Pedagogisch beleid, DE verbinding

advertisement
PEDAGOGISCH
BELEID, DE
VERBINDING
Aangepast december 2016.
Inhoud
Inleiding.......................................................................................................................................................... 3
Hoofdstuk 1: Visie De Verbinding: ................................................................................................................ 5
Hoofdstuk 2: De pedagogische doelstelling van De Verbinding .................................................................... 9
Emotionele veiligheid:................................................................................................................................ 9
Persoonlijke competentie ..........................................................................................................................13
Sociale- emotionele competentie ..............................................................................................................15
Waarden en normen ..................................................................................................................................16
Hoofdstuk 3: Werkwijze van KDV/ Peuteropvang en BSO. ........................................................................19
De Verbinding kent 3 werk terreinen: ......................................................................................................19
Dagopvang:...........................................................................................................................................19
Peuteropvang: .......................................................................................................................................25
Buitenschoolse opvang: ........................................................................................................................29
Algemene onderwerpen: ...............................................................................................................................32
Invalsbeleid: .............................................................................................................................................32
Intake: .......................................................................................................................................................32
Ouder contacten ........................................................................................................................................32
10 minutengesprek:...................................................................................................................................32
De ondersteuning en begeleiding van zorgkinderen .................................................................................33
Flexibele opvang (dagopvang en BSO) ....................................................................................................34
Ruilen van dagen en extra opvang/vakantieopvang. ................................................................................34
Inspectie GGD Veiligheid/ gezondheid:...................................................................................................34
Gezondheid ...............................................................................................................................................35
Veiligheid. ................................................................................................................................................36
Als een kind ziek is...................................................................................................................................36
De pedagogisch medewerkers: .................................................................................................................37
Scholing medewerkers ..............................................................................................................................37
De Verbinding als leerbedrijf: ..................................................................................................................38
Social media .............................................................................................................................................39
Map:..........................................................................................................................................................39
Ouder commissie: .....................................................................................................................................39
Kindvolgsysteem ......................................................................................................................................39
De Verbinding en het vier ogen Principe..................................................................................................40
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
1
Beroepskracht/ Kind ratio/ afwijking voor peuteropvang, kinderdagopvang en BSO. ............................41
Meldcode kindermishandeling .................................................................................................................42
Klachtenregeling De Verbinding: .............................................................................................................43
Video Interactie begeleding ......................................................................................................................46
VVE beleid van De Verbinding:...............................................................................................................48
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
2
Inleiding
De Verbinding is een organisatie die opvang biedt aan kinderen van 0-12 jaar. Wij bieden
opvang aan kinderen waarvan de ouders graag willen blijven werken.
De naam De Verbinding is gekozen om uit te drukken dat we ons verbonden voelen met de
vraag van uw kind en u als ouder/verzorger. De Verbinding verwijst ook naar de visie op zorg
en dienstverlening die voor al onze locaties gelijk is.
De Verbinding is 1 januari 2006 tot stand gekomen en bestaat uit 9 dagopvang groepen van
0-4 jaar. Daarnaast zeven peutergroepen en tien BSO groepen. Organisatorisch en
inhoudelijk vormen de dagopvang, de peuter groepen en de buitenschoolse opvang 1
organisatie. De Verbinding is een kwalitatief hoogstaand kindercentrum die opvang en
optimale ontwikkelingskansen biedt aan jonge kinderen in de leeftijd van 0 tot 12 jaar.
Alle groepen zijn kleinschalig, waardoor er veel kwaliteit geboden kan worden.
Respect voor de ouders/verzorgers en de kinderen staat bij De Verbinding voorop.
Op alle locaties van De Verbinding staan begrippen als, kwaliteit, professionaliteit,
openheid en sfeer centraal. De Verbinding wil zich onderscheiden door kwalitatief goede
opvang te verzorgen, passend bij de wensen van de ouders/verzorgers en hun kinderen.
Professionaliteit van de opvang wordt vooral geboden door goed opgeleide en gemotiveerde
groepsleiding.
Zij nemen met hart en ziel de dagelijkse zorg voor het kind van de ouders/verzorgers over.
Een andere basis van goede kwaliteit is openheid, duidelijkheid en structuur.
Dit geldt zowel voor de ouders/verzorgers als voor de kinderen.
Deze kwaliteit kan alleen gewaarborgd worden in een omgeving die een vertrouwde
uitnodigende sfeer kent.
De Verbinding staat voor kwalitatief goede en verantwoorde kinderopvang, peuter groepen,
Tussen schoolse opvang en buitenschoolse opvang.
Ons pedagogisch beleidsplan geldt voor onze hele organisatie. Uiteraard zijn er onderlinge
verschillen tussen onze locaties, maar de uitgangspunten en doelen die we nastreven zijn
voor alle locaties gelijk. Dit zorgt voor een herkenbare vertrouwde structuur, waarin onze
medewerksters op een deskundige manier voor uw kind kunnen zorgen.
Naast het pedagogisch beleidsplan heeft De Verbinding voor ieder locatie een locatie
specifiek beleid gemaakt die specifiek voor de desbetreffende locatie uitgewerkt zijn.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
3
Het management van De Verbinding bestaat uit:
Directie: Patty van den Biggelaar
Directie: Ingrid van den Biggelaar
Administratie: Karin van de Laar
Administratie: Anja van der Heijden
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
4
Hoofdstuk 1: Visie De Verbinding:
Ontwikkelingsgericht, deskundig en betrouwbaar:
De Verbinding is een kwalitatief hoogstaande, kindgerichte voorziening die opvang en
optimale ontwikkelingskansen biedt aan kinderen van 0 tot 12 jaar. Wij zijn een organisatie
waarin de kernwaarden ‘betrouwbaar’ ‘ontwikkelingsgericht’ en ‘deskundig’ zichtbaar tot
uiting komen. In de algemene visie van De Verbinding staan de begrippen kwaliteit,
professionaliteit, openheid en sfeer centraal. De Verbinding wil zich onderscheiden door
kwalitatief goede kinderopvang te verzorgen, passend bij de wensen van de ouders/verzorgers
en hun kinderen. Professionaliteit van de opvang wordt vooral geboden door goed opgeleide
en gemotiveerde medewerkers.
Een andere basis voor goede kwaliteit is openheid, duidelijkheid en structuur, zowel voor de
ouders/verzorgers als voor de kinderen. Deze kwaliteit kan alleen gewaarborgd worden in
een omgeving die een uitnodigende, vertrouwde sfeer kent.
Ontwikkelingsgericht;
De Verbinding werkt ontwikkelingsgericht. We zoeken steeds weer naar een balans tussen het
stimuleren van de verschillende ontwikkelingsgebieden en de rust voor het kind om deze
eigen te kunnen maken. Ook streven we telkens naar de balans tussen aanspreken van de
ontwikkeling individueel en in groepsverband.
Deskundig en betrouwbaar;
De Verbinding is deskundig en betrouwbaar. Onze pedagogisch medewerkers hebben een
kindgerichte opleiding, en worden door De Verbinding gestimuleerd zich te blijven
ontwikkelen. We streven erna om steeds meer hoog opgeleide medewerkers op de groepen te
krijgen met minimaal een niveau vier opleiding of HBO opleiding.
Zij creëren een sfeer in de groep waarbij kinderen zich vertrouwd en geborgen voelen. De
pedagogisch medewerkers begeleiden de kinderen individueel en in groepsverband in hun
ontwikkeling.
Ze gaan daarbij uit van het spel van het kind: het plezier dat een kind beleeft aan spelen staat
voorop.
De Verbinding is een professionele organisatie. De ouders zijn onze klanten, zij vertrouwen
ons hun kind(eren) toe, op basis van heldere afspraken en vertrouwen. Om dit vertrouwen
waar te maken is vanuit de organisatie betrokkenheid, deskundigheid en stabiliteit nodig.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
5
Wij streven ernaar om samen met de ouders partners te zijn in de opvoeding van het kind.
Integriteit, respect en een open houding zijn de basis voor het vertrouwen tussen kinderen,
ouders en medewerkers.
Visie op opvoeding en ontwikkeling Gordon methode en Uk en Puk;
Een belangrijke voorwaarde voor een goede ontwikkeling van het kind bij de kinderopvang en
op de peutergroepen, is dat het kind zich thuis voelt. Kinderen hebben een veilige omgeving
nodig om zich optimaal te kunnen ontplooien. Als een kind zich emotioneel veilig voelt kan het
zich openstellen voor zijn omgeving en is er ruimte voor persoonlijke en sociale ontwikkeling.
De Verbinding werkt met de methode van Thomas Gordon.
De Gordon methode;
Bij de kinderopvang, de peutergroepen en buitenschoolse opvang werken we in beginsel
volgens de methode van Gordon. Hij voert als belangrijkste punt in zijn theorie het ‘actief
luisteren’ en het geven van ‘ik-boodschappen’ aan.
Thomas Gordon, een vooraanstaand Amerikaanse kinderpsycholoog, heeft zich in zijn
dagelijkse praktijk gespecialiseerd in de communicatie tussen ouders (en volwassenen in het
algemeen) en kinderen. Kinderen hun eigen problemen laten oplossen (eventueel ondersteund
door een volwassene) is de kern van zijn ideeën. Een paar van de belangrijkste manieren omdat
te stimuleren zijn actief luisteren en de overlegmethode. Gordon introduceert hiermee een
andere manier van omgaan met kinderen.
De theorie van Gordon is gebaseerd op de volgende waarden:
• Het kind is belangrijk; elk kind heeft bepaalde behoeftes en het recht dat die behoeftes
bevredigd worden. De pedagogisch medewerker heeft de specifieke taak om naar het kind te
luisteren en het kind hierin te begeleiden.
• De pedagogisch medewerker is belangrijk; ook de pedagogisch medewerker heeft behoeftes
en het recht dat die behoeftes bevredigd worden. Zij hoeft zich niet op te offeren voor de
kinderen, maar geeft haar eigen grenzen aan.
De relatie tussen de pedagogisch medewerker en het kind en de relaties tussen de kinderen
onderling zijn belangrijk. Het streven is om deze relaties op een prettige manier te laten
verlopen en om ze daarmee in stand te houden. In conflictsituaties zal de pedagogisch
medewerker elke keer opnieuw naar een oplossing zoeken die tegemoet komt aan beide
partijen.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
6
Methode uk en puk
In 2013 heeft De Verbinding de methode Uk en Puk aangeschaft. Deze methode leert de
pedagogisch medewerksters om doelgericht kinderen te begeleiden in hun ontwikkeling. Het
stimuleert kinderen op de vier ontwikkelingsgebieden.
1.
2.
3.
4.
Sociaal emotionele ontwikkeling
Cognitieve ontwikkeling
Fijne motoriek en de Grove motoriek
Taal ontwikkeling.
Wanneer er activiteiten zijn uitgevoerd middels deze methode wordt er gekeken of kinderen
zich op een adequate manier ontwikkelen. Wanneer kinderen meer uitdaging nodig hebben
omdat ze vooruit lopen in hun ontwikkeling wordt daar aandacht aan gegeven. Als kinderen
uitvallen op een van deze gebieden, gaan we met ouders in gesprek. We signaleren dan en
verwijzen indien noodzakelijk door.
Onze deskundigheid komt eveneens tot uiting in onze flexibiliteit. We willen inspelen op een
veranderende maatschappij, zodat ouders en kinderen op ons kunnen blijven bouwen. Dit
vraagt om een marktgerichte, proactieve en belangstellende houding.
Sociaal- emotionele ontwikkeling
Het ontwikkelen en onderhouden van een hechtingsrelatie is voorwaarde om uit te groeien tot een
sociaal voelend mens, die vertrouwen heeft in zichzelf en de ander.
Voor jonge kinderen betekent dat dat ze de kans moeten krijgen om zich te kunnen hechten aan
volwassenen. Naast de ouders, zijn dat in dit geval ook de pedagogisch medewerkers. De pedagogisch
medewerkers bouwen een vertrouwensrelatie op met het kind. Hierbij is van belang dat de pedagogisch
medewerkers goed inspeelt op de behoefte van het kind, hem troost als het nodig is en begrip en
vertrouwen toont in het kind. Het kind moet zich veilig en geborgen voelen bij de pedagogisch
medewerkers. Duidelijkheid en voorspelbaarheid zijn daarbij ook belangrijke aspecten. In hun houding
naar de kinderen toe zijn de pedagogisch medewerkers daarom consequent en duidelijk als het moet
maar ook wat soepeler in regels en grenzen als het kan.
Kinderen moeten ook de kans krijgen om emoties te tonen en leren hoe ze met verschillende emoties om
kunnen gaan. De pedagogisch medewerkers zullen de kinderen daarbij helpen door bijvoorbeeld de
getoonde emotie te benoemen en samen met het kind een weg te vinden om met die emotie om te
kunnen gaan.
Cognitieve ontwikkeling
Ook hier geldt dat een kind zich moet kunnen ontwikkelen naar eigen vermogen. De Verbinding is zo
uitgerust en ingericht dat kinderen ook die kans kunnen krijgen. Het speelgoed en de activiteiten die
aangeboden worden zijn gericht op de ontwikkelingsfase waarin het kind zich bevindt.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
7
Motorische ontwikkeling
De ontwikkeling van de motoriek voltrekt zich in het eerste levensjaar in een snel tempo. De pedagogisch
medewerkers begeleiden de kinderen bij het leren zitten, kruipen, staan en lopen. Ze geven het kind de
ruimte om zelf te oefenen met hun vaardigheden en ondersteunen en stimuleren het kind daarbij. Er
wordt hierbij niets geforceerd. Een kind leert pas lopen als hij er ook daadwerkelijk aan toe is. Ook
oudere kinderen krijgen de mogelijkheden om hun motoriek spelenderwijs te oefenen. De fijne motoriek
bijvoorbeeld door middel van kleuren en knutselen. De grove motoriek wordt gestimuleerd door met
name buiten te rennen, fietsen, klimmen.
Taalontwikkeling
De taalontwikkeling is een belangrijk onderdeel van de ontwikkeling van het kind. Taal biedt de
mogelijkheid tot communiceren en om de omgeving te ordenen. Er worden gesprekjes gevoerd met de
kinderen over de dingen die hen bezig houden. Er wordt voorgelezen of samen met het kind een boekje
gelezen waarbij ze bijvoorbeeld voorwerpen moeten benoemen.
Behalve dat het erg gezellig is, is zingen ook een goed middel om de taal van kinderen verder te
ontwikkelen. Dat wordt dan ook regelmatig individueel of gezamenlijk gedaan.
Kinderen leren veel door imitatie van elkaar en van de pedagogisch medewerkers. Zij dragen hierin het
voorbeeld. De pedagogisch medewerkers praten zoveel mogelijk correct Nederlands. De pedagogisch
medewerkers letten er terdege op dat er geen schuttingtaal gebruikt wordt.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
8
Hoofdstuk 2: De pedagogische doelstelling van De Verbinding
De Verbinding wil een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van kinderen tot mondige,
zelfstandige en onafhankelijke mensen met een eigen persoonlijkheid. Door het aanbieden
van veelzijdige speelmogelijkheden wordt de ontwikkeling van de kinderen gestimuleerd.
Hierdoor leren kinderen zelfstandig te functioneren en hun eigen individuele mogelijkheden te
ontdekken, met respect voor anderen en in harmonie met zichzelf en hun omgeving. Voor een
optimale ontwikkeling heeft een kind een omgeving nodig die veilig is en waar groei mogelijk
is. Als een kind zich emotioneel veilig voelt, kan het zich openstellen voor andere kinderen
en de wereld om zich heen. Er is ruimte voor persoonlijke groei en ontwikkeling.
