Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE

advertisement
ROEPIE ROEPIE
(8+)
Lesmap 2de - 3de graad lager
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 1
Lesmap 2e en 3e graad lager
Van en met:
Pat Riské (live percussie + spel)
Joost Van den Branden (poppen + spel)
Vik Noens (poppen + spel)
Poppen:
Patrick Maillard
Decor:
Pat Riské
Techniek:
Steven Bosmans
Spelbegeleiding: Hans Van Cauwenberghe
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 2
Beste leerkracht,
In deze lesmap vindt u heel wat materiaal rond Theater Tieret en de
voorstelling ‘ROEPIE ROEPIE’.
Goed om weten vooraf …
*Op zich is het niet nodig om deze voorstelling op voorhand te bespreken in
klasverband. We houden ervan ons publiek (aangenaam) te verrassen. Wel is
het mogelijk en vooral zinvol met jongere leerlingen (2de graad lager
onderwijs) de thematiek en het concept even toe te lichten. Ook het
inleidend tekstje (zie p. 5) mag/kan gerust meegegeven worden op
voorhand.
*Theater Tieret brengt figurentheater in een mix van live-acteurs en poppen
(bespeeld door poppenspelers die vaak volledig in het zwart gekleed zijn);
voor vele leerlingen is dit misschien een nieuw gegeven. Hen er even op
voorhand over vertellen, maakt het ongetwijfeld makkelijker …
*Voor leerlingen die nog niet vaak naar theater gingen, is het ongetwijfeld
nuttig nog even de vaste ‘theatercodes’ te overlopen: lichten uit, spots aan
en kijken, luisteren en genieten. Net zoals u, in de klas, hebben wij graag een
publiek dat ‘open’ staat voor iets nieuws, met het respect om naar iemand te
luisteren. Dit is niet steeds evident in tijden waarin kinderen opgroeien
temidden TV- en theatershows waarin ze net “eens heel luid moeten mee
roepen” of meeklappen bij elke streep muziek. Toch zijn we ervan overtuigd
dat kinderen en jongeren nog steeds een uurlang zwijgend kunnen genieten
van een voorstelling; met een beetje hulp van u lukt het ons vast hen vanaf
de eerste minuut te boeien.
*Theater Tieret brengt theater, met vaak ‘gelaagde’ teksten, d.w.z. dat
jongere leerlingen tekstueel misschien niet alles vatten, maar door de context
zijn ze ongetwijfeld toch in staat het verhaal steeds te volgen. Jonge kinderen
halen, zo ondervonden we, immers vaak veel meer uit het visuele aspect van
een voorstelling dan volwassenen.
Hopelijk beleven jullie, samen met de leerlingen, veel plezier aan de
voorstelling én de verschillende activiteiten en laten ze jullie nog lang van
‘ROEPIE ROEPIE’ nagenieten. Heb je verder nog vragen, suggesties of wil je
meer over Theater Tieret te weten komen, dan kan je steeds terecht op:
www.tieret.be of op [email protected]
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 3
We zouden het erg leuk vinden om nadien, wanneer jullie de voorstelling met
de leerlingen verwerkt hebben, enkele reacties te horen. Stuur ze ons gerust
per mail door! Alvast heel erg bedankt en geniet ervan!!
TIERET - WASDA
Theater Tieret werd in 2002 opgericht, maar groeide in korte tijd uit tot één
van de revelaties in het Vlaamse figurentheaterlandschap. De voorbije
seizoenen slaagden we erin met producties zoals ‘Sprook’, ‘Land in zich’,
‘Eefje Donkerblauw’, ‘Hybris’, ‘Kronkel’, ‘Barbie-Rama’, 'Poezewoezewoef' ,
‘Dwarf’, ‘Het land van de grote woordfabriek’, Vos en haas’ en ‘Labyrint’
meer dan 1000 x door de Vlaamse cultuurcentra geprogrammeerd te
worden. Ook in de Nederlandse theaterhuizen krijgen we stilaan voet aan de
grond. De website van het gerenommeerde Antwerpse Theater Froe Froe
omschrijft Tieret als een gezelschap “met een grooooote toekomst!”.
Theater Tieret staat voor vormelijk én inhoudelijk suggestief, krachtig theater
met een humoristische, speelse toets. Toch kiezen we vaak voor niet zo voor
de hand liggende onderwerpen of conceptuele keuzes die we aantrekkelijk
en toegankelijk trachten te vertalen naar ons doelpubliek.
