oefeningen I Eentermen en veeltermen 1. Zijn de letters a, b, c, …, x, y , z veranderlijken of onbekenden of constanten in de volgende gevallen? Geef een andere naam voor veranderlijke: ……………………………………… a) 2x – 5 = 10 ………………………………….. b) oppervlakte driehoek = c) de algebraïsche vorm b.h 2 ………………………………….. 1 2 x y 3z 2 ………………………………….. ………………………………….. d) volume van een kubus = z 3 e) 2 a60 5 ………………………………….. r is ……………………………….. f) oppervlakte cirkel = π r 2 π is ………………………………. 2. Vul de tabel aan. eenterm 23x 4 y 2 coëfficiënt lettergedeelte -4 x2 y 1 8 a 2b 2c3 abc 3 3 rq 4 0,125r 2 t 4 -6 z Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 1 oefeningen 3. Noteer de volgende algebraïsche vormen als eentermen door gebruik te maken van coëfficiënten en exponenten. ………………… j) 2 xyxy ………………… y. y. y. y ………………… k) 2.a.a.3.b.b.b ………………… c) ab ab ab ………………… l) xx xx xx ………………… d) a a a a a ……………… m) 1.a.a.b.a.c.b ………………… e) c c c c ………………… n) 3.x. y. 1.x. y. y ………………… a) c c b) ………………… o) ab ab ab ………………… g) abcabc ………………… p) x x x ………………… h) abc abc ………………… q) aaabb aaabb ………………… z) xxy xxy xxy xxy ………………… f) i) aaabb 4.x. y. 3. y.x. y ……………… 4. Welke van de volgende algebraïsche vormen zijn eentermen (omcirkel)? a) 3a e) 3q r i) 3a b 2 b) x y f) 8a 3 bxy 4 j) 6xy 2 c) 3a 2 b 3 g) 3qr k) x 2 3x 6 d) 3 x 4 y h) 3q 3r l) 5. a b 4 3 Eenterm, tweeterm, drieterm, … ? Vul aan tot een ware uitspraak. a) 5 x 3 7 x 2 6 x 5 is een ………………………… 3a 2 3b 2 is een ………………………… c) 2 x 2 y 2 xy 1 is een ………………………… d) 3.x. 4.x. y. 2.x. y is een ………………………… b) Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 2 oefeningen 6. Zijn de volgende algebraïsche vormen veeltermen (eventueel eenterm)? Plaats een kruisje in de gepaste kolom. JA 15 x 6 xy 2 y 6 x 15 y 12 z y 2 NEEN 2 2 x 5 y 4 z 1 2 x 5 y 4 z 1 2x 5 y 4z0 x 2 1 6+ .x 2 6 2 1.x 25 1 x 3 4 y 2 3.(a+b) 6+ (a-b).(a+b) (x+y)3 7. Schrijf als een algebraïsche vorm. a) de som van de kwadraten van a en b …………………………… b) de som van a en het kwadraat van b …………………………… c) het kwadraat van de som van a en b …………………………… d) de som van het kwadraat van a en b …………………………… e) het kwadraat van het dubbel van het product van x en y …………………………… f) het dubbel van het product van het kwadraat van x en y …………………………… g) het dubbel van het product van x en het kwadraat van y …………………………… h) het dubbel van het kwadraat van het product van x en y …………………………… Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 3 oefeningen 8. Bereken de getalwaarde (zonder ZRM) van de veelterm voor de opgegeven waarde(n) van de variabele(n). Noteer de berekeningen kort! Voorbeeld: 3x 2 5 x 6 voor x 2 3.4 5.2 6 12 10 6 8 a) 3x 2 5 x 6 voor x 3 …………………………………………………… b) x 2 2 x 3 voor x 5 …………………………………………………… c) 4 x 2 3x 7 voor x 2 …………………………………………………… d) 7 x 3 8 x 2 6 x 4 voor x 1 …………………………………………………… e) x 2 4 x 5 voor x 3 …………………………………………………… f) 3x 2 7 x 2 voor x 2 …………………………………………………… g) 3x 2 4 xy y 2 voor x 1 en y 2 …………………………………………………… h) 2 x 2 3xy 2 y 2 voor x 2 en y 1 …………………………………………………. i) 3x 2 7 x 2 voor x 3 j) 2 x 2 3xy y 2 voor x 2 en y ………………………………………………….. 1 …………………………………………………… 2 …………………………………………………… …………………………………………………… k) 2 x 2 y xy 2 3 y 3 voor x 1 1 en y 2 3 …………………………………………… …………………………………………… …………………………………………… l) 3 2 7 5 2 x x voor x 4 3 6 3 …………………………………………………… …………………………………………………… …………………………………………………… Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 4 oefeningen 9. #2#Bereken de getalwaarde van de veelterm met je ZRM voor de opgegeven waarde(n) van de variabele(n). Noteer je resultaat in de tabel. Beslis zelf welke methode van invoer je gebruikt om de getalwaarde het snelst te berekenen. Dat hangt af van de opgave! a) x -3 1 2 1 3 3 5 0,25 0,1 -0,5 1,2 1 2 x 3x 1 2 b) Veelterm Getalwaarde voor x 1 1 en y 2 4 3x 2 0,3xy 0,5 y 2 1 2 3 x xy 2 y 2 2 4 2 0,5x 0,05xy y 2 Tip: Om decimale vormen of getallen om te zetten naar een breuk, kan je drukken op je zakrekenmachine. “F” staat voor “fraction” en “D” staat voor “decimal”. Met de toetsencombinatie kan je een onvereenvoudigbare breuk bekomen. Voorbeeld: 14,5 omzetten naar een breuk. Tik in: en je krijgt "14 u ½” Tik nu en je bekomt ”29 / 2” Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 5 oefeningen II Bewerkingen met eentermen en veeltermen 10. Welke van de onderstaande eentermen zijn gelijksoortig met 5x ? (omcikel) 6x ; 4x 5 ; y 5 ; 5x 5 ; 5x ; 11. x 5 y ; 0,5x ; 5a ; 3 5 x 4 Welke van de onderstaande eentermen zijn gelijksoortig met x 5 ? (omcikel) 6x ; 4x 5 ; y 5 ; 5x 5 ; 5x ; x 5 y ; 0,5x ; 5a ; 3 5 x 4 12. Onderstreep de gelijksoortige eentermen op dezelfde wijze. a) 2a b) 2x 3 c) 3x 2 13. In welk van de volgende gevallen zijn de gegeven eentermen 7b 4x 3 7x 2 y 7x 3a 2 7a 1 b 2 5xy 2 8x 2 y 8xy 2 16 y 2 8 12 x 13x 2 24 gelijksoortig? Omcirkel in dat geval de letter voor de opgave. a) 4 xy en 4 xy d) 3 xy en 3.x. 2. y g) 5a 2 b en 25a 2 b 1 b) x 2 y en 3xy 2 e) xyz en zyx h) 0,12 pq 3 r 2 en 2 p 0 q 3 y 2 c) 6a 3 b en a 3 b f) 2 3 x y en 5 xyxyxy 3 i) 6tu 2 v 3 en 6u 3 tv 2 Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 6 oefeningen 14. Herleid de volgende gelijksoortige eentermen. a) 4a 5a ……………………… i) 8x 9x x …………………………… b) 8x 4x ……………………… j) 6 x n 1 5 x n 1 …………………………… c) 6 y 9 y ……………………… k) xy xy xy xy ………………………… d) 5a 2 3a 2 …………………. l) 3xy 2 xy 2 4 xy 2 …………………………. e) 3x x ……………………… m) 5x 2 y 2 6 x 2 y 2 5x 2 y 2 ………………….. a) a 3 a 3 ……………………… n) 5x m y n 7 x m y n 9 x m y n ……………….. 