In het pedagogisch handelen, sluiten de pedagogisch medewerkers van kinderopvang,
peuteropvang en buitenschoolse opvang aan bij de vier pedagogische doelen van Marianne
Riksen-Walraven (hoogleraar op de leerstoel “ Theorievorming en empirisch onderzoek op
het gebied van de kinderopvang) en voegen er nog twee belangrijke pedagogische
doelstellingen aan toe.
De verbinding streeft de volgende pedagogische doelstellingen na:
• Gevoel emotionele veiligheid.
• Stimuleren van persoonlijke competentie.
• Stimuleren van sociale en emotionele competentie.
• Overbrengen van waarden en normen./ de cultuur van de samenleving
De vier opvoedingsdoelen zoals hierboven beschreven, zijn uitgewerkt aan de hand van vijf
pedagogische midden.
a. Pedagogisch medwerker- kind interactie
b. De binnen en buitenruimte
c. De groep
d. Activiteiten
e. Spelmateriaal
f. Contact pedagogisch medewerksters en ouders
g. Contact pedagogisch medewerksters onderling.
Soms praktijk voorbeelden.
Emotionele veiligheid:
Wij vinden het erg belangrijk om kinderen emotionele veiligheid te bieden. Wij bieden de
kinderen een sfeer van geborgenheid en een veilige, vertrouwde en stimulerende omgeving. Een
onveilig klimaat staat het realiseren van andere pedagogische doelstellingen in de weg. Dit is de
reden dat het bieden van emotionele veiligheid als eerste pedagogische doel staat.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
9
Hoe kinderopvang De Verbinding het gevoel van emotionele veiligheid waarborgt.
A. In de pedagogische medewerker-kind relatie werken wij aan de emotionele veiligheid van
een kind.
Een gevoel van veiligheid creëren wij door vaste beroepskrachten op de groep. Zo kennen de
kinderen de pedagogisch medewerksters, maar kennen de pedagogisch medewerksters de
kinderen ook goed. Een kind weet dan wie ze kunnen vertrouwen en de pedagogische
medewerksters kennen het kind goed genoeg om het passend te begeleiden en stimuleren. Op
sommige momenten zal er een invalster op de groep aanwezig zijn. Wij stellen deze aan de
kinderen voor en geven de kinderen het vertrouwen dat ook de invalster fijn met ze komt spelen
en goed voor ze zal zorgen.
Iedere pedagogische medewerkster werkt aan een band met elk kind individueel. Dit doen we
door persoonlijk contact met de kinderen. We gaan op ooghoogte zitten, en kijken de kinderen
aan als we met ze praten. We nemen de tijd om met kinderen te knuffelen en op schoot te
nemen. Wij vinden het ook belangrijk om kinderen positief te benaderen en ze te
complimenteren. Als kinderen fijn aan het spelen zijn of iets moois maken zullen wij hen
complimenteren en laten merken dat we trots op hen zijn.
houden wij een overdracht schriftje bij. Hierin staat het ritme van het kindje en bijzonderheden
beschreven.
Bij de samenstelling van ons team proberen we o.a. rekening te houden met verschillende
persoonlijke kenmerken van onze medewerksters. We kijken naar ervaring, opleiding
gevarieerde leeftijdsopbouw en creativiteit.
B. De binnen en buitenruimte: ·
Een overzichtelijke, duidelijk ingedeelde ruimte draagt bij aan het gevoel van veiligheid van
kinderen. Daarom hebben wij onze ruimte onderverdeeld in verschillende hoeken. Hierbij kun
je denken aan een poppenhoek of een bouwhoek. Wij zorgen ervoor dat deze hoeken behouden
blijven, zodat ze veilig en vertrouwd zijn. Wel zorgen we voor nieuwe uitdagingen,
bijvoorbeeld door materiaal aan te passen of de themahoek in te richten bij het thema waar we
mee bezig zijn. Voor baby’s bieden wij deze veiligheid door een eigen plekje te creëren. Dit kan
zijn in een hoge box, hier liggen de kinderen veilig maar hebben ze toch overzicht op de groep.
De inrichting en het speelmateriaal is afgestemd op de ontwikkelingsfase van de kinderen en
biedt geborgenheid. In deze uitdagende ruimte leren kinderen elkaar kennen en raken ze
vertrouwd. De ruimtes zijn zo ingericht en ingedeeld dat kinderen van verschillende leeftijden
op de leeftijd afgestemde activiteiten kunnen ontwikkelen. De inrichting is kindgericht door
materiaal en kleur.
c. De Groep
Het is van belang om een goed pedagogisch klimaat te scheppen waarbij de kinderen onderling
een band op kunnen bouwen.
Om een band op te bouwen is er een vertrouwd en veilig gevoel nodig. Dit proberen wij te
scheppen door onze vaste stamgroepen. Hierdoor leren kinderen elkaar kennen en kunnen ze
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
10
een band opbouwen.
Wij hebben verticale groepen bij De Verbinding met kinderen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar.
Door deze groepssamenstelling kunnen kinderen veel leren van hun oudere leeftijdsgenootjes
en kunnen zij op hun beurt de jongere kinderen helpen. Doordat veel locaties van De
Verbinding gevestigd zijn binnen scholen en daar dan ook door stromen krijgen kinderen de
kans om een relatie op te bouwen welke zij voort kunnen zetten op de basisschool.
D. Activiteiten
Wij creëren een gevoel van veiligheid door de kinderen een vast dagritme aan te bieden. Iedere
dag werken wij met hetzelfde dagritme. Dit dagritme staat verderop in dit beleid beschreven. De
kinderen kunnen op de groep zien welke activiteiten er zijn gedurende de dag. Dit gebeurd door
pictogrammenkaarten van uk en puk, die we duidelijk zichtbaar op de groep hebben hangen.
Wij handelen consequent en voorspelbaar voor de kinderen. Hierdoor weten de kinderen wat ze
kunnen verwachten en wat er van hen verwacht wordt. Tijdens het handelen vertellen en leggen
we zo veel mogelijk uit over wat er gaat gebeuren. Hierdoor worden situaties voorspelbaar en
overzichtelijk voor een kind.
Wij werken met thema’s en activiteiten die aansluiten bij de belevingswereld van de kinderen. De
thema’s zijn van uk en puk of hebben te maken met jaargetijden of feestdagen. Deze worden via
een vaste structuur aangeboden waarbij de pop Puk een vaste leidraad is. Puk is een vriendje voor
de kinderen, hij is veilig en herkenbaar voor hen. Puk neemt hen mee naar verschillende nieuwe
ervaringen.
Het vieren van de verjaardagen van zowel kinderen als pedagogisch medewerkers vinden wij
belangrijk. Kinderen voelen zich bijzonder als ze jarig zijn. Ieder kind is bijzonder voor ons, dus
dat willen hij hen op deze dag ook laten merken. Het kind staat in het middelpunt van het feest,
merken wij dat een kind dit niet fijn vind spelen wij hier op in. Ook schenken wij ruim de
aandacht aan een kind dat afscheid neemt en kijken we wat voor invloed dit heeft op de kinderen.
e. Spel materiaal:
Bij De Verbinding gaan is spelmateriaal aanwezig voor alle leeftijdsgroepen aanwezig. Het
materiaal is voor een deel zo neergezet dat kinderen de mogelijkheid hebben zelf te kiezen en ook
zelfstandig kunnen gebruiken. De pedagogisch medewerkster stimuleert, helpt en adviseert het
kind bij het kiezen van een nieuw, spannen en of uitdagend materiaal. De pedagogisch
medewerkster weet waarin het kind goed is, wat hij leuk vindt wat zijn mogelijkheden en
uitdagingen zijn.
f. contact tussen de pedagogisch medewerkers en de ouders
In het contact met ouders vinden wij respect en openheid heel belangrijk. Wij luisteren naar
ouders en staan open voor suggesties. Samen met de ouders willen wij graag een lijn trekken in
de opvoeding van hun kind.
Mocht er iets op de groep voorvallen nemen wij direct contact op met ouders, dit kan
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
11
bijvoorbeeld bij ziekte of een ongeval zijn. Samen met ouders overleggen wij over het verdere
handelen. Uitgangspunt hierbij is dat er niemand het kind beter kent dan de ouders zelf, wij
hebben het vertrouwen in de ouders dat zij hierna handelen en kijken naar wat het beste is voor
het kind.
g. Het contact tussen de pedagogisch medewerkers onderling
Wij als pedagogisch medewerksters hebben een voorbeeldfunctie voor kinderen. Hier zijn wij
ons bewust van. Wij als pedagogisch medewerksters tonen aan de kinderen hoe je op een goede
manier met elkaar omgaat. Wij communiceren op een beschaafde manier en laten zien hoe je
goed kan samenwerken. Dit laten wij bijvoorbeeld zien door een collega gezondheid te wensen
als ze niest of door als je iets vraagt, hier alsjeblieft bij te vermelden.
Voorbeelden uit de praktijk volgens een inspectie rapport:
communiceren met de kinderen; de beroepskrachten spreken veel met de kinderen, er zijn korte
gesprekjes met de kinderen over de kikkervisjes, tijdens het drinken en het brood eten enz. De
beroepskracht reageert op signalen van de baby door te zeggen; ‘ik kom eraan, heb je dorst? Ook
tijdens het verschonen van de baby blijft de beroepskracht in contact met het kind door het kind
op de buik te kietelen en met het kind te praten.
vertrouwde relaties met de kinderen; de beroepskrachten laten merken dat ze de kinderen
accepteren zoals ze zijn. Er worden grapjes gemaakt en complimentjes gegeven. De
beroepskrachten reageren op een warme ondersteunende manier naar de kinderen. Dit blijkt uit
het handelen. Kinderen reageren ook spontaan hierop door contact te zoeken met de
beroepskracht bijvoorbeeld een kind geeft aan dat de kikkervisjes bij elkaar zitten of een kindje
geeft aan dat hij zich niet lekker voelt. Ook de baby wordt betrokken bij alles wat er gebeurd op
de groep door steeds te praten en te reageren op de geluiden die het kind maakt.
er heerst een ontspannen, open sfeer op de groep; er is een dagschema met dagelijkse routines
zoals gezamenlijk een boekje lezen, eten of naar buiten spelen. Er is een vast dagprogramma
welke met pictogrammen aangeduid wordt. Kinderen herkennen dit, dit was zichtbaar doordat een
kind wees op het kaartje van het buiten spelen op het moment dat de kinderen naar buiten gingen.
De sfeer op de groep is aangenaam. Het is zichtbaar dat kinderen zich op hun gemak voelen.
vaste beroepskrachten en bekende leeftijdsgenootjes; de kinderen worden opgevangen in vaste
groepen met vaste beroepskrachten.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
12
Persoonlijke competentie
Hiermee worden persoonskenmerken bedoeld zoals zelfstandigheid, zelfvertrouwen, flexibiliteit
en creativiteit die kinderen instaat stellen om allerlei problemen aan te pakken en zich goed aan
te passen aan veranderende omstandigheden.
Hoe kinderopvang De Verbinding de gelegenheid biedt tot het ontwikkelen van persoonlijke
competenties.
a.
In de pedagogische medewerker-kind relatie bieden wij gelegenheid voor het ontwikkelen
van de persoonlijke competenties
Wij stimuleren en motiveren de kinderen bij hun persoonlijke ontwikkeling. Dit doen wij
bijvoorbeeld door kinderen zelf te laten ontdekken en zelf te laten ervaren wat ze wel of niet
kunnen. Bijvoorbeeld een baby die een verhoging aan het ontdekken is. Wij laten het kind de
verhoging ontdekken, maar blijven erbij zodat dit in alle veiligheid kan gebeuren. Wij als
pedagogisch medewerkers schatten het kunnen van een kind in en laten hem ontdekken en
ervaren tot op zekere hoogte.
We geven kinderen de ruimte om zelf fouten te maken en te ontdekken hoe het misschien
anders kan of waarom het fout is. Dit laten we ze ontdekken door ze vragen te stellen zodat ze
hier zelf over na gaan denken. Bij de jongeren kinderen doen we dit door het goede voorbeeld te
geven. De medewerker maakt het kind bewust van de eigen capaciteiten en kwaliteiten. Ingaan
op initiatieven van een kind, belonen, prijzen en complimenteren.
b. Door de manier waarop wij binnen en buitenruimte aanbieden en inzetten dragen wij bij
aan het ontwikkelen van de persoonlijke competenties van een kind:
De pedagogische medewerker van de groep maken duidelijke afspraken en heldere afspraken
over het gebruik van de ruimten. We verwijzen u naar de documenten op locatie vooral
huisregels. In de ruimte wordt eventwicht geboden tussen veiligheid en uitdaging.
c. In de groep dragen wij zorg voor de persoonlijke competenties van het kind:
De persoonlijke ontwikkeling van het kind komt in groepsverband onder de aandacht door
activiteiten waarmee en kind zichzelf kan laten zien. De groep biedt mogelijkheden om eigen
grenzen te ontdekken, delen van plezier en omgaan met gewenst/ongewenst gedrag.
d. Bij het organiseren en aanbieden van activiteiten kiezen wij voor een aanpak die de
ontwikkeling van de persoonlijke competenties van een kind stimuleert.
We dagen het kind uit om nieuwe activiteiten te doen, ze te stimuleren en motiveren tijdens het
uitvoeren en ze trots te laten zijn bij het behalen van het einddoel. Dit doen we door met de
kinderen bezig te zijn en ze zowel verbaal als non-verbaal te ondersteunen. Hierbij kun je
denken aan een aai over het hoofd of een compliment. Hierdoor bouwen de kinderen
zelfvertrouwen op.
Daarnaast bieden we het kind ruimte voor eigen initiatief en ideeën met betrekking tot de
uitvoering van activiteiten. Hierbij wordt kans geboden voor het ontdekken van de eigen
persoonlijkheidskenmerken zoals zelfvertrouwen, initiatief en interesse maar ook voor
zelfoverwinning en zelfredzaamheid.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
13
e. Wij gaan met het spelmateriaal om op een wijze die de ontwikkeling van de persoonlijke
competentie stimuleert.
Het spelmateriaal past bij leeftijd, ontwikkelingsfase en fysieke en geestelijke mogelijkheden
van een kind. Het materiaal maakt emoties los van plezier, pret, verassing, verbazing, ongeduld
of teleurstelling. De manier waarop de medewerker van de groep hiermee omgaat, stimuleert de
zelfstandigheid, zelfredzaamheid en de creativiteit van het kind.
Ook door de relatie met andere kinderen werkt een kind aan zijn persoonlijke ontwikkeling. Wij
leren kinderen om onderdeel van een groep te zijn en de daarvoor belangrijke vaardigheden te
ontwikkelen. Hierbij kun je denken aan leren delen, samenspelen, op je beurt wachten etc.
Taalontwikkeling is gekoppeld aan de ervaringen en waarnemingen van het kind en hoe wij
daar als volwassenen op reageren. Wij stimuleren de kinderen spelenderwijs in hun
taalontwikkeling. Dit doen wij door bijvoorbeeld dingen te benoemen waar ze naar wijzen of ze
uit te dagen tot spreken. Ook benoemen wij wat we gaan doen en waarom we het gaan doen.
