Sacrocolpopexie - Gynaecologen Bravis

advertisement
Sacrocolpopexie
Verzakking van de baarmoeder of vaginatop
Wat is een sacrocolpopexie?
Dit is een procedure om een verzakking van de vaginatop te herstellen bij vrouwen die
in het verleden een baarmoederverwijdering hebben ondergaan. Hierbij wordt de
normale positie en functie van de vagina hersteld.
Indien de baarmoeder nog aanwezig is, en verzakt is, kan deze ingreep op vergelijkbare
wijze verricht worden, en heet dan sacrohysteropexie.
Ook kan het nodig zijn om een verzakte endeldarm of verzakte dunne darmlissen te
verhelpen, en dus een rectopexie te doen.
Hoe verloopt de operatie?
De ingreep vindt plaats onder algehele narcose via een kijkoperatie met behulp van de
da Vinci robot.
Via 5 kleine sneetjes worden door de operateur (gynaecoloog, z.n. chirurg)
instrumenten ingebracht en een geavanceerde 3D camera, waarna de operateur plaats
neemt achter het bedieningspaneel, en zo zeer nauwkeurig de instrumenten kan
bedienen.
De vagina wordt aan de voorzijde losgemaakt van de blaas, en aan de achterzijde van de
endeldarm. Een kunststof matje wordt dan vastgemaakt op de vagina voor- en
achterzijde, en zo nodig ook aan de endeldarm bij een rectopexie, en hierna bevestigd
aan het heiligbeen, met onoplosbare hechtingen. Dezelfde procedure kan ook worden
uitgevoerd als er een verzakte baarmoeder aanwezig is.
Hierna wordt het matje bedekt met het buikvlies, zodat de darmen niet vast kunnen
gaan zitten aan het matje.
Hoe effectief is de operatie?
Vrouwen die een sacrocolpopexie ondergaan zijn in 80-90 % genezen van hun
verzakking(sklachten).
Er is een klein risico dat er hierna een verzakking in een ander deel van de vagina
optreedt, waar zo nodig een aanvullende operatie in de toekomst voor mogelijk is.
Kans op complicaties:
Bij elke operatie is er een kans op complicaties, zoals:
 Letsel van blaas, darm en bloedvaten. De kans dat er een beschadiging van deze
organen optreedt is 1-2 %. Meestal is direct herstel mogelijk, soms een
aanvullende operatie
 Bloeding. Meestal is er geen bloedtransfusie nodig in deze situatie.
 Infectie na de operatie. Doordat er antibiotica voor de operatie worden gegeven,
en zo steriel mogelijk geopereerd is er slechts een kleine kans op een infectie.



Blaasontsteking na de ingreep. Bij ongeveer 6 % van de vrouwen treedt dit op, dit
kan gewoonlijk eenvoudig met een antibioticum (eventueel via de huisarts)
behandeld worden.
Urineverlies kan ook in ca 7 % optreden na een hersteloperatie. Veelal herstelt
zich dit vanzelf, of na fysiotherapie. Ook kan er een aanvullende operatie nodig
zijn.
Obstipatie is vaak voorkomend na bekkenbodemoperaties. Hiervoor kunt u een
laxeermiddel gebruiken. Ook is het goed genoeg te drinken, en voldoende vezels
te eten.
Complicaties gerelateerd aan implantaatchirurgie:
 Mesh exposure (blootstelling aan matje, erosie). Dit gebeurt bij 3-10 % van alle
operaties met een mesh. Dit kan veelal met vaginale oestrogeen creme behandeld
worden, of het blootliggende meshdeel kan chirurgisch verwijderd worden of
opnieuw bedekt.
 Chronisch vaginale pijn, of pijn bij het vrijen, komt voor bij 2-3 % na implantatie
van een mesh via de buik.
Voor deze bovenstaande klachten is er meer informatie te vinden in de folder
“Implantaat voor een verzakking via de buik met een kijkoperatie” van de NVOG.
Adviezen voor ontslag:
 6 weken vermijden van veel druk op de operatiewond inwendig door
bijvoorbeeld tillen, persen, forse inspanning, hoesten en obstipatie. Voor
zwaardere huishoudelijke bezigheden, als emmers water of een zware
boodschappentas optillen, bedden verschonen, of soms ook stofzuigen, kunt u
beter hulp regelen. Lichte huishoudelijke taken kunt u oppakken, indien dit geen
klachten veroorzaakt.
Tot 3 maanden na de ingreep moet u tillen van meer dan 10 kg vermijden.
 Afhankelijk van uw werkzaamheden is het verstandig 4 tot 6 weken verlof in te
plannen.
 Fietsen: na 4-6 weken mag u dit hervatten.
 Autorijden: na 2-4 weken indien uw concentratie en conditie dit toelaten.
 Douchen mag altijd. In bad na 6 weken.
 Vaginaal bloedverlies kan de eerste 6 weken aanwezig zijn. U mag hiervoor geen
tampons gebruiken.
 Seksualiteit: 6 weken geen geslachtsgemeenschap (penetratie) om de vagina/het
litteken goed te laten genezen. Als u vragen of problemen na deze 6 weken
ervaart, is het altijd mogelijk om hiervoor met uw gynaecoloog een afspraak te
maken.
 Ontlasting: Vooral soepel houden, door voldoende te drinken (1,5-2 liter/dag) en
vezelrijke voeding. Indien nodig kan uw arts ook een laxeermiddel voorschrijven.
Contact opnemen met het ziekenhuis:
 Koorts (>38 graden)
 Toenemende pijn
 Toenemende zwelling, en roodheid of vochtverlies bij de wond
 Toename van helderrood vaginaal bloedverlies
Download