Oogdrukverlaging door middel van een trabeculectomie U heeft te horen gekregen dat u een oogoperatie zult ondergaan. Er zal een trabeculectomie worden verricht om de oogdruk te verlagen. De behandelend oogarts heeft uitgelegd dat u glaucoom heeft en welke behandelingsmogelijkheden hiervoor bestaan. U heeft informatie gekregen over aard van de aandoening, de aard van de behandeling en het verloop na de operatie. In deze brochure kunt u veel van deze informatie terugvinden en thuis nog eens rustig doorlezen. Ongetwijfeld zullen er vragen bij u opkomen. Met deze vragen kunt u terecht bij het behandelteam. Vaak helpt het om de vragen thuis op te schrijven en mee te nemen naar het ziekenhuis. Wat is glaucoom? Glaucoom is een ziekte waarbij de druk in de oogbol te hoog is. Dit wordt vrijwel altijd veroorzaakt door een verstoorde afvoer van het kamerwater uit het oog. De hoge druk in het oog heeft als gevolg dat de oogzenuw aan de achterzijde van het oog beschadigd raakt. Hierdoor kan het zicht op den duur verslechteren of zelfs verdwijnen. Soms treedt een beschadiging van de oogzenuw op terwijl de oogdruk niet verhoogd is. Door de oogdruk extra te verlagen kan verdere beschadiging van de oogzenuw zoveel mogelijk worden beperkt. Doel van de behandeling Het doel van de behandeling is om het zicht zoveel mogelijk te behouden. Hiervoor is het noodzakelijk dat de oogdruk verlaagd wordt. Door verlaging van de oogdruk wordt verdere beschadiging van de oogzenuw zo goed mogelijk tegengegaan. Operatieve behandeling trabeculectomie Bij een trabeculectomie wordt aan de bovenzijde van het oog, net naast het hoornvlies, een luikje gemaakt. Dit luikje heeft een dikte van ongeveer de helft van de dikte van de harde oogrok (sclera). Onder dit luikje wordt een kleine opening gemaakt naar de voorste oogkamer van het oog. Vervolgens wordt het luikje met hechtinkjes weer op zijn plaats gezet, maar niet al te strak, zodat kamerwater uit het oog kan stromen tussen de hechtingen door. Om te zorgen dat het luikje niet opnieuw vastgroeit en het kamerwater kan blijven stromen, wordt gedurende enkele minuten een genezingsremmende stof (mitomycine) op het operatie2 Figuur 1: het oog gebied gelegd. Aan het einde van de operatie wordt het bindvlies (conjunctiva) weer over het luikje gehecht, zodat het kamerwater niet naar buiten stroomt. Na de operatie moet u gedurende enkele maanden genezingsremmende oogdruppels (prednisolon of dexamethason) druppelen om te voorkomen dat het luikje helemaal vastgroeit. Na de operatie Na de operatie wordt niet direct de uiteindelijke oogdruk bereikt: de oogdruk kan aanvankelijk nog te hoog of te laag zijn. Als de oogdruk te hoog is, dan kunnen één of meerdere hechtingen met een laser worden losgeschoten. Dit is een poliklinische behandeling die vrijwel pijnloos is en enkele minuten duurt. Als de druk te laag is, dan zullen we in eerste instantie afwachten. Soms worden de genezingsremmende oogdruppels verminderd. Een heel enkele keer moet u opnieuw geopereerd worden om de oogdruk te verhogen. 3 Wat merkt u van een trabeculectomie? Ter plaatse van het luikje ontstaat een kleine zwelling op het oog: dit is de zogenaamde filterblaas. In het algemeen merk je de aanwezigheid van de filterblaas niet. Sommige mensen voelen een lichte druk ter plaatse van de filterblaas. Als u het bovenooglid optilt, is een lichte verdikking boven op het oog zichtbaar. Als u het ooglid niet optilt, dan is meestal nauwelijks iets te zien van de filterblaas. Voor- en nadelen van de trabeculectomie Het voordeel van deze operatie is dat deze zeer geschikt is om de oogdruk zeer laag te maken. Hiermee is deze operatie geschikt voor glaucoomvormen waarbij een zeer lage druk erg belangrijk is. Het nadeel van deze operatie is dat het luikje kan dichtgroeien, waardoor de oogdruk weer stijgt naar de waarden van voor de operatie. Er zijn dan oogdruppels nodig om de oogdruk te verlagen of soms is een tweede