Voorbeelden uit de praktijk:
ondersteunen en stimuleren van de ontwikkeling van (individuele kinderen); de beroepskrachten
kiezen ervoor om de groep in tweeën te splitsen en afzonderlijk met de jongste kinderen en later
met de oudere kinderen te drinken en gezamenlijk een verhaaltje te
lezen. Beroepskrachten geven aan dat zij dit bewust doen zodat er specifiek en passend aanbod is
en ook intensiever aandacht is voor het individuele kind. Op het moment dat de ene groep in de
kring gaat speelt het andere groepje buiten. Ook tijdens het verhaaltje lezen gaat de beroepskracht
naar buiten en raapt een hand vol herfstbladeren van de grond en verwerkt dit in het verhaal wat
ze aan het vertellen is. Dit verrijkt het verhaal en boeit de kinderen. Ook tijdens het verhaal van
Dikkie Dik die met een oog dicht slaapt, worden de kinderen gevraagd of ze ook een oog dicht
kunnen doen. Hier wordt uitgebreid de tijd voor genomen temeer omdat het voor de meeste
kinderen lastig is om te knipogen.
mogelijkheid hebben om (leer) ervaringen op te doen door middel van de groep, spelmateriaal,
activiteitenaanbod en inrichting; er wordt een dagprogramma gehanteerd, met gestructureerde
activiteiten en vrij spel. Er wordt binnen gespeeld maar er is ook volop ruimte om naar buiten te
gaan. Een va de kinderen wil liever binnen blijven en krijgt ook de mogelijkheid om dat te doen.
Ook tijdens het drinken wordt een spelelement ingebracht met toveren met een stokje en een
liedje. Zichtbaar is dat dit voor de kinderen een bekend ritueel is.
Er is divers spelmateriaal voor alle leeftijdsgroepen, tevens zijn er diverse speelhoekjes.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
14
Sociale- emotionele competentie
Met sociale competentie bedoelen we de kennis en vaardigheden op het gebied van samen
spelen, andere kinderen helpen, op je beurt wachten, voor jezelf opkomen, om kunnen gaan met
conflictsituaties, rekening houden met elkaar etc.
Stimuleren en motiveren bij de sociale ontwikkeling.
Deze sociale vaardigheden leren de kinderen in interactie met elkaar maar ook met de
pedagogisch medewerker. Ons doel hierbij is om deze interactie tussen kinderen te versterken
en verbeteren. Dit doen wij door kinderen zelf contact te laten zoeken met andere kinderen en
hen hierbij te stimuleren als ze hierin vastlopen.
Wij stimuleren groepsactiviteiten en moedigen kinderen aan om contact met elkaar te maken en
samen wat te ondernemen. Verschillende activiteiten worden zowel in grotere groepen als
kleinere groepen gedaan.
Hoe kinderopvang De Verbinding de gelegenheid biedt tot het ontwikkelen van de sociale
competenties.
a. In het pedagogisch medewerk kind interactie bieden wij gelegenheid voor het ontwikkelen
van de sociale competenties van het kind
De pedagogisch medewerkster stimuleert vriendschap en samenwerking onder kinderen
onderling. Zij gaat bewust om met conflicten tussen kinderen. Samen delen en samen spelen
binnen situaties waarmee kinderen gezamenlijke ervaringen kunnen opdoen.
b. Door de manier waarop wij de binnen-buitenruimte aanbieden en inzetten dragen wij bij
aan het ontwikkelen van de sociale competenties van het kind:
Een vrije ruimte die uitdaagt en stimuleert tot rennen, klimmen, avontuur en ontdekken is veelal
de buitenruimte. Kenmerken als hoog- laag, hard- zacht, vertrouwd en uitdagend bieden het
kind de mogelijkheid van ontdekken en experimenteren in eigen omgeving en met relatie tot
anderen.
c. In de groep dragen wij zorg voor de sociale competentie van het kind door:
Hoe gaat het kind om met de groep, waar heeft het kind moeite mee of waar gaat het juist heel
goed mee? Dat zijn dingen die wij ons hierbij afvragen en waar we op in spelen. Als wij merken
dat een kind nauwelijks contact met andere kinderen zoekt, begeleiden wij dit kind. Wij bieden
het kind vaker groepsactiviteiten aan waarbij we ze begeleiden, of zorgen dat het opgenomen
wordt in het spel van andere kinderen. Sommige kinderen hebben soms echter behoefte aan
individueel spel. Dit laten ze dan vaak in hun gedrag zien. Wij bieden kinderen dan meestal een
activiteit aan tafel aan zodat ze even een momentje voor zichzelf hebben.
Wij hebben een verticale groep, dit is bij uitstek de plaats om kinderen elkaar te laten helpen.
De grotere kinderen vinden het leuk om de kleine kinderen te helpen als iets niet lukt. Ze vinden
het ook leuk om het goede voorbeeld te geven. Dit stimuleren wij dan ook bijvoorbeeld door
aan de oudere kinderen te vragen of ze kunnen laten zien hoe iets moet of door het oudere kind
het kleinere kind te helpen met een verkleedjurk aandoen.
Tijdens conflicten laten wij kinderen zoveel mogelijk zelf proberen het op te lossen. Kinderen
komen vaak direct naar ons toe als een kindje iets afpakt. Wij gaan met het kind naar het andere
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
15
kind en helpen hem in de communicatie om aan te geven wat hij of zij niet fijn vind en wat hij
of zij graag zou willen. Een kind leert hierdoor aan te geven wat hij of zij niet fijn vind, op te
komen voor zichzelf en dingen zelf op te lossen. Als er emoties bij betrokken zijn wijze wij de
kinderen hier op. Bijvoorbeeld als een kindje huilt, vragen wij of het andere kind ziet wat er is
en wat het dan betekend dat het andere kind moet huilen. Op deze manier leren ze zich ook
verplaatsen in anderen.
d. Bij het organiseren van activiteiten kiezen wij voor een aanpak die de ontwikkeling van de
sociale competenties van een kind stimuleert.
Op de groep is een duidelijke en vaste verdeling tussen groepsmomenten en momenten die
kinderen individueel invullen. Daarnaast worden activiteiten afgewisseld met activiteiten in
kleine eventueel wisselende groepen. De sociale inhoud van het spel wordt gestimuleerd door
samen spelen, praten luisteren, plezier hebben, delen, wachten op elkaar.
e. Wij gaan met spelmateriaal om op een wijze die bijdraagt die de ontwikkeling van de
sociale competenties van een kind stimuleert.
Het spelaanbod sluit aan bij de wens om zowel individueel als gezamenlijk spel aan te bieden.
Het spelmateriaal is uitdagend, grensverleggend en ontwikkelingsgericht en houdt rekening met
de verschillende leeftijden, sekse, sociale en culturele achtergronden.
Voorbeelden vanuit de praktijk:
ondersteunen kinderen in onderlinge interactie; de beroepskrachten zorgen voor activiteiten
waarbij kinderen met elkaar samenspelen, bijvoorbeeld samen limonade drinken. Een van de
kinderen mag dan de bekers uitdelen, de beroepskracht ondersteunt het kind door steeds de naam
van het kind te noemen wat de beker drinken ontvangt.
deel van de groep; er worden momenten gecreëerd waarin het samen een groep zijn wordt
onderstreept, zoals met zijn allen samen aan tafel om te eten/drinken een verhaaltje lezen of
samen buitenspelen. In de ruimte hangen foto's van de kinderen zodat duidelijk is wie tot deze
groep behoort.
Waarden en normen
Wij vinden het hebben van waarden en normen en het overdragen hiervan erg belangrijk. Veel
van deze waarden en normen hebben te maken met omgaan met elkaar, rekening houden met
elkaar, respect hebben voor elkaar, delen met elkaar, op je beurt wachten etc.
Overdragen van waarden en normen
Een norm die wij op de groep hanteren is dat we ieder kind als gelijkwaardig en waardevol
beschouwen. Dit laten we zien door open te staan voor diversiteit en in te gaan op dingen die
voor een kind “anders” kunnen zijn.
Wij vinden het ook belangrijk dat kinderen goed omgaan met dieren, natuur en materialen. Dit
zijn dingen waar je rustig en met respect mee omgaat. Voor dieren hoor je lief te zijn, blaadjes
hoor je niet van de boom af te trekken en materialen dienen gebruikt te worden waar ze voor
gemaakt zijn.
Wij hebben verschillende normen en waarden die ook verbonden zijn met onze huisregels. Deze
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
16
leven wij na en we wijzen de kinderen hierop. Wijzelf zijn bij het overbrengen van normen en
waarden van belang. Wij passen onze houding op onze waarden en normen aan, wij geven het
goede voorbeeld. Merken wij dat de kinderen de bij ons geldende waarden en normen niet
naleven zullen wij met ze in gesprek gaan en ze proberen uit te leggen waarom die bepaalde
waarde of norm van belang is. Een voorbeeld hierbij is als kinderen blaadjes van de struiken
trekken. Op dat moment gaan wij met de kinderen in gesprek. We vragen wat ze aan het doen
zijn en waarom ze dat doen. Nadat we naar hen geluisterd hebben leggen we uit waarom het
niet goed is om de blaadjes van de struiken te trekken.
Hoe kinderopvang De Verbinding het eigen maken van waarden en normen, de ‘cultuur’ van de
samenleving (socialisatie)proces bevordert.
a. In de pedagogisch medewerker- kind interactie bieden wij gelegenheid voor het ontwikkelen
voor het socialisatie proces van het kind
Op hun beurt wachten, niet door elkaar heen praten, elkaar met de naam aanspreken. Samen
spelen, samen delen zijn waarden en normen die wij belangrijk vinden bij De Verbinding.
Daarnaast worden omgangsregels gehanteerd ten aanzien van gezamenlijke maaltijden, grenzen
stellen, conflicten oplossen en bestraffen. De pedagogisch medewerksters zijn het voorbeeld
voor de kinderen.
B. door de manier waarop wij de binnen en buitenruimte aanbieden en inzetten dragen wij
bij aan het socialisatieproces van het kind.
Er zijn heldere eenduidige afspraken over wat kan en mag in alle ruimtes en door de manier
waarop zowel kinderen als de pedagogisch medewerkster zich aan afspraken houdt.
C. In de groep dragen zij zorg voor het socialisatie proces van het kind.
In de groep wordt me de kinderen gesproken over afspraken en omgangsvormen. Met elkaar
afspreken over respectvol met elkaar omgaan maar ook je open stellen voor elkaar. Door middel
van het benoemen wat er gebeurt tijdens de sociale interacties zoals samen iets leuks,
spannends, verdrietig of ontroerends beleven.
D. Bij het organiseren en aanbieden van activiteiten kiezen wij voor een aanpak die bijdrage
levert aan het socialisatie proces van het kind.
Door middel van afspraken die stimuleren dat iedereen tijdens activiteiten rekening houdt met
elkaar, samen deelt en elkaar helpt.
E. Wij gaan met spelmateriaal om op een wijze die bijdraagt aan het socialisatie proces van
een kind
Spelmateriaal biedt mogelijkheid om rollen uit alledaagse leven te oefenen, maar ook in het
verwerken van hun belevenissen. Zoals het spelen met keuken materiaal, poppenhoek en
bouwhoek, verkleden en spelen met constructie materiaal.
Voorbeelden uit de praktijk:
afspraken en regels; zichtbaar is dat er regels gehanteerd worden bijvoorbeeld een van de
kinderen gooit een autootje in de groep en rent naar buiten. De beroepskracht grijpt in en vraagt
het kind om terug te komen en het autootje op te ruimen. Ook wordt er op een gegeven moment
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
17
gevraagd door een kind om naar buiten te gaan, echter hij heeft zijn boterham nog niet op. De
beroepskracht vraagt het kind binnen te blijven en eerst zijn boterham op te eten.
gedeelde verantwoordelijkheid en respectvol samenzijn; de kinderen reageren positief op elkaar,
ze hebben belangstelling voor elkaar en hebben plezier. Er zijn onderling geen negatieve
uitlatingen gezien tussen kinderen, er werd ontspannen naast en met elkaar gespeeld. De
beroepskrachten hebben vaste rituelen zoals liedjes bij het drinken en eten. De kinderen weten
wat er van hen verwacht wordt.
voorbeeldfunctie in spreken en handelen; de beroepskrachten geven de kinderen het goede
voorbeeld van sociale vaardigheden in de omgang met andere kinderen, zij zijn vriendelijk,
luisteren en helpen elkaar en de kinderen. Ook in de contacten met de baby laat de beroepskracht
zich leiden bij wat het kind aangeeft. Reacties worden verwoord en er worden geluidjes gemaakt.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
18
Hoofdstuk 3: Werkwijze van KDV/ Peuteropvang en BSO.
De Verbinding kent 3 werk terreinen:
• Dagopvang
• Peuteropvang
• Buitenschoolse opvang
Naast een gemeenschappelijke basis heeft elk werkterrein zijn eigen specifieke kenmerken.
Dagopvang:
De Verbinding heeft 9 dagopvang groepen verdeeld over Sint- Oedenrode wetende:
 KDV Odendael
 KDV Zorg Ok
 KDV Meierij
 KDV Kienehoef
 KDV Boskant
 KDV Olland
 KDV Dommelrode Groen
 KDV Dommelrode Blauw
 KDV Eerschot
Groepsgrootte/ stamgroep:
Bij de dagopvang groepen van 0-4 jaar wordt opvang aangeboden in verticale groepen.
Er kunnen maximaal 12 kinderen geplaatst worden in een stamgroep.
In de groep mogen maximaal drie baby’s onder de 1 jaar geplaatst worden. De groep wordt
geleid door twee pedagogisch medewerkers.
De dagopvang richt zich zowel op de verzorging van het kind als op het stimuleren van de
ontwikkeling. Ouders en pedagogisch medewerkers zijn partners in de zorg voor en de
opvoeding van het kind.
Globale dagindeling:
Bij de dagopvang liggen een aantal momenten op de dag min of meer vast. Deze zijn hieronder
aangegeven. Deze momenten proberen we zoveel mogelijk te handhaven om rust en structuur in
het kinderdagverblijf te creëren. Daarnaast respecteren we het eigen ritme van ieder kind met
name als het gaat om slaapgewoontes. Baby’s hebben sowieso hun eigen dagritme en
voedingspatroon.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
19
7.30- 9.00 uur Ontvangst van kinderen en ouders.
9.45 uur Fruit eten en wat drinken met een koekje
11.45 uur Lunch (broodmaaltijd)
12.30- 13.00 uur Kinderen gaan naar huis en kinderen worden gebracht.
15.00 uur Wat drinken en een koekje
16.30- 18.00 uur Kinderen worden weer opgehaald
Tussen de vaste momenten door is er voldoende gelegenheid voor de kinderen om te spelen.
Soms zijn het groepsactiviteiten en georganiseerde activiteiten, een andere keer krijgen ze de
mogelijkheid om lekker vrij te spelen.
Leidster kind ratio
Volgens de wet moet de opvang aantoonbaar aandacht besteden aan het aantal
beroepskrachten per leeftijdscategorie in de dagopvang. Bij De Verbinding hanteren we de
volgende normen. Een Pm er aanwezig per vier kinderen in de leeftijd tot 1 jaar, vijf kinderen
in de leeftijd van 1 tot 2 jaar, zes kinderen in de leeftijd van 2 tot 3 jaar of acht kinderen in de
leeftijd van 3 tot 4 jaar. Wanneer er alleen peuters opgevangen worden in een groep geldt
sinds 2015 een ratio van 1 op 8 voor zowel 2 en 3 jarigen. Wij hanteren daarvoor de rekentool
van www.1ratio.nl. Daarop staat precies aangegeven hoeveel Pm ers we nodig hebben op het
aantal kinderen. Voor hoogstens drie uur per dag mag afgeweken worden van deze
beroepskracht/ kind ratio. (de zogenaamde drie- uur regeling). De afwijkende inzet mag niet
plaatsvinden tussen 09.30 uur en 12.30 uur en tussen 15.00 en 16.30 uur. Voor 09.30 uur en
na 16.30 uur mag de afwijkende bezetting niet langer dan anderhalf uur aaneengesloten en
tijdens de middagpauze niet langer dan twee uur aaneengesloten. Daar handelt de Verbinding
na.
