Beademing, uw kind aan de

advertisement
Sophia Kinderziekenhuis
Uw kind aan de beademing
Uw kind is opgenomen op de afdeling Intensive Care Kinderen (IC Kinderen) en krijgt nu tijdelijk ondersteuning van een beademingsmachine. In deze folder leggen we uit wat dit voor u en
uw kind betekent.
Kunstmatige beademing
Kunstmatige beademing, dus met behulp van een beademingsapparaat, is nodig als uw kind
om verschillende redenen hulp nodig heeft bij het ademhalen. Een beademingsapparaat kan
de ademhaling ondersteunen of helemaal overnemen. Dit gebeurt via een beademingsbuis
(in het Engels tube/spreek uit tjoep) die door de neus of de mond doorloopt tot in de luchtpijp. Op deze buis zijn twee slangen aangesloten die gekoppeld zijn aan de beademingsmachine. Iedere in- en uitademing loopt via de beademingsmachine en voorziet uw kind
van voldoende lucht en zuurstof.
Om de beademing zo comfortabel mogelijk te laten verlopen, krijgt uw kind vaak wat rustgevende medicijnen. Om te voorkomen dat uw kind ongewild de tube eruit trekt, worden de
handen soms vastgelegd.
Verzorging van de beademingsbuis
De pleisters die ervoor zorgen dat de beademingsbuis op de goede plaats blijft zitten, worden
regelmatig verschoond. Ook de beademingsbuis wordt schoongemaakt door deze uit te zuigen. Er kan namelijk slijm in komen bij een infectie, maar ook de buis zelf zorgt voor irritatie
en slijmvorming. Dit uitzuigen is nodig omdat uw kind niet zelf het slijm kan ophoesten.
De verpleegkundige schuift een dun slangetje in de beademingsbuis waarmee het slijm
wordt weggezogen. Soms is één keer voldoende, soms moet dit herhaald worden. Hoe vaak
de beademingsbuis per dag uitgezogen moet worden, wisselt heel sterk per kind.
Vervelend
Veel kinderen vinden het uitzuigen vervelend en gaan er bijvoorbeeld van hoesten. Als u het
zelf vervelend vindt om dit bij uw kind te zien gebeuren, dan is het geen probleem als u even
afstand neemt en uw kind troost als het uitzuigen voorbij is.
Communicatie
De beademingsbuis is in de luchtpijp tussen de stembanden geplaatst. Uw kind kan daarom
geen geluid maken als het huilt en ook niet praten. Communicatie is wel mogelijk, bijvoorbeeld door:
-
het stellen van vragen waarbij uw kind ja of nee kan knikken;
-
letters op een tablet, letterkaart of bord aan te wijzen;
-
handgebaren of liplezen;
-
aanwijsplaatjes te gebruiken.
De IC-verpleegkundige bespreekt met u deze mogelijkheden. Er zijn verschillende middelen
aanwezig en u kunt aangeven wat voor u en uw kind de beste manier van communiceren is.
2
Praten kan weer als de beademingsbuis is verwijderd. Het kan wel zijn dat uw kind dan wat
hees is omdat de stembanden zijn geïrriteerd.
Wat kunt u zelf doen
Als uw kind aan de beademing ligt, is het plezierig dat u er bent. U kunt:
-
troosten, voorlezen of liedjes zingen;
-
rust creëren;
-
bekende knuffels en/of speeltjes aanbieden.
Eten en drinken
Als uw kind aan de beademing ligt, is gewoon eten of drinken niet mogelijk. Het risico op
verslikken is te groot. De voeding wordt via een maag- of darmsonde gegeven.
Zelf weer ademen
Als de situatie van uw kind verbetert, wordt de ondersteuning van de beademingsmachine
verminderd. Uw kind wordt dan getraind om zelf mee te ademen. De verpleegkundige en
arts bespreken de instelling van de beademingsmachine regelmatig en als het nodig is, stellen ze de machine bij.
Duur van de beademing
De redenen waarom kinderen beademing nodig hebben zijn heel verschillend. Het hangt
helemaal van de situatie van uw kind af hoelang beademing nodig is. Uiteraard wordt er
gestreefd naar een zo kort mogelijke periode.
Het verwijderen van de beademingsbuis
De beademingsbuis wordt verwijderd als aan de volgende voorwaarden is voldaan:
-
Uw kind ademt weer zelfstandig met weinig ondersteuning van de beademings-
-
Uw kind is wakker genoeg om zelf te kunnen ademen.