Hierbij willen we een zo breed mogelijk publiek proberen boeien en prikkelen,
zonder ons te bedienen van algemeenheden of open deuren. We hoeden
ons
voor
populistische,
voorgekauwde
toegevingen,
waarbij
kinderen/jongeren als doelpubliek al te vaak worden onderschat,
gepamperd en betutteld. Kortom: we kiezen voor theater dat moet beklijven,
soms mag jeuken en vooral even mag blijven nazinderen.
Tieret heeft van bij de oprichting resoluut gekozen voor figurentheater in een
mengvorm van acteurs, poppen/figuren/objecten en vaak live muziek. Deze
mengvorm levert een boeiend spanningsveld op, waarbij de verschillende
actoren elk door hun eigenheid een meerwaarde geven aan het
conceptueel eindpunt. Tieret experimenteert vooral graag met de eigenheid
van poppen; we tasten nog voortdurend de grenzen af van wat al dan niet
kan ontstaan aan chemie tussen mens en stof of latex, tussen acteur en pop.
Nog steeds verbazen we onszelf én ons publiek over de kracht van een figuur,
de kracht van de ‘ver-beelding’.
Wat je ziet als je de ogen sluit, bestaat echt ... een ogenblik lang.
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 4
HET VERHAAL
Diep in het woud, dat weten we. - vogelke, gij zijt gevangen - Diep in het
donkere woud zit hij, dat weten we zeker. - in een kotje zult gij hangen - Diep
in het donkere, dichte woud zit hij verscholen, dat weten we heel zeker. Zeker
en vast. - gij blijft hier, gij blijft hier - Hij is er. Hier. En nu. Daar! Pas op! Achter u!
Of nee. Toch niet. Toch niet zeker. En zeker niet vast. - lieve vogel, gij blijft …
Het bloedstollende relaas van een zoektocht naar de meest beruchte, de
meest legendarische aller vogels, de Roepie Roepie. Veelvuldig beschreven
en bezongen door wie hem van haar noch pluimen kent. Tot vandaag.
Want hij is hier. En nu. Voor u. Toch?
3 ornithologen trekken op expeditie naar de brousse van Bora Bora. Gepakt,
gezakt én met het originele logboek van Charles Darwin als enige leidraad
beginnen ze aan een queeste naar de meest legendarische maar nooit
wetenschappelijk waargenomen vogel, de Roepie Roepie!
“Hiermee, met deze vangst komen wij in de boekskes, ik zweer het u! Dit is …
big business! Bigger dan big!! Hiermee staat mijne naam – eindelijk - naast de
zijne, naast Robert Charles Darwin …” aldus de expeditieleider.
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 5
EEN BEETJE ACHTERGRONDGESCHIEDENIS
De titel van het stuk is “ROEPIE ROEPIE” wat verwijst naar de naam van
legendarische vogel, waarnaar de expeditie op zoek gaat.
Bestaat de ROEPIE ROEPIE echt?
Neen, wij hebben zijn naam opgepikt in een sketch van Nederlands
cabaretier Toon Hermans. Hierin speelt hij een ornitholoog (vogelkenner) die
imitaties doet van exotische vogels. En zo doet hij op een gegeven moment
de Roepie Roepie na…
Tip: Wil je de sketch bekijken?
Ga naar youtube.com en geef als zoekterm ‘Toon Hermans
ornitholoog’ in.
Het verhaal speelt zich af in de jungle van Bora Bora
Een oerwoud, jungle of rimboe is een bos dat zonder tussenkomst van
mensen is ontstaan. Er komen veel bijzondere planten en dierensoorten voor.
Ook nu zijn in veel oerwouden nog niet alle plant- en diersoorten onderzocht
en bekend. Op een vierkante kilometer tropisch regenwoud staan vaak meer
soorten bomen en planten dan in heel België en Nederland samen kunnen
worden gevonden. Zo werden in een regenwoud in Maleisië, het Lambir
National Park, 1152 boomsoorten gevonden in een gebied ter grootte van
een halve vierkante kilometer. Ook de diversiteit in vogels en insecten is
enorm.
