Sector - De Bambi`s vzw

advertisement
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST TUSSEN
DE BAMBI’S VZW EN DE KINDERBEGELEIDER
GEZINSOPVANG
GEBASEERD OP HET DECREET VAN 20 APRIL 2012
HOUDENDE DE ORGANISATIE VAN KINDEROPVANG VAN
BABY’S EN PEUTERS EN BIJHOREND BESLUIT VAN DE
VLAAMSE REGERING VAN 22 NOVEMBER 2013
De Bambi’s VZW
Dorpsstraat 24a bus 3
3830 Wellen
Vertegenwoordigd door …………………………………………………………………………………..
………………………………………………………………………………………….(naam en functie)
En
De kinderbegeleider gezinsopvang
……………………………………………………………………………………………………….(naam)
……………………………………………………………………………..(adres van de opvanglocatie)
……………………………………………………………………………………………………………….
Komen het volgende overeen:
Startdatum van de kinderopvanglocatie is: ………………………………………………………..
Voor de kinderbegeleider:
De kinderbegeleider verklaart ten allen tijden zich te houden aan de regelgeving vastgelegd in
het decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van kinderopvang van baby’s en
peuters. (Het hierna te noemen Decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van
kinderopvang van baby’s en peuters) en bijhorend vergunningenbesluit van de Vlaamse
Regering van 22 november 2013.
De kinderbegeleider houdt zich eveneens aan de mededelingen die Kind & Gezin formuleert bij
de regelgeving. De kinderbegeleider is gebonden aan het beleid van de organisator
gezinsopvang.
De vergunningsvoorwaarden zijn opgedeeld in:
- Startvoorwaarden
- Werkingsvoorwaarden
1/ Startvoorwaarden (BVR Vergunningen, art. 2 tot en met art. 13):
- De kinderbegeleider stelt volgende documenten ter beschikking aan de organisator:
 Een kopie van het identiteitsbewijs, waaruit blijkt dat de kinderbegeleider minimaal
18 jaar oud is

een uittreksel uit het strafregister, model 2, waaruit blijkt dat de persoon van
onberispelijk gedrag is om met kinderen om te gaan (max. 3 maanden oud)

bij elke wijziging in het ‘uittreksel van het strafregister’ dient de kinderbegeleider een
nieuw attest aan de organisator te bezorgen.

een attest van medische geschiktheid waaruit blijkt dat de persoon geen fysieke en
psychische beperking of aandoening heeft die de opgevangen kinderen in gevaar
kan brengen (max. 3 maanden oud)

een attest van kennis van levensreddend handelen bij kinderen, vastgesteld door de
minister, die bepaalt wie de uitreikende instanties is en wat de leerinhouden zijn

een bewijs van kwalificatie, zoals vermeld in het MB van 27 februari 2014
betreffende de kwalificatiebewijzen en attesten.
- De kinderbegeleider heeft een attest waaruit blijkt dat hij / zij de module
‘kennismaken met de gezinsopvang’ heeft gevolgd.

De kinderbegeleider heeft een attest draagkracht van de pedagogische
ondersteuningsorganisatie waaruit blijkt hoeveel het maximaal aantal tegelijk
aanwezige kinderen waarvoor de kinderbegeleider draagkracht heeft (vanaf 1 april
2016)

De kinderbegeleider verklaart op eer dat:
- Er een mogelijkheid is tot veilige evacuatie van de opgevangen kinderen
- Er maatregelen zijn getroffen betreffende brandpreventie
2/ Werkingsvoorwaarden (BVR vergunningen, art. 14 tot en met art. 62):
De kinderbegeleider houdt zich aan de volgende werkingsvoorwaarden:

Op de kinderopvanglocatie zijn er de volgende afzonderlijke binnenruimtes,
gescheiden door wanden van vloer tot plafond:
- Een leefruimte
- Een rustruimte waar elk aanwezig kind dat jonger dan 18 maanden of dat ’s
nachts opgevangen wordt, kan slapen

Tijdens de openingsuren vinden er in de ruimten waar de kinderen worden
opgevangen, geen andere activiteiten plaats dan kinderopvang

Er is een zone voor keukenactiviteit met minimaal een werkoppervlak, een wasbak
met koud en warm stromend water, een koelkast en een opwarmingstoestel

Er is materiaal voor verzorging met minstens een verzorgingstafel met
verzorgingskussen, een wasbak met koud en warm stromend water, kindertoiletten
of potjes voor de kinderen

De netto vloeroppervlakte bedraagt minimaal 5m² per kinderopvangplaats in de
leefruimte en de rustruimte samen, waarvan minimaal 3m² in de leefruimte. Als er
geen aparte rustruimte is, dan is er minsten 5m² per kinderopvangplaats in de
leefruimte.

