Tsoupaki’s Trilogie DoelenKwartet m.m.v. Arjan Woudenberg - klarinet Calliope Tsoupaki (1963) Trilogie (2005-2013): I. Mercurius voor strijkkwartet II. Lychnos tis posi mou voor klarinet en strijkkwartet III. Eothinòn voor strijkkwartet Calliope Tsoupaki vindt de laatste jaren een steeds hechter publiek met haar spirituele en in de zaal sterk als ritueel te ervaren muziek. De wortels van haar inspiratie liggen in de bakermat van onze beschaving. Ze groeide op in Griekenland. De kracht van haar werk schuilt zowel in intimiteit, intensiteit, de lange spanningsbogen en de verbindingen die ze weet te leggen. Aansprekende beelden en zintuiglijke waarnemingen drijven en stuwen haar voort en maken haar composities tot klinkende metaforen voor het leven zelf. Zulke muziek kan voor de luisteraars – het publiek – van onschatbare waarde zijn. Zeker als ze gelouterd door een enorme ervaring, met groot hart en volledige overgave wordt uitgevoerd, zoals hier door het Doelen Kwartet. Oppervlakkig beschouwt leven wij in tijden van snack-content, amechtige presentatoren, vluchtige concentratie en snelsnel swipen over de glazen raampjes van digitale apparaten die ons op hun beeldschermpjes van allerlei formaat overdonderen met een snoepwinkel aan kleuren, filmpjes en muziekjes en gelegenheid bieden nog net voor je concert even je berichten te checken. Maar we blijven mensen van vlees en bloed met lang niet altijd te vervullen verlangens, onze hoop, onze vreugde, ons verdriet en ons universeel geloof in de levensvisie of religie van onze eigen keuze. Kunstenaars en schrijvers zochten en vonden in de 19e eeuw troost in de mystieke kant van hun in de fantasie gedroomde middeleeuwen, als tegenhanger van de verstedelijking en industrialisatie die in rap en vaak niet te volgen tempo het leven om hen heen veranderde. In onze tijd zie je al vanaf de jaren 1970 met de buitengewoon succesvolle muziek van componisten als Arvo Pärt een nieuw teruggrijpen naar diezelfde middeleeuwen ontstaan. Zinvolle nieuwe muziek werpt vaak nieuw licht op dagen die voorbij zijn. Ook Tsoupaki voelt zich thuis in de middeleeuwen. Het verschil in deze tijd – en daar maakt ze dankbaar gebruik van – is dat er naast het reguliere muziekleven in uitvoerende zin ook veel wordt gedaan aan de herontdekking van etnische muziek en de zoektocht naar hoe muziek destijds, in de middeleeuwen of zelfs ver daarvoor zou kunnen hebben geklonken. In haar muziektheatrale producties voor het Holland Festival heeft Tsoupaki veel succes met de integratie van die twee ogenschijnlijk verschillende manieren van musiceren. Boud gesteld de westerse ‘geleerde’ manier, versus de volkse geïmproviseerde wijze van musiceren die dichter bij het leven staat. Telkens weer blijken die twee elkaar op een heel spannend manier te kunnen bevruchten. Luister maar hoe ze er in slaagt de ivoren toren van de in de muziekgeschiedenis oh zo gewichtige strijkkwartetliteratuur van pretenties en faalangst te bevrijden, door de muziek voor deze prachtige combinatie met volle inzet van het ambacht – dat wel natuurlijk – weer terug te brengen bij de kern waar het om gaat. Trilogie De eerste twee delen van deze trilogie, voltooid in 2005, zijn heel spacey, we verkeren buiten de dampkring van de realiteit en tasten naar andere dimensies aan gene zijde van het leven. Het laatste deel, Eothinòn, is daarentegen veel tastbaarder en aards, ‘paganistisch’ zegt Tsoupaki (‘heidens’). Het is de vrucht van een uniek experiment dat najaar 2012 werd ingezet. Het publiek werd meegenomen in een reeks premières van korte stukken. Het experimentele karakter bevrijdde haar van het gevoel een meesterwerk te moeten bijdragen aan de strijkkwartettraditie. ‘Met z’n allen het avontuur aangaan, daar gaat het om! Muziek hoeft niet altijd “buitengewoon” te zijn. Laten we niet vergeten: het is een ambacht. Een componist is geen God. Een componist is een mens.’ Als een groeibriljant ontwikkelde zich gestaag Eothinòn dat in deze volledige versie mei 2013 in première kon gaan. Ze nam zich in september 2012 voor de muziek heel vrij te maken, alsof ze terplekke geïmproviseerd wordt. Dat is mooi gelukt! De strijkersklank is lekker harig en ruig, ook in de eerder gecomponeerde delen. Hoe kreeg ze dat voor elkaar? ‘Ik leg het de spelers uit, ze voelen ook dat de muziek alleen werkt, als je die zo speelt. En ik geef het aan in de partituur met weird vibrato en microtonale dingen.’ Licht! De eeuwenoude metafoor van het licht is een verbindende factor in deze trilogie. Het licht in geestelijke zin, waarvoor de hemellichamen symbool staan. Mercurius, de planeet die het dichtst bij de zon staat is een van de lastigst te ontwaren ‘sterren’ aan het firmament. Na zonsondergang kun je hem heel even ontwaren als Avondster, vóór zonsopkomst kortstondig als ochtendster. Tsoupaki gebruikt Mercurius als metafoor voor een onbereikbaar verlangen dat vooral in je op kan komen als je door de duisternis reist. Het verlangen naar een geliefde als een baken in de verte. In contrast daarmee belicht Lychnos een gidslicht aan je voeten, juist heel dichtbij. Eothinòn tenslotte, is een Grieks orthodox ochtendgebed dat juist voor zonsopgang wordt gepreveld. Het meest pure moment van de dag. De dageraad is er nog niet, maar gloort onontkoombaar aan de kim. De dag is nog niet begonnen, alles is nog mogelijk. Het ochtendgloren staat symbool voor de kracht van het innerlijk leven. Tsoupaki verbindt het in Eothinòn aan de kiemkracht van nieuw leven dat zich door niets laat tegenhouden. De zon komt op! Een onzichtbare ster in de verte Bij nachten trekken in Griekenland de vissers er in hun bootjes op uit en zie je in de verte hun lichtjes op zee. ‘Als er geen maan is, dan zie je alleen maar de sterren en die lichtjes. Alles is open. Wat is de zee, wat is de hemel? Je kunt het verschil niet zien, gaat helemaal op in de ruimte, dat vind ik het mooiste.’ We zitten aan een houten tafel in haar bovenwoning in Amsterdam-Zuid, drinken thee en wijn. Ze priemt met haar vinger richting raam en wijst op twee gele lichtjes in het zwart van de nacht. Een dalend vliegtuig zoekt zijn weg naar Schiphol. ‘Kijk dat bedoel ik, maar dan nog veel kleiner, Mercurius gaat over het kijken naar een verre ster, die je bijna niet ziet en het verlangen daar naartoe te gaan. Een heel klein vonkje van liefde in de verte. Heel ver weg, maar tegelijkertijd dichtbij.’ De verre vlam valt samen met het haardvuur van je hartstocht en verbindt daarmee twee werelden. Ze kan haar mystieke gevoel zo concreet maken dat ik er direct een beeld bij heb. Het is als denken aan overleden geliefden, voor altijd onbereikbaar maar voortlevend in je hart. De strijkers maken meeslepende glissandobewegingen en glijtonen. Ze streeft niet naar een muzikale climax, belicht het materiaal van alle kanten. ‘Ik ga altijd sterk uit van beelden, maar niet filmisch of programmatisch. Het zijn eerder visioenen.’ Ze wijst op een passage met arpeggio’s, als een voorbij schuivende schaduw. De schaduw ‘die net niet donker is’ verbeeldt voor haar het onbereikbare verlangen. Niet in de zin van romantische pijn, maar puur als het menselijk verlangen ergens in op te gaan. Een gidslicht dat zweeft voor je voeten Lychnos tis posi mou is een regel uit de psalmen van David. ‘Het licht aan mijn voeten is jouw woord’, of ‘Uw woord is een lamp aan mijn voet en een licht op mijn pad’, zoals de gebruikelijke vertaling in psalm 119 luidt. Het Festival Musica Sacra in Maastricht verleende de opdracht. ‘Ze vroegen me te kiezen tussen engelen of de duivel’, legt Tsoupaki uit. Met een lach: ‘ik dacht, de duivel ken ik veel te goed, dus kies ik voor de engelen!’ Het thema bleek haar perfect te liggen. §Ze droeg Lychnos op aan de Grieks-orthodoxe priester Ananias Koustenis, ‘sinds eind jaren negentig mijn geestelijk vader. Via een vriendin van mij volgde ik hem al langer, nu hebben we regelmatig contact.’ Ze schetst de diensten die Koustenis als cantor van de Grieks-orthodoxe kerk om vijf uur ’s ochtends in een Griekse kerk geeft. ‘Je moet zelf cantor zijn om het ritueel te beschrijven, maar hij weet een hele intieme sfeer op te roepen. Het is nog donker. Hij spreekt over de engelen. Zo overtuigend, je hoort ze vliegen!’ De preken van Koustenis worden uitgezonden op de Griekse radio. ‘Het is ook de titel van dat radioprogramma. Ik dacht waarom niet?’ Het Vlaamse Spectra ensemble was door het festival Musica Sacra uitverkoren de première te brengen. De klarinet hielp haar bij de creatie van het ultieme zweefgevoel. Een andere dimensie komt dichterbij. Een zweeflicht aan je voeten, een wapperende vlam. ‘Beweging is heel belangrijk in het stuk. De lamp, het licht of de kaars die je leidt in het donker. Engelen die komen en gaan, komen en gaan.’ Zo doet Tsoupaki een nieuw beroep op de eeuwenoude mythes over boodschappers tussen hemel en aarde. ‘Het stuk is heel avontuurlijk en gevat in een fantasievorm. Een caccia tussen viool en klarinet simuleert de engeltjes die door de lucht fladderen [caccia is Italiaans voor ‘jacht’, HR]. Je gaat voelen hoe dicht je bij een engel kan zijn!’ De onontkoombare kiemkracht van het leven In de Grieks orthodoxe kerk is Eothinòn een gebed, heel vroeg in de ochtend over de wederopstanding van Jesus. Tsoupaki: ‘De dag is nog niet rijp, wèl onontkoombaar. Het licht komt er aan en licht is leven. Weet je, alles moet tegenwoordig zo extravert en exuberant zijn, maar het meeste zit toch opgeborgen in de stilte.’ Het inspireerde haar een stuk te maken over de kiemkracht van het leven, die haar sterk ontroert. Een beetje lente zit er deze maand januari al in de lucht. De eerste knoppen barsten open in de stadsparken. Ze verwijst naar de mythe van Persephone, dochter van Zeus en Demeter, ontvoerd naar de onderwereld door de tot over zijn oren verliefde Hades, tot wanhoop van haar moeder. Ma Demeter kwam tot een compromis. Persephone mocht zes van de twaalf maanden bovengronds bij mams doorbrengen: lente en zomer. Herfst en winter staan voor de periode Hades. De seizoenen zijn ermee verklaard. Demeter en Persephone staan bij de oude Grieken symbool voor de nieuwe oogst en het graan. Ze zocht naar de verklanking van een ‘overweldigende ervaring, van onontkoombaarheid’. Na dertien minuten culmineert de spanning in alle hevigheid. Ten laatste wendt het strijkersschuitje haar steven toch weer naar die alomvattende stilte. Huib Ramaer Biografieën DoelenKwartet Het DoelenKwartet is een van de belangrijkste strijkkwartetten in Nederland op het gebied van de hedendaagse klassieke muziek. Het repertoire omvat ruim 200 voornamelijk eigentijdse werken en composities uit de vroeg-twintigste eeuw. Om deze nieuwe muziek in een historisch perspectief te kunnen plaatsen, laat het kwartet incidenteel ook de klassieken herleven. De vele ontmoetingen van het DoelenKwartet met vooraanstaande componisten waren een leidraad bij het vormen van een onmiskenbaar eigen signatuur: Steve Reich, Henri Dutilleux, Kevin Volans, John Adams, Wolfgang Rihm, Hans Abrahamsen, Willem Jeths en Peter-Jan Wagemans behoren hiertoe. Ook zet het DoelenKwartet zich in voor een jongere generatie componisten, zoals bijvoorbeeld tijdens het Gaudeamus Festival. Het DoelenKwartet is het huiskwartet van de Doelen en de concerten van het kwartet vormen dan ook een substantieel onderdeel van de Red Sofa Serie. Behalve op de belangrijke Nederlandse podia en festivals trad het kwartet op in Frankrijk, Duitsland, Polen, Tsjechië, Zwitserland, Denemarken en Costa Rica. Verder profileert het DoelenKwartet zich met bijzondere cd-opnamen van componisten als Hans Erich Apostel, Karl Amadeus Hartmann, Wolfgang Rihm en Willem Jeths. Cybele-Records is het innoverende label waarmee het DoelenKwartet samenwerkt. De bij Cybele uitgebrachte cd’s werden alle onderscheiden met diverse prijzen, waaronder tweemaal de Echo Klassik Preis, de Leopold Preis, de Editor’s Choice van Gramophone en nominaties voor de Deutsche Schallplattenpreis 2009 en 2010. Arjan Woudenberg · klarinet Arjan Woudenberg (1977) studeerde aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag en aan het Conservatorium van Amsterdam. In 2003 rondde hij zijn studie af met een onderscheiding wegens kunstenaarschap bij George Pieterson. Arjan Woudenberg is als soloklarinettist verbonden aan het Radio Filharmonisch Orkest. Hij is initiatiefnemer en mede-oprichter van Ludwig, een zelfstandige muziekorganisatie, opgezet en vormgegeven door musici uit de omroepensembles. In kamermuziek was Arjan Woudenberg te horen op onder meer het International Chamber Music Festival in Delft. Met het DoelenKwartet speelde hij de klarinetkwintetten van Mozart, Keuris en Rihm. Arjan Woudenberg was gastprogrammeur bij de Stichting Raadhuis Concerten Hilversum. Als solist was hij te horen in het Kammerkonzert van Hartmann met het DoelenKwartet en het Rotterdams Kamerorkest. Van dit concert is een live opname gemaakt die is verschenen bij het label Cybele-records.