Water? Natuurlijk Betaalbaar 5-puntenplan voor lagere waterschapslasten Als waterschappen ergens van bekend zijn, dan is het van de rekening die jaarlijks op de mat valt. Logisch dat u er op wilt kunnen vertrouwen dat u niet meer betaalt dan nodig, en dat dit geld goed wordt benut. Water Natuurlijk wil via het waterbeheer het gebied van Rivierenland mooier en gezonder maken. Dat hoeft niet meer te kosten, in tegendeel, daarmee kunnen we op termijn juist kosten besparen! Dat kan door andere keuzes te maken. Hiermee laat Water Natuurlijk zien dat juist een duurzaam waterbeheer tot lagere kosten én tot mooiere resultaten leidt. 1. Investeren in circulaire economie Het waterschap heeft veel mogelijkheden om geld te verdienen met duurzame maatregelen. Zo kunnen waterschappen grondstoffen terugwinnen uit afvalwater, zelf veel energie opwekken en warmte/koude opslag realiseren. Veel mensen vrezen dat duurzame maatregelen alleen maar met subsidie mogelijk zijn. Het waterschap laat zien dat dit onzin is. Rioolwaterzuiveringsinstallaties kunnen worden omgebouwd naar grondstoffen-, energie- of waterfabrieken. Deze investeringen verdienen zich zelf terug en leiden op termijn tot lagere waterschapsbelastingen. Daarvoor moet het denken in kringlopen gemeengoed worden en moeten we fors inzetten op innovaties. Afval wordt weer grondstof en de producten kunnen eindeloos meerdere malen hergebruikt worden. Zo wordt water de motor van de circulaire economie! 2. Consequent doorvoeren van de vervuiler betaalt Nog te vaak lijden de goeden onder de verspillers en vervuilers. Zonder controles op watervervuiling betaalt u ook voor de schade die anderen veroorzaken. Door vaker te controleren en strenger te handhaven kunnen we overtreders steviger aanpakken. Wist u dat blauwalg veelal veroorzaakt wordt doordat er teveel koeienmest in het water terecht komt? En dat veel tuinders nog steeds te veel bestrijdingsmiddelen gebruiken die ook in het grond- en oppervlaktewater terecht komen? In de Bommelerwaard wordt door enkele tuinders zelfs direct geloosd op de omliggende sloten. Het waterschap maakt veel kosten om die vervuiling uit ons water te halen. Terecht maken mensen zich ook steeds meer zorgen over microplastics en medicijnresten. Water Natuurlijk wil dat al deze problemen aan de bron aangepakt worden. Zodat al deze stoffen nooit in het water terecht komen. Dan hoeven we ook geen kosten te maken om ze eruit te halen. Dus elk ziekenhuis moet verplicht een pharmafilter installeren, en elke boer moet maatregelen nemen om afspoeling van mest en bestrijdingsmiddelen te voorkomen. Tegelijkertijd spant het waterschap zich om op innovatieve wijze deze nieuwe reststoffen uit het afvalwater te verwijderen om de waterkwaliteit op niveau te krijgen en te houden. En word je toch betrapt op watervervuiling, dan moet je ook financieel op de blaren zitten. De vervuiler betaalt; wel zo eerlijk! 3. Belastingopbrengsten eerlijker benutten Iedereen in Nederland betaalt elk jaar belasting voor de waterschappen. Landelijk wordt van de 1,3 miljard euro aan belasting, 90 procent opgebracht door de burgers, een heel klein deel door bedrijven en 10 procent door agrariërs. Daarom mag verwacht worden dat de maatregelen die we op het platteland nemen in het belang staan van iedereen. Water Natuurlijk wil daarom meer aandacht voor de belangen van de burgers en minder specifiek voor alleen de agrarische belangen in dit gebied. Meer natuur in het buitengebied betekent bijvoorbeeld meer wateropvang en dus minder kosten. Meer flexibel peilbeheer betekent minder pompen en dus ook minder kosten. Beter mestbeheer op boerenbedrijven betekent minder vervuiling, minder blauwalg en dus weer minder kosten. 80% van de kosten op het platteland wordt nu door stedelingen opgebracht. Zij hebben dan ook alle recht op een zuinig en effectief waterbeheer in agrarisch gebied! 4. Bonus op bijdrage aan stedelijke waterbeheer burgers Steden worden door klimaatverandering steeds kwetsbaarder voor extreem weer. De kans op heftige hoosbuien, maar ook op periodes van grote droogte neemt steeds meer toe. Om steden ‘klimaatproof’ te maken moeten gemeentes en het waterschap flink investeren in nieuwe riolen en waterafvoer. Want u wilt ook niet dat uw straat elke keer blank staat na een hoosbui, of dat het park bij u om de hoek verdroogt in de zomer. Dat kost heel veel geld en verhoogt de waterschapsbelasting en het rioolrecht. Maar dat hoeft niet, want inwoners kunnen hier zelf veel aan doen. Dat kan met maatregelen als het plaatsen van een regenton of groene daken, maar vooral ook door het anders inrichten van hun tuin, met zo min mogelijk bestrating. Helaas worden steeds vaker tuinen betegeld, waardoor het regenwater niet in de bodem kan verdwijnen. Dit vergroot de kans op wateroverlast. Water Natuurlijk wil experimenten met nieuwe financiële prikkels voor duurzaam waterbeheer door bewoners. Denk bijvoorbeeld aan een korting op de waterschapsbelasting voor bewoners met een regenbestendige tuin. Een extra bonus, want een regenbestendige tuin vermindert niet alleen de kans op wateroverlast en de bijbehorende kosten, maar vergroot ook de biodiversiteit en de aantrekkelijkheid van je tuin! 5. Kostendeling door combinatie waterveiligheid met recreatie en natuur Om ons te beschermen tegen wateroverlast en de gevolgen van klimaatverandering zullen de komende jaren nog veel watermaatregelen nodig zijn. Dan kan je kiezen voor nog hogere dijken, met nog meer asfalt en dure technische oplossingen. Maar je kan ook kiezen voor het combineren van watermaatregelen met natuur en recreatie. Dat leidt tot effectieve oplossingen die flexibel en duurzaam zijn, mooi en meestal goedkoper. In de praktijk blijken maatregelen om de waterveiligheid te vergroten goed te combineren met aanleg en herstel van natte natuur- en recreatiegebieden, duurzame drinkwatervoorziening en landbouw, duurzame delfstofwinning en een aantrekkelijk vestigingsklimaat. Zo'n integrale aanpak levert netto voordeel op, onder andere door kostendeling tussen meer partijen en het gratis gebruiken van natuurlijke processen. Ervaringen met klimaatbuffers wijzen uit dat besparingen mogelijk zijn met 25 tot 80% ten opzichte van "traditionele" alternatieven.