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 6
DE PERSONAGES
- de expeditieleider: Hij is de leider van de expeditie en ook
eindverantwoordelijke. Deelt de lakens uit en wil dat de hele procedure strikt
gevolgd wordt. Het dagboek van Charles Robert Darwin is heilig voor hem en
hij is er dan ook even heilig van overtuigd ooit zelf in de geschiedenisboeken
te komen.
“Relax, take it easy…Go with the flow!”
- de assistent: Hij is de loopjongen van de expeditieleider en moet ervoor
zorgen dat alles klaar staat en geregeld is. Zenuwachtig van aard maar
bovenal een geweldige vogelkenner!
“Wist ge trouwens dat wetenschappelijk onderzoek heeft uitgewezen dat…”
- het hulpje tussen potten en pannen: Hij is de ietwat stilzwijgende, volgzame
observator van het geheel. Ondersteunt alles wat verteld wordt met slagwerk
allerhande.
“ja…ja…”
- de rijke industriëlen: Vinden het oerwoud prachtig, vooral als het platligt en
er fabrieken op staan. Houden enorm van vogels en dieren, vooral in een
kooi of opgezet…
“Verover nu het oerwoud, het liefst met veel geweld
Dan doen we gouden zaken en zwemmen in het geld.”
- het stamhoofd van de Woegadagastam: Hij is een knotsgekke,
schaarsgeklede inheemse bewoner van het oerwoud. Ondersteunt alles
graag met een Vlaamse schlager en voetgetrappel…
“ ‘k Voel mij vandaag zo hoemparapapa!”
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 7
DE POPPEN
Bekpoppen
In de voorstelling wordt gebruik gemaakt van bekpoppen.
Een bekpop (of mondpop, klapbekpop) is een theaterpop die van onderuit
of van achteruit wordt bewogen. Hierbij bewegen de vingers van de
poppenspeler rechtstreeks de mond van de pop.
Bekpoppen zijn waarschijnlijk het soort van poppen die het meest bekend zijn
bij het grote publiek, vermits deze zeer vaak voorkomen op televisie. Zo zijn
bijvoorbeeld de poppen uit The Muppet Show bijna allemaal bekpoppen
(Kermit de kikker, Miss Piggy ...), en ook in Sesamstraat wordt veelvuldig
gebruik gemaakt van bekpoppen (Tommy, Inny Minny, Grover, Elmo ...). Bert
en Ernie zijn misschien wel de meest bekende theaterpoppen wereldwijd, en
in België is ook Samson een zeer beroemde bekpop.
Bij bekpoppen wordt de volledige hand van de speler gebruikt om de mond
van de pop te bewegen. Om de armen van de pop te kunnen bewegen
heeft de poppenspeler dan zijn tweede hand nodig, of er is een tweede
poppenspeler nodig.
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 8
Hoe worden deze poppen gemaakt?
1. Er wordt een schets gemaakt van de pop.
2. Het hoofd wordt in klei geboetseerd.
3. Er wordt een plaasteren mal rond het hoofd in klei gegoten.
4. In de plaasteren mal wordt latex aangebracht (= een soort van rubber)
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 9
5. Als de latex droog is, kan het hoofd uit de mal worden gehaald.
6. Het hoofd wordt beschilderd
7. het lijf van de pop wordt gemaakt.
8. De kleermaakster ontwerpt en bevestigt (indien nodig) de kledij aan de
poppen.
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 10
DE MUZIEK
Tijdens de voorstelling worden geluidseffecten live gespeeld door Pat Riské.
Hij ondersteunt alles wat verteld wordt als een soort van klankdecor.
Hieronder een aantal instrumenten waar hij tijdens de voorstelling gebruik van
maakt.
1. De balafoon
Een balafoon is een slaginstrument, afkomstig uit West-Afrika. Kalebassen,
hangend onder de houten latten, dienen als klankkast.
2. De djembé
De djembé is een vaastrommel die voornamelijk
afkomstig is uit WestAfrika: Mali, Guinee, Senegal, Ivoorkust, …
Omdat djembés een geluid kunnen produceren dat
kilometers verderop nog te horen is, werd deze trommel
traditioneel gebruikt om snel met andere dorpen te
kunnen communiceren.
De traditionele djembé wordt met de hand gemaakt.
Een boomstam wordt uitgehold en bespannen met
een geitenvel. Dit vel wordt via een touw-bespanning op de djembé
bevestigd.