Er is in de opvanglocatie voldoende, vlot en veilig bereikbare buitenspelmogelijkheid
die afgestemd is op het aantal vergunde kinderopvangplaatsen en op de leeftijd van
de kinderen

Voor elk aanwezig kind is er een veilig bed

In de kinderopvanglocatie is er natuurlijk daglicht in de leefruimte. De leefruimte
heeft minstens één raam in een buitenmuur.

De ruimtes worden dagelijks verlucht.

Er is een goed evenwicht tussen de omgevingstemperatuur, het bedmateriaal en de
kleding van de kinderen

De bedden zijn zo geplaatst dat er vrije circulatie mogelijk is aan minstens één
lange zijde van het bed

Risico-analyse:
-
Huisdieren kunnen enkel onder strikt toezicht bij de kinderen. Dit moet ook
verder opgenomen worden in het huishoudelijk reglement luik B.
-
Een kind jonger dan 1 jaar wordt op de rug slapen gelegd en krijgt in bed geen
kussens of dekbedden
-
De kinderbegeleider zorgt voor een gezonde, gevarieerde en hygiënisch bereide
voeding en drank
-
De kinderbegeleider zorgt ervoor dat er een permanent en gebruiksklaar
telefoontoestel is in de opvanglocatie
-
De kinderbegeleider kent de crisisprocedure
-
De kinderbegeleider kent de procedure grensoverschrijdend gedrag
Met het oog op het pedagogisch beleid zorgt de kinderbegeleider voor:

De mogelijkheid voor ouders en kinderen om te komen wennen.

Een gevarieerd aanbod aan spelmateriaal, bewegings- en andere activiteiten, zowel
voor binnen als voor buiten

Het invullen van de methode om het welbevinden en de betrokkenheid van de kinderen
na te gaan

Regelmaat in de dagindeling

Een taalbeleid dat de Nederlandse taalverwerving van elk kind stimuleert maar ook
positieve aandacht voor de taal die het kind in zijn thuismilieu spreekt

Het bevorderen voor een onderlinge respectvolle houding

Continuïteit zodat er een relatie kan worden opgebouwd met de kinderen

Een actief, auditief en visueel toezicht, ook tijdens de slaapsituatie

Een permanente begeleiding van de kinderen
In het kader van de betrokkenheid en participatie van de kinderen en de ouders:

Pleegt de kinderbegeleider regelmatig overleg met de ouders over de pedagogische
aanpak en de omgang met het kind en als er problemen zijn met het kind.

De kinderbegeleider geeft de ouders toegang tot alle ruimtes waar het kind wordt
opgevangen

Er is voor elk kind een actuele inlichtingenfiche

Er is in de opvanglocatie een aanwezigheidsregister aanwezig waarop per kinderopvang
dag de aankomst – en vertrektijd van elk opgevangen kind van de afgelopen twaalf
maanden vermeldt. De kinderbegeleider kijkt er op toe dat de gezinnen schriftelijk of
elektronisch de geregistreerde aanwezigheden bevestigen.

De kinderbegeleider volgt het beleid van de organisator gezinsopvang en levert een
inspanning om gemiddeld maximaal ….. kinderen tegelijk op te vangen per aanwezige
kinderbegeleider per kwartaal.

Er zijn nooit meer kinderen aanwezig in de kinderopvanglocatie dan het aantal vermeld
op de vergunning. Vanaf 9 kinderen is een vergunning groepsopvang vereist en zijn er
minstens twee kinderbegeleiders aanwezig in de kinderopvanglocatie.

De kinderbegeleider volgt het beleid van De Bambi’s vzw inzake volgen van vorming
naar gelang de analyse en de behoeften
De kinderbegeleider beheerst de competenties, gebundeld onder de volgende clusters:
 kunnen opvoeden en verzorgen van kinderen, zowel individuele kinderen als een groep
kinderen, en hun ontwikkeling kunnen ondersteunen;

kunnen samenwerken met het gezin als partner in de opvoeding;

kunnen samenwerken met externen voor de kinderopvang van het kind;

kunnen samenwerken met collega’s en de pedagogische ondersteuner;

kunnen reflecteren over het pedagogische handelen en op basis van die reflectie het
handelen kunnen verbeteren;

kunnen omgaan met diversiteit van kinderen, gezinnen, externen en collega’s.
De kinderbegeleider stelt volgende documenten ter beschikking aan De Bambi’s vzw van de
andere personen boven 18 jaar die in de kinderopvanglocatie regelmatig direct contact hebben
met de opgevangen kinderen (vb. partner, eigen kinderen):
 een uittreksel uit het strafregister, model 2, waaruit blijkt dat de meerderjarige persoon
van onberispelijk gedrag is om met kinderen om te gaan

