ROEPIE ROEPIE (8+) Lesmap 2de - 3de graad lager Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 1 Lesmap 2e en 3e graad lager Van en met: Pat Riské (live percussie + spel) Joost Van den Branden (poppen + spel) Vik Noens (poppen + spel) Poppen: Patrick Maillard Decor: Pat Riské Techniek: Steven Bosmans Spelbegeleiding: Hans Van Cauwenberghe Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 2 Beste leerkracht, In deze lesmap vindt u heel wat materiaal rond Theater Tieret en de voorstelling ‘ROEPIE ROEPIE’. Goed om weten vooraf … *Op zich is het niet nodig om deze voorstelling op voorhand te bespreken in klasverband. We houden ervan ons publiek (aangenaam) te verrassen. Wel is het mogelijk en vooral zinvol met jongere leerlingen (2de graad lager onderwijs) de thematiek en het concept even toe te lichten. Ook het inleidend tekstje (zie p. 5) mag/kan gerust meegegeven worden op voorhand. *Theater Tieret brengt figurentheater in een mix van live-acteurs en poppen (bespeeld door poppenspelers die vaak volledig in het zwart gekleed zijn); voor vele leerlingen is dit misschien een nieuw gegeven. Hen er even op voorhand over vertellen, maakt het ongetwijfeld makkelijker … *Voor leerlingen die nog niet vaak naar theater gingen, is het ongetwijfeld nuttig nog even de vaste ‘theatercodes’ te overlopen: lichten uit, spots aan en kijken, luisteren en genieten. Net zoals u, in de klas, hebben wij graag een publiek dat ‘open’ staat voor iets nieuws, met het respect om naar iemand te luisteren. Dit is niet steeds evident in tijden waarin kinderen opgroeien temidden TV- en theatershows waarin ze net “eens heel luid moeten mee roepen” of meeklappen bij elke streep muziek. Toch zijn we ervan overtuigd dat kinderen en jongeren nog steeds een uurlang zwijgend kunnen genieten van een voorstelling; met een beetje hulp van u lukt het ons vast hen vanaf de eerste minuut te boeien. *Theater Tieret brengt theater, met vaak ‘gelaagde’ teksten, d.w.z. dat jongere leerlingen tekstueel misschien niet alles vatten, maar door de context zijn ze ongetwijfeld toch in staat het verhaal steeds te volgen. Jonge kinderen halen, zo ondervonden we, immers vaak veel meer uit het visuele aspect van een voorstelling dan volwassenen. Hopelijk beleven jullie, samen met de leerlingen, veel plezier aan de voorstelling én de verschillende activiteiten en laten ze jullie nog lang van ‘ROEPIE ROEPIE’ nagenieten. Heb je verder nog vragen, suggesties of wil je meer over Theater Tieret te weten komen, dan kan je steeds terecht op: www.tieret.be of op [email protected] Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 3 We zouden het erg leuk vinden om nadien, wanneer jullie de voorstelling met de leerlingen verwerkt hebben, enkele reacties te horen. Stuur ze ons gerust per mail door! Alvast heel erg bedankt en geniet ervan!! TIERET - WASDA Theater Tieret werd in 2002 opgericht, maar groeide in korte tijd uit tot één van de revelaties in het Vlaamse figurentheaterlandschap. De voorbije seizoenen slaagden we erin met producties zoals ‘Sprook’, ‘Land in zich’, ‘Eefje Donkerblauw’, ‘Hybris’, ‘Kronkel’, ‘Barbie-Rama’, 'Poezewoezewoef' , ‘Dwarf’, ‘Het land van de grote woordfabriek’, Vos en haas’ en ‘Labyrint’ meer dan 1000 x door de Vlaamse cultuurcentra geprogrammeerd te worden. Ook in de Nederlandse theaterhuizen krijgen we stilaan voet aan de grond. De website van het gerenommeerde Antwerpse Theater Froe Froe omschrijft Tieret als een gezelschap “met een grooooote toekomst!”