Inrichting:
Elke locatie heeft zijn eigen identiteit, die de kinderen herkennen als een eigen groepsruimte.
De inrichting (meubilair, speelmateriaal) is afgestemd op de ontwikkelingsfase van de
kinderen en biedt geborgenheid. Hier leren kinderen elkaar kennen en raken met elkaar
vertrouwd.
Speciale aandacht voor baby’s:
Rust en regelmaat ervaren jonge kinderen vooral baby’s als houvast. Vaste routines helpen ze
hierbij. Ze vinden het fijn om te weten dat de Pm er die voor ze zorgt na het melk drinken b.v.
een boekje met ze leest of voor het slapen nog een liedje zingt. Daarom kunnen de kleintjes
bij ons rekenen op het vertrouwde gezicht van de Pm er die hen op schoot neemt, de fles
geeft, in bed legt en hen troost als ze verdrietig zijn. Bij haar voelt de baby zich geborgen en
krijgt hij zij de gelegenheid om zich te hechten.
Komt uw baby voor het eerst? Dan bespreken we vooraf hoe u en uw kindje vertrouwd kan
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
20
raken met het verblijf en hoe we elkaar zo goed mogelijk leren kennen en hoe de dagindeling
verloopt. Uw baby geeft het tempo en het ritme aan. Zie kopje wendagen.
Voeding:
Voor jonge kinderen is het belangrijk dat ze hun eigen speen, fles en voeding kunnen gebruiken
die ze thuis ook gebruiken. Wij vragen daarom de ouders flesvoeding zelf mee te brengen, bij
voorkeur in bakjes met los melkpoeder erin, in de juiste hoeveelheden met daarnaast een eigen
zuigfles met speen.
Indien het kind borstvoeding drinkt kunt u dat ook gewoon meebrengen natuurlijk.
U kunt zelf aangeven of u de voorkeur heeft aan het opwarmen van de voeding in de magnetron
of in een flessenwarmer. Ook is het mogelijk dat de moeder tussendoor zelf borstvoeding komt
geven. Met de medewerkers kunnen hierover afspraken worden gemaakt. Wij verwijzen u naar
het protocol: Hoe om te gaan met flesvoeding.
Als het kind er aan toe is gaat het mee-eten aan tafel met de andere kinderen. Er gelden dan voor
het kind vaste etenstijden. De lunch (een broodmaaltijd) en tussendoortjes als fruit, wat drinken
en koekjes worden verzorgd door de kinderopvang.
We letten er op dat de kinderen gevarieerd eten, zowel hartig als zoet beleg. Daarnaast passen we
de hoeveelheid aan naar de leeftijd en de behoefte van het kind. We letten er op dat kinderen niet
overmatig eten en stimuleren anderzijds minder goede eters.
We gaan er van uit dat kinderen ‘s avonds thuis de warme maaltijd gebruiken. In de
overgangsfase van fles naar vaste voeding, is het in overleg mogelijk dat wij een groentehapje
geven aan uw kind. Dit wordt van thuis mee gebracht.
Als uw kindje speciale of dieetvoeding nodig heeft, worden er afspraken gemaakt of dit zelf
meegebracht dient te worden of dat de kinderopvang er voor kan zorgen. Indien het kind bepaalde
voedingsstoffen niet mag hebben, worden wij daar graag van op de hoogte gebracht zodat we
daar rekening mee kunnen houden. Wij verwijzen u naar het protocol: hoe om te gaan met
etenswaren.
Snoep en andere traktaties wordt gezien als iets extra’s bij bijvoorbeeld een verjaardag of als er
iets anders te vieren valt. We verwijzen u naar het protocol: Verjaardagen dagopvang. Ook bij
bepaalde feestdagen wordt er wel wat extra’s gegeven zoals taaitaai of pepernoten met Sinterklaas
en chocolade-eitjes met Pasen.
Op het intake-formulier wordt het dagritme en alle bijzonderheden beschreven zodat de
pedagogisch medewerkers goed op de hoogte zijn van de bijzonderheden van ieder kind.
De activiteiten
Tussen de vaste momenten door is er voldoende ruimte voor de kinderen om te spelen en dingen
te ondernemen. Er is gelegenheid om vrij te spelen met het aanwezige speelgoed, daarnaast
worden er regelmatig groepsactiviteiten aangeboden zoals samen muziek maken, een (kring)spel,
knutselen, voorlezen. Er wordt vaak gewerkt met thema’s zoals de seizoenen van het jaar.
De kinderen worden niet gedwongen maar wel gestimuleerd aan groepsactiviteiten mee te doen.
Wij werken middels de methode uk en puk waardoor we de taal stimuleren van de kinderen.
Daarnaast vinden wij buitenspelen en buiten zijn erg belangrijk. Op de eerste plaats bevordert het
buitenspelen de motorische ontwikkeling van het kind. Op de tweede plaats is de buitenlucht
goed voor de kinderen. De dagopvang heeft afgescheiden tuinen waar de kinderen vrij kunnen
spelen. Er is van allerlei speelmateriaal aanwezig zoals een zandbak, speelhuisje.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
21
Daarnaast ook los speelmateriaal zoals fietsjes, loopwagentjes, ballen en een waterbak om in de
zomer lekker mee te knoeien. Ook in de winterperiode proberen we de kinderen tenminste 1 keer
per dag even mee naar buiten te nemen. Dit kan bijvoorbeeld ook een wandeling naar de speeltuin
zijn.
Zindelijkheid/luiers:
Ouders moeten zelf doekjes en luiers meenemen naar De Verbinding.
Verschonen:
wij hebben vaste verschoningsmomenten, namelijk:
 Na het kringetje
 Voor het slapen
 Na het slapen
 Na de warme maaltijd.
Natuurlijk zullen wij zodra wij merken dat een kind ontlasting in de luier heeft of een volle luier
heeft deze direct verschonen.
Tijdens het verschonen op de commode dient de leidster ten alle tijd contact te houden met het
kind, zodat het nooit alleen op de commode ligt.
Tijdens het verschonen letten wij altijd op de hygiëne en werken wij volgens de regels en
protocollen die in de GGD-map beschreven staan.
Hierbij valt te denken aan het wassen van de handen en het reinigen van het verschoningskussen.
In de verschoningsruimte staat een kast met bakjes. Ieder kind dat slaapt of een luier draagt heeft
een persoonlijk bakje. Hierin zitten luiers, billendoekjes, pyjama, slaapzak en eventueel een
knuffel en/of speen.
Hoe begeleiden wij kinderen in het traject om zindelijk te worden:
Als wij merken dat kinderen hieraan toe zijn of op verzoek van de ouders beginnen wij met
zindelijkheidstraining. Dit alles gebeurt te allen tijde in overleg met ouders. Middelen die wij
hiervoor gebruikten zijn de vissenkom en boekjes. Wij hebben een boek over zindelijkheid wat
regelmatig met het kind gelezen wordt. Op deze manier blijft het kind geïnteresseerd in
zindelijkheid en krijgt het enig idee wat het inhoud. De vissenkom is het beloningssysteem dat
wij gebruiken. Als een kind op het toilet plast mag het een sticker plakken in de vissenkom.
De volgende stappen worden ondernomen in het traject om een kind zindelijk te maken:


Als een kind een droge luier heeft tijdens het verschonen word het kind enthousiast
gemaakt om op de wc te zitten. Komt er een plas/poep dan wordt het kind beloont met een
sticker.
De volgende stap is om het kind regelmatig op het toilet te zetten om succeservaringen te
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
22
krijgen. Hierbij is het belangrijk om de kinderen enthousiast te maken en ze te belonen.
Heeft het kind regelmatig succeservaringen dan wordt de luier uitgedaan. Plassen of
poepen kinderen dan op het toilet mogen zij weer een sticker plakken. Hierbij wordt
gestreefd om kinderen zelf aan te laten geven wanneer ze naar het toilet moeten, maar is
het ook nog steeds van belang om als leidster de kinderen regelmatig even op het toilet te
laten zitten.
 Als het kind gedurende de dag geen luier meer aan heeft en het aantal “ongelukjes” tot een
minimum is gereduceerd zijn wij van mening dat een kind zindelijk is. De periode van
zindelijk worden wordt dan ook afgesloten door de vissenkom samen met het kind in de
map te plakken.
Bij alle stappen is het van belang om kinderen 's avonds erbij te betrekken om mededelingen te
doen naar ouders. Bijvoorbeeld als ze geplast hebben op het toilet of geen luier aangehad hebben.
Op deze manier bouwen zij trots op voor hetgeen ze doen.

Speengebruik:
Als een kind gewend is om een speentje te gebruiken thuis, kan dat bij de dagopvang ook. We
vragen de ouders wel om zelf een speentje voor uw kind mee te brengen. Eventueel kan dat bij de
dagopvang blijven liggen, zodat u de speen niet elke keer mee hoeft te nemen. Wij koken echter
geen spenen uit.
Wennen
Om een basis te leggen voor een vertrouwensrelatie tussen ouders /kinderen en
kinderdagverblijf is een wenperiode ingesteld. Uiteraard is dit vooral voor het betreffende
kind van belang. Hoewel onze ervaring is dat ouders vaak ook behoefte hebben aan een
wenperiode, voornamelijk bij jonge baby’s.
Het doel van de wenperiode is:
 Het kind raakt vertrouwd met de nieuwe omgeving, de groepsruimte, het
kinderdagverblijf, de pedagogisch medewerksters, de groepsgenootjes etc.
 De ouders raken vertrouwd met de nieuwe situatie en kunnen een vertrouwensrelatie
met de pedagogisch medewerksters ontwikkelen.
 Zaken zoals voedingsschema ’s, slaapritmen en omgang met het kind, thuis en op he
kinderdagverblijf worden op elkaar afgestemd.
Het wennen betekent in feite: oefenen, zodat het kind op den duur voldoende vertrouwen
heeft om te kunnen functioneren in de groep. Hiervoor is het vertrouwen van de ouders in de
pedagogisch medewerksters en het kinderdagverblijf noodzakelijk. Dit vertrouwen wordt
opgebouwd door samenwerking en overleg. Tijdens het intakegesprek worden de ouders op
de hoogte gesteld van de wenperiode en het belang daarvan. Bij het kennismakingsgesprek
met de pedagogisch medewerksters van de groep kunnen ouders het kind meenemen zodat
deze ongeveer een uurtje op de groep kan wennen. Het kennismakingsgesprek zal in overleg
met de pedagogisch medewerker gepland worden, zo kan er gekozen worden voor een rustig
moment. Dit is ook fijner voor het kind, en krijgt het rustig de gelegenheid de groep te
verkennen. De eerste dag dat het kind op het kinderdagverblijf is, zal er extra aandacht aan het
kind worden besteed. Zo zorgen we ervoor dat het kind zich snel thuis zal voelen, en kan
wennen aan de groep. Een dag wennen is vaak voldoende of twee dagdelen.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
23
Achterwacht:
In ieder locatie specifiek beleidsplan staat beschreven hoe wij omgaan met de achterwacht.
10-minutengesprekken
Twee maal per jaar zijn er oudergesprekken. In principe komen kinderen een keer per jaar aan
de beurt verdeeld over de twee termijnen. Indien nodig zullen ouders twee maal per jaar
uitgenodigd worden voor een gesprek. Vooraf aan de 10-minutengesprekken worden de
kinderen geobserveerd via de methode KIJK. Daarnaast bekijken wij de registratielijsten van de
methode uk en puk. De informatie die verkregen wordt uit deze twee methodes word
samengevoegd in een verslag, wat besproken word in dit gesprek. Op deze manier kunnen wij
ouders op de hoogte stellen van de ontwikkeling van hun kind. In dit gesprek zal ook aandacht
besteed worden aan het welbevinden van het kind op de groep, en zal er gevraagd worden hoe
de ouders de opvang ervaren.
Overgang naar de basisschool
De Verbinding vind het erg belangrijk om voor kinderen een goede doorgaande lijn naar de
basisschool te vinden. In het kader hiervan observeren de leidsters de kinderen voor hun vierde
verjaardag en werken hun bevindingen over het kind uit in een verslag. In dit verslag staat
omschreven hoe een kind is, hoe het zich ontwikkeld heeft en waar leerkrachten eventueel
rekening mee kunnen houden. Dit verslag word met de ouders besproken. Aan hen word
gevraagd om dit verslag over te dragen aan de leerkrachten van de basisschool.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
24
Peuteropvang:
De verbinding kent zeven peuteropvang groepen te weten:







PO Kienehoef
PO Boskant
PO Olland
PO Boerderij
PO Springplank
PO Eerschot
PO Dommelrode
De peutergroepen bij De Verbinding zijn een combinatie van opvang en peuteropvang. Het
onderscheid tussen de peutergroepen en de kinderopvang is:
De kernfunctie van het peuteropvang is het creëren van optimale ontwikkelingskansen voor
alle peuters (in de leeftijd van 2 jaar en 3 maanden tot 4 jaar) door het aanbieden van
veelzijdige en passende speelmogelijkheden. Het gaat daarbij om stimuleren, volgen en
signaleren van de ontwikkeling en om het vormgeven van een doorgaande ontwikkelingslijn.
De peuteropvang heeft vaste groepen en vaste medewerkers.
We plannen 3 keer per jaar een overleg met de onderbouw van alle basisscholen in SintOedenrode zodat er goede doorgaande leerlijnen komen voor de kinderen wat de
ontwikkelingskansen weer vergroot.
Groepsgrootte en samenstelling:
Er worden maximaal 16 peuters in de groep opgevangen. De minimum leeftijd is 2 3maanden
jaar. tegelijk naar de nieuwe groep gegaan.
In de AMVB en de Minsteriele regeling ligt vast dat een Pm er aanwezig moet zijn per een tot
acht kinderen en twee pedagogisch medewerkster per acht tot 16 kinderen. Wanneer er 1
beroepskracht aanwezig is moet er een achterwacht geregeld zijn. Bij de Verbinding hanteren
we bovenstaande regels. Er kan ten allen tijde iemand aanwezig zijn binnen vijftien minuten.
Medewerksters
Alle pedagogisch medewerkers van De verbinding hebben tenminste de vereiste diploma’s.
Alle medewerkers van leveren bij aanvang van het dienstverband een Verklaring Omtrent Gedrag
in. Dit is een wettelijke verplichting en houdt in dat de medewerker niet in aanraking met Justitie
is geweest. Daarnaast gaan alle medewerkers op herhaling voor BHV
Per jaar bekijken we welke opleidingen nodig zijn om pedagogisch medewerkers op te leiden om
kwalitatief hoogstaande opvang te kunnen bieden.
De groepen worden begeleidt door een aantal vaste gediplomeerde medewerkers op minimaal
MBO-niveau. In principe werkt iedere medewerker op vaste dagen.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
25
Activiteiten:
Aan de peuters wordt de hele dag door een eigen activiteitenprogramma aangeboden. De methode
die hiervoor gebruikt wordt is die van Uk & Puk. Binnen deze methode worden er activiteiten
met de kinderen gedaan die de verschillende ontwikkelingsgebieden stimuleren zoals taal,
motoriek en sociaal-emotionele ontwikkeling. Gedurende 6 weken werken zij aan een bepaald
thema zoals “wat heb ik aan vandaag” of “ik en mijn familie”.
We besteden in deze groep extra aandacht aan zelfstandig dingen kunnen doen zoals naar het
toilet gaan, jas en schoenen aandoen. Daarnaast vinden we het sociale aspect in deze groep erg
belangrijk. Ze leren op hun beurt wachten, iets doen voor een ander, samenspelen en keuzes
maken.
