nieuwe wegen naar wonen én werken in de metropoolregio

advertisement
NIEUWE WEGEN
NAAR WONEN ÉN WERKEN
IN DE METROPOOLREGIO
AMSTERDAM
HOORN
ALKMAAR
PURMEREND
ZAANSTAD
HAARLEM
ALMERE
GREENPORT AALSMEER
MAINPORT SCHIPHOL
HOOFDDORP
HILVERSUM
RUIMTELIJKE ORDENING EN INFRASTRUCTUUR IN DE MRA
LELYSTAD
2
RUIMTELIJKE ORDENING EN INFRASTRUCTUUR IN DE MRA
INHOUD
METROPOOLREGIO AMSTERDAM VANUIT DE RUIMTE GEZIEN
4
VOORBIJ GRENZEN
5
VAN STAAL TOT SHOWBIZZ 5
WERK IN DE PRODUCTIE 5
DE NIEUWE METROPOLITAAN 6
HOE EN WAAR?
7
WONEN9
WERKEN11
BEREIKBAARHEID12
LOGISTIEK12
BELEID MAKEN VANUIT DE RUIMTE
13
AGENDA VNO-NCW VOOR DE MRA
14
Ontwerp en realisatie: KEPCOM | communicatie | concept | creatie • Fotografie: Gerhard van Roon.
RUIMTELIJKE ORDENING EN INFRASTRUCTUUR IN DE MRA
3
METROPOOLREGIO
AMSTERDAM GROEI VANUIT
DE RUIMTE GEZIEN
Groei vraagt om ruimte. Nu de economie aantrekt, gaat de druk op
de ruimte verder toenemen. De sterk oplevende woningmarkt in
Amsterdam laat zien hoe groot de vraag naar stedelijk wonen is. De
stad werkt als een magneet op heel diverse groepen. Deze beweging
zet door en zorgt tot 2040 voor een regionale bouwopgave van
300.000 woningen, zo blijkt ook uit de visie Noordzeekanaalgebied
2040.
Economische groei betekent ook dat bedrijven ruimte zoeken voor
investeringen. En dat leidt weer tot grotere verkeersstromen. Waar
vinden we de ruimte om deze groei te accommoderen? Die vraag is
vooral klemmend in sterk verstedelijkt gebied, zoals rond het Noordzeekanaal.
Tot voor kort werd de oplossing gezocht in uitleggebieden. De tijd van
grote stadsuitbreidingen op weilandlocaties (Vinex) is echter voorbij.
Het zou hoge investeringen vergen, ten koste gaan van de schaarse
open ruimte en leiden tot nog meer automobiliteit.
Gemeenten zoeken ontwikkelruimte door transformatie en verdichting.
Bedrijvigheid moet plaatsmaken voor woningbouw. VNO-NCW ziet
grote risico’s in deze strategie. Verdringing gaat ten koste van de regio­
nale economie. Gemeenten bouwen in dat geval woningen, maar
breken bedrijvigheid af.
4
RUIMTELIJKE ORDENING EN INFRASTRUCTUUR IN DE MRA
VOORBIJ GRENZEN
VNO-NCW pleit voor een fundamenteel andere visie op en aanpak van de ruimtelijke
ordening. We moeten niet vanuit het perspectief van elke gemeente afzonderlijk
naar ruimtevragen kijken, maar op de schaal van de regio. Dan zal blijken dat
Metropoolregio Amsterdam nog goed in staat is de verwachte groei op te vangen
van wonen, werken en recreëren. Het één hoeft niet ten koste te gaan van het ander.
Ontwikkelingen kunnen elkaar juist versterken. Dit vraagt om een gebiedsanalyse
‘vanuit de ruimte’ en voorbij bestuurlijke grenzen. We schetsen in dit manifest onze
oplossingsrichting om voor elke ruimtevraag tot een ‘inclusieve’ oplossing te komen.
Maar eerst laten we zien hoe risicovol transformatie van ruimtelijke functies kan
zijn voor de economie.
VAN STAAL TOT SHOWBIZZ
De kracht van de Metropoolregio is de grote diversiteit aan economische activiteit:
clusters als zakelijke dienstverlening op de Zuidas naast maakindustrie in de IJmond
en voedselindustrie in Zaanstad en Amsterdam. We hebben hier uitersten van
bedrijvigheid, van een industrieel complex als Tata Steel tot een showbizzgigant als
Endemol.
