Fibonacci en de grote piramide. Als bekend wordt verondersteld dat er een aantal universele grootheden in de piramide van Cheops op een geniale manier tot uiting gebracht in zijn constructie. Ondermeer zijn het getal Pi (π = 3,14) en het getal Phi (φ = 1,618) in deze grote stapel stenen terug te vinden. Allerlei verklaringen en tegenspraken over de grote piramide m.b.t. het heelal, zijn ouderdom, de precessiecyclus, eerdere beschavingen etc. zijn fascinerend om te lezen maar wat de verklaring ook is, wat deze getallen ook mogen betekenen en waarop zij duiden laat ik graag over aan egyptologen, archeologen, kosmologen, geologen en andere disciplines die hierover kennis van zaken hebben. Ik moet eerlijk bekennen dat het mysterie van de grote piramide ook mij in zijn greep houdt, zij het om heel andere redenen. Deze rekenkundige reeks wordt tot uiting gebracht in de, voor de meeste mensen, bekende Fibonacci-reeks; 0,1,1,2,3,5,8,13,21,34,55,89, 144, etc. Fn=(F(n-1) + F(n-2). De verhouding F(n-1) : F(n-2) geeft het getal 1,618 Hoe groter de waarden in de reeks worden hoe dichter dit getal wordt benadert. 1 5 1,618 Het getal φ kan berekend worden met: 2 Als men er oog voor heeft dan ziet men deze verhouding overal opduiken, in de architectuur, muziek, schilderkunst, fotokunst en in de natuur. Het Fibonacci-getal staat vooral bekend om zijn schoonheid uitgedrukt in de verhoudingen van de onderlinge structuren. In dit kader is hij dan vooral bekend als de “Gulden snede”. Als bouwkundig ingenieur wil ik mij beperken tot de meetkunde van de piramide. Als constructeur ben ik gefascineerd door de mystiek van het verhoudingsgetal van Fibonacci. Persoonlijk ben ik ervan overtuigt dat er in het verleden veel kennis aanwezig moet zijn geweest waar wij in onze moderne tijd geen weet meer over hebben, bijvoorbeeld hoe zijn de piramiden gebouwd? waarom zijn ze zoals ze zijn ? waar komt deze kennis vandaan? enz. Heel af en toe, voor wie het wilt zien, wordt een klein tipje van de sluier opgelicht, maar toch net niet genoeg om je vinger er geheel achter te kunnen krijgen. Ik vermoed dat het getal van Fibonacci meer is als een meetkundige reeks, het feit dat deze verhouding frequent voor komt bij gebouwen uit de oudheid geeft te denken dat het hier om meer gaat dan alleen de schoonheid van de onderlinge verhoudingen. Zou het niet zo kunnen zijn dat dit getal meer is dan een curiositeit van verhoudingen ? Temeer, en biologen zullen dit beamen, dat deze reeks veelvuldig in de natuur wordt aangetroffen zoals bomen, planten, schelpdieren en zelfs bij mensen. Waarom? wat is hiervan de diepere betekenis ? Ik vermoed dat de natuur niet voor niets voor deze verhoudingen heeft gekozen. Naar aller waarschijnlijkheid heeft dit een functioneler en efficiënter doel dan alleen de schoonheid die daar, als gevolg hiervan, als vanzelfsprekend mee tot uiting wordt gebracht. Zou dit de kennis kunnen zijn waar wij geen weet meer van hebben ? maar wat de ouden wel wisten. Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 1 van 33 Fibonacci en de grote piramide. Zou het mogelijk zijn, om met vereende krachten, deze verloren kennis te ontrukken aan zijn vergetelheid? Wisten de oude bouwmeesters iets over universele waarheden waarmee zij de verhoudingen tot de sterkte, de stijfheid en de stabiliteit van een bouwwerk konden berekenen? Het moge duidelijk zijn dat het antwoord hierop ja moet luiden. Immers, voor zover wij weten, beschikten zij niet over de hulpmiddelen waarover wij heden ten dage kunnen beschikken. Toch bouwden zij de piramiden, het pantheon, het coloseum, de kolossus van Rhodos, de vuurtoren van Alexandrie om maar eens een paar voorbeelden te noemen, en dan zwijgen we nog over onlangs bij opgravingen gedane ontdekkingen op Kreta van steden uit de oudheid waar al hoogbouw compleet met fundaties, waterwerken, sanitaire installaties, vloerverwarming etc. heel gewoon waren. Ergo zij konden zich meten met onze huidige moderne steden. Het gaat mij te ver om te roepen dat wellicht door ‘Try and Error’ om maar eens een moderne managementkreet te gebruiken, zij tot het gewenste resultaat zijn gekomen. We mogen niet vergeten dat de basis van onze moderne wetenschap is voortgekomen uit de oudheid. Zoals wij weten wist Pythagoras 4000 jaar geleden al de verhouding van de zijden van een rechthoekig driehoek ( a 2 b 2 c 2 ). Phytagoras is met de eer gaan schuiven, wat de meeste mensen echter niet weten is dat hij deze ‘Formule’ heeft meegenomen vanuit het oude Egypte alwaar hij enige jaren heeft gewoond. En wat was er ook weer met Egypte aan de hand? Deed dit land niet iets met gelijkbenige driehoeken? Nu is het bekend dat de verhouding tussen de schuine zijde en de halve basis van de piramide gelijk is aan het getal van fibonacci. Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 2 van 33 Fibonacci en de grote piramide. Afmeting (meters)doorsnede piramide van Cheops Met phytagoras; C 2 1 2 2 c h b 2 2 b a 1 2 1 c c * tan b 2 4 2 1 2 c 1 tan 2 b 2 4 1 b c 1 tan 2 2 a h α A b B c c 1 tan 2 2 1 tan 53.38 1.618 = φ 2 2 Hoek α = 51,83° b c * 230.3 *1.618 186.31 Zijde AC = 186.31 2 2 De verhouding tussen de schuine zijde en de halve basis blijkt dus gelijk te zijn aan φ, of te wel deze verhouding is gelijk aan het Fibonacci_getal. Toen ik destijds hier kennis van nam kon ik mij niet ontrekken aan het idee of er wellicht meer verhoudingen van φ in deze piramide-doorsnede zouden kunnen voorkomen. Want indien de gehele piramide gebaseerd zou zijn op fibonacci zou mijn vermoeden over de verhoudingen tussen de sterkte, stijfheid en de stabiliteit van de constructie van de piramide van Cheops misschien bewaarheid kunnen worden. Helaas kon ik hierover niets terug vinden in de literatuur (voor zover mij bekend) als op het internet. Louter gedreven door nieuwsgierigheid en mijn fascinatie hierover ben ik begonnen om de piramide dan maar zelf meetkundig te analyseren met als uitgangspunt alleen het getal φ. Alvorens ik hier verder op in ga lijkt het mij handig om eerst nog even de “Gulden snede” in het kort voor u uiteen te zetten. Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 3 van 33 Fibonacci en de grote piramide. De gulden snede Teken een vierkant waarvan de lengte van iedere zijde 1 bedraagt. Deel dit vierkant door het midden met de lijn EF. Neem vanuit punt E de straal met lengte ED en teken een circel. Verleng lijnstuk AB tot het snijpunt G 1. 2. D F C D F C A E B A E B We beschouwen nu alleen het lijnstuk AG 3. A B G Het geen nu is geconstrueerd heet de “Gulden snede”. De verhouding AG : AB is gelijk aan 1.618 : 1.000 = 1.618 De verhouding AB : BG is gelijk aan 1.000 : 0.618 = 1.618 Dus: AG : AB = AB : BG = 1.618 Of: AG * BG = AB * AB Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 4 van 33 G Fibonacci en de grote piramide. De Gulden rechthoek We kijken opnieuw naar afbeelding 2, we laten nu een loodlijn neer op het punt in G. Vervolgens trekken we het lijnstuk GH. De verkregen figuur noemen we een “Gulden rechthoek”. 4. D C H A B G AGHD : ABCD = ABCD : BGHC = 1.618 AGHD * BGHC = ABCD * ABCD Na deze voorbeschouwing kunnen we nu verder gaan met het meetkundig construeren van de piramide met alleen het getal φ als een vast gegeven. Als eerste tekenen we een circel met als diameter het getal φ (Figuur 01). Vervolgens tekenen we een circel vanuit punt A met een straal van 1 (Figuur 02) Figuur 01 Figuur 02 D A Auteur: M.J.Roos B A 24-7-2017 C B blad 5 van 33 Fibonacci en de grote piramide. Figuur 03 F J I D G A E H C B In Figuur 03 verbinden we de punten A, B en C met elkaar, er ontstaat nu een ongelijkbenige driehoek. Vanuit punt tekenen we opnieuw een circel met diameter AD, deze snijd lijn AF in F. We construeren nu de rechthoek ABIF door deze punten met elkaar te verbinden. Teken nu van uit snijpunt D de loodlijn DE en verlengd deze naar J. De rechthoek die nu is ontstaan is de “Gulden rechthoek”. Figuur 04 ABIF : EBIJ = EBIJ : AEJF = 1.618 = φ 1 Oppervlakte (ABIF) = φ * 1 =φ Oppervlakte (EBIJ) = 1 * 1 =1 Oppervlakte (AEJF) = (φ-1) * 1 = φ -1 ( 1) 1 (f -1) 1 f Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 6 van 33 Fibonacci en de grote piramide. ABIF : EBIJ = EBIJ : AEJF = 1.618 = φ d Oppervlakte (ABIF) = d * d/φ = d2/φ Oppervlakte (EBIJ) = d/φ * d/φ = (d/φ)2 Oppervlakte (AEJF) = d/φ(φ-1) * d/φ = (d/φ)2(φ-1) 1 1) (f (-1) d d 1 df We beschouwen nu de rechthoekige driehoek ABD. Nu blijkt uit de verhoudingen van de oppervlakten dat het hier een volmaakte “Gulden driehoek” betreft. ABD : EBD = EBD : AED = 1.618 We kijken nu naar de rechthoekige driehoek AED in figuur 05. De zijde AD is hier gelijk aan de basis EB. De verhouding tussen de schuine zijde AD en de basis AE is gelijk aan de tangens van hoek α en daarmee gelijk aan het getal φ = 1.618, deze zelfde verhouding zien we ook weer terug in het lijnstuk AB, dit lijnstuk is op zijn beurt de “Gulden snede”. De verhouding tussen de twee schuine zijden BD : AD = φ = 1.618 De zijde BD = √φ = √1.618 Passen wij de stelling van phytagoras toe op driehoek ABD, dan: AB ( AD) 2 ( BD ) 2 (1) 2 ( ) 2 1 1.618 ED ( BD ) 2 ( EB) 2 ED ( AE) ( 1) Auteur: M.J.Roos ( ) 2 (1) 2 1 tan(β) 24-7-2017 blad 7 van 33 Fibonacci en de grote piramide. Gelijkvormige Gulden Driehoeken Figuur 05 D √φ β √(φ -1) = 1/√φ α aα A β E B (φ -1) =1/φ a 2 b2 d 2 1 2 2 1 2 d tan ( 1) ( 1)1/ 2 1 ( 1)1/ 2 * ( 1) 1 ( 1) 1/ 2 1 ( 1) 1 ( 1) 1 ( 1) 1 1 1 of tan of tan * tan 1 of tan tan tan tan AEBD AAED * 1 1 ( 1) 1 1 1 1 * ( 1) *1 1 * 1 tan 2 2 2 2 2 tan( ) 2 1 1 1 ( 1) 3 1 1 1 1 1 1 2 2 * ( 1) * ( 1) * ( 1) * ( 1) * ( 1) * 1 tan 3 2 2 3 2 2 2 2 AABD 1 2 1 1 ( 1) 1 1 1 / 2 * 0 , 5 * 1 * 3 3 2 2 2 3 1 A ABD 1 tan( ) 2 Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 8 van 33 Fibonacci en de grote piramide. D d d d ( 1) d d aα A β E d B d 2 d d tan ( 1) d ( 1) tan * tan 1 d tan 1 ( 1) tan 1 1 of tan of tan tan sin(90) ( 1) ( 1) d 2 AEBD d ( 1) 1 d 1 d2 * 1 2 2 5 2 2 AAED d ( 1) 3 1 d 1 d2 * 1 2 2 7 2 3 AABD 1 d2 2 5 2 2 1 Auteur: M.J.Roos 1 1 1 d 2 2 7 2 5 7 d2 24-7-2017 blad 9 van 33 Fibonacci en de grote piramide. Omschreven Rechthoek v(f -1) -1) √(φ -1 (fφ-1) 1 fφ AEBHD 1 * ( 1) ( 1) 1 tan(β) AAEDG ( 1) * ( 1) ( 1) 3 tan3(β) 1 AABHG * ( 1) ( 1) * φ*tan(β) tan( ) Gelijkvormige omschreven rechthoek d v(f(-1) 1) d 1) (-1) (f d 1 df Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 10 van 33 Fibonacci en de grote piramide. A EBHD d * d d ( 1) AAEDG d ( 1) * d AABHG d * d 2 2 ( 1) d ( 1) ( 1) d 2 d tan( ) 2 2 ( 1) 3 d tan 3 ( ) 2 d ( 1) tan( ) d2 tan( ) Constructie piramide met de egyptian triangle. Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 11 van 33 Fibonacci en de grote piramide. Constructie piramideniveau’s met de gulden driehoek. Rekenkundige reeks m.b.t. de hoogte van de lagen Berekening hoogte Halve basis = d = ½ * 230,3 = 115,15m d De hoogte van de omschreven driehoek : h1 d ( 1) a Totale hoogte piramide n htotaal a * k 1 a k 1 a 115,15 ( 1) ( 1) 55,95m h2 a * 1 34,58m (1 n ) (1 1,61820 ) 55 , 95 146,47m (1 1 ) (1 1,6181 ) h3 a * 2 21,37 m h4 a * 3 13,21m h5 a * 4 08,16m h6 a * 5 05,05m h7 a * 6 03,12m h8 a * 7 01,93m h9 a * 8 01,19m h10 a * 9 0,74m h20 a * 19 0,006m Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 12 van 33 Fibonacci en de grote piramide. Indien we de boven geconstrueerde piramide vergroten met schaal 1:71,17 dan verkrijgen we de “Piramide van Cheops” Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 13 van 33 Fibonacci en de grote piramide. We brengen nu een onderverdeling in de lagen. h1 d ( 1) a a 43.99 ( 1) 21.37m h2 a * 1 13,21m h3 a * 2 08.16m n htotaal a * k 1 a k 1 Auteur: M.J.Roos (1 n ) (1 1,618 3 ) 21 . 37 42,75m (1 1 ) (1 1,618 1 ) 24-7-2017 blad 14 van 33 Fibonacci en de grote piramide. We geven in de tekening nu de positie van de koninginnekamer, de grote galerij en de koningskamer en de rotsformatie aan. Het blijkt dat locaties van de lagen waarop de kamers, de grote galerij en de passages zijn gelegen overeen komen met de hoogte van de fibonacci-verhoudingen die in mijn voorgaande bewerking meetkundig zijn aangegeven. Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 15 van 33 Fibonacci en de grote piramide. De vloer van de kings chamber, de antechamber en the queenskamer liggen respectievelijk op laag 3 en laag 1, de galerij ligt ook precies tussen deze twee lagen in. Frappant is dat de diepte vanaf rotslaag onder de piramide, waar ook de ondergrondse kamer is gesitueerd, exact in een zelfde verhouding ligt tot de rest van de piramide. Note: De maatvoering van de in de piramide gelegen kamers en passages zijn ontleend aan professors W.M. Flinders Petrie’s boek uit 1883 “The piramids and temples of gizeh” . Een moderne versie is te verkrijgen via http://www.ronaldbirdsall.com/gizeh De ingeschreven circel boven het maaiveld De middendeellijnen snijden elkaar precies in het midden van tableau 01. De middendeellijnen staan onder een hoek van √φ/2 = 25.92° en zijn daarmee evenwijdig aan de grote galerij en de ascending – en entrance passage. In werkelijkheid wijkt de hoek ca. 1° af van de door W.M Petrie gemeten waarde. De diameter van de ingeschreven circel bedraagt 111,86 meter. De ingeschreven circel wordt door plateau 01 in twee gelijken helften doorsneden. De circel heeft zijn minimum op de basis en zijn maximum op plateau 03 Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 16 van 33 Fibonacci en de grote piramide. De ingeschreven circel onder het maaiveld. Het snijpunt van de middendeellijnen ligt exact op het midden van de basis van de piramide. De basis snijdt de ingeschreven circel precies middendoor. De circel heeft zijn maximum op plateau 02. De verhouding van de inschreven circel onder het maaiveld in vergelijking met de ingeschreven circel boven het maaiveld is gelijk aan φ 180.98 1.618 111.86 De hoek tussen de middeldeellijnen is weer gelijk aan √φ = 51.83° Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 17 van 33 Fibonacci en de grote piramide. De omschreven circel met middelpunt boven het maaiveld Het middelpunt van de circel, dus het snijpunt van de middelloodlijnen, ligt op de nok van de queens-chamber. Het minimum van de circel is bepaald op de onderste driehoekzijde (de basis van de grote driehoek onder het maaiveld) die reeds bepaald was met de eerder door mij gemaakte meetkundige afleidingen. De onderste luchtschachten (die vanuit de queens-chamber) liggen evenwijdig aan de middelloodlijnen, trekken we deze luchtschachten door tot aan het maaiveld dan vinden we weer 2 ‘gulden driehoeken’ waarmee de plaats, de hoogte en de hoek van de onderste luchtschachten bepaald zijn. Daar mee is ook direct de breedte van de queens-chamber vastgelegd. De luchtschachten snijden namelijk de hoekpunten van de queens-chamber. Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 18 van 33 Fibonacci en de grote piramide. Constructieafmetingen queens-chamber De vloer op laag 1 met: 43.99 d h1 ( 1) a a ( 1) 21.37m De hoogte van de nok met: de omschreven circel met straal (R) = 237/2 = 118,5 m minus de hoogte van laag 1 en minus het gedeelte onder het maaiveld: 118,5 – 90,53 – 21,37 = 6,6 m Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 19 van 33 Fibonacci en de grote piramide. De breedte met: tan( 38.17) * ( x 25.09) 21.37 x = 2.1 De breedte = 2 * 2.1 = 4.2 meter In werkelijkheid wijken de werkelijke maten van de berekening af; Hoogte Vloer Wanden Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 20 van 33 Fibonacci en de grote piramide. De verhouding van de cirkel. Archimedes heeft ca. 2000 jaar na de veronderstelde bouw van de piramide het getal π (3.14) ontdekt als de verhouding van de cirkel. Dit wetende rijst de vraag hoe wisten de piramidebouwers dan de oppervlakte en omtrek van een cirkel te berekenen ? Zou het mogelijk zijn om deze ratio ook te kunnen berekenen met het fibonacci-getal ? 