Er wordt ook extra aandacht besteed aan de voorbereiding op de basisschool. Doordat
verschillende groepen in de basisschool gevestigd zijn, wordt de overgang naar de kleuterklas
een stuk makkelijker.
De meeste activiteiten die gedaan worden met de peuters vinden plaats in de eigen basisruimte.
Daarnaast wordt er gebruik gemaakt van de speelruimte (kleine gymzaal) van de school of de
BSO-ruimte. Dit is afhankelijk van de aard van de activiteit. Ook worden er activiteiten samen
met de kleuters ondernomen o.a. bij feesten zoals Sinterklaas of het kijken van ‘koekeloeren.
Deze activiteiten vinden plaats in de kleuterklas. Daarnaast wordt er tijd ingeruimd om veel
buiten te zijn.
Eten en drinken:
De kinderen leren de tafel te dekken, elkaar te helpen, op hun beurt wachten en netjes eten.
De kinderen van De Verbinding krijgen het volgende aan eten en drinken aangeboden:
•
’s Morgens rond 10.00 uur: fruit
•
Rond 10.30 uur een koekje en drinken.
Zindelijkheid en toiletgedrag:
Een belangrijk aandachtsgebied voor de peuters is het zindelijk worden. Zolang het nodig is kan
de peuter luiers gebruiken.
Door middel van een beloningssysteem worden ze gestimuleerd om gebruik te gaan maken van
het toilet. Ouders worden nauw betrokken bij het proces van zindelijk worden. Er wordt ook extra
aandacht besteed aan een goede toilethygiëne.
Onderzoek
VVE beleid van De Verbinding:
De voorschoolse educatie krijgt op de eerste plaats vorm door het aanbrengen van samenhang
op de werkvloer, in de praktijk. Leerkrachten uit de onderbouw van de basisscholen en de
pedagogisch medewerksters van De Verbinding bezoeken elkaar over en weer en nemen
kennis van elkaars werk. Werkwijzen, processen en procedures worden op elkaar afgestemd.
Peuters oriënteren op enkele momenten binnen de door hun ouders gekozen basisschool.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
26
De brede school coördinator vervult hierin een belangrijke initiërende rol.
Ten einde methodisch te kunnen werken met peuters werkt De Verbinding met de methode
Uk en Puk. Op elke VVE locatie ontvangen de pedagogisch medewerksters hiervoor een
cursus aangeboden door Edukien. De cursus leidt tot certificering. De cursus bestaat uit
7.bijeenkomst. Nieuwe medewerksters die voornamelijk staan op een groep van 0/4 jaar
worden hierin geschoold. Medewerksters die al een cursus gehad hebben kunnen een
vervolg krijgen.
Voorafgaand is door de leiding van de Verbinding en de schooldirecties de cursus VVE
management gevolgd.
Een aantal pedagogisch medewerksters binnen De Verbinding hebben voorafgaand samen
met een aantal leerkrachten de basiscursus en verdieping VVE sterk gedaan.
Bijzonder en toch gewoon
Het VVE beleid is in het bijzonder bedoeld voor kinderen waarvan door het consultatiebureau
is geconstateerd dat ze te maken hebben met een taalachterstand. Zij krijgen via het VVE
programma bijzondere aandacht met het doel de achterstand zoveel als mogelijk in te lopen,
zodat ze goed toegerust aan de basisschool kunnen beginnen. De samenwerking die er al is
met de basisschool en verder wordt uitgebouwd biedt hen extra kansen. Omdat het VVE
beleid integraal is opgenomen in het programma voor de peutergroepen voelen de VVE
kinderen zich gewoon onderdeel van de groep en gaat het extra leren grotendeels
spelenderwijs.
De Verbinding en de basisscholen hebben de intentie de effecten van het gezamenlijk beleid in de
komende schooljaren te laten onderzoeken met het doel steeds te kunnen verbeteren, maar ook
om te zien in hoeverre door het beleid daadwerkelijk
Activiteiten van de peutergroep:
Dagindeling Op de peutergroep wordt een activiteitenprogramma gedraaid. We werken op de
peutergroep volgens het VVE-programma Uk en Puk, waarbij bijna elke zes weken een nieuw
thema aan bod komt. In het ochtendprogramma is er voldoende tijd voor het werken in kleine
groepjes, een grote groepsactiviteit en individuele begeleiding.
Tijdens het ochtendprogramma worden de volgende vier ontwikkelingsgebieden gestimuleerd: Sociaal emotioneel (samen spel en identiteit) - Taal - Beginnende rekenontwikkeling Motorische ontwikkeling
Elementen als dans, muziek en voorlezen, vertellen komen wekelijks terug en krijgen een vaste
plaats in het weekprogramma. Tijdens deze activiteiten worden de kinderen geobserveerd op
bovenstaande ontwikkelgebieden. Voor de kinderen vindt dit alles uiteraard spelenderwijs plaats.
Grote evenementen als Sinterklaas, Kerst, Pasen en Koningsdag etc. worden groots gevierd en
worden binnen de thema’s ingepast. Ook Kinderboekenweek en de nationale voorleesdagen
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
27
krijgen aandacht binnen de thema’s. We werken met dagritmekaarten om de kinderen te
betrekken bij de dagindeling en voor te bereiden op wat komen gaat.
Globale dagindeling van de peutergroep:
8:30 uur (start peutergroep) - Ontvangst van kinderen. Leidster heeft aandacht voor het nemen
van afscheid. - Brengen van de kinderen / vrij spel (leidsters observeren de kinderen tijdens het
vrij spel om ze verder te kunnen helpen in hun ontwikkeling)
09.00 uur Indien er een grote groep is, splitsen we de groep op. De VVE gecertifieerde blijft in
het lokaal met de VVE kinderen en mogelijk aanvulling van kinderen in dit groepje. Dit kunnen
taalzwakke kinderen zijn die baat hebben bij het VVE aanbod maar ook taalsterke kinderen die
juist de taalvaardigheid bij medepeuters activeren. De groep met de andere kinderen verblijven in
de BSO ruimte en hebben daar hun eigen programma. De groepen gaan verder met: - Buiten
spelen (de sociaal emotionele en motorische vaardigheden krijgen aandacht / leidster begeleidt de
kinderen in hun spel en observeren de spelontwikkeling). Bij slecht weer wordt gebruik gemaakt
van binnen-buitenruimte en/of speelzaal. - Kring (dagritme / wie zijn er / voorlezen en zingen /
aandacht voor taal- en rekenontwikkeling) - Kleine kring activiteit (activiteit in kleine groepjes of
individueel o.b.v. thema)
10.00 uur - Liedjes zingen - Fruit eten/drinken - Evt. kring i.v.m. verjaardag/geboorte/afscheid
vieren) - Plassen (bevordering van de zindelijkheid / plassen en verschonen doen we ook door de
dag heen) - Creatieve expressie (grote groep activiteit; wisselend dans, muziek, knutsel, etc.) Afsluiting (terugkijken naar de ochtend) 12.00 uur - kinderen gaan naar huis toe of gaan eten en
drinken (kinderen die naar huis gaan, worden opgehaald, de andere kinderen gaan handen wassen
en aan tafel)
Voor meer VVE verwijzen wij u naar het beleid VVE.
Wennen op de peutergroep:
Als een kind nog niet eerder bij De verbinding in opvang is geweest worden de ouders
uitgenodigd voor een kennismakingsgesprek samen met de pm er op de groep. Wanneer ouders
en kinderen dit willen mag het kindje twee dagdelen komen wennen. De
eindverantwoordelijkheid ligt hiervoor bij de ouders.
Samenwerking met basisschool:
De WMO (Wet maatschappelijke ondersteuning) geeft opdracht aan peutergroepen en
basisscholen om de ontwikkelingskansen te vergroten met VVE. De peutergroepen dragen bij aan
het vroeg signaleren van ontwikkelingsachterstanden en zij leveren een bijdrage aan een goede
start van het kind in het basisonderwijs.
Ook bij de kinderopvang wordt een grote bijdrage verwacht op het gebied van VVE en de
doorgaande leerlijn met de basisscholen. Dit is een van de redenen dat de samenwerking met de
peutergroepen en basisscholen intensiever is geworden. De Verbinding werkt met het
programma Uk en Puk.
Basisscholen zijn wettelijk verplicht voor buitenschoolse opvang te zorgen tussen 7.30 en 18.00
uur; dus voor, tussen, en na schooltijd. De Verbinding biedt al deze vormen van opvang.
Doordat de groep is gehuisvest in de basisschool raken de peuters sneller vertrouwd met de
omgeving van de basisschool. Ook zien en horen zij van de kleuters hoe het is om op school te
zijn en leren ze al toekomstige klasgenootjes kennen.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
28
Er is goed contact met de leerkrachten van groep1-2. Indien er aanleiding toe is vindt er overleg
plaats, uiteraard met toestemming van de ouders.
Buitenschoolse opvang:
De Verbinding kent verschillende BSO groepen dit zijn:








BSO Dommelrode 2 x
BSO Eerschot
BSO Boskant
BSO Boerderij
BSO Rhode
BSO Kienehoef
BSO Springplank
BSO Olland
De buitenschoolse opvang is voor schoolgaande kinderen. Het gaat om kinderen in de leeftijd
van 4 tot 12 jaar die de basisschool bezoeken. Bij de buitenschoolse opvang gaat het om de
vrije tijd van het kind. Deze opvang komt tegemoet aan de behoefte aan rust na een
schooldag, en biedt tegelijkertijd een uitdagend programma voor de vrijetijdsbesteding.
De Verbinding zijn we samen. Alle medewerkers delen de visie van De Verbinding en de
liefde voor het vak. We willen niet alleen het beste uit het kind, maar ook uit onszelf halen.
Daarom maken we actief gebruik van ieders talent.
De inrichting:
De BSO lokalen hebben allemaal een eigen inrichting ingericht naar de behoeftes van de
kinderen. Er zijn verschillende speelhoeken.. Naast de eigen ruimtes van de BSO kan wanneer
een vestiging in school gehuisvest is onder begeleiding ook gebruik gemaakt worden van de
andere ruimtes van de school zoals de aula of de speelzaal.
Eten en drinken:
Het eten en drinken is bij de prijs in begrepen. De kinderen hoeven niets zelf mee te brengen. Na
schooltijd krijgen ze een tussendoortjes als fruit, een koekje en wat drinken. Als kinderen een
hele dag komen bijvoorbeeld in vakanties wordt ook een broodmaaltijd geserveerd.
We vinden het sociale aspect van het gezamenlijk aan tafel eten en drinken erg belangrijk. De
kinderen leren op elkaar wachten en netjes eten maar ook naar elkaar luisteren, belangstelling
hebben voor elkaar en ervaringen van school of thuis met elkaar delen.
De activiteiten:
Bij de BSO vinden we het belangrijk dat de kinderen zelf mogen kiezen wat ze willen gaan doen.
Het is tenslotte hun vrije tijd en op school moeten ze vaak al zoveel.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
29
De BSO-ruimte is zo ingericht dat er van allerlei activiteiten zelfstandig gedaan kunnen worden
zoals knutselen, bouwen, in de poppenhoek spelen, spelletjes doen en natuurlijk buiten spelen. De
kinderen hebben vaak zelf hele leuke en verrassende ideeën om te gaan doen. We stimuleren ze
ook om zelf iets met elkaar te verzinnen om te doen.
Daarnaast worden er door de medewerkers ook activiteiten aangeboden. De kinderen kunnen
kiezen of ze deelnemen aan de activiteit die de pedagogisch medewerkers voorbereidt hebben. Dit
kan zijn; een speurtocht met stoepkrijt en opdrachten, naar de speeltuin, knutselen in thema, naar
de bibliotheek, een mini playbackshow, spelletjes circuit, verstopspelen, samen één groot
kunstwerk maken.
De kinderen verlaten hun BSO stamgroep als zij bijvoorbeeld een speurtocht lopen, in de
speelzaal een dansactiviteit doen, uitstapjes, buiten verstoppen/buiten spelen. Met name in de
vakantieperiodes zijn dit wat grotere activiteiten zoals iets lekkers bakken of koken, naar de
bossen gaan, een speurtocht of een playbackshow.
We stimuleren de kinderen wel om aan groepsactiviteiten mee te doen maar dwingen ze niet.
Vermissing:
Ondanks de voorzorgen en alertheid bij een ieder, kunnen kinderen aan de aandacht ontsnappen,
wegkruipen of weglopen.
Ieder kind dat kwijt is, wekt grote ongerustheid op en er kan gemakkelijk paniek uitbreken.
Hiervoor heeft De Verbinding een protocol opgesteld.
Wennen:
Met de ouders worden hier afspraken over gemaakt door de contactpersoon. Het is handig om dit
te plannen in de week dat het kind ook aan het wennen is op school. In principe is 2 keer een
uurtje wennen voldoende maar als er behoefte van de ouders of van de medewerkers is om vaker
of langer iets af te spreken kan dat ook. Dit kan bijvoorbeeld nodig zijn als het kindje al iets ouder
is en moeite heeft met nieuwe situaties of als een kindje 3 of 4 dagen in de week komt.
Het is prettig als het kindje de eerste keer samen met de ouder komt en de tweede keer een tijdje
alleen bij de BSO blijft.
Als het kind al wat ouder is, is wennen misschien niet echt meer nodig. Dit kan naar behoefte van
het kind en wens van ouders afgesproken worden.
De leidinggevende geeft tijdig door aan de contactpersoon van het nieuwe kind vanaf wanneer het
kind naar de opvang komt, welke dagen het komt en de persoonlijke gegevens.
De contactpersoon van het kind neemt contact op met de ouders om een afspraak te plannen voor
een kennismakingsgesprek en het wennen van het kind. Het kennismakingsgesprek bij voorkeur
plannen als het kind er niet zelf bij is, op een rustig moment.
Komt een kind van een van de dagopvanggroepen van De Verbinding dan is dit een interne
overstap. De contactpersoon van De Verbinding neemt contact op met de BSO van de
desbetreffende locatie.
Zij wijzen vervolgens een nieuwe contactpersoon aan voor het kind. De contactpersonen
onderling maken afspraken over het wennen van het kind bij de BSO. Meestal zal het zo zijn dat
een kind een ochtend naar school gaat en ’s middags naar een van de BSO’s van De Verbinding.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
30
Indien nodig kunnen er afwijkende afspraken worden gemaakt. In principe is het de bedoeling dat
een kind 2x een aantal uren meedraait bij de BSO om te wennen.
De contactpersoon van De Verbinding informeert de ouders over de afspraken met betrekking tot
het wennen.
De contactpersoon van het kind bij De BSO is verantwoordelijk voor het wennen en introduceren
van het kind en de ouders op de nieuwe groep.
De contactpersoon is vervolgens verantwoordelijk voor de contacten met de ouders en het volgen
van het kind volgens het kind volgsysteem. De contactpersoon van het kind informeert de andere
medewerkers van De BSO wat er besproken is met de ouders in een kennismakingsgesprek,
welke afspraken er zijn gemaakt over het wennen en welke bijzonderheden er zijn t.a.v. het kind.
Daarnaast draagt zij er zorg voor de schriftelijke informatie over het kind op de juiste plaats
opgeborgen en bewaart wordt.
De contactpersoon draagt re verder zorg voor dat onderstaande dingen geregeld zijn voor het kind
voor de eerste komt. (of vlak daarna).

Een laatje voor eigen spullen met naam.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
31
Algemene onderwerpen:
In dit gedeelte zijn wat onderwerpen bij elkaar geplaatst die van toepassing zijn op alle groepen
van De Verbinding:
Invalsbeleid:
Ons doel is om zoveel mogelijk met vaste groep beroepskrachten te werken. Dit geldt ook voor de
invallers. We werken met onze eigen flexpool. Op deze manier zien de kinderen bekende gezichten en
werken de beroepskrachten met vaste collega’s. Door het werken met een vast team waarborgen wij
onze kwaliteit. Wanneer we nieuw personeel aannemen hebben we een inwerkprotocol.