Elk cluster fungeert als een economisch ecosysteem waarbinnen producenten,
toe­leveranciers, dienstverleners en kennisinstituten van elkaar afhankelijk zijn.
Wordt een kernspeler bedreigd, dan voelt de hele keten de gevolgen. Dat gebeurt
bijvoorbeeld bij woningbouw in de directe nabijheid van een productiebedrijf.
Het gevolg is inkapseling van activiteiten, een rem op uitbreiding en een stop op
nieuwe investeringen.
Als het aan banden gelegde bedrijf onderdeel is van een multinational zal het
moederconcern zich vroeg of laat afvragen of het niet aantrekkelijker wordt de
productie af te bouwen en over te plaatsen naar elders. Die nieuwe locatie zal
zeer waarschijnlijk buiten Nederland liggen.
WERK IN DE PRODUCTIE
De Metropoolregio kan zich niet de luxe permitteren om clusters te laten vallen,
ook al nemen ze aanzienlijke fysieke en milieuruimte in beslag. De sectoren industrie
en vervoer & opslag dragen samen 60 procent bij aan de internationale export van
13,5 miljard euro vanuit de Metropoolregio Amsterdam (MRA). De clusters maak­
industrie, logistiek en food & flowers omvatten 20 procent van het totaal bruto
regionaal product. Daar komt bovendien nog 16 procent bij van de bedrijfstak handel
(Economische Verkenningen Metropoolregio Amsterdam 2014).
Eenzijdige fixatie op bijvoorbeeld de financiële en zakelijke dienstverlening maakt
de regio bijzonder kwetsbaar, zoals pijnlijk duidelijk werd tijdens de recente crisis.
De groei die zich nu aftekent, komt voor rekening van de maakindustrie en export­
gedreven bedrijfstakken.
RUIMTELIJKE ORDENING EN INFRASTRUCTUUR IN DE MRA
5
Bovendien is nog steeds een flink deel van de beroepsbevolking afhankelijk van werk
in de productiesfeer. Gezien de hoge werkloosheid onder laagopgeleiden heeft de
regio juist behoefte aan veel meer banen aan de onderkant van de arbeidsmarkt.
We moeten bedrijven die deze werkgelegenheid bieden koesteren. Anders zal de
tweedeling nog scherper worden en dreigt een verdere segregatie van arme en rijke
wijken. Werk is de enige weg uit de armoede.
Zaanse productiebedrijven
Een voorbeeld is de Koninklijke Verkadefabriek aan de Westzijde in Zaandam
(met overigens sinds kort een Turkse multinational als eigenaar). Het bedrijf heeft
circa 550 werknemers in dienst, maar zorgt tevens voor werkgelegenheid bij
een brede kring van toeleveranciers, transporteurs, distributeurs en handelaren.
De toegevoegde waarde omvat veel meer dan alleen de primaire productie. Wat
voor de Verkade­fabriek geldt, geldt evenzeer voor de Duyvisfabriek, de Forbo­
fabriek en talrijke andere productiebedrijven.
VNO-NCW pleit ervoor om deze bedrijven volop toekomstperspectief te bieden,
zodat het economisch ecosysteem in stand blijft. Zeker bij internationaal
opererende bedrijven kan elke ruimtelijke inperking leiden tot een heroverweging
van investeringen en voortzetting van de productie elders.
DE NIEUWE METROPOLITAAN
Steden zijn de groeimotoren van onze economie. Studenten, young urban professio­
nals, zzp’ers, startende ondernemers, maar ook gezinnen en senioren… allemaal
willen ze in de (buurt van) de stad wonen. Daar is werk, daar is cultuur, daar zijn
voorzieningen en daar is stedelijke ambiance. Maar hoe ver kun je van de centrale
stad wonen en toch het gevoel hebben dat die stad om de hoek ligt?
De beleving van de afstand tussen a en b hangt meer af van de reistijd dan van het
aantal reiskilometers. Hoe beter de verbindingen hoe groter het gebied waarbinnen
bewoners bereid zijn zich te bewegen voor werk, studie of voorzieningen. Het gaat
om de ‘gevoelsafstand.’ Hier ligt de sleutel voor de oplossing van de ruimtevraag in
de Metropoolregio. Betere verbindingen vergroten het gebied rond de centrale stad
waarbinnen hoogstedelijk wonen te realiseren valt.
