Liever maar even geen kinderen behandelen

advertisement
Liever maar even geen
kinderen behandelen
Jeugdzorg
Sinds gemeenten de jeugdzorg
bestieren, hebben zelfstandig
psychologen moeite met
declareren. Velen stoppen met
de behandeling van jongeren.
Door onze redacteur
Ingmar Vriesema
AMSTERDAM. Het Limburgse meisje
van dertien – haar naam is bij de redactie bekend – durft niet goed alleen over
straat te fietsen. Heeft paniekaanvallen. Zoekt weinig contact met leeftijdsgenoten. Durft niet alleen te gaan
slapen. Haar moeder klopt in het najaar van 2014 voor hulp aan bij een
psycholoog: Jos Haartmans, vrijgevestigd klinisch psycholoog in de regio
Zuid-Limburg. Behandeling is nodig,
vindt ook hij. Het meisje heeft een
angststoornis. Het liefst zou hij vanaf
begin 2015 van start gaan. Maar het
meisje wacht nog steeds op hulp.
Psycholoog
Haartmans
vreest
namelijk dat hij de behandeling niet
vergoed krijgt. Van zijn softwareleverancier hoort hij dat hij zijn declaraties
niet kan indienen bij de gemeente
Maastricht, die de jeugdzorg regelt in
zijn regio. Maastricht bevestigt dat er
„opstartproblemen met de betaling”
zijn. Op de vraag of hij de rekening
misschien op papier mag insturen,
zegt Haartmans „al maanden” geen
duidelijk antwoord te krijgen.
En dus is hij „voorzichtig” met het
aannemen van kinderen. Vorig jaar
behandelde hij nog „vijfentwintig tot
dertig kinderen”, nu behandelt hij alleen nog volwassenen, die vallen onder het oude betaalregime van de
zorgverzekeraar. Haartmans: „Ik vind
het vervelend om te zeggen, maar het
is hier geen filantropische instelling.”
Het dertienjarige meisje gaat hij toch
behandelen: het eerste kind in zijn
praktijk dit jaar. „Bij wijze van experiment” gaat hij de rekeningen op papier
indienen bij de gemeente, heeft hij met
de moeder van het meisje afgespro-
ken. Om te kijken of hij wordt betaald.
Dit alles is het gevolg van de decentralisatie van de jeugdzorg sinds 1 januari 2015. Jeugd- en kinderpsychologen kunnen hun rekeningen sindsdien
niet langer bij de zorgverzekeraar indienen. Ze moeten naar de gemeente.
Dat loopt niet gladjes. Bijna de helft
van alle kinder- en jeugdpsychologen
kan om technische redenen nog geen
rekeningen indienen bij gemeenten,
zegt de landelijke koepelorganisatie
van vrijgevestigde psychologen en
psychotherapeuten LVVP tegen deze
krant. De declaratiesystemen van psycholoog en gemeente zijn niet goed op
elkaar afgestemd, of de gemeente is
nog niet „aangesloten” op het juiste
Klinisch psycholoog
Jo Vandermeulen behandelt
nog maar twee kinderen,
vroeger twintig, omdat hij
‘de rompslomp’ niet wil
systeem, zoals Amsterdam. Al deze
problemen spelen ook bij grotere
jeugdzorginstellingen, maar voor vrijgevestigde psychologen – vaak eenpitters – zijn de zorgen acuter. Want geen
betaling betekent: geen salaris.
Neem Lidewij Meulemeesters. Ze is
eigenaar van een psychologenpraktijk
in Velp, bij Arnhem. Voor volwassen
cliënten en, op dit moment, zo’n
25 kinderen – uit twaalf gemeenten. Ze
worden behandeld voor depressie,
angsten, trauma’s. De inkomsten die
dat werk heeft opgeleverd in 2015:
„Nul euro.”
Het is haar vorige week voor het
eerst gelukt declaraties in te dienen bij
drie gemeenten. Aan de overige negen
heeft ze dit jaar nog geen factuur kunnen sturen. Bovendien moet ze werken voor een fors lager uurtarief dan
vorig jaar: de regio Arnhem berekent
de rijksbezuinigingen die met de decentralisatie van de jeugdzorg ge-
paard zijn gegaan aan de behandelaars van kinderen door. Aan vrijgevestigden meer dan aan instellingen.
Dan is er nog een probleem. Tijd.
Sinds de decentralisatie van de jeugdzorg kampt Meulemeesters – en alle
vrijgevestigden met haar, zegt de
LVVP – met een sterk toegenomen administratieve werklast. Haar twaalf gemeenten vergen, zegt ze, „allemaal
andere manieren van declareren en
aanleveren van gegevens”. Voor elke
cliënt heeft ze bovendien een ‘beschikking’ nodig van de gemeente, die
alle met een eigen beschikkingsformulier werken.
Ze schat dat „de hele transitie” haar
„zeker vier uur extra” kost per week.
Dat eist z’n tol. „Of het gaat ten koste
van mijn vrije tijd, of van de behandeltijd voor mijn cliënten.”
Meulemeesters overweegt met minder gemeenten zaken te gaan doen. In
sommige gemeenten heeft ze immers
maar één of twee cliënten. „De administratieve last staat niet meer in verhouding tot de inkomsten.”
Collega-vrijgevestigden zeggen hetzelfde. Jantien Vrijmoet, die elke dag
van de werkweek acht kinderen behandelt in haar praktijk in Den Haag,
heeft over 2015 tot dusver 2.100 euro
verdiend. Haar praktijkruimte alleen
al kost 1.250 euro per maand. Ze teert
op haar reserves. „Ik ben wel aan het
bloeden, ja.”
Kinder- en jeugdpsycholoog Louise
van den Broek uit Enkhuizen behandelt vijftig tot zestig kinderen, verdeeld over zeven gemeenten. Ze heeft
door „declaratieperikelen” nog niets
uitbetaald gekregen.
En klinisch (neuro)psycholoog Jo
Vandermeulen uit Kerkrade heeft het
aantal kinderen dat hij behandelt teruggebracht van circa twintig vorig
jaar tot twee nu, „omdat hij de rompslomp niet wilde”.
Ook Lidewij Meulemeesters voelt
de verleiding zich louter te richten op
de zorg voor volwassenen. „Je wilt gewoon lekker je vak uitoefenen. Zonder
het gedoe eromheen. Dat kost veel
tijd, veel energie en veel frustratie.”
Download