. Theater Tieret staat voor vormelijk én inhoudelijk suggestief, krachtig theater met een humoristische, speelse toets. Toch kiezen we vaak voor niet zo voor de hand liggende onderwerpen of conceptuele keuzes die we aantrekkelijk en toegankelijk trachten te vertalen naar ons doelpubliek. Hierbij willen we een zo breed mogelijk publiek proberen boeien en prikkelen, zonder ons te bedienen van algemeenheden of open deuren. We hoeden ons voor populistische, voorgekauwde toegevingen, waarbij kinderen/jongeren als doelpubliek al te vaak worden onderschat, gepamperd en betutteld. Kortom: we kiezen voor theater dat moet beklijven, soms mag jeuken en vooral even mag blijven nazinderen. Tieret heeft van bij de oprichting resoluut gekozen voor figurentheater in een mengvorm van acteurs, poppen/figuren/objecten en vaak live muziek. Deze mengvorm levert een boeiend spanningsveld op, waarbij de verschillende actoren elk door hun eigenheid een meerwaarde geven aan het conceptueel eindpunt. Tieret experimenteert vooral graag met de eigenheid van poppen; we tasten nog voortdurend de grenzen af van wat al dan niet kan ontstaan aan chemie tussen mens en stof of latex, tussen acteur en pop. Nog steeds verbazen we onszelf én ons publiek over de kracht van een figuur, de kracht van de ‘ver-beelding’. Wat je ziet als je de ogen sluit, bestaat echt ... een ogenblik lang. Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 4 HET VERHAAL Diep in het woud, dat weten we. - vogelke, gij zijt gevangen - Diep in het donkere woud zit hij, dat weten we zeker. - in een kotje zult gij hangen - Diep in het donkere, dichte woud zit hij verscholen, dat weten we heel zeker. Zeker en vast. - gij blijft hier, gij blijft hier - Hij is er. Hier. En nu. Daar! Pas op! Achter u! Of nee. Toch niet. Toch niet zeker. En zeker niet vast. - lieve vogel, gij blijft … Het bloedstollende relaas van een zoektocht naar de meest beruchte, de meest legendarische aller vogels, de Roepie Roepie. Veelvuldig beschreven en bezongen door wie hem van haar noch pluimen kent. Tot vandaag. Want hij is hier. En nu. Voor u. Toch? 3 ornithologen trekken op expeditie naar de brousse van Bora Bora. Gepakt, gezakt én met het originele logboek van Charles Darwin als enige leidraad beginnen ze aan een queeste naar de meest legendarische maar nooit wetenschappelijk waargenomen vogel, de Roepie Roepie! “Hiermee, met deze vangst komen wij in de boekskes, ik zweer het u! Dit is … big business! Bigger dan big!! Hiermee staat mijne naam – eindelijk - naast de zijne, naast Robert Charles Darwin …” aldus de expeditieleider. Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 5 EEN BEETJE ACHTERGRONDGESCHIEDENIS De titel van het stuk is “ROEPIE ROEPIE” wat verwijst naar de naam van legendarische vogel, waarnaar de expeditie op zoek gaat. Bestaat de ROEPIE ROEPIE echt? Neen, wij hebben zijn naam opgepikt in een sketch van Nederlands cabaretier Toon Hermans. Hierin speelt hij een ornitholoog (vogelkenner) die imitaties doet van exotische vogels. En zo doet hij op een gegeven moment de Roepie Roepie na… Tip: Wil je de sketch bekijken? Ga naar youtube.com en geef als zoekterm ‘Toon Hermans ornitholoog’ in. Het verhaal speelt zich af in de jungle van Bora Bora Een oerwoud, jungle of rimboe is een bos dat zonder tussenkomst van mensen is ontstaan. Er komen veel bijzondere planten en dierensoorten voor. Ook nu zijn in veel oerwouden nog niet alle plant- en diersoorten onderzocht en bekend. Op een vierkante kilometer tropisch regenwoud staan vaak meer soorten bomen en planten dan in heel België en Nederland samen kunnen worden gevonden. Zo werden in een regenwoud in Maleisië, het Lambir National Park, 1152 boomsoorten gevonden in een gebied ter grootte van een halve vierkante kilometer. Ook de diversiteit in vogels en insecten is enorm. Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 6 DE PERSONAGES - de expeditieleider: Hij is de leider van de expeditie en ook eindverantwoordelijke. Deelt de lakens uit en wil dat de hele procedure strikt gevolgd wordt. Het dagboek van Charles Robert Darwin is heilig voor hem en hij is er dan ook even heilig van overtuigd ooit zelf in de geschiedenisboeken te komen. “Relax, take it easy…Go with the flow!” - de assistent: Hij is de loopjongen van de expeditieleider en moet ervoor zorgen dat alles klaar staat en geregeld is. Zenuwachtig van aard maar bovenal een geweldige vogelkenner! “Wist ge trouwens dat wetenschappelijk onderzoek heeft uitgewezen dat…” - het hulpje tussen potten en pannen: Hij is de ietwat stilzwijgende, volgzame observator van het geheel. Ondersteunt alles wat verteld wordt met slagwerk allerhande. “ja…ja…” - de rijke industriëlen: Vinden het oerwoud prachtig, vooral als het platligt en er fabrieken op staan. Houden enorm van vogels en dieren, vooral in een kooi of opgezet… “Verover nu het oerwoud, het liefst met veel geweld Dan doen we gouden zaken en zwemmen in het geld.” - het stamhoofd van de Woegadagastam: Hij is een knotsgekke, schaarsgeklede inheemse bewoner van het oerwoud. Ondersteunt alles graag met een Vlaamse schlager en voetgetrappel… “ ‘k Voel mij vandaag zo hoemparapapa!” Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 7 DE POPPEN Bekpoppen In de voorstelling wordt gebruik gemaakt van bekpoppen. Een bekpop (of mondpop, klapbekpop) is een theaterpop die van onderuit of van achteruit wordt bewogen. Hierbij bewegen de vingers van de poppenspeler rechtstreeks de mond van de pop. Bekpoppen zijn waarschijnlijk het soort van poppen die het meest bekend zijn bij het grote publiek, vermits deze zeer vaak voorkomen op televisie. Zo zijn bijvoorbeeld de poppen uit The Muppet Show bijna allemaal bekpoppen (Kermit de kikker, Miss Piggy ...), en ook in Sesamstraat wordt veelvuldig gebruik gemaakt van bekpoppen (Tommy, Inny Minny, Grover, Elmo ...). Bert en Ernie zijn misschien wel de meest bekende theaterpoppen wereldwijd, en in België is ook Samson een zeer beroemde bekpop. Bij bekpoppen wordt de volledige hand van de speler gebruikt om de mond van de pop te bewegen. Om de armen van de pop te kunnen bewegen heeft de poppenspeler dan zijn tweede hand nodig, of er is een tweede poppenspeler nodig. Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 8 Hoe worden deze poppen gemaakt? 1. Er wordt een schets gemaakt van de pop. 2. Het hoofd wordt in klei geboetseerd. 3. Er wordt een plaasteren mal rond het hoofd in klei gegoten. 4. In de plaasteren mal wordt latex aangebracht (= een soort van rubber) Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 9 5. Als de latex droog is, kan het hoofd uit de mal worden gehaald. 6. Het hoofd wordt beschilderd 7. het lijf van de pop wordt gemaakt. 8. De kleermaakster ontwerpt en bevestigt (indien nodig) de kledij aan de poppen. Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 10 DE MUZIEK Tijdens de voorstelling worden geluidseffecten live gespeeld door Pat Riské. Hij ondersteunt alles wat verteld wordt als een soort van klankdecor. Hieronder een aantal instrumenten waar hij tijdens de voorstelling gebruik van maakt. 1. De balafoon Een balafoon is een slaginstrument, afkomstig uit West-Afrika. Kalebassen, hangend onder de houten latten, dienen als klankkast. 2. De djembé De djembé is een vaastrommel die voornamelijk afkomstig is uit WestAfrika: Mali, Guinee, Senegal, Ivoorkust, … Omdat djembés een geluid kunnen produceren dat kilometers verderop nog te horen is, werd deze trommel traditioneel gebruikt om snel met andere dorpen te kunnen communiceren. De traditionele djembé wordt met de hand gemaakt. Een boomstam wordt uitgehold en bespannen met een geitenvel. Dit vel wordt via een touw-bespanning op de djembé bevestigd. Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 11 3. Klankschalen Een klankschaal is een muziekinstrument in de vorm van een schaal dat vervaardigd is uit een mengeling van metalen. De verschillende metalen, waaronder goud, zilver en koper, kunnen qua afmeting, kleur, wanddikte en samenstelling (en dus ook knakkleur) van elkaar verschillen. Klankschalen brengen de rustgevende klanken en worden vaak gebruikt voor diepgaande ontspanning op lichamelijk en geestelijk niveau. Het geluid van de klankschaal wordt gebruikt omdat het diep in het lichaam spanningen zou lostrillen. 4. De pauk Een pauk is een keteltrom met een aparte toonhoogte. Tip: Wil je het typische geluid van de pauk beluisteren en wat extra info over dit instrument? Ga naar ‘youtube.com’ en tik als zoekterm ‘pauk’. 5. Talrijke andere kleine en grote slaginstrumenten 6. De ukelele Het kleine broertje van de gitaar is de ukelele. De ukelele is een klein 4-snarig tokkelinstrument dat in de 19de eeuw op Hawaï ontwikkeld werd. Na 1915 verspreidde dit vrolijke instrumentje zich over de rest van de wereld. "`Ukelele" is Hawaïaans en betekent "springende vlo". Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 12 ZELF EEN KLANKDECOR MAKEN - Doelen een klankstuk ontwerpen vanuit een buitenmuzikaal gegeven variatie aan klanken maken (luid/stil, hoog/laag, …) mogelijkheden van de stem als instrument ontdekken 1. opwarming, klankspelletjes Iedereen staat in een kring, de begeleider geeft een geluid door, de kinderen nemen dit geluid over en maken de beweging van het hoofd richting buur. Idem maar nu kan je ook de richting veranderen door de klank terug te geven aan je buur. Doe weer dezelfde opdracht maar laat een van de kinderen een geluidje bedenken. Hier beginnen we met een korte, eenvoudige opwarming, een speelse opdracht met als voornaamste doel loskomen en durven klanken maken 2. twee klanken Twee kinderen starten elk met een klankje, die geven we door zoals in het vorige spel, nu probeert de ene klank de andere in te halen. Indien dit goed lukt, kan je nu ook met een derde klank werken. Het is niet zo belangrijk wie wint, het gaat vooral over het spelen met klankjes. Als deze opdracht goed loopt, mag je sneller meer klanken doorgeven, eventueel in verschillende richtingen. 3. klanken vervormen Zelfde opstelling, iemand begint met een klank, blijft die herhalen en steekt de kring over. Hij geeft die door aan iemand anders uit de kring, die mag de klank een beetje vervormen. Nu stellen we ons kriskras op in het lokaal. Verschillende mensen beginnen met een klank en geven die door, de klanken worden vervormd. 4. concentratiespelletje Iemand houdt de ogen dicht, probeert te raden hoeveel kinderen er klank geven. Er zit een klein concentratiespelletje in omdat de vorige opdrachten vooral gericht waren op het durven (gekke) klanken te gebruiken. Dit kan leiden tot hilariteit. Het zit hier om de concentratie op te roepen bij stap 5, de volière. 5. de volière stap 1: iedereen is een vogeltje en zit in de volière. Als je een tik van de begeleider krijgt maak je een klank. Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 13 Stap 2: als je nu een tik krijgt moet je een klank maken, krijg je nog een tik dan moet je stoppen. Je hoeft niet per se steeds dezelfde klank te maken, je mag vervormen, klankzinnen maken, variaties bedenken, ... Stap 3: Idem maar er zijn nu verschillende kinderen die tikjes geven, de leerkracht is een soort dirigent die het volume en het tempo aangeeft van de volière. 6. klankdecor Samen met de hele klas een klankdecor maken, We zoeken eerst verschillende klanken die je hoort in het bos. Hou een brainstorm en noteer de verschillende klanken. We zorgend dat er veel variatie aan klanken aanwezig is. Verdeel de klanken onder de leerlingen. We bouwen met zijn allen een klankdecor op met de leerkracht als dirigent. Na de opwarming en verkenning komen we hier aan een verwerking. We gaan gericht op zoek naar klanken in de volière, daarna gaan we nog breder in een klankdecor dat we met de groep afspreken. 