Ik heb de installatiehandleiding gevolgd maar ik heb geen verbinding met mijn range extender In deze FAQ wordt besproken hoe je kunt controleren of je range extender verbonden is met je (modem-)router en met je draadloze apparaten. Probeer onderstaande suggesties uit om te achterhalen waar in je netwerk eventueel een verbinding ontbreekt. 1. Controleer de plaatsing van de (modem-)router en range extender Controleer altijd eerst of je (modem-)router en range extender correct zijn aangesloten op het stroomnet en aan staan. Zorg ervoor dat je (modem-)router en range extender niet te ver uit elkaar staan. Raadpleeg daarvoor de FAQs over de plaatsing van je range extender. 2. Controleer of je range extender en (modem-)router zijn verbonden Door in te loggen in het Instellingenmenu van je range extender, kun je controleren of deze correct verbonden is met je (modem-)router. Raadpleeg daarvoor de FAQs over het inloggen op in het Instellingenmenu van je range extender. Op het tabblad Basisinstellingen kun je dit controleren bij het veld SSID hoofd-toegangspunt. Indien je range extender verbonden is, staat hier de netwerknaam van je (modem-)router vermeld. Page 1 3. Controleer de verbinding aan de hand van verbindingsicoontjes – Windows en Mac OS Windows Je kunt in Windows via de verbindingsicoontjes rechtsonder eenvoudig controleren welke verbindingen er zijn. Zie je één van de volgende icoontjes (met 1, 2, 3, 4 of 5 streepjes)? Dan is je apparaat verbonden met je netwerk, en ook met internet. Je kunt dit dubbel controleren door met je muiscursor boven het icoontje te zweven. Onderstaande pop-up wordt dan getoond. Hier kun je controleren of je apparaat met de range extender verbonden is, door te kijken naar de netwerknaam (staat weergegeven boven de term Internettoegang). Veel apparaten, zoals laptops en tablets dienen namelijk eerst een keer handmatig met je range extender verbonden te worden, voordat ze deze vervolgens automatisch vinden. Het kan dus voorkomen dat je apparaten na succesvolle installatie van je range extender gewoon een verbinding met je Router behouden, tot je de apparaten zelf een keer met de range extender verbindt. Volg de volgende stappen om apparaten handmatig met de range extender te verbinden: 1. Ga hiervoor rechtsonder naar het rood gemarkeerde icoontje. Klik hier eenmaal op met de linker muistoets. 2. Het volgende scherm verschijnt. Zoek hier de netwerknaam van je range extender op, en dubbelklik hierop om verbinding te maken. Page 2 3. Er wordt vervolgens gevraagd naar een netwerkbeveiligingssleutel. Dit is hetzelfde wachtwoord wat je gebruikt om apparaten met je (modem-)router te verbinden. Voer dit in, waarna een verbinding wordt gecreëerd. 4. Zie je het volgende icoontje? Dan heeft de draadloze adapter van je apparaat Wi-Fi netwerken gedetecteerd, en kun je het netwerk van je range extender selecteren om een verbinding op te zetten. Zie je één van de volgende icoontjes? Dan is je apparaat wel verbonden met je netwerk, maar is er geen toegang tot het internet. Apple Je kunt in Mac OS via het verbindingsicoontje rechtsboven eenvoudig controleren welke verbindingen er zijn. Page 3 Zie je dit icoontje? Dan is je Apple device verbonden met je netwerk, en beschik je over een internetverbinding. Wil je controleren met welk netwerkapparaat je Apple device verbonden is? Klik dan op het netwerk icoon om een lijst met de beschikbare draadloze netwerken te tonen. Hier kun je controleren of je Apple apparaat met de range extender verbonden is, door te kijken naar de netwerknaam in de lijst. Je Apple apparaat is verbonden met het netwerk waar een vinkje voor staat. Het kan zijn dat je Apple apparaat de eerste keer handmatig met je range extender verbonden moet worden, voordat ze deze vervolgens automatisch vinden. Het kan dus voorkomen dat je apparaat na succesvolle installatie van je range extender gewoon een verbinding met je router behoudt, tot je de apparaten zelf een keer met de range extender verbindt. Is je Apple apparaat nog verbonden met je router? Dubbelklik dan op het netwerk van je range extender, om hiermee een verbinding op te zetten. Er zal dan gevraagd worden om een netwerkbeveiligingssleutel. Dit is hetzelfde wachtwoord wat je gebruikt om apparaten met je (modem-)router te verbinden. Voer dit in, waarna een verbinding wordt gecreëerd. 