Population Geography by Huw Jones Hoofdstuk 7: Problems of population growth and age composition Global growth problems De bevolkingsgroei en de daarmee geassocieerde problemen kunnen worden gerelateerd aan drie factoren: 1. Na 1950 (WOII) is overal ter wereld de bevolking sterk gegroeid. In de ontwikkelingslanden nog vele malen sterker dan in de ontwikkelde landen. 2. De stabilisatie van deze geboortegroei zal pas in 2100 worden gerealiseerd. 3. Na een golf van natuurrampen als gevolg van de snelle bevolkingsgroei zijn een aantal milieuorganisaties uit de grond gestampt. I = P.F Waarbij I de invloed van de maatschappij op de natuur is, P de bevolkingsomvang en F de invloed per hoofd van de bevolking. In 1980 is er een vorm van neutralisme ontstaan met betrekking tot de bevolkingsgroei. Malthusian pessimism Malthus pessimistische argumenten dat de bevolkingsgroei de hoofdoorzaak is van de negatieve invloed op de natuur is achterhaald. Een Amerikaanse bioloog genaamd Ehrlich dacht de de aarde een tikkende bevolkingsbom was. Na de jaren 70 is er een nieuw model opgesteld die ervan uitgaat dat de invloed op de natuur afhankelijk is van de factoren bevolking, agrarische productie, natuurlijke bronnen, industriële productie en vervuiling. Met deze factoren voorspelde wetenschappers een ramp met een groot tekort aan voorraden. De enige oplossing was “The limits to growth.” Er moest in het jaar 200 iets gedaan worden aan globale bevolking, bronnen en milieu. Technological Optimism De technologische kant van de wereld is ervan overtuigd dat, met de moderne technieken van deze dage,n de mens de natuur met zijn hulpbronnen kan handhaven totdat de 3e wereld landen het transitiemodel hebben afgerond. Deze theorie vindt ondersteuning van de economische kant (schaarste = hogere prijzen = verminderde uitputting) en van Mercantilists die in de 19e eeuw met de theorie kwam dat door de bevolkingsgroei de agrarische productie steeg en daarmee de technologie in de landbouw. Neutralism De nieuwe theorie is dat niet langer meer wordt gedacht dat een groeiende bevolking evenredig groeit met de welvaart van een land. Dit wordt bewezen door analytici en door het feit dat zowel Malthusian en de technologie geen rekening hebben gehouden met sociale organisatie, distributie en consumptie van producten. Zoals Marx al zei zijn het alleen de armen die arm blijven. - The world development report 1984: voorlopig geen voedseltekort, maar bev. Groei tast op den duur wel de gezondheid en educatie aan. - Overheidsrapport van 1986: ontwikkeling wordt niet veroorzaakt door snelle bev. Groei, maar door bescheiden groei. - Un International Conference 1984: Bevolkingsgroei wordt pas een probleem in combinatie met andere factoren. Sustaining life-support systems De hierboven beschreven zorgen over uitputting zijn in de jaren ’80 vervangen door milieuproblemen als lucht water en bodem. Twee bedreigingen: - Exploitatie voorbij het punt van regeneratie - Ecologische destructieve elementen in de technologie (bv. pesticiden en SO2) Recent trends in the population-food balance Voorraad Ondanks de stijgende bevolking stijgt de wereldvoedselvoorraad nog meer. Eerst dankzij vermeerdering van vruchtbare grond voor akkerbouw en later door de mechanisatie. De ontwikkelde landen hebben hun groei in voedselvoorraad de afgelopen 50 jaar vooral te danken aan de verbeterde mechanisatie, terwijl de ontwikkelingslanden hoofdzakelijk hun voorraad nog steeds moeten aanvullen door het vinden van nieuwe en vruchtbare stukken grond. In 1974 waren er veel Aziatische landen die door nieuwe technieken en verbeterde methoden meer opbrengst maakten dan de groei van de bevolking. Positief: men ziet nu in dat overheidssturing en irrigatie belangrijker zijn dan grootte van de boerderij en rijkdom. Afrika is nu het continent met het grootste voedselprobleem. Door de crisis in 1970 is Afrika in een diep dal terecht gekomen. 5 factoren die hiermee van doen hebben: - Conflicten tussen verschillende landen in Afrika - Gebrek aan natuurlijke hulpbronnen waardoor men op de traditionele manier de landbouw moest bedrijven, waardoor men niet kon voorzien in de grote bev. Groei. - Ontwikkelingsstrategieën van de overheid gaan maar voor een klein deel naar de landbouw. - De gecentraliseerde staat probeert te importeren en exporteren, waardoor traditionele voedselproductie verdwijnt en er andere soorten voedsel het land binnenkomen. - Afrika heeft weinig geprofiteerd van de groene revolutie. Buitenland heeft weinig invloed op de lokale productiemethoden. Distributie De 3e wereldlanden verliezen veel voedsel nadat het geoogst is. Oplossing: preventie van deze voedselverliezen. Voedsel wordt gebruikt als een psychisch strijdwapen ten goede van de ontwikkelde landen. Consumptie Honger wordt veroorzaakt door armoede en niet door een tekort aan voorraad. Oplossing: voedsel subsidies voor deze landen door het IMF en de Wereldbank. Voedsel is nog verreweg van een menselijk recht. Problems of changing age composition Door de snelle veranderingen in sterfte en geboortecijfers is het plannen van bronnen in de tijd erg moeilijk. Door het hoge geboortecijfer en lage sterftecijfer in Afrika krijgen kinderen minder educatie. Hierbij komt nog eens dat deze groep ervoor zorgt dat het G.C hoog blijft, omdat zij ook in de vruchtbare periode komt. Probleem in de ontwikkelde landen is de verouderende baby boomers in combinatie met de kleine groep jongeren. Werkende en gepensioneerden kunnen de rivaliserende politieke partijen van de toekomst worden. De baby boom zal in 2015 veel gepensioneerden bevatten die overheidssteun vragen.