7. eindopdracht in drie/vier groepjes een klankdecor opbouwen, letten op de opbouw (variatie, stil, luid, vlug traag, begin, einde ...) Mogelijke thema’s : griezelhuis, oerwoud, verkeersdrukte, sportstadion, bibliotheek, school, kerk, station,… Een foto van die omgeving kan inspirerend werken Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 14 ENKELE WETENSWAARDIGE WETENSCHAPPELIJKE WEETJES 1. Charles Robert Darwin De drie expeditieleden zijn onvoorwaardelijke fans van Darwin. Het logboek van zijn laatste lange reis is de leidraad én bijbel voor alles wat ze ondernemen. Wie was Charles Robert Darwin? Charles Robert Darwin was een Brits natuuronderzoeker, bioloog en geoloog. Hij leefde van 1809-1882. Hij werd geboren in Engeland. Toen hij klein was verzamelde hij schelpen, munten en vogeleieren. Toen hij een tiener was vond hij het leuk om op vogels te jagen. Na gestudeerd te hebben aan de universiteit vertrok hij op expeditie met een schip, De Beagle. Aan boord van dit schip werd Darwin heel erg zeeziek. De Beagle kwam 28 februari 1832 in Brazilië aan. De volgende dag stond Darwin voor het eerst in een Braziliaans regenwoud. Hij vond het prachtig en begon de dieren te bestuderen en te verzamelen. Hij zag daar bijvoorbeeld een vogelspin en een wesp vechten. Uiteindelijk won de wesp. Toen nam Darwin ze allebei mee voor zijn verzameling. Doorheen de jaren bleef Darwin dingen bekijken en verzamelen. Vervolgens voer de Beagle naar een groep eilanden, de Galapagoseilanden, en daar merkte hij iets vreemds… De Beagle Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 15 Op elk eiland is er een verschil tussen de soorten schildpadden. En niet alleen tussen de schildpadden maar ook tussen de vinken. Het verschil zit hem bij de vink vooral in de snavels, bijvoorbeeld een vink die insecten uit kleine spleetjes moet halen heeft een kleine gepunte snavel, maar een vink die zaden eet heeft een sterke snavel. Na onderzoek vond hij de oorzaak: omdat er op verschillende eilanden verschillende omgevingen waren. De dieren op elk eiland waren aangepast aan de omgeving, zodat ze daar beter konden overleven. Hierover schreef Darwin een boek, ‘de oorsprong der soorten’, waardoor hij wereldberoemd werd. Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 16 2. Enkele vreemde vogels die ons inspireerden… De Roepie Roepie heeft enkele bijzondere eigenschappen. Vind jij enkele gelijkenissen met de vogels die hieronder beschreven staan? DE QUETZAL De quetzal is een vogel uit Midden-Amerika De quetzal is volgens velen één de mooiste soorten ter wereld. Zowel de mannetjes als de vrouwtjes hebben een metaalglanzende groene kop, rug en vleugels, een helderrode borst en witte onderstaartveren. De quetzal maakt deel uit van veel Indiaanse legenden en deze vogel is vooral sterk verbonden met Quetzalcoatl, de god van de wind en de cultuur bij de Azteken, op het doden van een quetzal stond de doodstraf. Ook bij de Maya’s stond de quetzal hoog in aanzien als symbool voor vrijheid, mede omdat de Quetzal in gevangenschap altijd sterft. De Quetzal is een symbool in de nationale vlag en het wapen van Guatemala, ook hier omdat deze vogel steeds sterft als hij gekooid wordt. Het wapenschild van Guatemala Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 17 DE FENIKS Een feniks, ook wel phoenix genoemd, is een fabelwezen dat volgens de legende 500 jaar leeft. Als de feniks zal gaan sterven dan gaat hij een net maken van mirre en kruiden. Als hij dood is dan valt de feniks op de grond en verbrandt hij. Door de geur van het spul gaat zijn ziel naar de hemel. Uit de as van de feniks wordt een kleine feniks geboren, die dan weer 500 jaar zal leven. Sommige volkeren of gelovigen zien iets in de fenix. Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 18 NAVERWERKING: Enkele vraagjes die kunnen helpen bij het nabespreken van het verhaal: 1. Waarom zijn de drie wetenschappers op expeditie? 2. Waarom willen ze per sé de Roepie Roepie vangen? Waarom is hij zo bijzonder? 3. Zijn het drie vrienden? Waarom wel/niet? Hoe zie je dat? 4. Geef enkele mooie kanten aan het beroep van ornitholoog. 5. Wat zijn de mindere kanten? 6. Welke personages zijn bedreigingen voor de vogels? Waarom? 7. Hoe komt het dat er steeds “woegadaga” klinkt ’s nachts? 8. Wat is er zo speciaal aan het ei van die Roepie Roepie? 9. Vangen ze de Roepie Roepie uiteindelijk? Waarom wel/niet? 10. Waar is de Roepie Roepie uiteindelijk naartoe? Waarom denk je dat? Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 19 ENKELE BELANGRIJKE THEATERTERMEN Het publiek Het publiek is erg belangrijk tijdens een voorstelling. Er wordt gelachen om iets grappigs en gegriezeld bij iets engs. Om te laten horen dat het publiek tevreden is gaan ze ‘applaudisseren’. Ze klappen voor de spelers, maar ….. nooit door het toneelspel heen! Meeleven en meevoelen met wat er op het toneel gebeurt is prima, maar joelen en schreeuwen doe je in een theater eigenlijk nooit. Licht Als je tijdens de voorstelling omhoog kijkt zie je allemaal lampen die enorm veel licht geven. Het hele toneel wordt helder verlicht, zodat het publiek alles goed kan zien. De lampen hebben filters met verschillende kleuren die de sfeer op het toneel maken. Het kan op het toneel nacht zijn, terwijl je toch goed kan zien wat er gebeurt door een donkerblauwe filter. Decor Het decor is de achtergrond van het toneel. Het is speciaal voor die voorstelling gemaakt, je ziet waar de voorstelling zich afspeelt. In een bos, in een kasteel of op een kantoor bijvoorbeeld. Coulissen Aan de zijkanten van het toneel zijn de coulissen; stukken gordijn waardoor de acteurs en actrices het toneel op- en aflopen. Het gordijn voor het toneel heet het toneelgordijn. Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 20 Regisseur De regisseur heeft de leiding over de uitvoering van een toneelstuk of een film. Hij of zij zegt tegen de spelers hoe er moet worden gespeeld. Bijvoorbeeld hoe de spelers moeten kijken of lopen. De regisseur bepaalt ook hoe de decors en de belichting van een toneelstuk eruit moeten zien en welke kleding de spelers moeten dragen. Acteur Een acteur speelt een rol in een toneelstuk of een film. Technicus Iemand die zorgt dat het licht, het geluid en het decor bij een voorstelling goed zijn. Repetitie Bij een repetitie oefen je voor een toneel-, muziek- of dansvoorstelling. Je moet je tekst kennen, weten waar je moet gaan staan en welke bewegingen je moet maken. Rekwisieten Rekwisieten zijn voorwerpen die in een voorstelling worden gebruikt. Dit kan bijvoorbeeld een vaas met bloemen of een reiskoffer vol met kleren zijn. Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 21 ZELF SPELEN! Wil je zelf aan het werk in de klas? Hieronder kan je een voorstel van een dramales vinden: Inleiding: Begin met een kort spelletje om de kinderen op te warmen. (reactiespelletjes: klap doorgeven, woesh-zap …) Vertel de kinderen dat ze emoties gaan uitbeelden. Begin vb. met de emotie: opgewonden. Beeld het uit en de kinderen mogen het raden. Dan zijn de kinderen aan de beurt. Maak op voorhand enkele kaartjes met emoties erop. Het kind trekt een kaartje met een emotie erop, en beelden deze uit. De rest probeert de emotie te raden. Emoties: bang, verlegen, verliefd, blij, bedroefd, boos, kwaad, verdrietig, woedend … Kern: De kinderen werken nu in