1 v 1 Auteur: M.J.Roos 1 v 1 24-7-2017 blad 21 van 33 Fibonacci en de grote piramide. Eenheidscirkel (met r = 1) 1 2 Kwart Oppervlakte 4 = 1 2 4 9.58 *10 4 foutmarge = 2r 2 1 2 Kwart booglengte = < kleiner dan 1 ‰ 8 1 1 2 * 2 4 2 90 1 2 = * 2 360 2 = 2* Omtrek Oppervlakte 1 0 foutmarge = 1 Een radiaal 1 r.dx 1 2 * 1* 2 4 0,785 4 * r * dr 4 foutmarge < kleiner dan 1 ‰ foutmarge < kleiner dan 1 ‰ 4 r2 Dus voor cirkels met een straal 1 : 8 *r Omtrek: 8 8 8 1 2 4 2 Oppervlakte r.dx r.dr * 2 r * r De omtrek is de afgeleide van de oppervlakte De oppervlakte van een willekeurige cirkel is gelijk aan die van een rechthoekige driehoek waarvan één van de rechthoekszijden gelijk is aan de straal, en de ander gelijk aan de omtrek van de cirkel. Cirkel van Cheops (met r = 1 ) = 2r 2 Omtrek 2 foutmarge = 1 Kwart booglengte Auteur: M.J.Roos = 8 1 2* 4 * 9.58 *10 4 1 8 foutmarge < kleiner dan 1 ‰ 1 1 1 1 2 1 2 * 2 * * * 4 2 24-7-2017 blad 22 van 33 Fibonacci en de grote piramide. 2 = 1 Kwart Oppervlakte 1 * 1 * 2 1 0.486 r . dx 2 2 0 2 * 1 = 0.485 4 Kwart Oppervlakte Foutmarge = 1 * 8 1 Oppervlakte = 2 1 1 2 4 1 8 4 9.58 *10 1 4r r.dr 2 r .4r 0 foutmarge 4 < kleiner dan 1 ‰ Oppervlakte ≈ 4r 3 ≈ 8r 2 = 8 Omtrek Bij benadering mogen we gelijkstellen aan 4 ( 4 . ). Let op: π is transcendent. Voor zowel de eenheidscirkel als de cirkel van Cheops geldt bij benadering dat: 01. De cirkeloppervlakte gelijk is aan de oppervlakte van de grote rechthoek. 02. De basis van de ingetekende piramide gelijk is aan een kwart van de cirkelomtrek. 4 03. Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 23 van 33 Fibonacci en de grote piramide. Bovenstaande beweringen gaan op voor alle cirkels waarvan de diagonaal van de rechthoek r gelijk is aan oftewel r . sin( 51.8) Voor de Cirkel van Cheops geldt bovendien dat 4 * straal (4r) bij benadering gelijk is aan het transcendente getal π. Kwadratuur van de cirkel Voor de oplossing van het vraagstuk van de kwadratuur van de cirkel met passer en liniaal is de constructie van een lijnstuk met lengte en daarmee van π (pi) nodig. Al eerder was bewezen dat een constructie met passer en liniaal altijd 'vertaald' kan worden in het oplossen van een kwadratische vergelijking met hele coëfficiënten, en andersom is elke kwadratische vergelijking met gehele coëfficiënten om te zetten in een constructie met passer en liniaal. Maar in 1882 bewees Carl Louis Ferdinand von Lindemann dat π een transcendent oftewel een niet-algebraïsch getal is. Omdat π kan optreden als oplossing van een algebraïsche vergelijking in het algemeen, laat staan van een kwadratische vergelijking, is de constructie van het gevraagde lijnstuk onmogelijk en daarmee ook de kwadratuur van de cirkel. Als er een rationaal getal wordt gebruikt