Omhoog kijken in platland Op 3 oktober j.l. werd de derde bundel over geloof en wetenschap onder redactie van Dekker, Woudenberg en Van den Brink gepresenteerd. De titel van de bundel ‘Omhoog kijken in Platland’ verwijst naar het literaire werkje ‘Flatland’ van de Engelsman Edwin A. Abbott (1838-1926). In dat boek beschrijft Abbott de imaginaire wereld van Platland, waarin slechts twee dimensies bestaan. De openbaring van een bol in het platte vlak van platland wordt echter niet geaccepteerd door de bewoners…. Het verband van dit boek met de intentie van de samenstellers van deze bundel is niet moeilijk te leggen. Zij willen aantonen dat er meer dimensies in ons bestaan zijn. De mens is meer dan een verzameling moleculen en de enorme complexiteit van leven laat zich niet verklaren door de eenvoudige combinatie van toeval en tijd. ‘Omhoog kijken...’ is in een bepaald opzicht wat anders dan de vorige twee bundels. Het thema schepping, toeval en evolutie is wat naar de achtergrond verschoven. Het boek wil op bepaalde terreinen een apologie zijn voor het christelijk geloof. Apart wordt ingegaan op de historiciteit en de geloofwaardigheid van de boodschap van de Bijbel. Meer algemeen is de bespreking van de vraag naar het wezen van de mens. Is de mens alleen maar een machine? Heeft de mens dan nog een vrije wil? Is het geloofwaardig om te spreken over de ziel en over leven na de dood? Kunnen religie en moraal evolutionair verklaard worden? Daarnaast zijn er hoofdstukken die wat meer los staan van de grote lijn. Een merkwaardig hoofdstuk vormt de bespreking van experimenteel (!) onderzoek naar bidden. Een andere kwestie die besproken wordt is de toelaatbaarheid van stamcelonderzoek. Laten we beginnen met de hoofdstukken die het dichtst staan bij het thema van de vorige bundels. Van bovenaf De medisch bioloog Pieter Smelik betoogt dat de wetenschappelijke methode van systematisch onderzoek altijd een beperking inhoudt. De wetenschap zoekt naar oorzakelijke verbanden, maar de geest van een mens is meer dan zijn hersenactiviteit, leven is meer dan een ingewikkeld samenstel van moleculen, liefde is meer dat de werking van hormonen. Onze wereld bestaat uit verschillende lagen, waarbij het geheel altijd meer is dan de som der delen. Afzonderlijke eiwitten verklaren niet het raadselachtige complex van een levende cel, gedifferentieerde cellen verklaren niet het samenspel tussen de organen in een organisme. Alleen een verklaring van bovenaf is plausibel. Zoals de bedoeling van een horloge is om de tijd aan te duiden en alle onderdelen in dienst staan van dat doel, zo zijn de bouwstenen van het leven geschapen om uiteindelijk dieren en planten te vormen. Het verhaal van de aardlagen De predikant Bert Loonstra stelt de vraag naar de relatie tussen het verhaal dat de geologische kolom ons vertelt en het geloof in een God die zorgt voor zijn schepping. De vele gegevens over de ouderdom van de aarde, catastrofes, die het merendeel van levensvormen in een klap uitwisten, enz, kunnen niet ontkend worden. Wel is het mogelijk om vanuit de Bijbel te spreken over de strijd van God tegen de machten van de chaos (Genesis 1). Dat er een evenwicht gevonden is tussen de grote oerkrachten in ons bestaan kan verbonden worden met het antropische principe: de constatering dat de natuurconstanten fijn op elkaar zijn afgestemd. Zonder die afstemming zouden wij en onze wereld niet kunnen bestaan. Daarom staat er na de eerste dag: het was zeer goed (Gen 1:3). Dit is een aanknopingspunt, maar de rest van Loonstra’s betoog toont aan dat de ontwikkeling van het leven op aarde met al zijn lijden, tragiek en doodstrijd ons voor enorme vragen stelt. Het is beter dit te onderkennen, dan het te minimaliseren. Ouweneel Vooraf was ik het meest nieuwsgierig naar de bijdrage in dit boek van Willem Ouweneel. Ik was erbij dertig jaar geleden toen hij onder de wetenschappelijke coryfeeën van de VU zijn ‘scheppingsmodel’ plaatste tegenover het ‘evolutiemodel’. Die avond was een enorme patstelling. Het was in dezelfde tijd dat de EO zijn Adam-of-aap-campagne had. Ouweneel was jarenlang het boegbeeld van het creationisme in Nederland. Maar hoe staat het er nu voor? De laatste jaren is er wat meer ruimte gekomen in zijn denken, hij houdt zich bezig met charismatische onderwerpen en op zijn web-site noemde hij zich kortgeleden een oorsprongsagnost. Wat zou hij nu gaan zeggen? Nog steeds stelt hij dat het in de Bijbel om geschiedenis gaat. Het is echter geschiedschrijving vanuit een geloofsperspectief. Het gaat in de bijbel niet om wetenschap. De Bijbel geeft geen uitleg over het ontstaan van aardlagen en fossielen, de biologische soortvorming, enz. Het is jammer dat de redactie genoegen heeft genomen met deze algemene opmerkingen. onze hersenen en onze geest Zeer uitgebreid komt in de bundel de vraag naar voren wie de mens werkelijk is. Als alles in ons functioneren bepaald wordt door de hersenen, hebben we dan nog een vrije wil? De materialistische visie op de mens komt duidelijk in de problemen met essentiële menselijke ervaringen van schoonheid, besef van goed en kwaad, zoeken naar zin, enz. Als de mens meer is dan zijn lichaam, kan men dan ook spreken over de onsterfelijkheid van de ziel. De beschouwingen hierover zijn zeker interessant, maar wat ik niet begrijp is dat er niet gewezen wordt naar belangwekkend wetenschappelijk onderzoek op dit terrein. Ik bedoel het onderzoek naar Bijna-Dood-Ervaringen (BDE’s). Het is dertig jaar geleden dat medici begonnen zijn dit onderwerp systematisch te onderzoeken. Wat betekent het als mensen bij een uittredingservaring heel precies zaken en handelingen kunnen waarnemen terwijl de ogen van hun lichaam gesloten zijn? Wat betekent het als het geheugen werkt, terwijl er geen enkele hersenactiviteit wordt gemeten? De cardioloog Pim van Lommel concludeert dat dit alleen maar mogelijk is als wij een onderscheid maken tussen bewustzijn en hersenfunctie. Tot zover mijn kantekeningen. Met de voorgaande bundels erbij hebben we nu meer dan 1100 pagina’s bezinning over het thema geloof en wetenschap. De redactie wordt bedankt voor deze veelzijdige bijdrage aan dit belangrijke thema. Het blijft spannende lectuur. Jart Voortman