operatie nodig. Een heel enkele keer is de oogdruk na de operatie te laag en is opnieuw een operatie nodig om de oogdruk te verhogen. Zeldzame bijwerkingen van de operatie zijn chronische irritatie van het oog waarvoor druppels nodig zijn. Een enkele keer is er een (geringe) daling van de gezichtsscherpte. De gezichtsscherpte herstelt zich in het algemeen weer in de maanden na de operatie, maar niet altijd tot het niveau van voor de operatie. Soms treedt staar eerder op (cataract, troebele ooglens) waarvoor een operatie nodig is. Elke operatie heeft risico’s. Zoals bij alle oogoperaties, bestaat het risico op verlies van zicht door infectie of een bloeding. Dit is gelukkig erg zeldzaam. In het algemeen 4 wordt de operatie alleen voorgesteld wanneer het risico op verlies van zicht door het glaucoom veel groter is. Wat betekent de behandeling voor u? Operatieve behandeling De operatie vindt plaats tijdens een narcose of onder plaatselijke verdoving. Vrijwel altijd kan de operatie in dagbehandeling plaatsvinden. Dit betekent dat u dezelfde dag weer naar huis kunt. Nabehandeling en controles Na de operatie moet het oog vaak worden gecontroleerd. In het algemeen komt u gedurende de eerste drie weken twee keer per week voor controle. Daarna komt u steeds na enkele weken voor controle. Dit houdt aan tot drie maanden na de operatie. In de meeste gevallen moet u de oogdrukverlagende druppels (welke u voor de operatie gebruikte) direct na de operatie stoppen. De druppels in het andere oog worden, indien u deze gebruikt, natuurlijk voortgezet. Na de operatie zijn tijdelijk oogdruppels nodig tegen infectie (antibioticadruppels). Daarnaast gebruikt u oogdruppels tegen ontsteking (corticosteroiddruppels: dexamethason of prednisolon). Deze oogdruppels zijn van groot belang om het luikje open te houden en dus om de operatie succesvol te laten zijn. U zult in de bijsluiter van deze druppels kunnen lezen dat men bij dit medicijn op moet passen bij glaucoom. De reden hiervoor is de tijdelijke oogdrukverhoging die soms kan optreden. Dit zal zelden voorkomen, omdat deze 5 tijdelijke verhoging wordt gecompenseerd door de uitstroom van kamerwater via het luikje. Rekent u erop dat u tenminste gedurende drie maanden na de operatie intensief (soms tot zes of achtmomenten per dag) het oog moet druppelen. Soms zijn nadien ook nog oogdrukverlagende druppels nodig. Verzorging Na de operatie wordt het oog afgedekt met een oogverband en een kapje. Bij de eerste controle op de dag na de operatie wordt het verband verwijderd. Het oog hoeft overdag niet meer te worden afgedekt. Het kapje krijgt u mee naar huis. Dit moet u namelijk voor het slapen met een pleister over het oog plakken ter bescherming. In de eerste weken na de operatie dient u te vermijden: bukken, zwaar tillen en persen. Hard wrijven in het oog dient u voortaan altijd te vermijden, maar maakt u zich geen zorgen als u dit per ongeluk toch een keertje doet. U kunt na de operatie na enkele dagen weer uw haren wassen en douchen. Wel dient u de eerste tien dagen te voorkomen dat er (kraan-)water in het geopereerde oog loopt. Let er dus goed op dat u bij het douchen en haren wassen de ogen dicht houdt. Zwemmen en uw hoofd onder water houden dient u gedurende drie weken te vermijden. 6 Waar u op moet letten Als u na de operatie toenemende pijn krijgt, het oog roder wordt, of het zicht plotseling vermindert, neemt u dan alstublieft contact op met onderstaande telefoonnummer: Poliklinische zorgeenheid oogheelkunde Receptie R Verpleegkundig spreekuur: tussen 9.00 en 12.00 uur bij vragen die niet kunnen wachten: Tussen 8.30 en 16.30 uur Telefoon (020) 444 1084 Zorgeenheid 1-C (ziekenhuis) Tussen 16.30 en 8.30 uur Telefoon (020) 444 2110 ook in het weekend Voor vragen voor operaties door planbureau: Tussen 11.00 en 12.00 uur Telefoon (020) 444 2300 Voor het maken/veranderen van een afspraak: Telefoon (020) 444 1170 7 209050 VUmc© mei 2017 www.VUmc.nl 8