Bijlage 9: voorschriften voor specifieke reinigingsmiddelen De inschrijver voegt eventuele milieulabels bij zijn offerte, alsook een verklaring op eer waarmee hij aantoont dat de voorgestelde producten voldoen aan de criteria 1 t.e.m. 6 van deze bijlage. Indien de inschrijver voor producten van post 2 geen product beschikbaar heeft dat aan deze eisen kan voldoen, wordt hij verzocht het meest ecologische alternatief voor te stellen, met expliciete vermelding van het criterium waaraan niet voldaan kon worden. 1. Gebruiksgeschiktheid Het product heeft een gelijkwaardig reinigingsvermogen als dat van het gelijkwaardig marktproduct en scoort beter dan leidingwater. 2. Kritisch verdunningsvolume (CDV of KVV) Het product heeft een laag kritisch verdunningsvolume1. 3. Verboden of beperkte stoffen en mengsels a) Specifiek uitgesloten stoffen Het product mag geen van de volgende ingrediënten bevatten, noch als onderdeel van de formulering, noch als bestanddeel van een in de formulering gebruikt preparaat: - Alkylfenolethoxylaten (APEO's) en derivaten daarvan - EDTA (ethyleendiaminetetra-azijnzuur) en zouten daarvan - NTA (nitrilotri-acetaat) - Nitromuskusverbindingen en polycyclische muskusverbindingen, zoals : muskusxyleen : 5-tert-butyl-2,4,6-trinitro-m-xyleen muskusambrette : 4-tert-butyl-3-methoxy-2,6-dinitrotolueen moskeen : 1,1,3,3,5-pentamethyl-4,6-dinitroindaan muskustibetine : 1-tert-butyl-3,4,5-trimethyl-2,6-dinitrobenzeen muskusketon : 4'-tert-butyl-2',6'-dimethyl-3',5'-dinitroacetofenon HHCB (1,3,4,6,7,8-hexahydro-4,6,6,7,8,8-hexamethylcyclopenta(g)-2benzopyran) AHTN (6-acetyl-1,1,2,4,4,7-hexamethyltetraline) - Quaternaire ammoniumzouten die niet gemakkelijk biologische afbreekbaar zijn - Chloorbleekmiddelen - Toxische stoffen b) Gevarenzinnen Het product mag geen enkel ingrediënt (stof of preparaat) bevatten dat meer dan 0,01% (g/g) van het eindproduct uitmaakt, dat is ingedeeld in één of meer van de volgende risicocategorieën overeenkomstig Richtlijn 67/548/EEG, zoals gewijzigd, of Richtlijn 1999/45/EG van het Europees Parlement en de Raad, zoals gewijzigd - R31 (vormt giftige gassen in contact met zuren) - R40 (carcinogene effecten zijn niet uitgesloten) - R45 (kan kanker veroorzaken) - R46 (kan erfelijke genetische schade veroorzaken) - R49 (kan kanker veroorzaken bij inademing) - R68 (onherstelbare effecten zijn niet uitgesloten) - R50+53 (zeer giftig voor in het water levende organismen ; kan in het aquatisch milieu op lange termijn schadelijke effecten veroorzaken) - R51+53 (giftig voor in water levende organismen ; kan in het aquatische milieu 1 Het kritisch verdunningsvolume moet berekend worden volgens de formule die vermeld wordt in de besluiten van de Commissie van 14 november 2012 tot vaststelling van de milieucriteria voor de toekenning van de EU-milieukeur , bijvoorbeeld : http://ec.europa.eu/environment/ecolabel/products-groups-and-criteria.html op lange termijn schadelijke effecten veroorzaken) - R59 (gevaarlijk voor de ozonlaag) - R60 (kan de vruchtbaarheid schaden) - R61 (kan het ongeboren kind schaden) - R62 (mogelijk gevaar voor verminderde vruchtbaarheid) - R63 (mogelijk gevaar voor beschadiging van het ongeboren kind) - R64 (kan schadelijk zijn via de borstvoeding) In het laatste punt van bovenstaande lijst met verboden producten moeten de bestanddelen van stoffen die R-zinnen bevatten die 0,01 % (g/g) bedragen van het product individueel worden bekeken – indien aangewezen en mogelijk. Daarbij geldt het principe dat die bestanddelen die afkomstig zijn van natuurlijke en hernieuwbare grondstoffen – zoals bijvoorbeeld citrusvruchten – mogelijk toegelaten zullen worden. 4. biologische afbreekbaarheid Inzake biologische afbreekbaarheid gelden de wettelijke vereisten, nl. dat de oppervlakte-actieve stoffen totaal biologisch afbreekbaar moeten zijn tot CO2 en water volgens de vereisten van de Verordening EG/648/2004, bijlage III (aerobe afbraak, 60% binnen 28 dagen of 70%, afhankelijk van de te volgen testmethode). Alle oppervlakteactieve stoffen (zowel anionogene, kationogene, non-ionogene als amfotere) moeten ook primair biologisch afbreekbaar zijn volgens de Verordening EG/648/2004, bijlage II (80%). 5. Verpakking a) Algemeen Kunststof onderdelen in de primaire verpakking (uitgezonderd doppen en pompjes) zijn geëtiketteerd volgens DIN 6120, deel 2 of een gelijkwaardige norm. De ftalaten in de kunststof verpakking (indien aanwezig) zijn ftalaten waarvoor op het moment van de inschrijving een risicobeoordeling heeft plaatsgevonden en die niet zijn ingedeeld in één van de categorieën waarnaar in criterium 3 b) van deze checklist verwezen wordt. b) Gewicht/utiliteitsratio (WUR) De gewicht/utiliteitsratio (WUR)8 van de verpakking is laag OF De verpakking bestaat uit kunststof / papier / karton die meer dan 80 % gerecycleerd materiaal bevatten of meer dan 80 % kunststof uit hernieuwbare bron. c) De verpakking (incl. etiketten) bevat geen PVC of andere gehalogeneerde plastics. Alle benamingen die wettelijk noodzakelijk zijn, moeten vermeld worden op de verpakkingen. 6. Dosering Het product beschikt over een doseerhulpmiddel.