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 11
3. Klankschalen
Een klankschaal is een muziekinstrument in de vorm van een
schaal dat vervaardigd is uit een mengeling van metalen. De
verschillende metalen, waaronder goud, zilver en koper,
kunnen qua afmeting, kleur, wanddikte en samenstelling (en
dus ook knakkleur) van elkaar verschillen.
Klankschalen brengen de rustgevende klanken en worden
vaak gebruikt voor diepgaande ontspanning op lichamelijk
en geestelijk niveau. Het geluid van de klankschaal wordt
gebruikt omdat het diep in het lichaam spanningen zou
lostrillen.
4. De pauk
Een pauk is een keteltrom met een aparte toonhoogte.
Tip: Wil je het typische geluid van de pauk beluisteren en wat
extra info over dit instrument? Ga naar ‘youtube.com’ en tik als
zoekterm ‘pauk’.
5. Talrijke andere kleine en grote slaginstrumenten
6. De ukelele
Het kleine broertje van de gitaar is de ukelele. De ukelele is een klein 4-snarig
tokkelinstrument dat in de 19de eeuw op Hawaï ontwikkeld werd. Na 1915
verspreidde dit vrolijke instrumentje zich over de rest van de wereld.
"`Ukelele" is Hawaïaans en betekent "springende vlo".
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 12
ZELF EEN KLANKDECOR MAKEN
-
Doelen
een klankstuk ontwerpen vanuit een buitenmuzikaal gegeven
variatie aan klanken maken (luid/stil, hoog/laag, …)
mogelijkheden van de stem als instrument ontdekken
1. opwarming, klankspelletjes
Iedereen staat in een kring, de begeleider geeft een geluid door, de kinderen
nemen dit geluid over en maken de beweging van het hoofd richting buur.
Idem maar nu kan je ook de richting veranderen door de klank terug te
geven aan je buur.
Doe weer dezelfde opdracht maar laat een van de kinderen een geluidje
bedenken.
Hier beginnen we met een korte, eenvoudige opwarming, een speelse
opdracht met als voornaamste doel loskomen en durven klanken maken
2. twee klanken
Twee kinderen starten elk met een klankje, die geven we door zoals in het
vorige spel, nu probeert de ene klank de andere in te halen.
Indien dit goed lukt, kan je nu ook met een derde klank werken.
Het is niet zo belangrijk wie wint, het gaat vooral over het spelen met
klankjes. Als deze opdracht goed loopt, mag je sneller meer klanken
doorgeven, eventueel in verschillende richtingen.
3. klanken vervormen
Zelfde opstelling, iemand begint met een klank, blijft die herhalen en steekt
de kring over. Hij geeft die door aan iemand anders uit de kring, die mag de
klank een beetje vervormen.
Nu stellen we ons kriskras op in het lokaal. Verschillende mensen beginnen
met een klank en geven die door, de klanken worden vervormd.
4. concentratiespelletje
Iemand houdt de ogen dicht, probeert te raden hoeveel kinderen er klank
geven.
Er zit een klein concentratiespelletje in omdat de vorige opdrachten vooral
gericht waren op het durven (gekke) klanken te gebruiken. Dit kan leiden tot
hilariteit. Het zit hier om de concentratie op te roepen bij stap 5, de volière.
5. de volière
stap 1: iedereen is een vogeltje en zit in de volière. Als je een tik van de
begeleider krijgt maak je een klank.
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 13
Stap 2: als je nu een tik krijgt moet je een klank maken, krijg je nog een tik dan
moet je stoppen. Je hoeft niet per se steeds dezelfde klank te maken, je mag
vervormen, klankzinnen maken, variaties bedenken, ...
Stap 3: Idem maar er zijn nu verschillende kinderen die tikjes geven, de
leerkracht is een soort dirigent die het volume en het tempo aangeeft van de
volière.
6. klankdecor
Samen met de hele klas een klankdecor maken, We zoeken eerst
verschillende klanken die je hoort in het bos. Hou een brainstorm en noteer
de verschillende klanken. We zorgend dat er veel variatie aan klanken
aanwezig is. Verdeel de klanken onder de leerlingen. We bouwen met zijn
allen een klankdecor op met de leerkracht als dirigent.
Na de opwarming en verkenning komen we hier aan een verwerking. We
gaan gericht op zoek naar klanken in de volière, daarna gaan we nog
breder in een klankdecor dat we met de groep afspreken.
7. eindopdracht
in drie/vier groepjes een klankdecor opbouwen, letten op de opbouw
(variatie, stil, luid, vlug traag, begin, einde ...)