Hét kenmerk van een succesvolle metropool is een systeem van frequente snelle
verbindingen. Londen en Parijs zijn in oppervlakte groter dan de Metropoolregio
Amsterdam maar ze functioneren beter als metropool dankzij hun fijnmazig
openbaar vervoer-netwerk (daily urban system). Een samenhangend stelsel van
metropolitane verbindingen is een absolute voorwaarde voor een evenwichtige
ruimtelijke ontwikkeling.
6
RUIMTELIJKE ORDENING EN INFRASTRUCTUUR IN DE MRA
Stations en andere ov-knooppunten (ook multimodaal) zijn aantrekkelijk als locatie
voor het ‘nieuwe’ wonen en werken. De werknemer van nu zit niet meer vijf dagen
in de week achter hetzelfde bureau in hetzelfde kantoor. Hij werkt ook thuis, bij
klanten of tijdelijk op een flexibele werkplek. Smartphone en tablet kunnen elke plek
tot werkplek maken. Hoe beter de fysieke en digitale verbindingen, hoe mobieler de
werknemer.
HOE EN WAAR?
Op korte afstand van de centrale stad Amsterdam liggen Haarlem en Zaanstad.
Beide zijn – elk op hun eigen manier – vitale stedelijke kernen met uitgebreide
voorzieningen. Daarnaast kent de Metropoolregio een aantal steden met een divers
karakter op grotere afstand van Amsterdam, maar wel met de potentie voor
hoogstedelijke woonkernen.
1. Almere/Lelystad
2. Haarlemmermeer/Hoofddorp
3. Purmerend
4. Alkmaar
5. Hoorn
6. Hilversum
RUIMTELIJKE ORDENING EN INFRASTRUCTUUR IN DE MRA
7
Vitale stedelijke kernen
HOORN
ALKMAAR
PURMEREND
ZAANSTAD
HAARLEM
ALMERE
LELYSTAD
GREENPORT AALSMEER
MAINPORT SCHIPHOL
HOOFDDORP
HILVERSUM
Hoe kunnen deze steden hun potentie ten volle benutten? Verbindingen over weg,
spoor en water zijn hiervoor cruciaal. Hoe beter, frequenter en sneller de verbindingen
hoe meer een stad als onderdeel van de metropoolregio zal functioneren en hoe
meer bewoners zich zullen identificeren met die metropool. Naast de genoemde
steden lenen ook de tussenliggende kernen zich voor verdichting.
Er is nog volop ruimte voor woningbouw in de nabijheid van
openbaar vervoer-knooppunten
Onze visie sluit aan bij de studie Maak Plaats! Werken aan knooppuntontwikkeling
in Noord-Holland (2013) van de Provincie Noord-Holland en Vereniging Delta­
metropool. Het onderzoek laat zien dat er nog volop ruimte is voor woningbouw
in de nabijheid van openbaar vervoer-knooppunten. De studie Better Airport Regions
(NWO, 2014) heeft een soortgelijk concept uitgewerkt voor de verbinding Schiphol
- Haarlemmermeer - Haarlem.
De benodigde ruimte kan deels worden gevonden in de transformatie van leegstaande
kantoren en bedrijfspanden in de nabijheid van stations en ov-knooppunten. Veel
commercieel vastgoed is gedateerd en het overschot is zo groot dat talloze panden
onverhuurbaar blijven, ook bij een aantrekkende economie. Hier liggen kansen voor
transformatie of sloop en nieuwbouw, zoals nu al gebeurt bij station Amsterdam
Sloterdijk.
8
RUIMTELIJKE ORDENING EN INFRASTRUCTUUR IN DE MRA
Wonen
HOORN
ALKMAAR
PURMEREND
ZAANSTAD
HAARLEM
ALMERE
LELYSTAD
GREENPORT AALSMEER
MAINPORT SCHIPHOL
HOOFDDORP
HILVERSUM
WONEN
De Metropoolregio Amsterdam heeft ruim 2.350.000 inwoners. In vijf jaar tijd zijn
er 83.000 inwoners bijgekomen (3,7 procent groei). Nu de economie en woningmarkt
aantrekken, zal de groei verder toenemen. Naar verwachting loopt het inwonertal op
tot circa 2,9 miljoen in 2035. Dit stelt de Metropoolregio voor een bouwopgave van
300.000 woningen. Daarbij moet worden gerekend op een zeer gedifferentieerde
vraag. Senioren, studenten, hoogopgeleide kenniswerkers en jonge gezinnen hebben
allemaal hun eigen woonwensen, locatievoorkeuren en budgetten.
