Dit middel is uitsluitend bestemd voor professioneel gebruik HET COLLEGE VOOR DE TOELATING VAN GEWASBESCHERMINGSMIDDELEN EN BIOCIDEN BIJLAGE I bij het besluit d.d. 30 januari 2014 tot wijziging van de toelating van het middel Pirimor, toelatingnummer 5794 N A. WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT Toegestaan is uitsluitend het gebruik als insectenbestrijdingsmiddel in de teelt van: a. pootaardappelen, consumptieaardappelen en zetmeelaardappelen; b. suiker- en voederbieten; c. zomergerst, wintergerst, zomertarwe en wintertarwe; d. landbouwerwten; e. landbouwstambonen (droog te oogsten bonen); f. veldbonen voor ensilage-doeleinden; g. graszaad; h. blauwmaanzaad en karwij; i. luzerne; j. appel en peer; k. kers, pruim en perzik; l. rode bes (onbedekt), witte bes (onbedekt), zwarte bes (onbedekt) en kruisbes (onbedekt); m. aardbeien; n. braam (onbedekt) en framboos (onbedekt); o. amsoi, boerenkool, paksoi, sla, andijvie, roodlof (radicchio rosso), groenlof, spinazie, postelein en veldsla; p. stamslabonen, stamsnijbonen, stokslabonen, stoksnijbonen, doperwten, kousenband en tuinbonen; q. aubergine, augurk, courgette, komkommer, tomaat, paprika, meloen, Spaanse peper en pattison; r. rode kool, savooie kool, spitskool, witte kool, Chinese kool, bloemkool, broccoli, spruitkool en koolrabi; s. koolraap, wortelen, kroten; t. snijselderij (onbedekt); u. peterselie (onbedekt) v. kruidenteelt; w. . bloembollen en bolbloemen; x. bloemisterijgewassen, boomkwekerijgewassen en de vaste planten; y. openbaar groen. Dit middel is uitsluitend bestemd voor professioneel gebruik. Veiligheidstermijnen: De termijn tussen de laatste toepassing en de oogst mag niet korter zijn dan: 24 uur voor aubergine, augurk, courgette, komkommer, tomaat, paprika, Spaanse peper en pattison; 3 dagen voor meloen; 4 dagen voor stamslabonen, tuinbonen en spruitkool; 7 dagen voor pootaardappelen, consumptieaardappelen, zetmeelaardappelen, 10 dagen voor 14 dagen voor 21 dagen voor 28 dagen voor suikerbieten, appel, peer, kers, pruim, perzik, rode bes (onbedekt), witte bes (onbedekt), zwarte bes (onbedekt), kruisbes (onbedekt), aardbeien, braam (onbedekt), framboos (onbedekt), amsoi, boerenkool, paksoi, sla (onbedekt), andijvie (onbedekt), roodlof (radicchio rosso) (onbedekt), groenlof (onbedekt), spinazie, postelein, veldsla (onbedekt), doperwten, stamsnijbonen, stokslabonen, stoksnijbonen, kousenband, rode kool, savooie kool, spitskool, witte kool, Chinese kool, bloemkool, broccoli, koolrabi, koolraap, wortelen, kroten, kruidenteelt (onbedekt) kruidenteelt (bedekt), en veldsla (bedekt). zomergerst, wintergerst, zomertarwe, wintertarwe, landbouwerwten, landbouwstambonen (droog te oogsten bonen), pruim, snijselderij (onbedekt), peterselie (onbedekt), alsmede voor sla (bedekt) in de periode van 1 maart tot 1 november blauw maanzaad, karwij, roodlof (radicchio rosso) (bedekt), groenlof (bedekt), alsmede voor andijvie (bedekt) in de periode van 1 maart tot 1 november. sla (bedekt) in de periode van 1 november tot 1 maart en voor andijvie (bedekt) in de periode van 1 november tot 1 maart. B. GEBRUIKSAANWIJZING Het gebruik in de teelt van kruiden is op basis van een “derdenuitbreiding”. Deze “derdenuitbreiding” is aangevraagd door de Stichting Trustee Bijzondere Toelatingen. Er is voor deze uitbreiding geen werkzaamheids- en fytotoxiciteitonderzoek uitgevoerd. Het wordt daarom aangeraden een proefbespuiting uit te voeren, voordat het middel gebruikt wordt. Algemeen Het middel werkt specifiek op bladluizen en spaart roofvijanden. Toepassingen Pootaardappelen, teneinde selectie te doen plaatsvinden