1 o) x 3x …………………………… 3 f) 7 y y ……………………… g) 3ab 4ab 8ab ……………… 15. p) 2 1 3 xy xy xy ………………………… 3 6 4 Herleid de volgende veeltermen. a) 4 x 3 y 2 x 5 y …………………………………………………… b) 2 x 4 y 5 3x 5 y 2 …………………………………………………… c) 3a 2b 5c 3b 2a 4c …………………………………………………… 1 2 a b 4 5 …………………………………………………… e) 1 1 4 x 2 y 4z x y 2x 3 2 5 …………………………………………………… f) 2 2 1 1 x 5 x x 2 3x 3 8 5 …………………………………………………… d) 2a 3b g) 1,5 x 1,7 2,4 y 2,5 x 0,7 y 2,4 …………………………………………………… h) 3a 3 2a 2 b 4ab 2 5b 3 4a 3 3ab 2 …………………………………………………. i) 2a m b 5a m b 2 7a m b 2 5a m b j) 3a m b n 4ab 6 2a m b n 4ab 8 …………………………………………………… …………………………………………………… Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 7 oefeningen 16. Rangschikken van veeltermen. De termen van de veelterm 2 x x 3 5 4 x 2 zijn niet ordelijk geschikt. Je kan de termen van deze veelterm op twee manieren rangschikken: 1° manier: naar dalende machten van x Je schikt de termen van de veelterm zo, dat de exponenten van x van groot naar klein voorkomen. De veelterm ziet er dan zo uit: x 3 4x 2 2x 5 2° manier: naar stijgende machten van x Je schikt de termen van de veelterm zo, dat de exponenten van x van klein naar groot voorkomen. De veelterm ziet er dan zo uit: 5 2x 4x 2 x 3 a) Op welke manier is de veelterm 6a 4 3a 3 2a 4 gerangschikt? ………………………………………………………………………………………… b) Op welke manier is de veelterm 3 2 y 2 6 y 4 8 y 8 gerangschikt? ………………………………………………………………………………………… c) Op welke manier(en) is de veelterm 2 x 2 y 4 xy 2 y 3 gerangschikt? ………………………………………………………………………………………… d) Rangschik de veelterm 7 x 2 4 x 4 1 3x 3 naar dalende machten van x. ………………………………………………………………………………………… e) Rangschik de veelterm 4a 3 2 3a 4a 2 naar stijgende machten van a. f) ………………………………………………………………………………………… 5 Rangschik de veelterm 7 x 2 y x 3 3 y 3 naar de dalende machten van x. 2 ………………………………………………………………………………………… g) Herleid de volgende veelterm en rangschik die gelijktijdig naar dalende machten van a. 6a 2 4a 5 7a 3a 2 4 a ………………………………………………………………………………………… Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 8 oefeningen 17. Vanaf oefening 18 krijg je gemengde opgaven i.v.m. bewerkingen met eentermen en veeltermen. Om deze oefeningen correct te kunnen oplossen is het zeer belangrijk dat je het “type” opgave herkent! In je cursus staat uitvoerig uitgelegd met voorbeelden hoe je elk type van opgave moet oplossen. De bedoeling van deze oefening is enkel het type van opgave aan te kruisen. Bestudeer eerst even de verschillende types (zie ook cursus)! 4 x y 2 3 Merkwaardig product: product van toegevoegde tweetermen Merkwaardig product: kwadraat van een tweeterm Quotiënt van een veelterm met een eenterm Product van veeltermen (uitgebreide distributiviteit) Product van een eenterm en een veelterm (distributiviteit) Macht van een eenterm Quotiënt van eentermen Product van eentermen Som en verschil van (gelijksoortige) eentermen De opgaven van oefening 17 vind je ook terug in oefening 18 (1 14)! 4a b 9a 2 b 3 3 2 xy xy 4 3 1 3 2 2 xy : xy 3 3 2 5a 3 2 3a 2 x 3 y 3x y 5 8a 4a: 2a 3x y 2 y .2 x x 5x 5 5x 3x : 43 x 2 2 3 2 2 4 3 3 m 5a 3a 7a 3a 5a 7a 2 a 2 m a m 1 pq . 6 pr 2 3 2 2 a3 2 2 Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 9 oefeningen 18. Gemengde opgaven! Werk alle opgaven zo ver mogelijk uit. Dit betekent dat je moet herleiden indien mogelijk. In geval van merkwaardige producten, is het de bedoeling dat je de formules van merkwaardige producten gebruikt. 