Mogelijke thema’s : griezelhuis, oerwoud, verkeersdrukte, sportstadion,
bibliotheek, school, kerk, station,…
Een foto van die omgeving kan inspirerend werken
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 14
ENKELE WETENSWAARDIGE WETENSCHAPPELIJKE WEETJES
1. Charles Robert Darwin
De drie expeditieleden zijn onvoorwaardelijke fans van Darwin. Het logboek
van zijn laatste lange reis is de leidraad én bijbel voor alles wat ze
ondernemen.
Wie was Charles Robert Darwin?
Charles Robert Darwin was
een Brits natuuronderzoeker, bioloog en
geoloog. Hij leefde van 1809-1882.
Hij werd geboren in Engeland. Toen hij klein
was verzamelde hij schelpen, munten en
vogeleieren. Toen hij een tiener was vond hij
het leuk om op vogels te jagen.
Na gestudeerd te hebben aan de universiteit
vertrok hij op expeditie met een schip, De
Beagle. Aan boord van dit schip werd Darwin
heel erg zeeziek. De Beagle kwam 28 februari
1832 in Brazilië aan. De volgende dag stond
Darwin voor het eerst in een Braziliaans
regenwoud. Hij vond het prachtig en begon de
dieren te bestuderen en te verzamelen. Hij zag
daar bijvoorbeeld een vogelspin en een wesp
vechten. Uiteindelijk won de wesp. Toen nam
Darwin ze allebei mee voor zijn verzameling.
Doorheen de jaren bleef Darwin dingen
bekijken en verzamelen.
Vervolgens voer de Beagle naar een groep eilanden, de
Galapagoseilanden, en daar merkte hij iets vreemds…
De Beagle
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 15
Op elk eiland is er een verschil tussen de soorten schildpadden. En niet alleen
tussen de schildpadden maar ook tussen de vinken. Het verschil zit hem bij de
vink vooral in de snavels, bijvoorbeeld een vink die insecten uit kleine spleetjes
moet halen heeft een kleine gepunte snavel, maar een vink die zaden eet
heeft een sterke snavel.
Na onderzoek vond hij de oorzaak: omdat er op verschillende eilanden
verschillende omgevingen waren. De dieren op elk eiland waren aangepast
aan de omgeving, zodat ze daar beter konden overleven.
Hierover schreef Darwin een boek, ‘de oorsprong der soorten’, waardoor hij
wereldberoemd werd.
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 16
2. Enkele vreemde vogels die ons inspireerden…
De Roepie Roepie heeft enkele bijzondere eigenschappen. Vind jij enkele
gelijkenissen met de vogels die hieronder beschreven staan?
DE QUETZAL
De quetzal is een vogel uit Midden-Amerika De
quetzal is volgens velen één de mooiste soorten ter
wereld. Zowel de mannetjes als de vrouwtjes
hebben een metaalglanzende groene kop, rug en
vleugels, een helderrode borst en witte
onderstaartveren.
De quetzal maakt deel uit van veel Indiaanse
legenden en deze vogel is vooral sterk verbonden
met Quetzalcoatl, de god van de wind en de
cultuur bij de Azteken, op het doden van een
quetzal stond de doodstraf.
Ook bij de Maya’s stond de quetzal hoog in
aanzien als symbool voor vrijheid, mede omdat de
Quetzal in gevangenschap altijd sterft.
De Quetzal is een symbool in de nationale vlag en het wapen van
Guatemala, ook hier omdat deze vogel steeds sterft als hij gekooid wordt.
Het wapenschild van Guatemala
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 17
DE FENIKS
Een feniks, ook wel phoenix genoemd, is een fabelwezen dat volgens de
legende 500 jaar leeft.
Als de feniks zal gaan sterven dan gaat hij een net maken van mirre en
kruiden. Als hij dood is dan valt de feniks op de grond en verbrandt hij. Door
de geur van het spul gaat zijn ziel naar de hemel.
Uit de as van de feniks wordt een kleine feniks geboren, die dan weer 500
jaar zal leven. Sommige volkeren of gelovigen zien iets in de fenix.
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 18
NAVERWERKING:
Enkele vraagjes die kunnen helpen bij het nabespreken van het verhaal:
1. Waarom zijn de drie wetenschappers op expeditie?
2. Waarom willen ze per sé de Roepie Roepie vangen? Waarom is hij zo
bijzonder?