in een luisvrij gewas: 1-2 dagen voor het selecteren spuiten. Dosering: 0,5 kg per ha. Pootaardappelen, ter voorkoming van virusoverdracht (bladrolziekte) Dosering: 0,5 kg middel in 400-600 liter water per ha zodra 90% van de planten is opgekomen; na ± 14 dagen een aanvullende bespuiting uitvoeren, eveneens in een dosering van 0,5 kg. Consumptieaardappelen, ter bestrijding van aardappeltopluis. Spuiten in de eerste helft van juni. Laat ontwikkelde gewassen kunnen het beste omstreeks half juni worden bespoten. Vroeg ontwikkelde gewassen omstreeks 10 juni. Dosering: 0,5 kg per ha. Consumptieaardappelen en zetmeelaardappelen, ter bestrijding van bladluizen om zuigschade te voorkomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Suiker- en voederbieten, ter bestrijding van groene perzikluis (verspreiding van vergelingsziektevirus) en zwarte boneluis. Dosering: 0,4 kg per ha. Zomergerst, wintergerst, zomertarwe, wintertarwe, ter bestrijding van bladluizen. Het is gewenst een bespuiting uit te voeren als tenminste 70% van de halmen met bladluis is bezet. Een gecombineerde bestrijding van bladluizen en afrijpingsziekten is verantwoord wanneer bij begin bloei tenminste 30% van de halmen met bladluizen is bezet. Dosering: 0,25 kg per ha. Landbouwerwten, landbouwstambonen (droog te oogsten bonen), veldbonen voor ensilagedoeleinden, graszaad, blauwmaanzaad, karwij en luzerne, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Appels, ter bestrijding van bladluizen (ook in gekrulde bladeren) en bloedluis. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,05% (50 gram per 100 liter water). Teneinde een goede bevochtiging van de bloedluiskolonies te bevorderen kan een uitvloeier aan de spuitvloeistof worden toegevoegd. Peren, kersen, pruimen, perziken, rode bessen (onbedekt), witte bessen (onbedekt), zwarte bessen (onbedekt), kruisbessen (onbedekt), aardbeien, bramen (onbedekt) en frambozen (onbedekt), ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,05% (50 gram per 100 liter water). Amsoi, boerenkool, paksoi, sla, andijvie, roodlof (radicchio rosso), groenlof, spinazie, postelein en veldsla, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Stamslabonen, stamsnijbonen, doperwten, kousenband en tuinbonen, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Stokslabonen en stoksnijbonen, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,05% (50 gram per 100 liter water). Aubergines, augurken, courgettes, komkommers, tomaten, paprika's, meloenen, Spaanse pepers en pattison, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,05% (50 gram per 100 liter water). Rode kool, savooie kool, spitskool, witte kool, Chinese kool, bloemkool, broccoli, spruitkool, en koolrabi, ter bestrijding van bladluizen. Behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Koolraap, wortelen en kroten, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Onbedekte teelt van snijselderij en peterselie, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Kruidenteelt, ter bestrijding van bladluizen, Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Bloembollen, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,5 kg per ha. Bloemisterijgewassen, bolbloemen, boomkwekerijgewassen en vaste planten, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,05% (50 gram per 100 liter water). Het verdient aanbeveling middels een proefbespuiting vast te stellen of het gewas de behandeling verdraagt. Openbaar groen, ter bestrijding van bladluizen. Een behandeling uitvoeren zodra aantasting wordt waargenomen. Dosering: 0,05% (50 gram per 100 liter water). Identity of the plant protection product