Toespraak bij opening van de stationsomgeving en Rabotheater de Meenthe door Commissaris van de Koning, drs. Ank BijleveldSchouten, op 12 september 2013 te Steenwijk Dames en heren, Het zal u deze week niet ontgaan zijn: De ontdekking van een nieuwe Van Gogh. Dat nieuwtje bezorgde mij een vrolijk gevoel. Alleen al door de glimlach van oor tot oor van de directeur van het Van Gogh Museum, Alex Rüger. Ik herken die glimlach wel. Mijn functie brengt met zich mee dat ik regelmatig een nieuw gebouw, een tentoonstelling of een afgerond project mag openen. Vaak is er dan een bestuurder of directeur bij betrokken die met zo’n glimlach rondloopt. Een glimlach die trots uitdrukt. En misschien ook wel iets van ‘Yes, dit gaat mij publiciteit, publiek en inkomsten opleveren’. 1 Die glimlach heb ik vandaag zeker ook al mogen zien bij onze gastheer van vandaag, directeur Han Evers. En terecht. Ik heb net even mogen rondkijken en ik spreek geen grote woorden als ik zeg dat het een resultaat is om trots op te zijn. Dames en heren, Ik ben altijd van mening geweest – en dat is nog steeds zo – dat in Overijssel de ‘kwaliteit van leven’ op een hoog niveau staat. Het is hier goed wonen, werken en recreëren. Dat komt mede door de aanwezigheid van theaters als de Meenthe Onderzoek laat zien dat dit een belangrijke reden is voor mensen om zich in deze regio te vestigen. Theaters als deze zorgen ervoor dat mensen zich verbonden voelen, met elkaar en hun omgeving. 2 De waarde van dit theater is daarom niet te onderschatten en daarom zou ik Rabotheater de Meenthe willen benoemen als ‘de glimlach van Noordwest Overijssel’ Ik zou nog wat verder willen gaan. De manier waarop dit theater te werk gaat, is wat mij betreft een voorbeeld voor de cultuursector. Door de bezuinigingen op cultuur is bij menig theaterdirecteur de glimlach verandert in grimas. Ook de provincie Overijssel geeft in de beleidsperiode tot en met 2016 minder geld uit voor cultuur. Ik heb er alle begrip voor dat dit de nodige zorgen geeft. Toch is het nodig dat de culturele sector meer op eigen benen komt te staan. Het geeft ook nieuwe kansen. De komende jaren zal van de culturele sector op alle fronten om creativiteit en ondernemerschap worden gevraagd. 3 Volgens mij pakt de culturele sector dat goed op. Wat ik zie, is dat de culturele sector kritisch naar zichzelf durft te kijken en de hand in eigen boezem steekt. Ik zie de culturele sector in beweging komen, de band met het publiek aanhalen en de samenwerking opzoeken. En het mooie is: dit theater werkt al jaren op deze manier! Het is één van de minst gesubsidieerde theaters van Overijssel. Er worden voorstellingen en evenementen georganiseerd die dicht bij de mensen staan. En het theater ontplooit allerlei nieuwe, vaak zeer creatieve, initiatieven. Kijk, dat levert bij mij nou een glimlach op. Bij diverse gelegenheden verkondig ik dat de samenleving nu aan zet is en daar ook alles daarvoor in huis heeft. Dit theater laat dat ook in de praktijk zien! 4 Als overheid nemen wij daarbij steeds meer een faciliterende rol in en proberen we op een slimme en efficiënte manier ons geld te besteden. In dit geval vloeide de aanpak van de stationsomgeving en het theater voort uit het programma ‘Investeren met gemeenten’. Dit project was dus een gezamenlijk investering van de provincie en de gemeente Steenwijkerland. Die wat mij betreft elke euro waard is geweest. Dames en heren, Ik ga afronden, want ‘Theater is er voor het amusement. Als je een boodschap hebt, moet je naar het telegraafkantoor’, volgens Woody Allen. Ondertussen heb ik zelf meer boodschap dan amusement gebracht. Ik wens het Rabotheater de Meente een hele mooie toekomst als ‘de glimlach van Noordwest Overijssel’. Ik dank u voor uw aandacht. (slot) 5