3. Zijn het drie vrienden? Waarom wel/niet? Hoe zie je dat?
4. Geef enkele mooie kanten aan het beroep van ornitholoog.
5. Wat zijn de mindere kanten?
6. Welke personages zijn bedreigingen voor de vogels? Waarom?
7. Hoe komt het dat er steeds “woegadaga” klinkt ’s nachts?
8. Wat is er zo speciaal aan het ei van die Roepie Roepie?
9. Vangen ze de Roepie Roepie uiteindelijk? Waarom wel/niet?
10. Waar is de Roepie Roepie uiteindelijk naartoe? Waarom denk je dat?
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 19
ENKELE BELANGRIJKE THEATERTERMEN
Het publiek
Het publiek is erg belangrijk tijdens een voorstelling. Er wordt gelachen om iets
grappigs en gegriezeld bij iets engs. Om te laten horen dat het publiek
tevreden is gaan ze ‘applaudisseren’. Ze klappen voor de spelers, maar …..
nooit door het toneelspel heen! Meeleven en meevoelen met wat er op het
toneel gebeurt is prima, maar joelen en schreeuwen doe je in een theater
eigenlijk nooit.
Licht
Als je tijdens de voorstelling omhoog kijkt zie je allemaal lampen die enorm
veel licht geven. Het hele toneel wordt helder verlicht, zodat het publiek alles
goed kan zien. De lampen hebben filters met verschillende kleuren die de
sfeer op het toneel maken. Het kan op het toneel nacht zijn, terwijl je toch
goed kan zien wat er gebeurt door een donkerblauwe filter.
Decor
Het decor is de achtergrond van
het toneel. Het is speciaal voor die
voorstelling gemaakt, je ziet waar
de voorstelling zich afspeelt. In
een bos, in een kasteel of op een
kantoor bijvoorbeeld.
Coulissen
Aan de zijkanten van het toneel zijn de coulissen; stukken gordijn waardoor
de acteurs en actrices het toneel op- en aflopen. Het gordijn voor het toneel
heet het toneelgordijn.
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 20
Regisseur
De regisseur heeft de leiding over de uitvoering van een toneelstuk of een
film. Hij of zij zegt tegen de spelers hoe er moet worden gespeeld.
Bijvoorbeeld hoe de spelers moeten kijken of lopen. De regisseur bepaalt ook
hoe de decors en de belichting van een toneelstuk eruit moeten zien en
welke kleding de spelers moeten dragen.
Acteur
Een acteur speelt een rol in een toneelstuk of een film.
Technicus
Iemand die zorgt dat het licht, het geluid en het decor bij een voorstelling
goed zijn.
Repetitie
Bij een repetitie oefen je voor een toneel-, muziek- of dansvoorstelling. Je
moet je tekst kennen, weten waar je moet gaan staan en welke bewegingen
je moet maken.
Rekwisieten
Rekwisieten zijn voorwerpen die in een voorstelling worden gebruikt. Dit kan
bijvoorbeeld een vaas met bloemen of een reiskoffer vol met kleren zijn.
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 21
ZELF SPELEN!
Wil je zelf aan het werk in de klas? Hieronder kan je een voorstel van een
dramales vinden:
Inleiding:
Begin met een kort spelletje om de kinderen op te warmen. (reactiespelletjes:
klap doorgeven, woesh-zap …)
Vertel de kinderen dat ze emoties gaan uitbeelden.
Begin vb. met de emotie: opgewonden.
Beeld het uit en de kinderen mogen het raden.
Dan zijn de kinderen aan de beurt.
Maak op voorhand enkele kaartjes met emoties erop.
Het kind trekt een kaartje met een emotie erop, en beelden deze uit. De rest
probeert de emotie te raden.
Emoties: bang, verlegen, verliefd, blij, bedroefd, boos, kwaad, verdrietig,
woedend …
Kern:
De kinderen werken nu in groepjes. Ieder groepje krijgt een kaartje met een
emotie erop. Deze emotie moet heftiger worden gemaakt. Bijvoorbeeld blij:
een glimlach, schaterlach, huilen van het lachen, springen omdat je heel erg
blij bent. Zo moet ieder groepje een emotie heftiger maken. De rest van de
klas mag het raden als het hele groepje klaar is.