Intake:
Bij De Verbinding worden alle ouders in de gelegenheid gesteld om op een intake gesprek te
komen. Deze intake gesprekken worden gehouden door de Directie. Wanneer ouders een
positief gevoel hebben overgehouden aan het intake gesprek en een goed gevoel hebben bij de
sfeer en de locatie die de opvang uitstraalt volgt er een Plaatsingsgesprek in dit gesprek stelt de
pedagogisch medewerker ouders op de hoogte van de gewoonten en regels in het betreffende
kindercentrum.
Ouder contacten
De pedagogisch medewerkers streven ernaar bij het halen en brengen alle ouders even te
spreken. Ze verwelkomen de ouders en bespreken belangrijke zaken over het kind voor een
goede afstemming tussen thuis en kinderopvang.
Pedagogisch medewerkers schrijven in de schriftelijke overdracht hoe het op de groep gegaan
is en ouders kunnen reactie geven of bijzonderheden melden totdat het kind 1 jaar is geworden.
Voor de overdracht bij kinderen ouder dan 1 jaar gelden per locatie andere afspraken. Twee
keer per jaar verschijnt er een informatieblad voor ouders. Minimaal twee keer per jaar
ontvangen ouders een nieuwsbrief van de directeur en/of locatiemanager.
Minimaal eenmaal per jaar wordt er een ouderavond georganiseerd.
Daarnaast worden ouders uitgenodigd om een keer per jaar te komen naar hun locatie om te
kijken naar foto´s en filmpjes. Er wordt door de pedagogisch medewerksters een presentatie
gemaakt om ouders te laten zien wat er allemaal gedaan wordt op hun locatie en hoe het
programma eruit ziet.
10 minutengesprek:
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
32
Op de kinderdagcentra worden ouders uitgenodigd voor een 10 minutengesprek. Aan de hand
van observatieverslagen wordt de voortgang en de ontwikkeling van het kind besproken. Als
ouders daarvoor toestemming geven, stuurt de pedagogisch medewerker het observatieverslag
naar de basisschool als het kind 4 jaar wordt. Mochten ouders niet akkoord gaan met de
overdracht naar school toe, respecteren wij deze keuze.
Ouders kunnen bij zorgen over hun kind ook zelf een gesprek aanvragen bij de pedagogisch
medewerker. Op het moment dat een kind naar de buitenschoolse opvang gaat wordt
voorafgaand een plaatsingsgesprek met de ouders gevoerd.
Bij de BSO zijn geen vaste momenten voor oudergesprekken, deze kunnen op aanvraag altijd
plaatsvinden. Indien wij het nodig achten, nemen we zelf het initiatief tot een gesprek.
Tijdens de dagelijkse overdracht bij het ophalen informeren de pedagogisch medewerkers de
ouders hoe de dag is gegaan en of zich bijzonderheden hebben voorgedaan.
De ondersteuning en begeleiding van zorgkinderen
Zorgkinderen zijn kinderen die in hun ontwikkeling bedreigd worden door eigen aanleg,
gezinsfactoren of een combinatie hiervan. Deze kinderen vragen speciale aandacht.
De pedagogisch medewerkers houden elke dag de ontwikkeling van deze kinderen in de
gaten. Als het nodig is passen zij de begeleiding aan.
Professionele kwaliteit
Observeren, registreren en evalueren De pedagogisch medewerkers volgen ieder kind op een
systematische en methodische wijze in zijn ontwikkeling met behulp van het
observatieformulier. Wij hanteren de methode ‘Kijk’. Dit gebeurt door de pedagogisch
medewerker van het kind. Bij zorgen met betrekking tot ontwikkeling, gedrag en welbevinden
van een kind heeft De Verbinding een protocol liggen wat te doen bij zorgkinderen. Protocol
heet kinderen met opvallend gedrag.
De ondersteuning en begeleiding
De kinderopvang en peuteropvang willen toegankelijk zijn voor alle kinderen, mits dit
niet ten koste gaat van de veiligheid. De Verbinding besteedt extra aandacht aan zorgkinderen
die dit (tijdelijk) nodig hebben. Hierbij krijgen wij ondersteuning van de
consultatiebureauverpleegkundige die observeert en de Integrale Vroeghulp die de mate van
zorg beoordeelt. Uiteraard gebeurt dit altijd in overleg met de ouders.
Als extra zorg een medische oorzaak heeft, zetten de ouders op papier hoe de medewerkers
het kind eventuele medicijnen kunnen toedienen. Hierbij houden de pedagogisch
medewerkers rekening met de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Big).
Per aanmelding zal gekeken worden hoe De Verbinding eventuele extra zorg kan aanbieden.
De Verbinding is echter geen medisch kindercentrum en stelt grenzen waar het gaat om
intensieve verzorging bij medische problemen.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
33
De samenwerking met andere organisaties
Voor de ontwikkeling van jonge kinderen is het belangrijk dat er sprake is van een
doorgaande lijn met de onderbouw van het basisonderwijs. Voor zorgkinderen is de
samenwerking met het consultatiebureau, en Centrum voor Jeugd en Gezin.
belangrijk.
Zorg Advies Team (ZAT)
Het ZAT is een zorgstructuur voor kinderen van 0-18 jaar die zich ten doel stelt een goede
en effectieve samenwerking te realiseren tussen de zorg en de professionals in het
onderwijs, voorschoolse voorzieningen en andere professionals die met kinderen en
jongeren werken.
Als we een probleem signaleren bij een ouder of gezin, kunnen we dit inbrengen in het
ZAT. Hierover zal altijd eerst overleg met de ouders zijn.
Flexibele opvang (dagopvang en BSO)
Wij zijn geen voorstanders van flexibele opvang omdat wij werken met vaste groepen en
vaste leidsters. Wanneer het BKR het toelaat, kunnen er met ouders individuele afspraken
gemaakt worden. Dit gaat altijd in overleg met de directie.
Ruilen van dagen en extra opvang/vakantieopvang.
Ondanks dat De Verbinding veel belang hecht aan stabiliteit van de groepssamenstelling en
vaste opvangdagen hanteert, probeert De Verbinding ook in te spelen op de behoeften van
de ouders. De Verbinding heeft er daarom voor te gekozen om te werken met ruildagen.
Ouders kunnen een dag of dagdeel ruilen voor een andere dag of dagdeel. Ruilen is een
extra service van De Verbinding en vindt plaats onder de volgende voorwaarden. Ouders
overleggen met de leidster van de groep of er een ruil dag kan worden gerealiseerd het
belangrijkste punt is of het leidster kind ratio het toelaat om te kunnen ruilen.
Inspectie GGD Veiligheid/ gezondheid:
Alle kindercentra in Nederland worden jaarlijks geïnspecteerd door de GGD. De GGD
handelt in opdracht van de gemeente. Door een bezoek aan de locaties toetst de GGD of
Kinderopvang De Verbinding BV voldoet aan de kwaliteitseisen die de Wet Kinderopvang
aan kindercentra stelt.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
34
De locatie wordt beoordeeld op 7 domeinen:
• Ouders
• Personeel
• Veiligheid en gezondheid
• Accommodatie en inrichting
• Groepsgrootte en beroepskracht / kind- ratio • Pedagogisch beleid en praktijk
• Klachten
De conclusie van de jaarlijkse inspectie staat beschreven in het inspectierapport. Het
inspectierapport is openbaar en is te vinden op de website van De Verbinding BV en de
website van het Landelijk Register voor Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP)
(www.landelijkregisterkinderopvang.nl)
De wetgeving stelt dat iedere kinderopvangorganisatie zich moet houden aan de regels en
eisen op het gebied van kwaliteit, gezondheid en veiligheid conform de Wet Kinderopvang.
Kinderopvang De Verbinding ziet de Wet Kinderopvang als een minimale basis om een
kwalitatief goede opvang te kunnen garanderen. Daarnaast zijn onze inspanningen erop
gericht voortdurend te zoeken naar mogelijkheden om de kwaliteit nog verder te verbeteren.
Gezondheid
Ten aanzien van gezondheid gelden onder andere de volgende richtlijnen.
Wanneer de weersomstandigheden goed zijn, gaan de kinderen iedere dag naar buiten. Bij
zonnig weer worden beschermende maatregelen genomen. Er wordt onder andere gezorgd
voor een schaduwplek. De Verbinding gaat er vanuit dat de kinderen zijn of worden
ingeënt volgens het landelijk vaccinatieschema.
Wanneer een kind op De Verbinding ziek wordt, belt de pedagogisch medewerker de
ouders/verzorgers op. Het is mede daarom noodzakelijk dat de ouders/verzorgers altijd
bereikbaar zijn. In overleg wordt besloten wat de actie zal zijn die moet worden
ondernomen. In geval van besmettelijke ziekten, diarree en luizen informeert de
groepsleiding de ouders/ verzorgers en neemt zij op De Verbinding extra hygiënische
maatregelen.
Bij ongevallen wordt direct gehandeld. De ouders/verzorgers worden zo snel mogelijk
gewaarschuwd, maar indien zij niet bereikbaar zijn wordt toch gehandeld en worden de
ouders/verzorgers achteraf geïnformeerd. Als de hulp van een huisarts is gewenst, wordt
in eerste instantie de huisarts van het kind zelf ingeschakeld. Is dit om wat voor een reden
niet mogelijk, dan kan de leidster een beroep doen op een plaatselijke huisarts waarmee
afspraken zijn gemaakt. De leiding is in het bezit van een EHBO-diploma en een BHVdiploma, zodat men weet hoe te handelen in geval van ongevallen. Binnen De
Verbinding
heerst een uiterst milieubewuste houding bij de medewerkers. Zo wordt bijvoorbeeld al
het afval gescheiden en worden de in de dagverblijven gebruikte luiers voor recycling
aangeboden.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
35
Veiligheid.
De kinderopvang wordt jaarlijks geïnspecteerd door de GGD. Als onderdeel van de inspectie
wordt er ook gelet op het aanwezig zijn van een risico-inventarisatie t.a.v. hygiëne en
veiligheid en de uitvoering daarvan. De Verbinding voert jaarlijks een risico-inventarisatie uit
op alle groepen en geeft vervolgens in een plan van aanpak weer hoe zij de risico’s die er zijn
aan gaat pakken.
De inspectierapporten van de GGD zijn in te zien op de website van De Verbinding of in
het Landelijk Register Kinderopvang. De oudercommissie krijgt ieder jaar een rapportage
van de GGD. De Rapporten van de GGD zijn te vinden op onze website;
www.deverbinding-sintoedenrode.nl.
Een aantal voorbeelden om de veiligheid op locaties van De Verbinding te waarborgen of
te vergroten zijn:
• er zijn geen giftige materialen in de groepsruimte aanwezig;
• schoonmaakmiddelen worden veilig bewaard;
• op iedere deur, aangrenzend aan de groepsruimte, zijn deurspleetbeveiligers bevestigd;
• kapot materiaal wordt gerepareerd of weggegooid;
• de groepsleiding let scherp op kleine voorwerpen die kinderen
gemakkelijk in hun mond steken;
• behalve de knuffel en/of speen, mag er geen speelgoed mee in bed genomen worden;
• kinderen onder 1 jaar slapen onder dekens;
• op het buitenterrein worden de nodige voorzorgsmaatregelen getroffen wanneer het heet is.
Als een kind ziek is
Een kind mag de kinderopvang niet bezoeken als het een besmettelijke ziekte heeft. Ook als
het kind ernstige diarree heeft mag het de kinderopvang niet bezoeken in verband met
besmettingsgevaar voor de andere kinderen. Het is mogelijk in zulke gevallen dat u verzocht
wordt uw kind op te komen halen. Het kinderdagverblijf gaat hierbij uit van de richtlijnen van
de GGD.
Voor de BSO geldt dat we er van uit gaan dat als u uw kind ziek meldt op school dat het dan
ook te ziek is om naar de BSO te komen. Als uw kind ziek is dient u zowel de school als De
Verbinding hiervan op de hoogte te stellen.
Als uw kind ziek wordt bij de BSO, kan het zijn dat we contact met u opnemen en dan
vervolgens gezamenlijk beslissen of u uw kind wel of niet eerder komt ophalen.
Indien een kind medicatie / crème e.d. nodig heeft, dient hiervoor door één van de ouders
een toestemmingsformulier voor geneesmiddelen te ondertekenen. Wij dienen geen
paracetamol tabletten of zetpillen (of andere koortsverlagende middelen) toe. Heeft u uw
kind de avond of de nacht voor het bezoek aan de opvang een paracetamoltablet of -zetpil
toegediend, dan moet de pedagogisch medewerker daar van op de hoogte worden gesteld
(ook wanneer het gaat om andere medicijnen). We benadrukken dat het niet de bedoeling is
om het kind paracetamol toe te dienen vlak voordat het naar de opvang komt. Na een paar
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
36
uur, als de paracetamol is uitgewerkt kan de koorts omhoog schieten en kan gevaar van een
koortsstuip ontstaan. De medewerkers zijn niet bevoegd om medische handelingen te
verrichten zoals spuiten e.d. We verwijzen u naar het ziektebeleid van De Verbinding
De pedagogisch medewerkers:
De Verbinding is een particuliere kinderopvang onder het houderschap van Patty van den
Biggelaar. Zij draagt zorg voor de dagelijkse leiding, contacten met ouders, administratie.
Kortom alles wat nodig is om de kinderopvang draaiende te houden. Daarnaast is er een
aantal vaste pedagogisch medewerkers in dienst.
Wij stellen als eis dat de medewerkers op het kinderdagverblijf allemaal gediplomeerde
pedagogisch medewerkers zijn op minimaal MBO- niveau, MBO nivo 4 of HBO niveau. Als
extra ondersteuning kan een groepshulp of huishoudelijk medewerkster een helpende hand
bieden. Naast de medewerkers kunnen er verder stagiaires bij de kinderopvang werkzaam
zijn.
We streven er naar het aantal medewerkers waar uw kind mee te maken krijgt zo min
mogelijk te houden zodat het ook een vertrouwelijke band met ze op kan bouwen. De
medewerkers werken doorgaans op vaste dagen en op vaste groepen. Door ziekte of vakantie
kan dat wel eens veranderen maar ook dan krijgt uw kind alleen te maken met één van onze
medewerkers en niet met iemand die de kinderen niet kent.
Om de contacten met de ouders en de kinderen wat makkelijker te laten verlopen, wordt aan
elk kind een medewerker toegewezen die de contactpersoon is van dat kind. Dit is
doorgaans de medewerker die het kind het meeste ziet. Deze medewerker draagt ook zorg
voor het kind volgsysteem van het kind en houdt de oudergesprekken. Deze medewerker let
nog net even meer op het welbevinden en de ontwikkeling van het kind en zorgt er voor dat
als er zich problemen voordoen dat dat ook opgemerkt wordt.
Scholing medewerkers
Alle pedagogisch medewerkers van De Verbinding hebben ten minste de vereiste
diploma’s. Daarnaast krijgen de medewerkers trainingen over de Gordonmethode en de
medewerkers die met peuters werken volgen ook leergangen over de VV E. Daarnaast
volgen de pedagogisch medewerkers een cursus over de nieuwe methode Uk en Puk waar
De Verbinding in 2013 mee is gaan werken.
