Longfunctie bij pasgeborenen: determinanten en gevoLgen op

advertisement
P r o e f s c h r i f t b e s p r e k i n g
Lo n g fu n c t i e b i j pasg e bo r e n e n:
d e t e r m i n a n t e n e n g e vo lg e n o p
lange termijn
Auteur
N. Katier
Tr e f w o o r d e n pasgeborenen, longfunctie, luchtwegklachten, geboortecohort, ‘single
occlusion technique’
Samenvatting
Op 20 januari 2006 promoveerde Nienke Katier
aan de Universiteit van Utrecht op het proefschrift getiteld ‘Lung function in early life:
origins and consequences’. Haar promotoren
waren prof. dr. J.L. Kimpen (Afdeling Kindergeneeskunde en Infectieziekten, Wilhelmina
Kinderziekenhuis, Utrecht) en prof. dr. T.J.M.
Verheij (Afdeling Huisartsgeneeskunde, Julius
Centrum voor Huisartsgeneeskunde en Patiëntgebonden Onderzoek, Utrecht). Haar copromotoren waren dr. C.K. van der Ent (Afdeling
Kinderlongziekten, Wilhelmina Kinderziekenhuis, Utrecht) en C.S.P.M. Uiterwaal (arts-epidemioloog, Julius Centrum voor Huisartsgeneeskunde en Patiëntgebonden Onderzoek,
Utrecht). Het proefschrift beschrijft de resultaten op het gebied van longfunctieonderzoek
bij pasgeboren kinderen en in het bijzonder de
haalbaarheid en variabiliteit, determinanten en
gevolgen op lange termijn van dit longfunctieonderzoek. Enkele van de voornaamste bevindingen worden hieronder weergegeven.
Inleiding
geboren kinderen echter vrijwel onmogelijk. De
grootste beperking was het gebrek aan een makkelijk
uitvoerbare, betrouwbare en reproduceerbare longfunctietechniek. Een nieuwe, veelbelovende techniek
is the ‘single occlusion technique’ (SOT), een makkelijk toepasbare en niet-invasieve longfunctietechniek
waarbij geen sedatie nodig is.5 Om deze techniek
uiteindelijk als voorspeller van luchtwegklachten te
gebruiken is meer informatie nodig over de 1) haalbaarheid van deze longfunctiemetingen op grote
schaal bij pasgeboren kinderen; 2) pre- en postnatale
determinanten van longfunctie vroeg in het leven;
3) relatie met het ontstaan van luchtwegklachten.
Luchtwegklachten zijn één van de belangrijkste oorzaken van gezondheidsproblemen en sterfte bij kinderen. Het aantal kinderen met luchtwegklachten
neemt de laatste jaren toe.1 Gezien de impact van de
ziekte op het kind, het risico op complicaties en de
belasting van de gezondheidszorg, is het belangrijk
om hoogrisicokinderen vroegtijdig te herkennen, zodat met behulp van adequate primaire en secundaire
preventiemaatregelen een deel van de luchtwegklachten en complicaties voorkomen kunnen worden.2
Enkele (kleine) studies hebben aangetoond dat een
verminderde longfunctie vlak na de geboorte gerelateerd is aan het ontstaan van luchtwegklachten op de
kinderleeftijd.3,4 Wanneer dit bevestigd kan worden
in grotere studies, kan de longfunctie bij pasgeboren
kinderen een belangrijke rol gaan spelen bij het voorspellen van luchtwegklachten op de kinderleeftijd.
Tot voor kort waren longfunctiemetingen bij pas-
137
VOL. 6 nr. 4 - 2006
(Ned Tijdschr Allergie 2006;6:137-40)
Onderzoeksmethoden
De studies uit dit proefschrift zijn gebaseerd op
gegevens van 450 patiënten uit de ‘WHeezing Illnesses STudy Leidsche Rijn’ (WHISTLER), een
grootschalige prospectieve cohortstudie naar lucht-
N e d e r l a n d s T i j d s c h r i f t voo r All e r g i e
systeem vervolgd. WHISTLER beschikt over uitgebreide ouderdata (waaronder atopie en longfunctie), omdat
het een onderdeel is van het Leidsche Rijn Gezondheidsproject (LRGP), een grootschalig onderzoek naar
de gezondheid van bewoners van Leidsche Rijn.7
Resultaten
Figuur 1. Longfunctiemeting bij een pasgeborene door
middel van de ‘single occlusion technique’ (SOT).