Vervolgens gaan ze een improvisatiespel doen. Het heet: “bankje in het
park”. Er staan 3 stoelen op een rijtje. Één kind krijgt een kaartje met hierop
een rol, bijvoorbeeld: “rijke dame”. Ze neemt plaats op het bankje. Dan komt
er een tweede persoon die van mij ook een rol krijgt, bijvoorbeeld “nette
meneer”. Hij neemt plaats op het bankje en knoopt een gesprek aan met de
mevrouw. Niemand weet wat voor rol het kind heeft, alleen het kind zelf. Wel
moeten ze in hun rol blijven. Zo gaat dan steeds het eerste kind weg, het
tweede blijft zitten, en een derde komt er weer bij. Verschillende rollen: rijke
dame, nette meneer, een doofstomme, skater, zwerver, klein meisje/jongetje,
blinde persoon, iemand die net ontslagen is, een nieuwsgierig iemand …
Afsluiting:
Ga aan het werk met theaterteksten (zie verder). Je kan de tekst laten
spelen, instuderen en daarna kan je eventueel met de filmcamera aan de
slag om nadien samen te evalueren en te bespreken.
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 22
ENKELE BRUIKBARE SPEELTEKSTEN

lelijk
A:
Ik vind je zo lelijk.
B:
Lelijk?
A:
Ik vind je zo ontzettend lelijk. Ik moest het gewoon even kwijt. Elke keer
als ik je zie, denk ik: die is lelijk!
B:
Dat zeg je toch niet?
A:
Ik ben heel eerlijk.
B:
Waarom vind je me lelijk?
A:
Je bent gewoon lelijk.
B:
Wat is er precies lelijk? Mijn neus, mijn oren, mijn wangen?
A:
Alles eigenlijk.
B:
Leg dat eens uit.
A:
Gewoon lelijk.
B:
Hoe lelijk? Wat is er precies lelijk? En waarom?
A:
Je neus.
B:
Wat is er mis met mij neus? Hij is niet scheef.
Niet te lang. Niet te breed. Neusgaten niet te groot.
A:
Ja, je neus valt eigenlijk nog mee.
B:
Ik heb een mooie huid. Geen pukkels.
A:
Geen pukkels.
B:
Geen bril.
A:
Geen bril.
B:
Ik ben niet te dik en niet te dun. Ik heb glanzend haar. Wat is er nu
precies lelijk?
A:
Ja, ik weet het eigenlijk ook niet. Je bent eigenlijk best wel mooi.
B:
Dank je wel!
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 23

De Kip
M:
Elisabeth, Ik heb honger, hoe zit het met dat kippetje?
V:
Het is nog niet gaar, maar de soep staat al op tafel.
M:
(slurpt) Bah, die soep is niet te genieten!
V:
Het is een heel fijn soepje.
M:
Niemand zegt dat het geen fijn soepje is. Ik wil alleen maar zeggen dat ze niet
te vreten is omdat ze zo heet is.
V:
Soep moet heet zijn.
M:
Jazeker, maar niet zo heet!
V:
Altijd en altijd hetzelfde liedje, of meneer vindt de soep te heet, of meneer
vindt de soep te koud. Nu, zal ik eens wat zeggen: als meneer vindt dat ik niet
goed genoeg voor hem kook, dan moet meneer maar op restaurant gaan!
M:
Dat is niet nodig; de soep is goed, maar ze is te heet.
V:
Dan wacht ge tot ze koud is.
M:
Koude soep lust ik ook niet.
V:
Dan...(zwijgt) nu had ik bijna iets gezegd.
M:
Ja, ik weet het al, na het eten.
V:
Alle, alle dagen moet er bij ons ruzie gemaakt worden/
M:
Ja, omdat gij dat zo wilt.
V:
Ja, geef mij maar weer de schuld.
M:
Ja, wie anders? Heb ik die soep gekookt misschien?
V:
Kokende soep is altijd heet.
M:
Ja, misschien kookt gij ze wel te lang en dan wordt ze te heet.
V:
Te lang koken? Neen, neen, morgen steek ik een thermometer in de ketel,
zodat meneer mijn gemaal een op temperatuur gekookte soep
voorgeschoteld krijgt. Wie is hier schuldig? Gij! Met uw eeuwig geruzie en
gemopper!
M:
Ik heb geen ruzie gemaakt, ik heb niet gemopperd! Ik heb alleen gezegd dat
de soep te heet is!