4. Controleer de instellingen op je apparaat – Windows Indien je al het bovenstaande gecontroleerd hebt, en alles is correct ingesteld, probeer dan verschillende apparaten verbinding met je range extender te laten maken. Zo kun je uitsluiten dat er een probleem in je netwerk of je range extender zit. Immers, kun je een apparaat verbinden, en een andere niet, dan zul je op dit laatste apparaat de instellingen moeten controleren. Wat kun je doen? Page 4 Schakel tijdelijk je beveiligingssoftware uit Virusscanners en/of firewalls kunnen in sommige gevallen lokaal netwerkverkeer blokkeren. Schakel tijdelijk je beveiliging uit en probeer opnieuw een verbinding te maken met je range extender. Als dit dan wel lukt, dan zit de oorzaak in het beveiligspakket. Controleer met je software leverancier hoe je dit kan doen. Schakel tijdelijk je Firewall uit Controleer met je software leverancier hoe je dit kan doen. Virusscanners en/of firewalls kunnen in sommige gevallen lokaal netwerkverkeer blokkeren. Schakel tijdelijk je beveiliging uit en probeer opnieuw een verbinding te maken met je range extender. Als dit dan wel lukt, dan zit de oorzaak in het beveiligspakket. Neem contact op met de fabrikant van je beveiligingssoftware. Controleer met je software leverancier hoe je dit kan doen. Controleer de instellingen van de draadloze netwerkadapter van je apparaat 1. Open het netwerkcentrum op je computer. Ga hiervoor rechtsonder naar het rood gemarkeerde icoontje. 2. Klik hier eenmaal op met de linkermuisknop. Het volgende scherm zal dan verschijnen. Page 5 3. Klik hier op Netwerkcentrum openen (rood gemarkeerd). 4. Klik in het scherm wat dan opkomt op Adapterinstellingen wijzigen (rood gemarkeerd). 5. Klik met de rechtermuisknop op de Draadloze netwerkverbinding, en vervolgens op Eigenschappen (rood gemarkeerd). Page 6 6. Je komt dan in onderstaand scherm uit. Bekijk de lijst met onderdelen. Internet Protocol versie 4 (TCP/IPv4) moet altijd aangevinkt staan. Controleer of Internet Protocol versie 4 (TCP/IPv4) aangevinkt staat. 7. Internet Protocol versie 4 dient aangevinkt te staan. Is dat niet het geval? Klik hier dan eenmaal op met je linkermuisknop. Page 7 8. Kies vervolgens voor Eigenschappen. 9. Het volgende scherm wordt dan getoond. Hier dienen Automatisch een IP-adres laten toewijzen en Automatisch een DNS-serveradres laten toewijzen aangevinkt te staan. Indien dit niet het geval is, kan je apparaat geen verbinding maken met je range extender. Vink de instellingen in dit geval aan. Page 8 Om een IP adres te kunnen verkrijgen van je range extender of ander netwerk product, dienen Automatisch een IP-adres laten toewijzen en Automatisch een DNSserveradres laten toewijzen aangevinkt te staan. Indien deze 2 opties bij jou niet staan aangevinkt dienje dit nu te doen. Na het doorvoeren of controleren van deze instellingen, dien je de (modem-)router en de range extender beiden minimaal 2 minuten uit te schakelen. Zet beide daarna weer aan. Hierna dient je range extender correct verbonden te zijn met je (modem-)router, en zouden je apparaten het netwerk van je range extender moeten kunnen vinden om een verbinding op te zetten. Draadloze Wi-Fi adapter (ontvanger) van je apparaat staat uit Zie je onderstaand icoontje? Dan staat de draadloze Wi-Fi ontvanger van je apparaat uit. In dit geval vind je apparaat de range extender niet. Volg onderstaande instructies op om de Wi-Fi ontvanger aan te zetten. Page 9 Externe Wi-Fi USB adapter (ontvanger) Plaats de Wi-Fi USB adapter (opnieuw) in een vrije USB poort en controleer of deze wordt herkend door je computer. Interne Wi-Fi adapter Interne clients, zoals een ingebouwde ontvanger in een notebook of een ingebouwde draadloze netwerkkaart in je PC (PCI card) dienen aangezet te worden. 1. Open het netwerkcentrum op je computer. Ga hiervoor rechtsonder naar het rood gemarkeerde icoontje. Klik hier eenmaal op met de linkermuisknop. 2. Het volgende scherm zal dan verschijnen. 3. Klik hier op Netwerkcentrum openen (rood gemarkeerd). 4. Klik in het scherm wat dan opkomt op Adapterinstellingen wijzigen (rood gemarkeerd). Page 10 5. Klik met de rechtermuisknop op de Draadloze netwerkverbinding 6. Indien de interne Wi-Fi adapter uit staat, wordt dit weergeven door middel van een rood kruis. Page 11