Toelichting / voorstel van het college aan de gemeenteraad

advertisement
Toelichting / voorstel van het college aan de gemeenteraad
zaaknummer 79236
Gevraagd besluit
De gemeenteraad van Molenwaard besluit in te stemmen met het ‘Afvalbeleidsplan 2014 en
verder’.
In dit beleidsplan staat de inzameling van waardevolle stoffen centraal op hoofdlijnen wordt dat
gerealiseerd door:
1. bij eengezinswoningen de huidige grijze container voor restafval te benutten voor de
inzameling van kunststof en nader te bepalen waardevolle stromen als bijvoorbeeld
drankenkartons en blik met een inzamelfrequentie van eens per twee weken, alternerend met
het GFT;
2. het restafval van deze percelen te laten brengen naar ondergrondse verzamelcontainers in de
omgeving;
3. als maximale afstand van een woning naar deze containers normaliter maximaal 200 meter te
hanteren en in bijzondere gevallen het college hiervan te laten afwijken;
4. voor meergezinshuizen en woningen die thans al zijn aangewezen op verzamelcontainers voor
restafval worden ondergrondse containers geplaatst zo dicht mogelijk bij de huidige locaties;
5. bij percelen in het buitengebied een vierde minicontainer beschikbaar stellen voor kunststof
en de nader te bepalen waardevolle stromen;
6. bij deze percelen de inzamelfrequentie van de grijze container voor restafval te verlagen naar
eens per 4 weken.
Inleiding
De gemeente Molenwaard neemt deel in de gemeenschappelijke regeling Reinigingsdienst
Waardlanden. De deelnemers streven naar een eenduidig afvalbeleid met een optimale
afvalscheiding tegen een scherpe prijs.
Om de afvalscheiding te optimaliseren en bij te dragen aan een circulaire economie en
vermindering van CO2-uitstoot (duurzaamheid) stelt de Reinigingsdienst een inzamelmethodiek
voor waarbij de thans aangetroffen hoeveelheid waardevolle stoffen in het restafval met minstens
50% wordt verminderd per 2016. Deze methodiek wordt ook aangeduid als omgekeerd inzamelen
of inzamelen met fysieke sturing.
In de bijlagen vindt u het afvalbeleidsplan in zijn totaliteit en de discussienota. In deze nota
wordt toegelicht welke afwegingen Waardlanden gemaakt heeft om tot het voorstel te komen.
Eveneens treft u de resultaten aan van de enquête die naar 500 adressen per gemeente is
verzonden.
Kaders
Een belangrijk doel voor de rijksoverheid en dus ook voor de gemeente, is de samenleving
duurzaam maken. Daar past geen verspilling bij. We moeten er dus voor zorgen dat onze
afvalstoffen maximaal beschikbaar komen voor hergebruik. Het is dus minder relevant dat wij al
59% van het afval weten te scheiden en daarmee redelijk in de buurt komen van de 65% die de
voormalige staatssecretaris Atsma heeft verlangd. Neen, het doel moet zijn dat we alle afval als
grondstof terugbrengen in de kringloop. En dat moet bij voorkeur door scheiding aan de bron
omdat dat een schoner en dus beter hergebruikproduct oplevert dan nascheiding.
Een belangrijke afweging is dat gebeurt tegen aanvaardbare maatschappelijke kosten.
Postbus 5
|
2970 AA Bleskensgraaf
|
T
14 0184
|
I
www.gemeentemolenwaard.nl
2
Sommigen van u hebben de opmerking gemaakt dat de stroom verpakkingsmateriaal
teruggedrongen zou moeten worden. Hoe juist deze opvatting ook is, de gemeente heeft hiertoe
geen middelen
Doel / beoogd effect / resultaat
Met het nieuwe afvalbeleid moet het mogelijk zijn het scheidingspercentage van de huidige 59%
op tenminste 75% te brengen per 2016. De hoeveelheid restafval daalt dan van 226 kg naar 128
kg per inwoner en een aanzienlijke verdere reductie moet haalbaar zijn.
Keuzemogelijkheden / oplossingsrichtingen
Waardlanden heeft drie methoden beoordeeld om de vereiste verbeterslag te maken:
1. optimaliseren van de huidige aanpak;
2. financiële prikkels ook wel aangeduid met diftar;
3. fysieke sturing ook aangeduid als het omgekeerde inzamelen.
Ad. 1 Optimaliseren
Waardlanden heeft geconstateerd dat het optimaliseren van de huidige werkwijze geen
substantiële verbetering in de afvalscheiding zal brengen. Omdat er toch meer energie in de
beoogde verbetering gestoken moet worden zullen de kosten bij dit model stijgen.
Ad. 2 Financiële prikkels
Het systeem met financiële prikkels leidt grosso modo tot een verlaging van de hoeveelheid afval
maar niet tot een betere scheiding. Een duidelijke verklaring voor de daling van de hoeveelheid is
tot op heden nog nergens duidelijk verklaard.
Doordat er een omvangrijk registratiesysteem moet worden opgezet geeft deze optie hogere
kosten en dat afgezet tegen achterblijvend scheidingsresultaat.