De medewerkers van de buitenschoolse opvang kijken naar de ontwikkelingsmethoden die
de basisscholen in de gemeente Sint- Oedenrode gebruiken. Bijvoorbeeld project Mind (een
manier om goed om te gaan met kinderen die hoogbegaafd zijn). Zo is De Verbinding niet
alleen bezig met de ontwikkeling van de kinderen tijdens hun aanwezigheid in het
kindercentrum, maar ook al met de toekomst: de voorbereiding en doorgaande lijn met de
basisschool.
Alle medewerkers van De Verbinding leveren bij aanvang van het dienstverband
een Verklaring Omtrent Gedrag in. Dit is een wettelijke verplichting en houdt in
dat de medewerker niet in aanraking met Justitie is geweest.
Daarnaast gaan alle medewerkers op herhaling voor de BHV.
Per jaar bekijken we welke opleidingen nodig zijn om pedagogisch medewerksters op
te leiden om kwalitatief hoogstaande opvang te kunnen bieden. Edukien een
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
37
trainingsbureau begeleidt ons in het aanbieden van cursussen. In het jaar 2016/ 2017
hebben we bijvoorbeeld de volgende cursussen aangeboden aan de medewerksters.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
Omgaan met ‘lastig’gedrag
Luisteren naar kinderen
Methodisch werken Uk en Puk 1e leerjaar.
Methodisch werken Uk en Puk 2 e leerjaar
Ouderbetrokkenheid voor en vroegschoolse educatie
Speels, liefdevol en vertrouwd.
Omgang met Baby’s
De Verbinding als leerbedrijf:
De Verbinding is een erkend leerbedrijf. Dat wil zeggen dat we aangesloten zijn bij
het SBB Kenniscentrum voor leren in de praktijk in sectoren gezondheid, welzijn,
sport en dienstverlening. Hiervoor is een certificaat beschikbaar dat ingezien kan worden
bij alle locaties van De Verbinding.
De Verbinding werkt met stagiaires die een minimaal een half jaar stagelopen. De stagiaires
waar De Verbinding gebruik van maakt, komen van de opleiding Helpende Welzijn en SPW
2, 3 en 4 (BBL en BOL). Daarnaast zijn er stagiaires van HBO- opleidingen.
De stagiaires komen 2, 3 of 4 dagen per week en worden begeleid door een van de
gekwalificeerde groepsleidsters. Met de stagiaires vinden afzonderlijke gesprekken plaats,
waarin hun leerproces besproken wordt. De Begeleiding van deze stagiaires wordt door de
pedagogisch medewerksters zoveel mogelijk in de praktijk gedaan. Houdingslijsten
worden daar ingevuld. Het werkproces wordt begeleid door de werkbegeleider. De
werkbegeleider verzorgt de gesprekken met de docenten op de scholen. We streven erna
om zoveel mogelijk de HBO opgeleide pedagogisch medewerkers de stagiaires te
begeleiden.
Stagiaires worden bij De Verbinding boventallig ingezet. Wanneer De Verbinding kampt
met een plotseling personeel te kort mogen stagiaires incidenteel worden ingezet. Dit staat
aangegeven in de wet kinderopvang. Wanneer een stagiaire bij De Verbinding stage komt
lopen moet de stagiaire er eerst voor zorgen dat ze in het bezit is van een geldig VOG. Ze
mogen pas beginnen wanneer ze in het bezit zijn van een geldig VOG.
Dit geldt ook voor de zogenaamde snuffelstages van het voortgezet onderwijs.
Een snuffelstagiaire is een leerling van het VMBO die een korte periode meedraait bij
verschillende bedrijven om zich te oriënteren op de arbeidsmarkt. Deze stagiaire wordt altijd
boventallig ingedeeld en voert alleen huishoudelijke handelingen uit.
•
Een student mag op basis van een arbeidscontract incidenteel worden ingezet. Onder
incidentele inzet wordt verstaan: inzet tijdens ziekte van een pedagogisch medewerker en
tijdens schoolvakanties van de student.
•
Het mag niet gaan om langdurige en/of structurele vervanging.
•
Hiervoor gelden de volgende voorwaarden:
1. De student mag nooit alleen op de groep staan;
2. De MBO-student mag niet worden ingezet tijdens het eerste leerjaar
3. De MBO-student kan uitsluitend worden ingezet op de eigen stage locatie.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
38
Ik verwijs u naar wet- en regelgeving: Artikel 9.6.2 van de cao Kinderopvang 2012-2014
Social media
De Verbinding heeft een website ( www.deverbinding-sintoedenrodel.nl ) waar van allerlei
informatie op staat over deze kinderopvang. Ook worden er af en toe foto’s geplaatst; dit is
met toestemming van de ouders/verzorgers.
Daarnaast is aanmelding voor De Verbinding via de website ook mogelijk.
Map:
Gedurende de opvang wordt er bij De Verbinding op de dagopvanggroepen een map
bijgehouden waarin onder andere plak en knutselwerkjes/tekeningen/ foto’s worden
opgenomen. Als een kind naar de basisschool gaan krijgen ze dit boek als cadeau meer naar
huis waarin de ontwikkeling beschreven staat van 0-4 jaar met foto’s knutsel werkjes etc.
Ouder commissie:
Elke locatie van De Verbinding heeft een oudercommissie. Afgevaardigden van deze
oudercommissies zijn vertegenwoordigd in de centrale oudercommissie. De
oudercommissies geven (op aanvraag, dan wel op eigen initiatief) advies aan de directie.
Ouders die gebruikmaken van het kindercentrum ontvangen het reglement van de
oudercommissie. Alles is tevens vastgelegd in een mandaat, zodat iedere oudercommissie
van iedere locatie een eigen stemrecht heeft.
Op de website staat meer informatie over de oudercommissie, de actuele samenstelling en hoe
men in contact kunt komen met leden van de oudercommissie.
Kindvolgsysteem
Dagopvang
Elk jaar wordt uw kind geobserveerd door de contactpersoon van uw kind. Dit doet zij aan de
hand van een formulier dat is ontwikkeld in samenwerking met de gemeente Sint-Oedenrode
en andere kinderopvangorganisaties en peuterspeelzalen in Sint-Oedenrode. De onderdelen
sociaal-emotionele ontwikkeling, speel-leergedrag, motorische ontwikkeling en de
taalontwikkeling komen daarbij aanbod.
De bevindingen van deze observatie worden met de ouders in een oudergesprek besproken.
Wij observeren middels de methode “kijk”. We vullen deze observatie formulieren handmatig
in.
Indien er problemen zich voordoen in de ontwikkeling van uw kind, op wat voor gebied dan
ook, wordt met de ouders overlegd welke stappen er vervolgens genomen zullen worden. Het
kan zijn dat de kinderopvang zelf het probleem kan oplossen maar indien dat niet het geval is
kan het beter zijn om deskundigen zoals het consultatiebureau te raadplegen.
Kinderopvang De Verbinding heeft zelf ook goede contacten met het consultatiebureau ofwel
CJG van Thuiszorg Pantein in Sint-Oedenrode. De medewerkers hebben de mogelijkheid om
problemen te bespreken met het consultatiebureau (CJG). Ouders worden hiervan altijd wel
op de hoogte gesteld.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
39
Naast de jaarlijkse oudergesprekken hebben ouders altijd de mogelijkheid om een gesprek aan
te vragen met de contactpersoon van hun kind.
Als uw kind 3 jaar en 11 maanden is wordt het voor de laatste keer geobserveerd aan de hand
van dit systeem. De contactpersoon vult daarna een overdrachtsformulier in dat bedoeld is om
aan de leerkracht van de basisschool te geven waar uw kind naar toe gaat. Deze krijgt zo wat
meer inzicht in hoe het met uw kind op de kinderopvang gegaan is en hoe de ontwikkeling tot
dan toe verlopen is. Dit formulier wordt ook in een oudergesprek besproken.
Buitenschoolse opvang
Binnen de gemeente Sint-Oedenrode is er geen uniform observatiesysteem ontwikkeld voor
kinderen in de Buitenschoolse opvang. De Verbinding heeft daarom geen eigen
observatieformulier voor de BSO.
De Verbinding en het vier ogen Principe.
Enige tijd geleden kwam in Amsterdam een grote misstand aan het licht, die leidde tot
veel discussie over veiligheid in kinderdagverblijven. De commissie Gunning werd
ingesteld met de bedoeling te adviseren over de verbetering van de veiligheid voor jonge
kinderen in dagverblijven. De belangrijkste aanbeveling van deze commissie werd het zo
genaamde vier ogen principe.
Het vier ogen principe treedt op 1 juli 2013 in werking. Het ministerie vraagt van
kinderdagverblijven om per die datum op een herkenbare wijze aandacht te geven aan
dit uitgangspunt.
Wat houdt het vier ogen principe in?
Het vier ogen principe is van toepassing op groepen waar kinderen verblijven van 0 tot 4 jaar.
Het vier ogen principe zegt dat altijd een volwassene moet kunnen meekijken of meeluisteren
met de beroepskracht. Een beroepskracht mag nog steeds alleen op de groep staan, zolang
op elk moment een andere volwassene de mogelijkheid heeft om mee te kijken of te luisteren.
Op de dagcentra zijn de hele dag door twee volwassenen aanwezig. Meestentijds gaat het
om twee beroepskrachten, op een beperkt aantal momenten om een beroepskracht en een
stagiaire wanneer er weinig kinderen zijn. Daarmee wordt aan het vier ogen principe
voldaan. In de locatie specifiek beleidsplannen hebben we beschreven hoe wij op iedere
locatie omgaan met dit principe.
Gedrag en regels;
Misbruik van macht, de oorzaak van regels zoals het vier ogen principe, komt helaas voor in
situaties waarin sprake is van afhankelijkheid. In dagverblijven zijn kwetsbare kleine
kinderen afhankelijk van de zorgverleningsrelatie die pedagogisch medewerkenden met hen
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
40
aangaan.
De Verbinding is zich erg bewust van het belang van liefdevolle en respectvolle relaties
tussen begeleider en kind. Wij besteden daarom erg veel aandacht aan de selectie van
medewerkenden. Dat gebeurt in formele zin, door het vragen om een VOG en het natrekken
van referenties. In de praktijk gebeurt dat ook door het vrijwel uitsluitend aannemen van
medewerkers die hebben bewezen binnen bekende scholen of andere bekende organisaties
dat ze in staat zijn liefdevolle en respectvolle relaties aan te gaan en met macht te kunnen
omgaan. Dat gebeurt ook door het regelmatig voeren van functioneringsgesprekken en
doordat het management meewerkt in de praktijk, ten einde te kunnen zien hoe de
beroepskracht zich in de praktijk gedraagt. Dat gebeurt ook door steeds weer bevorderen
van een open aanspreekcultuur, zodat medewerkers onderling, maar ook medewerkers en
ouders zich veilig voelen om over niet pluis gevoelens te spreken.
Het streven is en blijft om als organisatie te blijven groeien in integriteit en veiligheid, in
het belang van het jonge kind.
Beroepskracht/ Kind ratio/ afwijking voor peuteropvang, kinderdagopvang en BSO.
Peuteropvang:
In de AMVB en de Minsteriele regeling ligt vast dat een Pm er aanwezig moet zijn per een
tot acht kinderen en twee pedagogisch medewerkster per acht tot 16 kinderen. Wanneer er 1
beroepskracht aanwezig is moet er een achterwacht geregeld zijn. Bij de Verbinding
hanteren we bovenstaande regels. Er kan te allen tijde iemand aanwezig zijn binnen vijftien
minuten.
Dagopvang:
Volgens de wet moet de opvang aantoonbaar aandacht besteden aan het aantal
beroepskrachten per leeftijdscategorie in de dagopvang. Bij De Verbinding hanteren we de
volgende normen. Een Pm er aanwezig per vier kinderen in de leeftijd tot 1 jaar, vijf
kinderen in de leeftijd van 1 tot 2 jaar, zes kinderen in de leeftijd van 2 tot 3 jaar of acht
kinderen in de leeftijd van 3 tot 4 jaar. Wanneer er alleen peuters opgevangen worden in
een groep geldt sinds 2015 een ratio van 1 op 8 voor zowel 2 en 3 jarigen. Wij hanteren
daarvoor de rekentool van www.1ratio.nl. Daarop staat precies aangegeven hoeveel Pm ers
we nodig hebben op het aantal kinderen. Voor hoogstens drie uur per dag mag afgeweken
worden van deze beroepskracht/ kind ratio. (de zogenaamde drie- uur regeling). De
afwijkende inzet mag niet plaatsvinden tussen 09.30 uur en 12.30 uur en tussen 15.00 en
16.30 uur. Voor 09.30 uur en na 16.30 uur mag de afwijkende bezetting niet langer dan
anderhalf uur aaneengesloten en tijdens de middagpauze niet langer dan twee uur
aaneengesloten. Daar handelt de Verbinding na.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
41
BSO leidster kind- ratio
Volgens de wet moet de opvang aantoonbaar aandacht besteden aan het aantal
beroepskrachten in relatie tot het aantal kinderen per leeftijdscategorie. (de beroepskracht
kind/ratio) In de AMvB en de Ministeriële Regeling ligt vast dat per tien kinderen een Pm
er aanwezig moet zijn. Bij de Verbinding houden we deze regel aan. Dit geldt voor kinderen
van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. Op dagen dat
de opvang na schooltijd plaatsvindt, kan voor hoogstens een half uur per dag afgeweken
worden van deze beroepskracht/kind-ratio. Op dagen dat de opvang tenminste tien uur
aaneengesloten wordt aangeboden, B.V. tijdens vakantieweken, bestaat tevens de
mogelijkheid om op bepaalde tijden gedurende een bepaald aantal uren minder Pm in te
zetten. De afwijkende inzet vindt niet plaats tussen 09.30 uur en 12.30 uur en tussen 15.00
uur en 16.30 uur. Voor 09.30 uur en na 16.30 uur kan het voorkomen dat er wel een
afwijking in de bezetting
Aan- en afwezigheidlijsten/turflijsten
We maken gebruik van aan – en afwezigheidlijsten, waardoor we inzicht krijgen hoeveel
kinderen er aanwezig zijn bij breng- en haalmomenten. Door het hanteren van turflijsten per
kwartaal houden we de controle over de breng – en haalmomenten en de afwijking en niet
afwijking van de PKR.
Drie uurs regeling:
Voor flexibiliteit binnen onze kinderopvang maken wij gebruik van de drie uursregeling.
Door deze regeling is het mogelijk om drie uur per dag (niet aaneengesloten) minder
beroepskrachten in te zetten, dan volgens de leidster kind ratio is vereist. Wij zullen binnen
onze opvang, gebruik maken van deze uren tussen 08.00 uur en 09.00 uur 13.00 uur en
14.00 uur en tussen 17.00 uur en 18.00 uur.
Meldcode kindermishandeling
Kindermishandeling is geen eenduidig begrip. Wat iemand kindermishandeling noemt, heeft
te maken met eigen normen en waarden, de manier waarop men zelf is opgevoed en de
cultuur waarin men leeft. Het is van belang onderscheid te maken tussen kindermishandeling
en minder gewenste opvoedingssituaties. Iedere verzorger maakt immers wel eens fouten, is
onredelijk, driftig of deelt een tik uit. Bij kindermishandeling is er echter sprake van
structureel, stelselmatig, steeds terugkerend geweld of het ontbreken van zorg van de
verzorger(s) naar de kinderen.
Ons doel is het aanbieden van een veilige en vertrouwde leefomgeving voor het kind. Vanuit
deze basis kan het kind zich positief ontwikkelen. Daarin past geen verbaal of fysiek geweld.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
42
Wij verwijzen u naar het protocol vermoeden kindermishandeling en overeenkomst ter
gebruik van meldcode en Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling
Het protocol wordt één keer per jaar behandeld met de pedagogisch medewerkers. Dit is
opgenomen in de jaarplanning en hier wordt een notulen van gemaakt. De Verbinding heeft
een aandacht functionaris opgeleid voor de meldcode. Dit is Babet van der Velden.