1) 4 x y 2 3 …………………………………………………………………... 2) 4a 2 b 3 9a 2 b 3 …………………………………………………………………... 3) 3 2 xy xy 4 3 …………………………………………………………………... 4) 1 3 2 2 xy : xy 3 3 …………………………………………………………………... …………………………………………………………………... 5) 5a 5 3a 2 6) 2 x 3 y 3x y …………………………………………………………………... …………………………………………………………………... 7) 8a 2 4a : 2a 8) 3x 2 y 2 y .2 x 3 9) x 2 …………………………………………………………………... 5 x2 5 …………………………………………………………………... 4 10) 5 x 4 3x 3 : x 3 …………………………………………………………………... 3 11) 5a m 3a m 7a m …………………………………………………………………... 12) 3a 5a 7a 2 a 2 …………………………………………………………………. 13) a 3 2 2 a 3 …………………………………………………………………... 14) 1 2 pq . 6 pr 2 2 …………………………………………………………………... 15) 6 x 2 2 x 7 .2 x 3 …………………………………………………………………... 16) 10 x10 x10 10 …………………………………………………………………... 17) 16 x 5 8 x 4 4 x 3 : 4 x 2 …………………………………………………………….. Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 10 oefeningen …………………………………………………………………... …………………………………………………………………... 18) 5 x 2 4 x 4 2 19) 2ab 3 20) 3x 5 y 3x 5 y …………………………………………………………………... 21) 7 x 2 22) …………………………………………………………………... 16 x 3 y 4 z 8x 2 y 4 …………………………………………………………………... 23) 3x 2 y. 2 xy 2 …………………………………………………………………... 24) 5a 3 b 2 3a 2 4b 3 . 3a 2 ………………………………………………………….. 25) 15 x 5 9 x 4 6 x 3 …………………………………………………………………... 3x 2 26) x 3 3x 4 2 y 1 ………………………………………………………………….. 27) 4 x 2 y 3 3 …………………………………………………………………... 28) 2ab 5a 2 2ab 5a 2 ……………………………………………………………… 29) 2x 4 2 …………………………………………………………………... 3 30) 3xy 2 . 2 x 2 y 31) 4 x 3 y 2 2 …………………………………………………………………... …………………………………………………………………... 32) 3x 3 . a 2 5a 6 …………………………………………………………………... 1 1 33) x x 2 2 …………………………………………………………………... 34) a 2b 2a 3b 5a …………………………………………………………. 35) 2 x 2 5x 1 3b 2c …………………………………………………………… 36) 3t . 2t 2 3 …………………………………………………………………... 37) x 2 5 x 2 5 …………………………………………………………………... 2 Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 11 oefeningen 38) x y 5x 2 …………………………………………………………………... 2 1 3 39) ab : ab 5 5 40) 3a 2 3 …………………………………………………………………... …………………………………………………………………... 41) 5 y 2 7 y 12 4 y 3 y 3 8 y 7 5 y 2 …………………………………………. 42) 3x 5 y 3x 5 y …………………………………………………………………... 43) 4x 3b b 4x 4b …………………………………………………………… 2 44) 2x 2 …………………………………………………………………... 45) 0,2 x 2 0,1 0,2 x 2 0,1 ……………………………………………………………... 46) 3x 2 4 y 2 4 y 2 3x 2 ………………………………………………………………. 47) b 4b 4 2b 32b 3 ………………………………………………………. 48) 3 2 xy xy 4 3 …………………………………………………………………... 49) 20 x 2 y 3 z : 8xy3 z ……………………………………………………………….. 50) 4 x 1 2 1 1 1 1 x x x ………………………………………………………... 3 6 8 4 2 51) 25a 30a 2 45a 3 : 5a ………………………………………………………….. 1 1 52) x y x y 3x ………………………………………………………….. 2 3 3 53) 3a 2 b …………………………………………………………………... 54) a 7a 7 …………………………………………………………………... 55) a 2 …………………………………………………………………... 2 2 56) c 2 2 c 2 4 c 2 1 ……………………………………………………………. 