Ad. 3 Fysieke sturing
Het systeem van fysieke sturing leidt tot een veel betere afvalscheiding. Diverse proeven
(Sliedrecht) en ervaring in gemeenten die al met systeem werken, tonen dat ondubbelzinnig aan.
Doordat de waardevolle stromen geld opleveren dalen de kosten van de inzameling en kan het
model kostenneutraal ten opzichte van de huidige werkwijze worden ingevoerd ondanks dat er
behoorlijk geïnvesteerd moet worden in (ondergrondse) containers.
Toelichting op enkele uitvoeringsaspecten
Belangrijkste kenmerk van dit systeem is dat de dienstverlening voor de inzameling van
waardevolle stromen wordt vergroot en op de inzameling van restafval wordt verkleind. In ons
geval gaan we kunststofverpakkingen en nog nader te bepalen waardevolle stromen aan huis
ophalen en moeten de burgers hun restafval voortaan wegbrengen naar ondergrondse
wijkcontainers. Veronderstelling daarbij is dat de burger zijn afval maximaal aan huis gaat
scheiden om zo min mogelijk te hoeven wegbrengen. Vanuit dat perspectief moet er dus geen
restafvalcontainer meer aan huis worden opgehaald. Ook geen kleintje.
In het buitengebied zouden de afstanden naar verzamelcontainers voor restafval veel te groot
gaan worden. Daarom houden die inwoners hun restafvalcontainer en krijgen zij er een vierde
container bij voor de verpakkingen. Dat wordt acceptabel geacht omdat zij doorgaans veel meer
ruimte om huis hebben. Maar ook hier wordt de dienstverlening voor het ophalen van restafval
verminderd door de inzamelfrequentie te verlagen van twee naar vier weken. Bij een goede
scheiding is de capaciteit van de container daartoe ruimschoots toereikend.
Bij de financiële doorrekening van dit model zijn twee opmerkingen te maken.
Waardlanden heeft de inkomsten van de waardevolle stromen weliswaar terughoudend ingeschat
maar de opbrengsten zijn altijd onderhevig aan schommelingen van de marktprijzen voor
grondstoffen.
En in de tweede plaats daalt door de betere scheiding de hoeveelheid te verbranden afval. In
Molenwaard met 3000 ton! Daardoor wordt aanzienlijk bespaard op de verbrandingskosten. Maar
door het dalende aanbod bij de verbrandingsinstallaties kunnen we geconfronteerd worden met
stijgende prijzen. Dat risico is overigens verbonden aan alle modellen met een betere
afvalscheiding op grote schaal.
3
Participatie
Door Waardlanden is een enquête gehouden onder 500 adressen per gemeente. Opmerkelijk is
dat zich hier een voorkeur voor diftar aftekende. Dit resultaat is discutabel omdat de
geënquêteerden geen compleet beeld is geschetst wat diftar allemaal betekent. De reacties zijn
dan ook waarschijnlijk meer ingegeven door de wenselijkheid van het model dan door de
doeltreffendheid.
In het communicatietraject zal er daarom bijzondere aandacht besteed moeten worden aan de
uitleg van dit resultaat versus het gekozen model.
Verder is rond de vaststelling van dit beleidsplan inspraak mogelijk op de gebruikelijk wijze bij
raadsvergaderingen. Na de vaststelling van het afvalbeleidsplan volgt later dit jaar de vertaling
daarvan in een nieuwe Afvalstoffenverordening en ook hier zijn inspraakmogelijkheden bij de
gemeentelijke bestuurlijke behandeling en aansluitend na de publicatie van de door de raad
vastgestelde verordening.
Afweging / argumentatie
Samengevat is de conclusie dat fysieke sturing bij de afvalinzameling de beste
scheidingsresultaten geeft en als enige budgettair neutraal kan verlopen.
In het bijbehorende communicatietraject is voorzien in de inzet van toezichthouders. Zij zullen
fungeren als vraagbaak voor de burgers en zijn tevens de ogen en oren in het veld om waar
nodig snel en doeltreffend te kunnen bijsturen. Zij kunnen ook maatwerkoplossingen voorstellen.
Bijvoorbeeld bij mensen die door persoonlijke omstandigheden met een veel meer dan normale
hoeveelheid restafval worden geconfronteerd.
Financiële middelen
Invoering van het nieuwe systeem wordt helemaal door Waardlanden verzorgd inclusief een
omvangrijk communicatietraject. Alle kosten worden gedragen door Waardlanden en opgenomen
in de jaarbegroting die kostenneutraal zal verlopen.
Wel dient de gemeente Molenwaard nog voor eigen rekening een aantal ondergrondse containers
te plaatsen waarvoor de kapitaallasten opgenomen zijn in de begrotingen voor 2013 en 2014. Dit
project is deels uitgevoerd maar nog niet afgerond in afwachting van de gevolgen van het nieuwe
afvalbeleid.