wegklachten waaraan uiteindelijk 2.000 pasgeboren
kinderen zullen deelnemen.6
Alle kinderen die geboren worden in de nieuwbouwwijk Leidsche Rijn in de omgeving van Utrecht worden
benaderd voor WHISTLER. Ongeveer drie weken na
geboorte wordt de longfunctie gemeten met behulp
van de SOT. De meting wordt gedaan met behulp
van een meetapparaatje en een luchtdicht afgesloten
gezichtsmasker (zie Figuur 1). Flow, volume en monddruk worden hierbij geregistreerd en op een monitor
weergegeven. Gedurende een aantal minuten wordt de
rustademhaling gemeten, waarbij een aantal keer kort
de luchtstroom wordt afgesloten aan het einde van de
inspiratie. Hierdoor treden veranderingen in flow, volume en druk op en wordt er een passieve relaxatie van
de long bij het kind opgewekt, de zogenoemde reflex
van Hering-Breuer. Hieruit kunnen dan vervolgens de
luchtwegweerstand en compliantie (stijfheid) van het
respiratoire systeem berekend worden. De hele meting
duurt ongeveer vijftien minuten. Er worden tevens een
aantal pre- en perinatale risicofactoren voor luchtwegklachten nagevraagd met behulp van een vragenlijst
en er wordt wat wangslijmvlies afgenomen van zowel
ouders en kind voor een DNA-analyse.
Follow-up voor luchtwegklachten gebeurt op verschillende manieren. Gedurende het eerste levensjaar vullen
ouders dagelijks een vragenlijstje in omtrent luchtwegklachten (hoesten, piepen/zagen en koorts). Na het eerste levensjaar wordt het kind via het huisartscoderings-
VOL. 6 nr. 4 - 2006
De SOT blijkt een longfunctietechniek met een
acceptabele variabiliteit, waardoor deze geschikt is
voor gebruik op grote schaal bij pasgeboren kinderen.8 Bij 73% van de gevallen was het mogelijk om
een betrouwbare longfunctie te meten. Dit percentage steeg naar 85% wanneer onderzoekers langere
tijd ervaring hadden opgedaan met de longfunctiemeting. De reproduceerbaarheid van zowel de longfunctiemeting zelf als de analyse van de meting achteraf was goed. Dit gold zowel wanneer de meting of
analyse door dezelfde onderzoeker als wanneer deze
door een andere onderzoeker werd herhaald.
Om de uitslag van een longfunctiemeting goed te kunnen beoordelen, is het daarnaast belangrijk te weten
welke waarden normaal zijn en welke afwijkend. Er
werden daarom referentievergelijkingen opgesteld die
gebruikt kunnen worden bij de beoordeling van longfunctiemetingen bij pasgeboren kinderen.9
Met betrekking tot determinanten van longfunctie
werd er een duidelijke relatie gevonden tussen de longfunctie van de ouders en hun pasgeboren kind: hoe
lager de longfunctie van de ouders, hoe lager de longfunctie van hun kind. Na correctie voor omgevingsfactoren en voor gewicht en lengte (de longfunctie wordt
deels bepaald door de grootte van een persoon) bleef
de relatie tussen de longfunctie van de moeder en het
kind bestaan. De relatie tussen de longfunctie van de
vader en het kind was te verklaren door een relatie tussen de lengte en het gewicht van de vader en het kind
(hoe groter de vader, hoe groter het kind en hoe beter
de longfunctie van beiden).
Een soortgelijke en opvallende bevinding was dat
luchtweginfecties die een moeder tijdens de zwangerschap doormaakt mogelijk van invloed zijn op de groei
en ontwikkeling van het ademhalingssysteem van het
kind. Het bleek dat kinderen van de moeders die één
of meerdere luchtweginfecties tijdens de zwangerschap
hadden doorgemaakt, een lagere compliantie (toegenomen stijfheid) van het ademhalingssysteem hadden.
Hoe meer luchtweginfecties de moeder had doorgemaakt, hoe lager de compliantie van het kind (zie Figuur 2 op pagina 139).
Ten slotte werd aangetoond dat de luchtwegweerstand
van het ademhalingssysteem gerelateerd is aan het ontstaan en de duur van het piepen. Het risico op piepen
N e d e r l a n d s T i j d s c h r i f t voo r All e r g i e
138
P r o e f s c h r i f t b e s p r e k i n g
compliantie (ml/kPa) van het
respiratoire systeem
44
42
40
38
36
34
0
1
2 of meer
aantal infecties van de moeder tijdens de zwangerschap
Figuur 2. De compliantie van het respiratoire systeem in relatie met het aantal infecties tijdens de zwangerschap (0, 1 en
2 of meer infecties).
was significant hoger indien het kind vlak na geboorte een hogere luchtwegweerstand van het ademhalingssysteem had. Deze relatie was vooral duidelijk
in de eerste zes maanden na de geboorte. Daarnaast
duurden de piepklachten ook langer bij een hogere
luchtwegweerstand. Er werd geen relatie gevonden
tussen de compliantie van het ademhalingssysteem
en piepen. Er werd ook geen relatie aangetoond tussen de luchtwegweerstand en de compliantie van het
ademhalingssysteem en hoestklachten.
luchtwegklachten. De mogelijkheid om deze hoogrisicokinderen vroegtijdig op te sporen, opent perspectieven
voor gerichte en vroegtijdige preventie om zo een deel
van de luchtwegklachten en complicaties te voorkomen.