een attest van medische geschiktheid waaruit blijkt dat de meerderjarige persoon met
regelmatig direct contact en de minderjarige persoon die werkt in de kinderopvang of er
stage loopt, geen fysieke en psychische beperking of aandoening heeft die de
opgevangen kinderen in gevaar kan brengen
Aan de kinderbegeleider wordt maandelijks, op basis van een door de kinderbegeleider aan de
organisator overgemaakt prestatieblad, een onkostenvergoeding betaald per gepresteerde dag
per kind.
De prestatiebladen moeten de 3e van iedere maand in het bezit zijn van de organisator . De
prestatiebladen moeten ondertekend worden door de ouders.
Voor de organisator gezinsopvang
-
De verantwoordelijke ondersteunt de kinderbegeleider in de dagelijkse werking, zoals
omschreven in het BVR van 22 november 2013.
De kinderbegeleider treedt op als aanspreekpersoon voor de toezichthouders, Kind & Gezin
en de gezinnen. De kinderbegeleider is daarvoor effectief beschikbaar.
De Bambi’s vzw zorgt voor een jaarlijkse analyse van de vormingsbehoeften van de
kinderbegeleider en voorziet een aanbod van vorming dat tegemoetkomt aan de behoeften.
De Bambi’s vzw betaalt maandelijks de verschuldigde onkostenvergoeding uiterlijk de 20e
van de maand volgend op de prestaties.
- De Bambi’s vzw sluit een verzekering af voor:
1/ Burgerlijke aansprakelijkheid voor de schade die veroorzaakt wordt bij de uitbating van de
kinderopvang. Voor de dekking van lichamelijke schade worden de kinderen onderling als
derden beschouwd.
De volgende personen worden minstens verzekerd:
 De organisator en de personen die in de kinderopvanglocatie werken
 De onbezoldigde medewerkers en de personen die in nood bijspringen
 Personen vermeld in artikel 3 van het KB van 12 januari 1984 tot vaststelling van de
minimumgarantievoorwaarden van de verzekeringsovereenkomsten tot dekking van de
burgerrechtelijke aansprakelijkheid buiten overeenkomst met betrekking tot het
privéleven
2/ De burgerlijke aansprakelijkheid voor de schade die veroorzaakt wordt door de kinderen
in buitenschoolse opvang als en zolang er kinderen van de basisschool onder toezicht van
de kinderbegeleiders staan. Voor de dekking van lichamelijke schade worden de kinderen
onderling als derden beschouwd.
3/ Lichamelijke ongevallen van de opgevangen kinderen, met minimaal de volgende
dekking:
 7500 euro voor medische kosten
 2500 euro in geval van overlijden, tenzij voor kinderen jonger dan 5 jaar in welk geval
alleen een dekking van 1000 euro geldt voor begrafeniskosten
 12500 euro in geval van blijvende ongeschiktheid
-
De Bambi’s vzw zorgt voor een huishoudelijk reglement en een schriftelijke overeenkomst
met de ouders. Ook de kinderbegeleider is hieraan gebonden.
Gemeenschappelijke bepalingen:

Bij het niet naleven van de vergunningsvoorwaarden door de kinderbegeleider, kan de
organisator gezinsopvang beslissen om de samenwerking stop te zetten.

De samenwerking wordt per direct stopgezet, bij het intrekken van de vergunning.

Bij stopzetting van de samenwerking wordt er door beide partijen rekening gehouden
met de opzeggingstermijn van 2 maand.

In overleg met de organisator, kan de overeenkomst tijdelijk verbroken worden.

In geval van ernstig vermoeden dat de fysische of psychische veiligheid van de kinderen
in het gedrang komt, kan de organisator de overeenkomst tijdelijk schorsen.

De overeenkomst kan verbroken worden omwille van dringende redenen zonder enige
opzeggingstermijn.
Bijkomende bepalingen:
…………………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………
Beide partijen erkennen uitdrukkelijk dat deze overeenkomst een overeenkomst ‘sui generis’
vormt, die generlei band van ondergeschiktheid of bovengeschiktheid tussen de twee partijen
met zich brengt. Elke partij behoudt haar eigen verantwoordelijkheid overeenkomstig het
gemeen recht.
De
onkostenvergoeding
mag
gestort
worden
rekeningnummer………………………………..met BIC ……………………………….
op
Andere opmerkingen:
………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………….
Opgemaakt in 2 exemplaren te ……………………..op……………………………………………..
De kinderbegeleider
De organisator gezinsopvang
Naam en handtekening:
Naam en handtekening
………………………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………………………
Download