Communicatie
Communicatie is essentieel voor het slagen van het afvalbeleid en het bereiken van het doel. Alle
doelgroepen dienen voldoende op de hoogte te zijn van de wijzigingen, dienen te weten hoe en
waar het afval aangeboden moet worden en wat het nut daarvan is. De communicatieboodschap
moet dan vooral ook praktisch zijn, gericht op de doelgroep en moet specifiek zijn. Belangrijk
daarbij is ook dat de boodschap positief en motiverend wordt overgebracht. Dit is met name van
belang omdat uit de inwoners enquête een andere voorkeur naar voren kwam voor een
toekomstig afvalbeleid met financiële prikkels en dat uiteindelijk gekozen wordt voor fysieke
sturing.
Vervolgproces / verantwoording / controle
Invoering van de andere manier van inzameling zal gefaseerd plaatsvinden in de periode 20142015. Het is nog onbekend wanneer onze gemeente aan de beurt is.
Zodra de nieuwe werkwijze op enkele plaatsen is geïntroduceerd zal dat meteen moeten blijken
uit de inzamelresultaten.
Formele verantwoording gebeurt in de kwartaalrapportages en jaarrekening van het dagelijks
bestuur van Waardlanden aan het algemeen bestuur en daarmee aan onze bestuurlijke
vertegenwoordiger.
Over een eventuele afzonderlijke evaluatie is nog niet besloten.
De kosten van het nieuwe afvalbeleid
De gemeente heeft in de begroting op de post afval in 2013 en 2014 kapitaallasten opgenomen
voor het ondergronds maken van wijkcontainers voor verpakkingsafval. Dit jaar worden er 35
4
geplaatst. ( nog 10 van het programma 2013 en 25 voor 2014). Molenwaard moet dat doen om
binnen Waardlanden een gelijke prestatie te leveren als de andere gemeenten. Deze uitgave is
verdisconteerd in de afvalstoffenheffing en uitvoering leidt dus nu niet tot een extra verhoging
van de afvalstoffenheffing.
Voor het nieuwe afvalbeleidsplan zullen in Molenwaard ca. 65 ondergrondse containers geplaatst
worden voor restafval en krijgen de inwoners in het buitengebied een 4e mini-container. De
kapitaallasten hiervan blijven binnen het huidige tarief van de Reinigingsdienst Waardlanden en
leiden dus ook niet tot een verhoging van de afvalstoffenheffing.
Waardlanden kan dit realiseren doordat de kosten gelijke tred houden met hogere opbrengsten
door een betere scheiding van waardevolle stromen.
Het doel van het nieuwe afvalbeleid
Het uitgangspunt voor nieuw afvalbeleid is een andere inzamelsystematiek met als doel een
aanzienlijke verbetering van het scheidingsresultaat c.q. het hergebruik van afvalstoffen en
daardoor een vermindering van de CO2 uitstoot en een duurzamer samenleving tegen ongeveer
gelijke kosten.
Tot voor kort moesten wij ons richten op een scheidingspercentage van tenminste 65%. Met het
nieuwe afvalbeleid komen we ruim boven de 70%
Eind januari 2014 heeft staatsecretaris Mansveld de lat hoger gelegd. Binnen 10 jaar moet de
hoeveelheid restafval dat naar de verbranding gaat, gehalveerd worden. Dat halen we al bijna
met het nieuwe afvalbeleid terwijl er voldoende kansen zijn om ook het laatste stapje te kunnen
maken.
Maar wanneer alle gemeenten dat realiseren betekent het natuurlijk ook dat de
vuilverbrandingsinstallaties naarstig op zoek moeten naar nieuwe afvalstromen en dat zou druk
kunnen zetten op de tarieven die aan verbonden partijen in rekening gebracht worden.
Momenteel wordt er door overcapaciteit al buitenlands afval verbrand maar mogelijk sluiten er de
komende jaren verouderde installaties waardoor de landelijke capaciteit terugloopt en dat is dan
weer gunstig voor de tariefontwikkeling. Dat hebben wij willen aanstippen om u maximaal te
informeren maar invloed hebben wij niet op die processen.
Maatschappelijk draagvlak
Helaas is er in het raadsvoorstel een passage weggevallen waarin wij toelichten waarom de
signalen uit de enquête zijn genegeerd.
Onder het kopje burgerparticipatie had moeten staan:
Participatie
Door Waardlanden is een enquête gehouden onder 500 adressen per gemeente.
In de respons zijn er over de opties optimaliseren en financiële prikkels positieve signalen
afgegeven. Toch is uiteindelijk niet voor deze modellen gekozen maar voor de fysieke sturing
omdat dit model:
 maximaal beantwoordt aan de doelstellingen van het nieuwe beleid door de hoeveelheid
waardevolle stoffen in het restafval te halveren en daarmee de meest duurzame oplossing
is;
 kostenneutraal is terwijl beide andere modellen ongeveer € 10 per aansluiting duurder
zijn;
 voor Waardlanden operationeel het meest praktisch is omdat het zonder aanpassing
zowel bij laag- als hoogbouw toegepast kan worden en daarmee past in het streven van
alle deelnemers in Waardlanden om een eenduidig beleid te voeren dat door synergie de
meeste besparingskansen oplevert;
 de burger ook de ruimere scheidingsmogelijkheid biedt die als gunstig wordt beoordeeld
bij het optimalisatiemodel.
Download