Het grootste kapitaal van een stad is human capital. De populariteit van de Metropoolregio Amsterdam biedt een geweldige kans om hoogopgeleide, ondernemende en
creatieve stedelingen te binden. Ze zorgen dat er een klimaat ontstaat voor innovatieve ideeën, nieuwe bedrijvigheid en culturele experimenten.
VNO-NCW wil de toekomstige woningvraag accommoderen in en nabij bestaande
infrastructuur. Dat kan door optimaal gebruik te maken van verbindingen als:
• Alkmaar-Haarlem,
• Alkmaar-Amsterdam,
• Hoorn-Amsterdam,
• Alkmaar-Hoorn,
• Amsterdam-Almere.
RUIMTELIJKE ORDENING EN INFRASTRUCTUUR IN DE MRA
9
Natuur en recreatie
HOORN
ALKMAAR
PURMEREND
ZAANSTAD
HAARLEM
ALMERE
LELYSTAD
GREENPORT AALSMEER
MAINPORT SCHIPHOL
HOOFDDORP
HILVERSUM
Binnen deze corridors lenen knooppunten zich voor hogere dichtheden en gedoseerde
hoogbouw. Meer bewoners betekent een groter draagvlak voor de al aanwezige
infrastructuur en voorzieningen.
Bij dit model blijven de ruimtelijke ingrepen beperkt, zeker in vergelijking met de
ontwikkeling van nieuwe uitleglocaties of grootschalige transformaties. Wel zullen
woningen en verbindingen aan hoge kwaliteitseisen moeten voldoen. Hoe hoger het
inkomen hoe hoger de eisen. Dat vraagt om kwaliteit in architectuur en stedenbouw,
hoogwaardig openbaar vervoer en – als tegenpool van de verstedelijking – volop
groen en open ruimte in de omgeving. Overheden moeten het voortouw nemen bij
investeringen in deze knooppuntlocaties.
Metropolitaan wonen met uitgestrekte groengebieden op
fietsafstand is een unieke combinatie
Binnen de regio liggen historische landschappen en prachtige natuurgebieden zoals
de Beemster, Marker- en IJmeer, Spaarnwoude, de Stelling van Amsterdam en de
duinen en kust. Metropolitaan wonen met uitgestrekte groengebieden op fietsafstand is een unieke combinatie. De geluidshinder-zone ten noorden van Polderbaan
en Zwanenburgbaan kan worden ontwikkeld tot een nieuw groengebied, waarmee
het leefklimaat verder wordt versterkt.
10
RUIMTELIJKE ORDENING EN INFRASTRUCTUUR IN DE MRA
Werken
HOORN
ALKMAAR
PURMEREND
ZAANSTAD
HAARLEM
ALMERE
LELYSTAD
GREENPORT AALSMEER
MAINPORT SCHIPHOL
HOOFDDORP
HILVERSUM
WERKEN
Versterking van economische clusters en behoud van diversiteit moeten de pijlers
zijn onder het economisch beleid. Functieverandering van bedrijventerreinen vindt
alleen plaats als er volwaardige alternatieven zijn voor de gevestigde bedrijven.
We pleiten voor inclusieve oplossingen: niet wonen ten koste van bedrijvigheid,
maar ruimte voor bedrijvigheid én wonen. Een grondige ruimtelijke analyse moet
inzicht bieden in de spreiding van economische clusters, zoals food & flowers,
maakindustrie en logistiek. Hoe functioneren de diverse productieketens? Waar
liggen kansen voor functiemenging of wellicht functieverandering van werklocaties?
Kunnen de contouren van milieuzones van Schiphol en Haven meer overlappen,
zodat zij samen voor minder overlast zorgen?
Voor veel beroepsgroepen lopen wonen en werken steeds meer in elkaar over.
