Geschiedenis Hoofdstuk 3 De tweede wereldoorlog Par. 1.1 11 november 1918 wapenstilstand van eerste wereldoorlog Keizer Wilhelm ll vlucht naar Nederland (neutraal) krijgt kasteel Doorn. Duitsland krijgt de schuld van de eerste wereldoorlog 1919-1920 vredesconferentie in Versailles 1. VS= president Wilson 2. Frankrijk= Clemenceau 3. Engeland= Loyd George Duitsland niet aan tafel… 1. Wilson wil dat landen zichzelf geen besturen: zelfbeschikking: Volkenbond (geen succes) 2. Clemenceau: wil revanche, wraak (zie vredesbepalingen) 3. Loyd George: er tussen in. Duitsland straf maar rechtvaardig. Vrede met Versailles ! belangrijk! 1. Duitsland moet alle kolonies afstaan 2. herstelbepaling 226 miljard goudmark betalen (Duitsland kan dit onmogelijk betalen.) 3. geen leger (100.000 man) 4. gebied afstaan: Elzas-Lotharingen weer terug naar Frankrijk De Duitsers zijn boos en noemen het verdrag geen vrede maar een dictaat (dictee) De regering van de republiek van Weimar moet dit ondertekenen Par. 1.2 Duitsland tussen 1919 en 1929 Republiek van Weimar is niet populair: 1. Duitsers hebben geen democratische traditie 2. regering heeft vrede van Versailles ondertekend Gevolg= er zijn veel linkse en rechtse opstanden en revoluties 1923 kan Duitsland niet voldoen aan herstelbetaling. Frankrijk bezet Ruhrgebied Duitsers gaan staken. De lonen worden doorbetaald. De overheid gaat geld bijdrukken Inflatie= geld word steeds minder waard 1923 staatsgreep door partij van Adolf Hitler. De staatsgreep word mislukking. * Hitler krijgt gevangenisstraf van 9 jaar Hij schrijft Mein Kampf * Het is antisemitisch - Jodenhaat Amerika geeft Duitsland economische hulp: door leningen Par. 1.3 1924 Hitler weer uit gevangenis! Hitler besluit de politieke weg te wandelen. Verkiezingen in 1919- 1920- 1923- 1924 (2x)- 1928- 1930- 1932 (2x)- 1933 Hitler doet mee aan de verkiezingscampagne Propagandamachine: 1. Hitler beloofde een einde te maken aan Versailles 2. Joden de schuld van alles. 3. Hitler beloofde werk Slogan: ein reich, ein volk, ein Fuhrer In 1933 de grootste partij maar niet de meerderheid Duitse volk bliksemafleider Joden Dwangarbeid Duitse regering 1929 - Wallstreet Crash wereldcrisis beurskracht New York ong. 6 milj. Werklozen 1933 Hitler/ NSDAP de grootste partij *SA (knokploeg) terroriseerde mensen: democratische verkiezingen? * Hitler word rijkskanselier in 1933 steekt Marius van der Lubbe het rijksdaggebouw in brand Hitler: Duitsland verkeert in nood/crisis Hitler komt met machtigingswet: stelde het parlement buiten werking Parlement stemde in: einde van de Duitse democratie. Hitler word Fuhrer (leider). Alleen NSDAP nog toegestaan 1923- 1933 hoe komt Hitler aan de macht (par. 1) 1933 Hitler rechts 1933- 1939 opbouw van totalitaire staat (par.2)