V:
Nu begint hij weer over die te hete soep; ik begin te koken van woede!
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 24
M:
Koken? Zou ik niet doen!
V:
Ik ben hier weg.
M:
Doen!
V:
Met al dat geruzie ben ik het belangrijkste vergeten! Mijn arm, arm kippetje is
in die gloeiende oven helemaal aangebrand. Opeten kunnen we het niet
meer.
M:
Dat zie ik, maar ik geef het aan bij de dierenbescherming!
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 25

mooi
(Je komt op en je valt keihard. Dan krijg je een compliment omdat je viel)
A:
Heel mooi wat je net deed
B:
Dank je
A:
Dat heb je vast vaker gedaan
B:
Nee, eigenlijk niet
A:
Jawel
B:
Echt niet. Het was voor ’t eerst
A:
Jaja, ik geloof er niets van
B:
Het is echt zo
A:
Wees nu maar gewoon eerlijk
B:
Ik ben eerlijk
A:
Ja, ik ben niet achterlijk
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 26

nagels
(bouw dit stilaan op, zodat er op het einde spanning is.
Improviseer zelf een vervolg…)
A:
Wat doe je?
B:
Dat zie je toch?
A:
Je lakt je nagels
B:
Ja
A:
Voor vanavond
B:
Ja
A:
Stop er dan maar mee. Het gaat niet door.
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 27
ZELF AAN DE SLAG!
Inleiding :
‘Klap, draai om !’
De leerlingen staan in een kring met de ruggen naar het midden. Noem een emotie
/ gebeurtenis, op het moment dat je in je handen klapt springen de leerlingen om en
gaan in een beeld staan n.a.v. je woorden.
VB:
-razend
-verliefd
-heel verdrietig
-dringend naar de wc
-een miljoen gewonnen!
-een hele enge spin
-haast
-trein gemist
Beeldhouwen
In tweetallen: beeldhouwer en klei. De beeldhouwer maakt een beeld voor in een
tuin. Iemand komt langs als potentiële koper.
Kern:
Tableaus
De leerlingen worden verdeeld in groepjes van 3 á 4 kinderen. Elk groepje krijgt een
papiertje met een titel (zie bijlage). N.a.v. de titel mogen de leerlingen even
overleggen. Dan maken ze als groepje een tableau. Elke leerling moet hier een plek
in krijgen. Als iedereen voorbereid is (+/- 5 minuten) laten ze de tableaus aan elkaar
zien.
Spreekwoorden
De leerlingen bedenken in tweetallen een spreekwoord of gezegde en overleggen
kort hoe ze dat in een tableau gaan neerzetten. De leerlingen die zelf niets kunnen
bedenken mogen naar mij toekomen voor een spreekwoord.
Dan laten de tweetallen hun tableau aan de groep zien. De groep raadt welk
spreekwoord er wordt uitgebeeld.
Afsluiting:
Nabespreken
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 28
BEELDEND AAN HET WERK ROND DE VOORSTELLING
De leerlingen van het Jeugdatelier (kinderen van 6 tot 12 jaar oud) van de
Kunstacademie van De Klinge maakten een beeldende verwerking rond
onze voorstelling. Hieronder enkele ideetjes die zeker voor inspiratie zullen
zorgen!
Onder leiding van Wim Van den Bossche lieten de leerlingen zich inspireren
door een foto van drie ietwat vreemde kerels (zie affichebeeld onder), die
hun intrek zouden nemen in het atelier. Dit nieuwe labo was top secret.
Vernuftig hadden de 3 wetenschappers een grote witte kast geplaatst en op
de ladeplanken stonden rare vogels en lagen aantekeningen. De kast was
gevuld met ontdekkingen en bevindingen.
Elke week lieten de wetenschappers iets achter zodat hun labo meer en
meer groeide. De verzameling werd immens én de inspiratie van de
leerlingen draaide op volle toeren! De meest wondere creaties kwamen
boven water: de ‘ornicarus’; een mensachtige vogel, pasteltekeningen van
vogelogen, een kast gevuld met zeldzame vogels, een anatomische plaat,
dagboekschetsen en een colibrimobiel!
Dit resulteerde in een geweldige tentoonstelling, waarvan u hieronder enkele
kunstwerken kan bewonderen.
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 29
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 30
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 31
DE AFFICHE
Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE
Pagina 32
Download