De behoefte aan werkruimte aan huis groeit. De strakke scheiding tussen woonen werklocaties is niet altijd meer nodig en wenselijk. Menging van functies kan
verouderde werklocaties nieuw leven inblazen. Daarvoor moeten bestemmingsplannen worden aangepast, maar ook landelijke regelgeving. Wellicht kunnen de
regels voor tijdelijke bewoning (studenten) worden gelijk getrokken met die voor
hotels. Rond hotels mag bijvoorbeeld harder geluid te horen zijn dan rond woningen.
Dit maakt transformatie van kantoren naar een woonbestemming kansrijker.
RUIMTELIJKE ORDENING EN INFRASTRUCTUUR IN DE MRA
11
BEREIKBAARHEID
VNO-NCW pleit voor de aanpak van knelpunten in het spoorwegennet. Op station
Amsterdam CS zitten goederen- en personenvervoer elkaar stevig in de weg. Door de
goederenstromen te verleggen zal de druk op CS verminderen en kan het reizigersvervoer zich verder ontwikkelen. Een dergelijke aanpak – onlangs door minister Schultz
van Infrastructuur en Milieu geschetst – is alleen acceptabel als een solide
spoorverbinding vanuit IJmuiden en de Amsterdamse haven richting Duitsland
gegarandeerd blijft. Dat kan met een alternatief spoor, bijvoorbeeld parallel aan de
nieuwe verbinding A8/A9.
Opwaardering van het openbaar vervoer vraagt om een tweesporenbeleid: een
netwerk van light­rail- verbindingen binnen de regio die Zaanstad/Waterland, de
IJmond, Haarlem, Schiphol en Amsterdam met elkaar verbinden. Daarnaast inzetten
op frequente highspeed- treinen binnen Nederland en verder naar Brussel, Parijs,
Hamburg en Berlijn.
Goederen- en personenvervoer zitten elkaar stevig in de weg
Lightrail maakt het mogelijk op veel meer plaatsen hoogstedelijk wonen te realiseren.
Bestaande trajecten kunnen worden opgewaardeerd of doorgetrokken zoals de
Noord- Zuidlijn naar Zaanstad en Schiphol.
Een goed voorbeeld is de geplande verbetering van de treinverbinding tussen Schiphol,
Amsterdam, Almere en Lelystad. Het Rijk stelt hiervoor 1,4 miljard euro beschikbaar.
Vanaf 2023 rijden op dit traject elke tien minuten een Intercity én een sprinter.
LOGISTIEK
Het vrachtvervoer over de weg kampt met praktische problemen zoals een tekort
aan ordentelijke parkeerplaatsen voor de nacht of om langere perioden tussen ritten
te overbruggen. Chauffeurs parkeren nu op plekken die daarvoor niet geschikt zijn.
Dat levert risico’s op en heeft een negatieve uitstraling op de omgeving.
Een ander acuut probleem is de distributie van goederen in verstedelijkt gebied.
Naast bevoorrading van de detailhandel is er nu een tweede goederenstroom van
online bestelde artikelen naar de consument. Dit kan veel efficiënter met een netwerk van strategisch gelegen distributiecentra waar goederen worden verzameld
en verdeeld (logistieke ontkoppelpunten). Veelbelovend is het project Lean and Green
van de transportsector met als doel minder vervuilende voertuigen in te zetten en
het aantal ritten te beperken.
De vernieuwing en verbreding van de Zeesluis en de bouw van de nieuwe A-pier en
uitbreiding van Schiphol Terminal zijn vitale investeringen. Ze versterken de logistieke
positie van de MRA in Europa. We moeten aansluiting zoeken bij interna­tionale
initiatieven zoals van de luchthavens Parijs, Lyon en Luik en het plan van Eurotunnel
voor een vrachttrein (verbouwde passagierstrein) op het Hoge Snelheidsnet.
