, trekken de pupillen samen. Waarom? Bij weinig licht verwijden de pupillen, zodat er zo veel mogelijk licht in het oog kan doordringen. Te veel licht kan de ogen schaden en daarom vernauwen de pupillen. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl De kleur van het licht Je hebt nodig: 1 vel wit papier 1 drinkglas, half gevuld met water Zonnig weer En zo doe je het: Leg het papier op de door de zon beschenen vloer. Pak het glas water en houd het direct in het zonlicht op een afstand van 7 a 10 cm boven het papier. Wat zal er gebeuren? Op het papier verschijnen de kleuren van de regenboog. Waarom? Het eigenlijke, doorzichtige licht ziet er soms wittig uit, maar bestaat uit verschillende golflengten en daardoor verschillende kleuren. Het glas water kan het licht afbuigen (breken) en zo het kleurenspectrum waaruit licht is opgebouwd zichtbaar maken. Zo krijg je een uit zeven kleuren opgebouwde regenboog. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Regenboog Je hebt nodig: 1 zaklantaarn 1 platte, rechthoekige schaal, gevuld met water 1 spiegel Wit papier Water En zo doe je het: Zet de spiegel schuin tegen de smalle kant van de met water gevulde schaal. Schijn met de zaklantaarn zodanig op het water, dat de lichtstraal valt op het deel van de spiegel dat zich onder water bevindt. Houd een vel wit papier voor de spiegel om het door de spiegel weerkaatste licht op te vangen. Wat zal er gebeuren? Op het papier verschijnen de kleuren van de regenboog. Waarom? Waterdruppels breken het licht van de zon en splitsen het in de zeven kleuren van de regenboog. Het door de spiegel gereflecteerde witte licht wordt bij het verlaten van het water gebroken. Doordat de kleuren waaruit wit licht is opgebouwd niet onder dezelfde hoek worden gebroken, treden ze op verschillende plaatsen naar buiten en worden zichtbaar. Er verschijnt een regenboog. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Hemelsblauw Je hebt nodig: 1 drinkglas, gevuld met water 1 zaklantaarn Melk En zo doe je het: Schud enkele druppels melk in het glas om het water troebel te maken. Knip de zaklantaarn aan en richt hem loodrecht op de opening van het glas en het wateroppervlak. Let op de kleur van het water. Richt nu de lantaarn van opzij van buiten op de glaswand en let opnieuw op de kleur van het water. Wat zal er gebeuren? Wanneer de lichtstraal loodrecht op het wateroppervlak valt, ziet het water er blauwig uit. Schijnt de zaklantaarn van buiten door de glaswand op het water, dan lijkt het water roze te kleuren; de lichtstraal zelf ziet er in het water geel-oranje uit. Waarom? Het water, dat door de melk troebel gemaakt is, breekt de kleuren van het licht verschillend. Het blauwe licht, met een korte golf, wordt daarbij veel sterker verstrooid dan het orde met een lange golf. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Het verdwenen spiegelbeeld Je hebt nodig: Aluminiumfolie 1 schaar En zo doe je het: Knip met de schaar een stuk aluminiumfolie af. Houd de folie met de glanzende kant voor je gezicht en bestudeer je spiegelbeeld. Verfrommel voorzichtig het aluminiumfolie en strijk het daarna weer glad. Houd de folie opnieuw voor je gezicht en bestudeer je spiegelbeeld. Wat zal er gebeuren? Je spiegelbeeld is verdwenen, het aluminiumfolie spiegelt niet meer. Waarom? Wanneer de lichtstralen die door je hoofd gereflecteerd worden, op een glad, plat vlak vallen, worden ze allemaal in dezelfde hoek weerkaatst. Verfrommelde folie reflecteert het licht in een heleboel verschillende richtingen en daardoor kan je spiegelbeeld zich er niet meer op vormen. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl De reflecterende kok Je hebt nodig: Aluminiumfolie 20 oude speelkaarten 1 metalen pannetje, gevuld met warm water 1 rauw ei En zo doe je het: Wikkel om de speelkaarten aluminiumfolie met de glanzende kant naar buiten. Let erop dat de “spiegels” glad zijn en het aluminiumfolie geen plooien vertoont. Zet het met warm water gevulde pannetje buiten op de grond in de felle zon. Stel de “spiegels” zo op, dat de zonnestralen die erdoor gereflecteerd worden, in het pannetje vallen. Leg het rauwe ei in het pannetje. Wat zal er gebeuren? Na enige tijd kookt het water, en na vier minuten kooktijd is het ei zachtgekookt en eetbaar. Waarom? In het pannetje worden de stralen die door de spiegels weerkaatst worden, gebundeld en ze wekken zo’n grote hitte op, dat ze het voorverwarmde water aan het koken brengen. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Loepzuiver water Je hebt nodig: 1 drinkglas, gevuld met water 1 rietje En zo doe je het: Zet het rietje in het water en bestudeer het nauwkeurig. Wat zal er gebeuren? Het deel van het rietje dat zich in het water bevindt, lijkt een grotere diameter te hebben. Waarom? De lichtstralen worden onderweg door het glas gebroken in de lucht verstrooid. Doordat de wand van het glas gewelfd is, wordt het licht zodanig gebroken, dat het rietje groter lijkt. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Superwaterloep Je hebt nodig: 1 stuk karton 1 schaar 1 stok doorzichtige plastic folie Water 1 krant En zo doe je het: Knip uit het karton een loephouder (vliegenmeppermodel met groot gat) 2 Plak over het gat een stuk doorzichtige plastic folie. Druppel voorzichtig wat water op de folie en probeer door je loep een stuk krantenpapier te bekijken. Wat zal er gebeuren? De letters van de krant worden vergroot. Waarom? De waterdruppel werkt als een verzamellens en vergroot de letters als een loep. De lichtstralen vallen in de “waterlens’ en worden erdoor gebroken. Bij het verlaten van de lens ontstaat een vergroot beeld van het voorwerp vanwaar de lichtstralen uitgaan. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Kijkbeker (voorzichtig) Je hebt nodig: 1 kartonnen bekertje 1 spijker 1 vel transparant papier Afplakband Lijn Zwart papier 1 kaars 1 lucifer En zo doe je het: Bekleed het kartonnen bekertje van binnen met zwart papier. Prik de spijker van onderen in het midden van de bekerbodem en boor er een gat in. Span een stuk transparant papier over de bekeropening en plak het aan de buitenkant vast met afplakband. Steek de kaars aan en verduister de kamer. Pak het bekertje op en houd het horizontaal (liggend) voor je, zodat het transparante papier naar jou en het gat in de bodem van het bekertje naar de kaars gekeerd is. Wat zal er gebeuren? Op het transparante papier verschijnt het beeld van de kaars op z’n kop. Wanneer je de kaars uitblaast, verdwijnt ook het beeld. Waarom? De lichtstralen die van de kaars uitgaan, vallen door het gat in de bodem van het bekertje, planten zich daarin rechtlijnig voort en worden door het transparante papier tegengehouden, waarop ze de kaars ondersteboven afbeelden. Het beeld staat op z’n kop, aangezien de lichtstralen die van het bovenste deel van de kaars komen het onderste deel van het transparante papier treffen, en omgekeerd. Blaas je de kaars in het donker uit, dan verdwijnt het beeld, want we zien een voorwerp uitsluitend wanneer het verlicht is. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Muntenberg (oefening en geduld) Je hebt nodig: 1 stapel van ca 7 muntstukken 1 mes 1 tafel En zo doe je het: Stapel de munten op aan de rand van de tafel. Sla met het mes van opzij de onderste munt weg. Wat zal er gebeuren? De stapel blijft staan. Waarom? Wanneer je rustende voorwerpen in beweging wilt brengen, moet je hun traagheid (of inertie) overwinnen. Een lichaam in rusttoestand (bijv. een stapel munten) heeft de tendens in deze toestand te blijven. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Eierdans Je hebt nodig: 2 rauwe kippeneieren 1 hardgekookt ei En zo doe je het: Leg alle drie de eieren voorzichtig op tafel. Geef alle eieren een draai en raak ze voorzichtig aan terwijl ze tollen. Wat zal er gebeuren? Het hardgekookte ei draait regelmatig, terwijl de beide rauwe eieren tijdens het tollen slingeren. Wanneer je het hardgekookte ei aanraakt, blijft het meteen staan. De rauwe eieren tollen ook na aanraking nog verder. Waarom? Een lichaam in rusttoestand heeft de neiging in deze toestand te blijven. In het hardgekookte ei zitten eiwit en eigeel onwrikbaar in de schaal opgesloten. Op veranderingen (bijv. het stoppen van de draaiing) reageert het daardoor sneller dan het rauwe ei. In het rauwe ei kunnen het vloeibare eiwit en eigeel vrij bewegen en ten gevolge van de traagheidswet veranderingen vertragen. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Met lucht gevulde fles Je hebt nodig: 1 lege fles 1 emmer, gevuld met water En zo doe je het: Dompel de fles met de opening naar onderen in de met water gevulde emmer. Wat zal er gebeuren? Er dringt geen water in de fles. Waarom? De fles is niet leeg, maar bevat lucht. Pas wanneer je de fles schuin houdt, zodat de lucht kan wegstromen, kan het water de vrijgekomen plaats innemen. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Reuzendorst en flessenfrustratie Je hebt nodig: 1 rietje 1 fles water of limonade Klei En zo doe je het: Steek het rietje in de fles. Vorm van klei een wordt en bevestig die rond de flesopening, zodat de fles luchtdicht afgesloten is. Probeer door het rietje uit de fles te drinken. Wat zal er gebeuren? Het water blijft in de fles, ook al zuig je nog zo hard aan het rietje. Waarom? Bij het zuigen trek je de vloeistof niet echt naar boven. Je verwijdert eigenlijk alleen de lucht in het rietje. Daardoor neemt de luchtdruk in het rietje af. Doordat echter op de vloeistof zelf nog steeds de druk van de buitenlucht werkt, stijgt de vloeistof in het rietje. In een gesloten fles kan er van buitenaf geen luchtdruk meer op de vloeistof inwerken. Er is geen verschil in luchtdruk en daardoor kan de vloeistof niet opstijgen. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Het elastische ei (voorzichtig) Je hebt nodig: Water 1 zuigfles zonder speen 1 pannenlap of vaatdoek 1 hardgekookt en gepeld ei En zo doe je het: Breng water aan de kook en vul de zuigfles tot de rand. Houd de fles vast met en pannenlap of vaatdoek en laat het vuur weglopen in de gootsteen. Zet meteen het ei op de flesrand. Wat zal er gebeuren? Het ei glijdt de zuigfles in, hoewel het groter is dan de flesopening. Waarom? Nadat het hete water uit de fles gelopen is, blijft er waterdamp in de zuigfles achter. Daardoor wordt een deel van de lucht uit de fles geperst. Tijdens het afkoelen vormt de waterdamp kleine druppeltjes en heeft nu minder ruimte nodig. De luchtdruk in de fles gaat omlaag. De luchtdruk buiten de fles is hoger en perst het ei de zuigfles in. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Winter in de zomer? Je hebt nodig: 1 kamerthermometer 1 nat papieren zakdoekje 1 haardroger En zo doe je het: Noteer voordat je met de proef begint de temperatuur die de thermometer aangeeft. Wikkel het natte papieren zakdoekje om het onderste deel van de thermometer. Zet de haardroger op de laagste stand en blaas de lucht enkele minuten tegen het natte zakdoekje. Zet de haardroger uit en lees de thermometer af. Wat zal er gebeuren? De temperatuur is gedaald. Waarom? Tijdens het verdampen gebruikt het water warmte. Dat merk je ook wanneer je na een bad uit het water stapt. Het water op je huid verdampt en onttrekt er warmte aan. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Het zwevende pingpongballetje Je hebt nodig: 1 haardroger 1 pingpongballetje En zo doe je het: Steek de stekker in het stopcontact en houd de opening van de haardroger loodrecht naar boven. Zet de haardroger aan en werp het pingpongballetje in de warme luchtstroom. Wat zal er gebeuren? Het pingpongballetje zweeft vrij in de lucht. Waarom? Volgens de wet van Bernouili heerst in de warme luchtstroom een kleinere druk dan in de koude lucht erbuiten. Zodra het balletje naar buiten wil wegspringen, duwt de van opzij inwerkende luchtdruk van de buitenlucht het weer terug. Zoals het pingpongballetje door de warme luchtstroom van de haardroger wordt gedragen, worden ook waterdruppeltjes in de wolken door luchtstromingen in de opwaartse winden gedragen. Wanneer ze te zwaar worden, vallen ze als neerslag (regen of sneeuw) omlaag op de aardbodem. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Spokeninkt Je hebt nodig: 1 citroen 1 citruspers 1 klein schaaltje of bordje Water 1 eetlepel Wattenstaafjes Wit papier Lamp En zo doe je het: Pers de citroen uit en giet het sap in het schaaltje. Verdun het sap met wat water en roer de vloeistof om met de lepel. Doop een wattenstaafje in de vloeistof en schrijf er een zin mee op wit papier. (Na het drogen wordt wat je geschreven hebt onzichtbaar). Verwarm het papier door het tegen de peer van een lamp te houden. Wat zal er gebeuren? Je kunt het schrift weer lezen. Nu kun je gerust een detectiveclub oprichten! Waarom? Citroensap bevat koolstofverbindingen. Als die verbindingen worden opgelost in water, worden ze kleurloos. Bij verwarming ontbinden de koolstofverbindingen en er ontstaat kool. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Fletse thee Je hebt nodig: 1 kopje zwarte thee ½ Citroen 1 citruspers En zo doe je het: Pers de citroen uit en schenk het sap in de thee. Wat zal er gebeuren? De citroen maakt de thee (bijna) kleurloos. Waarom? Citroenzuur is een bleekmiddel, dat chemisch reageert met de kleurstof in de thee en daardoor de thee lichter maakt, ‘ontkleurt. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Schipbreuk door zeep Je hebt nodig: 1 glas kraanwater 1 speld 1 pincet Zeep of afwasmiddel En zo doe je het: Leg de speld voorzichtig op het water, zodat ze blijft drijven. Druppel voorzichtig wat afwasmiddel in het water. Wat zal er gebeuren? De speld gaat onder, ze zinkt in het water. Waarom? De zeep in het water drijft de watermoleculen uit elkaar, de oppervlaktespanning gaat omlaag en is niet meer voldoende om de speld te dragen. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Bellen blazen Je hebt nodig: 1 eetlepel afwasmiddel ½ kopje water 1 snufje suiker 1 rietje En zo doe je het: Schenk het afwasmiddel bij het water en roer het kopje goed door. Voeg een snufje suiker toe. Doop het onderste einde van het rietje in de zeepoplossing en blaas. Wat zal er gebeuren? Er ontstaat een kleine zeepbel. Waarom? Door het blazen omsluit de zeepoplossing de lucht en vormt een bel. De suiker zorgt ervoor dat de bel langer heel blijft, want hij verhindert dat het water snel verdunt en daardoor dat de zeepbel voortijdig uit elkaar spat. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Dubbeldekker Je hebt nodig: 5 eetlepels olie 5 eetlepels water 5 eetlepels honing (of siroop) 1 schone pot met schroefdeksel En zo doe je het: Schenk olie, water en honing in de pot, draai het deksel erop en schud alles goed. Laat de pot enkele minuten staan. Wat zal er gebeuren? De olie drijft boven, de honing zinkt naar beneden en daartussen bevindt zich een laag water. Waarom? De honing zinkt omdat hij een grotere dichtheid dan water heeft. Een grotere dichtheid betekent dat dezelfde hoeveelheid honing nauw samengepakt meer moleculen bevat dan dezelfde hoeveelheid water. De olie drijft boven, omdat ze lichter is, d.w.z. een lagere dichtheid heeft dan water. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA) EXPERIMENTEN DWEK-TEAM Regio Neder Veluwe www.nederveluwe.nl Springzout (makkie) Je hebt nodig: Plastic folie (bijv. een geknapte ballon) 1 elastiekje 1 klein plastic schaaltje 1 pan 1 pollepel Grofkorrelig zout of rijstkorrels En zo doe je het: Span de plastic folie over het schaaltje en zet hem vast met het elastiekje. Leg het zout of de rijstkorrels op de gespannen folie. Houd de pan in de buurt van het schaaltje en sla hard met de pollepel tegen de panbodem. Wat zal er gebeuren? De zoutkorrels springen in de lucht. Waarom? Door je slaan trilt de lucht. Er vormen zich geluidsgolven, je hoort geluid. De geluidsgolven bereiken het schaaltje en laten de folie trillen. De zoutkorrels worden door de trillingen in beweging gebracht en de lucht in geslingerd. Bron: Mijn experimenteerboek, met meer dan 200 spannende experimenten voor kinderen ISBN 90-438-1141-6 (Uitgave: HEMA)