groepjes. Ieder groepje krijgt een kaartje met een emotie erop. Deze emotie moet heftiger worden gemaakt. Bijvoorbeeld blij: een glimlach, schaterlach, huilen van het lachen, springen omdat je heel erg blij bent. Zo moet ieder groepje een emotie heftiger maken. De rest van de klas mag het raden als het hele groepje klaar is. Vervolgens gaan ze een improvisatiespel doen. Het heet: “bankje in het park”. Er staan 3 stoelen op een rijtje. Één kind krijgt een kaartje met hierop een rol, bijvoorbeeld: “rijke dame”. Ze neemt plaats op het bankje. Dan komt er een tweede persoon die van mij ook een rol krijgt, bijvoorbeeld “nette meneer”. Hij neemt plaats op het bankje en knoopt een gesprek aan met de mevrouw. Niemand weet wat voor rol het kind heeft, alleen het kind zelf. Wel moeten ze in hun rol blijven. Zo gaat dan steeds het eerste kind weg, het tweede blijft zitten, en een derde komt er weer bij. Verschillende rollen: rijke dame, nette meneer, een doofstomme, skater, zwerver, klein meisje/jongetje, blinde persoon, iemand die net ontslagen is, een nieuwsgierig iemand … Afsluiting: Ga aan het werk met theaterteksten (zie verder). Je kan de tekst laten spelen, instuderen en daarna kan je eventueel met de filmcamera aan de slag om nadien samen te evalueren en te bespreken. Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 22 ENKELE BRUIKBARE SPEELTEKSTEN lelijk A: Ik vind je zo lelijk. B: Lelijk? A: Ik vind je zo ontzettend lelijk. Ik moest het gewoon even kwijt. Elke keer als ik je zie, denk ik: die is lelijk! B: Dat zeg je toch niet? A: Ik ben heel eerlijk. B: Waarom vind je me lelijk? A: Je bent gewoon lelijk. B: Wat is er precies lelijk? Mijn neus, mijn oren, mijn wangen? A: Alles eigenlijk. B: Leg dat eens uit. A: Gewoon lelijk. B: Hoe lelijk? Wat is er precies lelijk? En waarom? A: Je neus. B: Wat is er mis met mij neus? Hij is niet scheef. Niet te lang. Niet te breed. Neusgaten niet te groot. A: Ja, je neus valt eigenlijk nog mee. B: Ik heb een mooie huid. Geen pukkels. A: Geen pukkels. B: Geen bril. A: Geen bril. B: Ik ben niet te dik en niet te dun. Ik heb glanzend haar. Wat is er nu precies lelijk? A: Ja, ik weet het eigenlijk ook niet. Je bent eigenlijk best wel mooi. B: Dank je wel! Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 23 De Kip M: Elisabeth, Ik heb honger, hoe zit het met dat kippetje? V: Het is nog niet gaar, maar de soep staat al op tafel. M: (slurpt) Bah, die soep is niet te genieten! V: Het is een heel fijn soepje. M: Niemand zegt dat het geen fijn soepje is. Ik wil alleen maar zeggen dat ze niet te vreten is omdat ze zo heet is. V: Soep moet heet zijn. M: Jazeker, maar niet zo heet! V: Altijd en altijd hetzelfde liedje, of meneer vindt de soep te heet, of meneer vindt de soep te koud. Nu, zal ik eens wat zeggen: als meneer vindt dat ik niet goed genoeg voor hem kook, dan moet meneer maar op restaurant gaan! M: Dat is niet nodig; de soep is goed, maar ze is te heet. V: Dan wacht ge tot ze koud is. M: Koude soep lust ik ook niet. V: Dan...(zwijgt) nu had ik bijna iets gezegd. M: Ja, ik weet het al, na het eten. V: Alle, alle dagen moet er bij ons ruzie gemaakt worden/ M: Ja, omdat gij dat zo wilt. V: Ja, geef mij maar weer de schuld. M: Ja, wie anders? Heb ik die soep gekookt misschien? V: Kokende soep is altijd heet. M: Ja, misschien kookt gij ze wel te lang en dan wordt ze te heet. V: Te lang koken? Neen, neen, morgen steek ik een thermometer in de ketel, zodat meneer mijn gemaal een op temperatuur gekookte soep voorgeschoteld krijgt. Wie is hier schuldig? Gij! Met uw eeuwig geruzie en gemopper! M: Ik heb geen ruzie gemaakt, ik heb niet gemopperd! Ik heb alleen gezegd dat de soep te heet is! V: Nu begint hij weer over die te hete soep; ik begin te koken van woede! Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 24 M: Koken? Zou ik niet doen! V: Ik ben hier weg. M: Doen! V: Met al dat geruzie ben ik het belangrijkste vergeten! Mijn arm, arm kippetje is in die gloeiende oven helemaal aangebrand. Opeten kunnen we het niet meer. M: Dat zie ik, maar ik geef het aan bij de dierenbescherming! Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 25 mooi (Je komt op en je valt keihard. Dan krijg je een compliment omdat je viel) A: Heel mooi wat je net deed B: Dank je A: Dat heb je vast vaker gedaan B: Nee, eigenlijk niet A: Jawel B: Echt niet. Het was voor ’t eerst A: Jaja, ik geloof er niets van B: Het is echt zo A: Wees nu maar gewoon eerlijk B: Ik ben eerlijk A: Ja, ik ben niet achterlijk Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 26 nagels (bouw dit stilaan op, zodat er op het einde spanning is. Improviseer zelf een vervolg…) A: Wat doe je? B: Dat zie je toch? A: Je lakt je nagels B: Ja A: Voor vanavond B: Ja A: Stop er dan maar mee. Het gaat niet door. Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 27 ZELF AAN DE SLAG! Inleiding : ‘Klap, draai om !’ De leerlingen staan in een kring met de ruggen naar het midden. Noem een emotie / gebeurtenis, op het moment dat je in je handen klapt springen de leerlingen om en gaan in een beeld staan n.a.v. je woorden. VB: -razend -verliefd -heel verdrietig -dringend naar de wc -een miljoen gewonnen! -een hele enge spin -haast -trein gemist Beeldhouwen In tweetallen: beeldhouwer en klei. De beeldhouwer maakt een beeld voor in een tuin. Iemand komt langs als potentiële koper. Kern: Tableaus De leerlingen worden verdeeld in groepjes van 3 á 4 kinderen. Elk groepje krijgt een papiertje met een titel (zie bijlage). N.a.v. de titel mogen de leerlingen even overleggen. Dan maken ze als groepje een tableau. Elke leerling moet hier een plek in krijgen. Als iedereen voorbereid is (+/- 5 minuten) laten ze de tableaus aan elkaar zien. Spreekwoorden De leerlingen bedenken in tweetallen een spreekwoord of gezegde en overleggen kort hoe ze dat in een tableau gaan neerzetten. De leerlingen die zelf niets kunnen bedenken mogen naar mij toekomen voor een spreekwoord. Dan laten de tweetallen hun tableau aan de groep zien. De groep raadt welk spreekwoord er wordt uitgebeeld. Afsluiting: Nabespreken Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 28 BEELDEND AAN HET WERK ROND DE VOORSTELLING De leerlingen van het Jeugdatelier (kinderen van 6 tot 12 jaar oud) van de Kunstacademie van De Klinge maakten een beeldende verwerking rond onze voorstelling. Hieronder enkele ideetjes die zeker voor inspiratie zullen zorgen! Onder leiding van Wim Van den Bossche lieten de leerlingen zich inspireren door een foto van drie ietwat vreemde kerels (zie affichebeeld onder), die hun intrek zouden nemen in het atelier. Dit nieuwe labo was top secret. Vernuftig hadden de 3 wetenschappers een grote witte kast geplaatst en op de ladeplanken stonden rare vogels en lagen aantekeningen. De kast was gevuld met ontdekkingen en bevindingen. Elke week lieten de wetenschappers iets achter zodat hun labo meer en meer groeide. De verzameling werd immens én de inspiratie van de leerlingen draaide op volle toeren! De meest wondere creaties kwamen boven water: de ‘ornicarus’; een mensachtige vogel, pasteltekeningen van vogelogen, een kast gevuld met zeldzame vogels, een anatomische plaat, dagboekschetsen en een colibrimobiel! Dit resulteerde in een geweldige tentoonstelling, waarvan u hieronder enkele kunstwerken kan bewonderen. Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 29 Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 30 Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 31 DE AFFICHE Lesmap Theater Tieret: ROEPIE ROEPIE Pagina 32