Referenties
1. Kuehni CE, Davis A, Brooke AM, Silverman M. Are all
wheezing disorders in very young (preschool) children increasing in prevalence? Lancet 2001;357:1821-5.
2. Gold DR, Tager IB, Weiss ST, Tosteson TD, Speizer FE.
Acute lower respiratory illness in childhood as a predic-
139
Conclusie
tor of lung function and chronic respiratory symptoms. Am
Het identificeren van kinderen met een hoog risico op
luchtwegklachten is essentieel voor de preventie van
luchtwegklachten. Longfunctieonderzoek vroeg in het
leven kan hierin een belangrijke rol gaan spelen. De
studies die in dit proefschrift beschreven zijn, hebben
laten zien dat de SOT een eenvoudig toepasbare en
betrouwbare techniek is om longfunctie te meten in
grote populaties van gezonde pasgeboren kinderen.
Daarnaast zijn er nieuwe onafhankelijke voorspellers
van de longfunctie van het pasgeboren kind geïdentificeerd, namelijk de longfunctie van de moeder en
luchtweginfecties van de moeder tijdens de zwangerschap. Ten slotte blijkt dat de luchtwegweerstand van
het ademhalingssysteem vroeg in het leven voorspellend is voor het ontstaan en de duur van piepklachten.
De resultaten van dit proefschrift zijn een eerste stap in
het identificeren van kinderen met een hoog risico op
Rev Respir Dis 1989;140:877-84.
VOL. 6 nr. 4 - 2006
3. Young S, Arnott J, O’Keeffe PT, Le Souef PN, Landau LI.
The association between early life lung function and wheezing during the first 2 yrs of life. Eur Respir J 2000;15:151-7.
4.
Martinez FD,
Morgan WJ,
Wright AL,
Holberg CJ,
Taussig LM. Diminished lung function as a predisposing
factor for wheezing respiratory illness in infants. N Engl J
Med 1988;319:1112-7.
5. Gappa M, Colin AA, Goetz I, Stocks J. Passive respiratory me-
chanics: the occlusion techniques. Eur Respir J 2001;17:141-8.
6.
Katier N,
Uiterwaal CS,
De Jong BM,
Kimpen JL,
Verheij TJ, Grobbee DE, et al. The Wheezing Illnesses Study
Leidsche Rijn (WHISTLER): Rationale and design. Eur J
Epidemiol 2004;19:895-903.
7. Grobbee DE, Hoes AW, Verheij TJ, Schrijvers AJ,
Van Ameijden EJ, Numans ME. The Utrecht Health Project: optimization of routine healthcare data for research.
N e d e r l a n d s T i j d s c h r i f t voo r All e r g i e
Aanwijzingen voor de praktijk
1.Het identificeren van kinderen met een hoog risico op luchtwegklachten is essentieel voor de preventie van luchtwegklachten. Longfunctieonderzoek bij pasgeborenen kan een belangrijke rol gaan
spelen in het voorspellen van luchtwegklachten op de kinderleeftijd.
2.De ‘single occlusion technique’ (SOT) is een eenvoudig toepasbare en betrouwbare techniek om
longfunctie te meten bij gezonde pasgeboren kinderen.
3. Longfunctie en respiratoire infecties van de moeder tijdens de zwangerschap zijn onafhankelijke
voorspellers voor de longfunctie van het pasgeboren kind. Verder onderzoek moet uitwijzen wat de
klinische relevantie hiervan is.
4.Een hogere luchtwegweerstand van het ademhalingssysteem vroeg in het leven is voorspellend
voor het ontstaan en de duur van piepklachten in het eerste levensjaar. Er is geen relatie tussen de
longfunctie van een pasgeborene en het ontstaan of de duur van hoestklachten.
Eur J Epidemiol 2005;20:285-7.
8.
Katier N,
Uiterwaal CS,
De Jong BM,
Kimpen JL,
Van der Ent CK. Feasibility and variability of neonatal and
infant lung function measurement using the single occlusion technique. Chest 2005;128:1822-9.
9.
Katier N,
Uiterwaal CS,
De Jong BM,
Verheij TJ,
Van der Ent CK. Passive respiratory mechanics measured
during natural sleep in healthy term neonates and infants
up to 8 weeks of life. Pediatr Pulmonol 2006: In press.
Ontvangen 19 juni 2006, geaccepteerd 3 juli 2006.
Correspondentieadres
Mw. dr. N. Katier, kinderarts in opleiding
Universitair Medisch Centrum Utrecht
Afdeling Kinderlongziekten
Huispostnummer KH01.419.0
Postbus 85090
3508 AB Utrecht
Tel.: 030 250 47 57
Fax: 030 250 47 47
E-mailadres: [email protected]
Belangenconflict: geen gemeld.
Financiële ondersteuning: het onderzoeksproject
werd gesteund door een subsidie van Zon MW (nr.
2001-1-1322) en GlaxoSmithKline, Nederland.
VOL. 6 nr. 4 - 2006
N e d e r l a n d s T i j d s c h r i f t voo r All e r g i e
140
Download