Planten voor de Prins

advertisement
Planten voor de Prins
Werkmap
Tweede graad Basisonderwijs
Tekeningen: Jowan De Saedeleer
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
Inleiding
Wil jij Prins Baldewijn helpen om terug in zijn kasteel te gaan wonen? Dan moet
je op zoek gaan naar nuttige planten.
Als je de opdrachten in deze werkmap goed uitvoert zal je al heel wat meer weten over nuttige planten in het bos!
Veel succes!
2
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
Planten in het bos
Soorten planten
In het bos groeien er verschillende soorten planten, ken jij ze?
h
Vul de juiste woorden in.
MOS - STRUIK –PADDESTOEL – BOMEN - KRUIDEN
De grootste planten in het bos zijn de . . . .
Hazelnootjes vallen van een . . . .
Kabouters zitten op een . . . .
In het eten doe je . . . .
Het groene zachte laagje op de grond van het bos is het. . . .
MOS - STRUIK –PADDESTOEL – BOMEN - KRUIDEN
De hazelaar is een . . . .
Brandnetel en paardebloem zijn eetbare . . . .
Eiken en beuken zijn grote . . . .
Eekhorentjesbrood is een giftige . . . . . . . . . . .
In het bos zijn er vier lagen boven elkaar. Weet jij welke plant in welke laag
thuishoort?
h
Duid op de tekening aan waar de volgende planten groeien.
KRUID
Boomlaag
PADDESTOEL
STRUIK
Struiklaag
MOS
Kruidlaag
Moslaag
Afb. uit: Bosbouw, algemene begrippen, Vl. Gemeenschap, Afd. Bos en Groen .
3
BOOM
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
Boom of struik?
Weet je het verschil tussen een struik en een boom? Meestal zijn struiken kleiner dan bomen maar dat is niet altijd zo. Sommige struiken zijn groter dan kleine boompjes. Om zeker te zijn moet je naar de stam kijken. Een boom heeft
maar één stam, een struik heeft er meerdere.
h
Vul horizontaal de namen van de bomen in en je vindt verticaal de naam van
een struik. Elk puntje komt overeen met een letter.
BEUK, BERK, VIJGENBOOM, EIK, PERELAAR.
. . . .
.
.
. .
.
.
.
.
.
. . . . . . . .
. . .
.
U .
.
ESDOORN, PLATAAN, ELS, ZOMEREIK, NOTELAAR, BERK, HAAGBEUK,
SPAR.
. .
.
.
. .
. . . . .
. . . . O
4
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
R
.
.
.
.
. . . E . .
. . . . . .
.
. . .
.
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
Kruiden
Alle kleine, groene planten noemen we kruiden. Niet alle kruiden zijn eetbaar.
Kruiden in de natuur zijn dus niet altijd keukenkruiden!
h
Vind jij de namen van de kruiden in de volgende zinnetjes? Het zijn er vijf.
Onderlijn ze.
1.
2.
3.
4.
5.
h
Toen hij weg ging zei de vreemde man: vergeet me niet, je zal nog
van me horen!
Het werd donker en koud in het bos. De kinderen bevonden zich in
een netelige situatie.
Klim op de muren en overmeester de stad, beval de generaal zijn
troepen.
Het was een schrijver uit de duizend. Blad voor blad schreef hij dat
mooie boek.
De deur vloog toe met een klap. Roos begon te huilen.
Schrijf de naam van de kruiden die je hierboven hebt gevonden bij
hetzelfde nummertje.
1.
Een kruid met blauwe bloemen: . . . . . . . . . . . . . . . .
2.
Een kruid waar je liever niet tegenloopt: . . . . . . . . . . .
3.
Een klimplant: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4.
Een kruid met wit tot roze bloemen: . . . . . . . . . . . . .
5.
Een kruid met een rode bloem: . . . . . . . . . . . . . . . .
5
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
Bomen herkennen
Loofbomen hebben: . . . . . . . . . .
Naaldbomen hebben: . . . . . . . . .
Bomen kan je herkennen aan hun bladeren. Weet jij welk blad bij welke boom
hoort?
De eik heeft een gelobd blad.
De grauwe els heeft een ovaal blad met een gezaagde rand.
De paardekastanje heeft een handvormig blad met vijf of meer vingers.
h
Teken de tweede helft aan de bladeren en schrijf de naam van de boom er
bij.
. . . . . . . . . . . . . . . .
6
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
. . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . .
7
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
Vruchten
Bomen kan je ook herkennen aan hun vruchten. Noten zijn harde vruchten, bessen zijn kleine vruchtjes en een stuk fruit is een lekkere dikke vrucht.
h
Schrijf de namen van de juiste vruchten bij de juiste afbeeldingen.
SIENAASAPPEL - HAZELNOOT – TAMME KASTANJE – PEER –
BEUKENNOOT - OKKERNOOT – VLIERBES - BRAAMBES – EIKEL –
PAARDEKASTANJE
. . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . .
8
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
. . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . .
9
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
Bomen gebruiken
Timmerhout
Van bomen gebruikt de mens vooral het hout. Met hout kan men heel wat voorwerpen maken en constructies bouwen. Hout dat we daarvoor gebruiken noemen
we timmerhout.
Om van een boom bruikbaar timmerhout te maken moet er heel wat gebeuren.
h
Vul de ontbrekende woorden in.
BOOMSTAMMEN – BIJL – PLANKEN – KETTINGZAAG - BALKEN
Vroeger hakte de houthakker de
boom om met een . . . . . . . . . .
Nu gebruikt men daarvoor een
. . . . . . . . . . . . . . . .
Met paard en kar werden de .
. . . . . . . . . . . . . . . .
naar de houtzagerij gebracht.
In de houtzagerij maakt men van de
boomstammen . . . . . . . . . . .
en . . . . . . . . . . . . . . .
10
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
.
Van hout gemaakt
h
Duid op de tekening alles aan wat van hout is gemaakt. Je kan de tekening
ook kleuren.
11
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
Brandhout
Niet al het hout van de bomen wordt gebruikt om voorwerpen en constructies
mee te maken. Hout is ook een belangrijke brandstof.
h
Vul de ontbrekende woorden in.
ETEN - OPEN HAARD – SPROKKEL – LICHT – SPROKKELEN - VERWARMEN
Om aan brandhout te geraken moet je niet
steeds bomen omhakken, je kan ook
hout
. . . . . . . . . . . . . . . . . in
het bos.
Zo’n hout noemen we . . . . . . . . . . . hout.
Vuurtje stoken doe je buiten of in
de . . . . . . . . . . . . . . . . .
Vuur maken doe je om je huis te
. . . . . . . . . . . . . . . . . en
om . . . . . . . . klaar te maken.
Vuur zorgt ook nog voor . . . . . .
12
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
Planten om te eten
Heel wat planten zijn, gedeeltelijk of helemaal, eetbaar voor mens en dier. Er
zijn ook planten die niet giftig zijn maar een heel slechte smaak hebben. Dieren
eten soms planten die wij niet eten.
Heel wat vruchten van bomen en struiken zijn lekker voor mens en dier.
h
Wie eet er wat? Verbind de tekeningen met de juiste vruchten.
13
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
Kruiden om te eten
h
Los de raadseltjes op. De woordjes die je vindt moet je invullen om de
naam van de kruiden te vinden.
Dieren waar je kan op rijden: . . . . . . . . . . . Laat de n weg
In plaats van sla kan je jonge blaadjes van de . . . . . . . . . . . BLOEM eten.
Als er vlammen uit een huis komen staat het in . . . . . . . . Een plant waar je
liever niet tegenloopt? . . . . . . . . . . Deze twee woordjes samen.
Soep kan je maken van jonge blaadjes van de . . . . . . . . . . . .
Een korte naam voor mama: . . . . Iemand die je heel graag ziet is je . . . . .
Van een . . . . . DE . . . . . . . . . mag je de blaadjes en de bloem opeten.
Ik kan je niet opheffen. Hoeveel . . . . . . .jij?
Bladeren van de . . . . . . BREE zijn lekker om zo te eten of om in de soep te
doen.
. . . . . . . BREE
14
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
Planten als beschutting
Als het warm is in de zomer gaan mensen en dieren op zoek naar schaduw. Die
vinden ze onder een boom. Bomen geven dus beschutting voor de felle zon.
Ook sommige planten kunnen niet tegen te veel zon. Zulke planten groeien dan
ook alleen maar onder bomen.
h
Kleur de tekening.
15
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
Bomen, struiken en hagen beschermen ons ook tegen de wind. Wind kan heel
koud zijn of de regen heel hard in ons gezicht blazen. Dieren die in de wei staan
zoeken dan beschutting onder een boom of achter een haag.
h
Ken jij het volgende spreekwoord? Vul het aan.
Hoge bomen . . . . . . . . . . . . .
16
Het Museum voor de Oudere Technieken
Educatieve dienst, maart 2006
Steven De Waele
Download