-
Uw kind kan zelf hoesten.
-
Uw kind kan slikken.
-
De situatie van uw kind is stabiel.
machine.
U mag er als ouder bij blijven als de verpleegkundige de tube verwijdert. Voordat dit gebeurt,
wordt eerst het slijm weggezogen. Mogelijk heeft uw kind dan nog wat extra zuurstof nodig.
Dit wordt toegediend via een zuurstofslangetje in de neus.
3
Mogelijke complicaties
Tijdens en na het gebruik van beademingsapparatuur kunnen complicaties optreden.
Uw kind kan nog hees zijn nadat de tube is verwijderd, maar dit gaat vanzelf weer over.
Er kan een zwelling optreden in de keel. De arts kan dan medicijnen geven waardoor de
luchtwegen ontspannen en beter doorgankelijk worden.
Als uw kind het nog benauwd heeft na het verwijderen van de beademingsbuis, wordt er
zuurstof gegeven via een zogenaamde neusbril. Soms is optiflow nodig. Dit is zuurstof met
een verwarmde hogere flow dat ook via een neusbril wordt gegeven. Hiermee wordt de
ademhaling nog iets meer ondersteund.
Het kan ook zijn dat uw kind nog te veel moeite heeft om zelf te ademen. Dan zal de arts
beoordelen of er zogenaamde non-invasieve beademing nodig is. Hoe dit werkt leest u verderop. Als ook dit niet voldoende helpt, wordt er opnieuw een tube ingebracht.
Ontwenning van pijnstillers en slaapmiddelen
Aan de beademing heeft uw kind waarschijnlijk pijnstillers en slaapmiddelen gekregen.
Als de dosis wordt verlaagd of als deze medicijnen helemaal worden gestopt, kan uw kind
zogenaamde ontwenningsverschijnselen vertonen. Bijvoorbeeld transpireren, klaaglijk huilen, diarree, verhoogde temperatuur en hogere bloeddruk en hartslag. Om dit te beperken
wordt de medicatie vaak stapsgewijs afgebouwd.
Non-invasieve beademing via een kap
Non-invasieve beademing wordt ook wel neuskap-beademing genoemd, of NIV. In plaats
van een tube krijgt uw kind een kap op de neus of de mond, of over het hele gezicht. Bij kinderen onder de acht kilo wordt ook wel een grote neusbril gebruikt. Het voordeel hiervan is
dat uw kind kan praten of geluiden kan maken. De kap gaat er af en toe even af om de mond
en neus schoon te maken, en om te kijken of er geen drukplekjes zijn op het gezicht. Tegen
drukplekjes wordt een speciale huidpleister gebruikt. Ook wordt elke dag gekeken of uw
kind toch zelf al goed kan ademen. Bij langer gebruik wordt de kap regelmatig verwisseld.
Het is belangrijk dat uw kind comfortabel blijft. Soms wordt dan ook een lichte dosering
slaapmiddel gebruikt, zodat uw kind de
kap beter accepteert.
Helaas blijft eten of drinken nog lastig.
Soms kan uw kind wel een slokje nemen, maar toch is het nodig uw kind
sondevoeding te geven en de maag
goed te ontluchten. De lege spuit die
aan de sonde hangt zorgt voor deze
ontluchting.
4
Zoals gezegd wordt elke dag gekeken of de NIV-beademing al verminderd of gestopt kan
worden. Soms is daarna nog zuurstof nodig.
Tot slot
De beademing van uw kind is een spannende periode. Het verwijderen van de beademingsbuis is een goede stap voorwaarts in de behandeling. Uw kind kan zelf weer ademen en
geluid maken. En u kunt uw kind weer makkelijker op schoot nemen. Als uw kind goed blijft
ademen, wordt met u het ontslag van de Intensive Care besproken. Maar of dit kan, hangt
uiteraard af van de algehele toestand van uw kind. De verpleegkundige is altijd bereid uw
vragen of eventuele zorgen te bespreken.
5
Aantekeningen
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
6
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
___________________________________________________________________
7
Aan de inhoud van deze folder kunnen geen rechten worden ontleend
0000381
© Erasmus MC - Patiëntencommunicatie - 11/14
Deze folder is tot stand gekomen met hulp van de landelijke werkgroep Ventilation Practitioners binnen de kinder IC’s in Nederland.
Hierin zijn alle Nederlandse universitaire medische centra vertegenwoordigd.
www.erasmusmc.nl
Download