57) 2a 2 .5a 2 b …………………………………………………………………... Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 12 oefeningen 19. #2# Gemengde opgaven! Werk alle opgaven zo ver mogelijk uit. Dit betekent dat je moet herleiden indien mogelijk. In geval van merkwaardige producten, is het de bedoeling dat je de formules van merkwaardige producten gebruikt. In deze oefening extra veel mintekens, breuken en letterexponenten. 1) 6 x m y p 5x m y p 2 x m y p …………………………………………………… …………………………………………………… 2) 8a b 3) 2 x 2 . x 2 4 x 3 …………………………………………………… 4) 1 2 x m . x 2 3 y 2 …………………………………………………… 5) 3x …………………………………………………… 6) a b ab 7) x 2 y 2 2 y x 2 4 3 2 m 1 2 n 2 n 4a 5 b 4 8a 6 b 5 : 4a 3b 3 ……………………………………………….. …………………………………………………… …………………………………………………… …………………………………………………… 8) x 2x 3 2x 37 3x …………………………………………………… …………………………………………………… …………………………………………………… 9) 3a p 2 7a p 2 0,5a p 2 10) 4a b 11) 3x 6 2 3 …………………………………………………… 1 3a 5 b 4 5a 3 b 3 : a 2 b 3 ……………………………………………….. 2 4x 6 . x 2 …………………………………………………… Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 13 oefeningen 12) 3.4x 25x 1 x 38x 5 …………………………………………………. …………………………………………………… …………………………………………………… …………………………………………………… 13) 3x 14) a 1 …………………………………………………… 15) x 3x 32 …………………………………………………… 2 m 1 4x 3 2 …………………………………………………… 2 …………………………………………………… …………………………………………………… 16) 3 m 1 n 1 4 m 1 n 1 2 a b a b 2a m 1b n 1 a m 1b n 1 4 5 3 …………………………………………………… …………………………………………………… 17) x 2 m3 y n 2 4 x 2 m 4 y n1 : x 2m3 y n1 ………………………………………………… …………………………………………………… 18) 2 x. 5 x 3 . x 2 4 x 1 …………………………………………………… …………………………………………………… …………………………………………………… 19) a n 3 . 5 a 2n …………………………………………………… …………………………………………………… 20) 4 x y 2 …………………………………………………… …………………………………………………… 21) x3 x 3 5 5 2 2 …………………………………………………… Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 14 22) 3x 2 oefeningen 4 xy y 2 3x 2 y …………………………………………………… …………………………………………………… …………………………………………………… 23) 1,3a 2 y 0,2ay 2 6,8 0,25ay 2 0,08a 2 y 4,2 ………………………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………………….. 24) 1 4 3 3 2 2 p q : p q 2 5 …………………………………………………… 25) 4a 2.a b 3.a b …………………………………………………… …………………………………………………… 26) 3t 2 . 2t 2 3 27) 4 2 x 5 3 …………………………………………………… 28) 3 3 y 4 x 4 x y 5 5 …………………………………………………… 29) x …………………………………………………… …………………………………………………… 2 4 3x 1 x 2 2 …………………………………………………… …………………………………………………… 30) a 2 3a 4 2a 1 3a 2 4a a 2 ………………………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………………….. ………………………………………………………………………………………………….. 1 2 x . 6x 2 4x 8 2 31) 32) 4x 2 x 3 6 …………………………………………………… …………………………………………………… Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 15 oefeningen 33) 2x 34) 2 1 2a ab 4 35) 3a 36) x 2x 4x 5 2 2 …………………………………………………… 2 m 1 …………………………………………………… y 2 . 3a m1 y 2 …………………………………………………… …………………………………………………… …………………………………………………… …………………………………………………… …………………………………………………… Sint-Maarten Middenschool – HOOFDSTUK 14: algebraïsch rekenen met eentermen en veeltermen 16