als benadering voor π, wordt het construeren van een vierkant met bij benadering dezelfde oppervlakte als van de gegeven cirkel wel mogelijk, afhankelijk van de gekozen waarde. Dit is echter slechts een benadering die niet voldoet aan de eisen van het oorspronkelijke vraagstuk. Verscheidene wiskundigen hebben werkbare procedures laten zien, gebaseerd op verschillende benaderingen. De egyptenaren wisten al dat de oppervlakte van een cirkel gelijk is aan die van een rechthoekige driehoek met een zijde gelijk aan de omtrek van de cirkel en een zijde gelijk aan de straal van de cirkel. Een cirkel met een straal van 1 heeft een omtrek van 2π. Een zijde van een rechthoek met de zelfde oppervlakte als die van de cirkel zou dan een lengte hebben van √π. Voor de oplossing hiervan kozen de egyptenaren voor een benadering. Hier voor gebruikte zij, om een zijde te berekenen, het rationele getal 8 vermenigvuldigd met de 9 middellijn van de cirkel. Een zijde heeft dan de lengte van 1,77. Het kwadraat hiervan is gelijk aan de oppervlakte van de rechthoek en aan die van de cirkel, ca. 3,14. Oppervlakte rechthoek is gelijk aan de oppervlakte van de cirkel is weer gelijk aan en die is 4 weer bij benadering gelijk aan . De zijde van de rechthoek is dan gelijk aan 2 * 1 4 2*e 1 * LN ( ) 4 2 * 0.8867 1.77 ( 4 2 * 1 4 . 144 ) 89 Het exponentiele getal komt dus overeen met de breuk 8 9 (foutmarge 3‰). Berekening oppervlakte cirkel in het oude egypte Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 24 van 33 Fibonacci en de grote piramide. BRON Rhind Mathematical Papyrus. Britse Museum, Londen. Voorbeeld uit het artikel met diamer = 9 2 2 8 8 * d * 9 64 9 9 Wij rekenen de oppervlakte van een cirkel met: * r 2 of met 4 * d 2 , met d = 9 dan: 4 * 9 2 63,617 Gebruiken we laatste formule met de verhouding 4 (met φ = 1,618), dan: 4 2 *d *d 4 1 2 1 0,88665 * 9 63,678 1 2 8 0,8888 (komt het je bekend voor ?) 9 Frappant, niet ? 8 2 * *1 2 * 9 Overigens geeft 1 *1 1,77 met r=1 Is een zijde van de vierhoek (kwadratuur) In een ander artikel http://www.xs4all.nl/~skyline/pdf/de_geschiedenis_van_pi.pdf staan ook nog een aantal andere benaderingen van het getal π. 2 4 256 16 44 1 4 1 3,16 Een daarvan: 81 9 3 3 Leuk om, als afleiding, even mee te stoeien en kijken of ik wat herkenningspunten zie: De breuk is te schrijven als een som van een macht met een veelvoud van 2 met grondtal 2, namelijk: 1 1 1 1 1 1 1 1 256 3,16 4 8 1 1 1 64 16 1 81 81 2 2 2 4 16 256 256 256 256 256 Als Riemannsom: 2 Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 25 van 33 Fibonacci en de grote piramide. m2 2 k 0 1 2 k (1 k ) 3,16 Wat ik er mee kan ? Niets, gewoon liefde voor getallen, een ander puzzelt graag. Niet zo nauwkeurig als mijn verhouding met 4 , die ik overigens nog nergens ben tegengekomen. Berekening oppervlakte cirkel in het oude egypte Constructie kwadratuur met passer en lineaal (Benadering kwadratuur met 4 ∕ √ φ ) Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 26 van 33 Fibonacci en de grote piramide. Neem een willekeurig middelpunt. Teken de blauwe cirkel met een straal van 1 ∕ √ φ (= 0,786). (is natuurlijk ook te construeren). Teken de zwarte cirkel met een straal van 1. Teken de twee diagonalen (hoek = 45 graden) Neem een centerpunt op het snijpunt van de blauwe cirkel en de x-as. Neem de rode koorde in de passer, zoals aangegeven, en trek de rode cirkelboog totdat deze de zwarte cirkel snijdt. Op het snijpunt van de rode – en de zwarte cirkelboog wordt er een verticale snijlijn (paars) getrokken. Neem nu een centerpunt op het snijpunt van de diagonaal, in het eerste kwadrant, met de zwarte cirkel. Neem hieruit de straal tot in het snijpunt van de van de paarse verticale lijn en de x-as. Trek de groene cirkelboog. Het snijpunt van de groene cirkelboog met de zwarte cirkel geeft nu de locatie van de bovenste horizontale zijde van de vierhoek. Herhaal dit voor de overige zijden. (zie onder). Oppervlakte cirkel met straal 1: Oppervlakte vierkant 4 : 2 *12 4 2 1 4 Dus irrationeel en algebraïsch en te construeren met een passer en een cirkel. Als het dus waar is wat ik denk, dan is dit een Heilige Geometrie. Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 27 van 33 Fibonacci en de grote piramide. Algebraïsch bewijs van de kwadratuur. Cirkel C2 Cirkel C1 C G E B A AO BO a 1 D O F AB a 2 OD = p, volgt uit de stelling van Pythagoras voor driehoek ACD en CDO: a 2 2 (a p) 2 12 p 2 2a 2 a 2 2ap p 2 1 p 2 a 2 2ap 1 p 1 a 2 1 1 2a 2 Cirkel C1 heeft middelpunt O en straal 1 en Cirkel C2 heeft middelpunt E en straal DE, voor C1 en C2 geldt: Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 28 van 33 Fibonacci en de grote piramide. C1 : x2 y2 1 C2 : 1 1 1 1 x y p 2 2 2 2 2 2 2 2 Snijpunt van C1 en C2: x 2 2x 1 1 y2 2y 2 2 x 2 y 2 2x 2 1 1 x 2 2(1 x 2 ) p2 2 p y p 2 2 p 1 2 1 x 2 p 2 2 p x 1 p 2 12 2 2 p 2 1 p x 2 p x2 2x 2 2 p 4 2 p 2 1 2 2 p 2 1 p 2 2 p 2 1 x 2 p 2 4 px 2 x 2 4 x 2 1 p 4 2 p 2 2 2 p 2 1 p 2 2 p 2 1 x 2 p 2 4 px 0 1 p 4 2 2 p 2 1p 0 p 2 1 p 2 1 2 p 2 1 p 2 2 4x 2 2 2 p 2 2 p 1 x 4x 2 2 2 p 2 2 p 1 x 4x 2 2 2 p 2 2 p 1 x 0 2p 2 p 1 0 Ax 2 Bx C 0 met: A4 B 2 2 p2 2 p 1 C p2 1 Auteur: M.J.Roos p2 2 2 p 1 24-7-2017 blad 29 van 33 Fibonacci en de grote piramide. MAPLE_UITVOER ϕ en de eerste benadering van π, de waarde π_1: > phi:=(sqrt(5)+1)/2; evalf(phi); > pi_1:=4/sqrt(phi); evalf(pi_1); Tweede benadering van π, π_2 met de constructie van Marc Roos: > p:=(sqrt(phi)-1/sqrt(phi))/2; evalf(p); > Kwadraat_DE:=(p+1/sqrt(2))^2+1/2;evalf(Kwadraat_DE); X-coördinaten van de snijpunt van de cirkel C1 en C2. > solve( ( x - 1/sqrt(2) )^2 + ( -sqrt(1-x^2)-1/sqrt(2) )^2 = Kwadraat_DE,x); evalf(%); > pi_2:=(2*%)^2; Of met de ABC-formule x bepalen A*x^2 + B*x + C =0, waarin: > A:=4 ; B:= 2*sqrt(2)*( p^2 + sqrt(2)*p -1 ) ; C:= (p^2-1)*( p^2 +2*sqrt(2)*p +1 ); (-B+sqrt(B^24*A*C))/(2*A);evalf(%); Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 30 van 33 Fibonacci en de grote piramide. Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 31 van 33 Fibonacci en de grote piramide. Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 32 van 33 Fibonacci en de grote piramide. 10n*log( ) n Auteur: M.J.Roos 24-7-2017 blad 33 van 33