12
RUIMTELIJKE ORDENING EN INFRASTRUCTUUR IN DE MRA
Integrale ruimtelijke ordening op metropoolniveau
HOORN
ALKMAAR
PURMEREND
ZAANSTAD
HAARLEM
ALMERE
LELYSTAD
GREENPORT AALSMEER
MAINPORT SCHIPHOL
HOOFDDORP
HILVERSUM
BELEID MAKEN VANUIT DE RUIMTE
VNO-NCW pleit voor een planologisch model dat ruimte laat om adequaat te
kunnen reageren op nieuwe economische en demografische ontwikkelingen. Naast
structurele tendensen zoals de trek naar de stad en de globalisering zijn er moeilijk
te voorspellen en niet voorziene ontwikkelingen. Ruimtelijke plannen, maar ook
nieuwe woningen, kantoren en bedrijfspanden moeten zodanig flexibel zijn dat ze
aan veranderende eisen en inzichten kunnen voldoen.
Ruimtelijke ordening op de schaal van de Metropoolregio vraagt om bestuurlijk
denken en handelen op de schaal van de regio. We doen een beroep op bestuurders
van Rijk, provincie en de 36 gemeenten om over de eigen grenzen heen te kijken.
Wat goed is voor de regio is uiteindelijk ook goed voor elke gemeente afzonderlijk.
We hebben allemaal baat bij een florerende Metropoolregio waar voldoende ruimte
is voor wonen en werken van huidige en toekomstige generaties. VNO-NCW roept
alle partijen – van overheid en bedrijfsleven – op de vele kansen voor de toekomst
te verzilveren.
RUIMTELIJKE ORDENING EN INFRASTRUCTUUR IN DE MRA
13
AGENDA VOOR DE METROPOOLREGIO AMSTERDAM
De Metropoolregio Amsterdam (MRA) is de belangrijkste economische regio van
Nederland. Om internationaal te kunnen concurreren, moeten wonen, werken,
verkeer en vervoer, kennis en innovatie, natuur en cultuur op topniveau georga­
niseerd worden. Hiervoor is regie nodig op het schaalniveau van de metropool.
1. Vitale stedelijke kernen
MRA kent zes vitale stedelijke kernen die de potentie hebben om demografische en
economische ontwikkelingen te faciliteren. Daarvoor zijn flexibele ruimtelijke plannen
nodig. De steden en ook de tussenliggende woonkernen lenen zich voor verdichting.
2. Wonen
De gebieden rond knooppunten van openbaar vervoer lenen zich bij uitstek voor
woningbouw. Er is hier ook ruimte. Woningen en infrastructurele verbindingen
zullen aan de hoge kwaliteitseisen van de metropolitaan, de moderne stedeling,
moeten voldoen. Overheden moeten het voortouw nemen bij investeringen in
deze knooppuntlocaties.
3. Natuur en recreatie
Metropolitaan wonen met uitgestrekte groengebieden op fietsafstand is een unieke
combinatie die moet worden versterkt. De geluidshinder-zone ten noorden van de
Polderbaan en de Zwanenburgbaan van Schiphol moet een nieuw groengebied worden.
4. Werken
Economische clusters moeten worden versterkt, de diversiteit in bedrijvigheid moet
worden behouden. De volgende clusters moeten alle ruimte krijgen om zich verder
te kunnen ontwikkelen:
• maakindustrie en logistiek in de IJmond, het westelijk havengebied en de Waarderpolder,
• voedingsindustrie in Zaanstad, Amsterdam en omgeving,
• logistiek rond Schiphol en de greenport Aalsmeer,
• zakelijke dienstverlening op de Zuidas.
5. Integrale ruimtelijke ordening op metropoolniveau
Functiemenging
Menging van wonen en werken op verouderde bedrijventerreinen kan deze terreinen
nieuw leven in blazen. De experimenten op Westpoort en Amsterdam-Noord zijn goede
voorbeelden.
Verbindingen
Investeer ruimhartig in metropolitane verbindingen. Leg aan:
• lightrail-netwerk, te beginnen met doortrekken Noord-Zuidlijn naar Zaanstad en
Schiphol;
• hoge snelheidsverbinding naar het oosten, richting Berlijn;
• vrachtspoor langs A8-A9 voor betere ontsluiting IJmond;
• l ogistieke ontkoppelpunten voor zwaarder vrachtvervoer aan de rand van stedelijke
kernen;
• bewaakte parkeerplaatsen voor vrachtwagens met faciliteiten voor chauffeurs die
ter plekke overnachten.
14
RUIMTELIJKE ORDENING EN INFRASTRUCTUUR IN DE MRA
RUIMTELIJKE ORDENING EN INFRASTRUCTUUR IN DE MRA
15
Download