Klachtenregeling De Verbinding:
Wij streven ernaar om aan alle wensen en behoeften tegemoet te komen, met betrekking tot de
opvang en opvoeding van het kind. Het kan echter voorkomen dat de klant ergens niet
tevreden over is. De Verbinding BV was tot 31 december 2015 aangesloten bij de Stichting
Klachtencommissie Kinderopvang.
Per 1 januari 2016 verandert een aantal wettelijke regels voor kindercentra, gastouderbureaus
en peuterspeelzalen. Er is heden één landelijke geschillencommissie.
Gewijzigde wettelijke regels per 1 januari 2016 Als ouders klachten hebben, kunnen ze die
bespreken met een medewerker of met de directie. Komen ze er niet uit, dan kunnen de
ouders een schriftelijke klacht indienen bij de kinderopvangorganisatie volgens de interne
klachtenprocedure van de organisatie. De kinderopvangorganisatie moet de klachtenregeling
op passende wijze onder de aandacht van de ouders brengen.
Als men er onderling niet uitkomt, kan een geschil vanaf 1 januari 2016 worden voorgelegd
aan de Geschillencommissie Kinderopvang en Peuterspeelzalen. Bij het klachtenloket
Kinderopvang dat is verbonden aan de Geschillencommissie Kinderopvang en
Peuterspeelzalen wordt eerst geprobeerd om de klacht op te lossen door het geven van
informatie, advies, bemiddeling of mediation.
Ouders kunnen een geschil indienen bij de Geschillencommissie Kinderopvang en
Peuterspeelzalen als:
 De kinderopvangorganisatie niet binnen zes weken heeft gereageerd op de
schriftelijke klacht.
 De ouders en de kinderopvangorganisatie het binnen 6 weken niet eens zijn
geworden over de afhandeling van een klacht.
 De kinderopvangorganisatie geen adequate klachtenregeling heeft.
In uitzondering op het bovenstaande mogen ouders meteen een geschil indienen bij de
Geschillencommissie Kinderopvang en Peuterspeelzalen als in redelijkheid niet van ouders
kan worden verlangd dat zij onder de gegeven omstandigheden een klacht indienen bij de
kinderopvangorganisatie. Dit kan bijvoorbeeld bij klachten over intimidatie of wanneer
ouders bang zijn dat het voorleggen van hun klacht vervelende repercussies kan hebben.
De Geschillencommissie beoordeelt in individuele gevallen of aan de voorwaarden hiervoor
wordt voldaan.
Oudercommissies kunnen vanaf 1 januari 2016 een geschil over de toepassing van het
adviesrecht direct voorleggen aan de Geschillencommissie Kinderopvang en
Peuterspeelzalen. De Geschillencommissie toetst in deze gevallen of de
kinderopvangorganisatie in redelijkheid heeft gehandeld.
De Geschillencommissie moet binnen 6 weken uitspraak doen.
In de meeste gevallen zal de Geschillencommissie sneller een uitspraak doen. Indien nodig
zal de Commissie een versnelde procedure volgen. De uitspraken van de
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
43
Geschillencommissie zijn bindend voor zowel de ouders en oudercommissie als de
aangesloten kinderopvangorganisatie. De geschillencommissie Kinderopvang en
Peuterspeelzalen publiceert geanonimiseerde uitspraken op haar website.
Interne Klachtenregeling De Verbinding:
Een klacht kunt u mondeling of schriftelijk indienen. Een klacht kan gaan over een
medewerker of over de organisatie. Gedacht kan worden aan:
•
Klachten over de omgang met ouder/kind
•
Klachten over verzorging van uw kind
•
Klachten over het aanbod en/of het pedagogisch handelen
•
Klachten over het niet nakomen van afspraken
Als u mondeling of schriftelijk een klacht indient, geef dan aan:
 Wat te reden is van de klacht
 Waarover of over wie u een klacht wilt indienen
 Wat u wilt bereiken met het indienen van de klacht
 Wat al gedaan is om tot een oplossing te komen
Interne klachtenprocedure
 U richt zich met uw klacht eerst tot de betrokken medewerker. De betreffende persoon
probeert de klacht in overleg met u op te lossen.
 Wordt de klacht niet naar uw tevredenheid opgelost of gaat de klacht over de
organisatie dan richt u zich tot de directie van De Verbinding. . De directie probeert
de klacht in overleg met u en de betrokken medewerker op te lossen.
 Als uw klacht niet naar tevredenheid is opgelost of als u zich met uw klacht niet
rechtstreeks tot de medewerkers wilt wenden, dan kunt uw de klacht schriftelijk
indienen bij directie.
Het behandelen van klachten
 Bij het mondeling indienen van een klacht wordt u verteld wat er gedaan wordt om de
klacht de behandelen en hoeveel tijd er nodig is om de klacht in behandeling te nemen.
 Bij een schriftelijke klacht ontvangt u binnen vijf werkdagen een ontvangstbevestiging.
Waar tevens in vermeld staat wat er gedaan wordt om de klacht te behandelen en binnen
welk termijn de klacht afgehandeld dient te zijn. Alle informatie wordt vertrouwelijk
behandeld. - Kinderopvang De Verbinding streeft ernaar de klacht binnen een maand
af te handelen .
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
44
Handelingsstappen in het kort:
Een klacht kunt u schriftelijk indienen bij de houder en de ouder en houder nemen de
volgende stappen:
De ouder dient de klacht schriftelijk, met een duidelijke omschreven redden, in te dienen bij
de houder.
1. De houder dient de klacht zorgvuldig onderzoeken
2. De ouder wordt zoveel mogelijk op de hoogte van de voortgang van de in behandeling
genomen klacht door de houder.
3. De klacht, rekening houdend met de aard ervan, zo spoedig mogelijk proberen af te
handelen.
4. De klacht, dient uiterlijk na zes weken na de indiening bij de houder, afgehandeld te
worden en indien mogelijk een maatregel te stellen.
5. Er dient een termijn gesteld te worden waarbinnen de uiteindelijke maatregel
gerealiseerd word.
Indien de klacht niet kan worden opgelost ontstaat een geschil dat voorgelegd aan De
geschillencommissie Kinderopvang en Peuterspeelzalen waarbij Kinderopvang De
Verbinding aangesloten is.
Iedere ouder of verzorger heeft het recht om een klacht onafhankelijk te laten behandelen
wanneer men niet tevreden is met de beslissing die de organisatie heeft genomen. Iedere
ouder of verzorger heeft het recht om zich ten alle tijden rechtstreeks en zonder tussenkomst
van de houder tot een geschillencommissie te richten. De klachten en geschillenregeling
Kinderopvang en Peuterspeelzalen, voor ouders en oudercommissie, wordt vanaf 1 januari
2016 uitgevoerd door De Geschillencommissie Kinderopvang en Peuterspeelzalen.
Voor informatie, advies en bemiddeling kunt u contact opnemen met het Klachtenloketkinderopvang, bereikbaar onder: www.klachtenloket-kinderopvang.nl; of telefonisch op
werkdagen tussen 9.00 uur en 17.00 uur op het nummer: 0900-1877 /
De geschillencommissie:
Postadres,Postbus 90600, 2509 LP Den Haag,
Telefoon: 070-3105310
Maandag t/m vrijdag van 09.00 uur tot 17.00 uur
Website: www.degeschillencommissie.nl
Uitspraken van de Klachtencommissie en Klachtenkamer kunt u inzien op
www.skkjaarverslagen.nl
Ter inzage ligt is er op elke stamgroep een klachtenregeling die alle ouders t.a.t. kunnen
inzien. Deze is ter inzage op locatie.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
45
Video Interactie begeleding
Wij zetten Video Interactie Begeleiding (VIB) in om de communicatie tussen onze
pedagogisch medewerkers en de kinderen met wie ze werken, te verbeteren. VIB is een
laagdrempelig, effectief én wetenschappelijk getoetst instrument waarmee u de
pedagogische kwaliteiten van medewerkers stimuleert.
Positief contact met kinderen is één van de belangrijkste vaardigheden voor pedagogisch
medewerkers. Met video-interactiebegeleiding (VIB) stimuleren wij de pedagogische
kwaliteiten van de medewerkers. VIB laat met behulp van videobeelden zien dat kinderen
voortdurend initiatieven nemen om zich te ontwikkelen. Dit geeft de medewerker inzicht
en helpt hen om positief te reageren op kinderen. Kinderen voelen zich daardoor gezien
en begrepen en kunnen zich in veiligheid verder ontwikkelen.
Hoe werkt VIB?



Een speciaal opgeleide video-interactiebegeleider (VIB-er) maakt korte videoopnamen van de medewerker tijdens de werkzaamheden. Zo worden de
interactiepatronen vastgelegd.
Vervolgens analyseren de VIB-er en uw medewerker de opnamen. Relevante
fragmenten worden stilgezet of herhaald, zodat de verbale en non-verbale
communicatie duidelijk zichtbaar wordt.
De pedagogisch medewerker leert succesvolle interactiemomenten herkennen en
uitbouwen en stimuleert hiermee tevens de taalontwikkeling van kinderen.
De Methode
Positief contact met kinderen is één van de belangrijkste vaardigheden voor pedagogisch
medewerkers. VIB laat zien hoe kinderen op hen reageren.
Opname maken
Bregje Reichert is een speciaal opgeleide video-interactiebegeleider (VIB-er) zij maakt
korte video-opnamen van een medewerker tijdens de werkzaamheden. Zo worden de
interactiepatronen vastgelegd.
Signalen van kinderen
VIB helpt pedagogisch medewerkers om de initiatieven en signalen van kinderen te
herkennen en daarop in te spelen. Ook krijgen zij op deze manier inzicht in hun eigen rol
in de communicatie met de kinderen.
Positie Leiding geven
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
46
Tijdens de VIB-training leren de pedagogisch medewerkers ook om op een positieve,
prettige manier leiding te geven aan de groep. Dat kunnen ze doen door meer rond te kijken,
kinderen bij groepsactiviteiten te betrekken en oog te laten hebben voor elkaar.
Omgaan met negatieve signalen
Natuurlijk zijn initiatieven en signalen van kinderen niet altijd positief. Soms gedraagt een
kind zich negatief of verstorend. De video-opnames laten zien wat de oorzaak kan zijn van
het gedrag van een kind. Ook de eigen rol van de pedagogisch medewerker wordt daarmee
duidelijk.
Vib heeft een positief effect op alle partijen. :







kijkt de pedagogisch medewerker de kinderen vaker aan,
is de pedagogisch medewerker meer stimulerend in haar opvoedingsgedrag,
is de pedagogisch medewerker sensitiever en verbaal stimulerender,
speelt de pedagogische medewerker vaker in op de signalen van kinderen,
kinderen ontwikkelen zich beter en krijgen meer respect,
pedagogisch medewerkers halen meer voldoening uit hun werk,
er wordt gekeken naar sfeercommunicatie en dit wordt gestimuleerd.
Analyseren en uitbouwen
Vervolgens analyseren de VIB-er en de medewerker de opnamen. Relevante
fragmenten worden stilgezet of herhaald, zodat de verbale en non-verbale
communicatie duidelijk zichtbaar wordt. De pedagogisch medewerker leert succesvolle
interactiemomenten herkennen. VIB gaat uit van de kracht van de pedagogisch
medewerker, en helpt die kracht uitbouwen.
Video interactie begeleiding
Wij zetten Video Interactie Begeleiding (VIB) in om de communicatie tussen onze
pedagogisch medewerkers en de kinderen met wie ze werken, te verbeteren. VIB is een
laagdrempelig, effectief én wetenschappelijk getoetst instrument waarmee u de
pedagogische kwaliteiten van medewerkers stimuleert.
Positief contact met kinderen is één van de belangrijkste vaardigheden voor
pedagogisch medewerkers. Met video-interactiebegeleiding (VIB) stimuleert u de
pedagogische
kwaliteiten van uw medewerkers. VIB laat met behulp van videobeelden zien dat
kinderen voortdurend initiatieven nemen om zich te ontwikkelen. Dit geeft de
medewerker inzicht en helpt hen om positief te reageren op kinderen. Kinderen voelen
zich daardoor gezien en begrepen en kunnen zich in veiligheid verder ontwikkelen.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
47
Analyseren en uitbouwen.
Vervolgens analyseren de VIB-er en de medewerker de opnamen. Relevante
fragmenten worden stilgezet of herhaald, zodat de verbale en non-verbale
communicatie duidelijk zichtbaar wordt. De pedagogisch medewerker leert succesvolle
interactiemomenten herkennen. VIB gaat uit van de kracht van de pedagogisch
medewerker, en helpt die kracht uitbouwen.
VVE beleid van De Verbinding:
Lijnen komen samen
De voorschoolse educatie krijgt op de eerste plaats vorm door het aanbrengen van
samenhang op de werkvloer, in de praktijk. Leerkrachten uit de onderbouw van de
basisscholen en de pedagogisch medewerksters van De Verbinding bezoeken elkaar over en
weer en nemen kennis van elkaars werk. Werkwijzen, processen en procedures worden op
elkaar afgestemd. Peuters oriënteren op enkele momenten binnen de door hun ouders
gekozen basisschool.
De brede school coördinator vervult hierin een belangrijke initiërende rol.
Ten einde methodisch te kunnen werken met peuters werkt De Verbinding met de
methode Uk en Puk. Op elke VVE locatie ontvangen de pedagogisch medewerksters
hiervoor een cursus aangeboden door Edukien. De cursus leidt tot certificering. De
cursus bestaat uit 7.bijeenkomst. Nieuwe medewerksters die voornamelijk staan op een
groep van 0/4 jaar worden hierin geschoold. Medewerksters die al een cursus gehad
hebben kunnen een vervolg krijgen.
Voorafgaand is door de leiding van de Verbinding en de schooldirecties de cursus
VVE management gevolgd. Een aantal pedagogisch medewerksters binnen De
Verbinding hebben voorafgaand samen met een aantal leerkrachten de basiscursus en
verdieping VVE sterk gedaan.
Bijzonder en toch gewoon
Het VVE beleid is in het bijzonder bedoeld voor kinderen waarvan door het
consultatiebureau is geconstateerd dat ze te maken hebben met een taalachterstand. Zij
krijgen via het VVE programma bijzondere aandacht met het doel de achterstand zoveel als
mogelijk in te lopen, zodat ze goed toegerust aan de basisschool kunnen beginnen. De
samenwerking die er al is met de basisschool en verder wordt uitgebouwd biedt hen extra
kansen. Omdat het VVE beleid integraal is opgenomen in het programma voor de
peutergroepen voelen de VVE kinderen zich gewoon onderdeel van de groep en gaat het
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
48
extra leren grotendeels spelenderwijs.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
49
Onderzoek
De Verbinding en de basisscholen hebben de intentie de effecten van het gezamenlijk
beleid in de komende schooljaren te laten onderzoeken met het doel steeds te kunnen
verbeteren, maar ook om te zien in hoeverre door het beleid daadwerkelijk onnodige
zorgkosten of onnodige doorverwijzingen worden voorkomen.
Tot slot
Dit pedagogisch beleidsplan biedt ouders en pedagogisch medewerkers inzicht in de
pedagogische grondbeginselen van ons kinderdagverblijf en is tevens de leidraad voor de
dagelijkse omgang met de kinderen. Wij hebben bewust gekozen voor de hierboven
beschreven vorm van kinderopvang. Deze vorm sluit het beste aan bij de ideeën om samen
met ouders te zorgen voor het welbevinden.
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
50
Pedagogisch beleid De Verbinding BV
51
Download