Initiatiefvoorstel 93/03 van de statenfractie van de SP tot het

advertisement
Initiatiefvoorstel
Initiatief ex. art. 3.4 RvO
Betreffende fonds voor dakloze jongeren van 16 tot 18 jaar die geen gebruik kunnen
maken van reguliere voorzieningen voor het bekostigen van dak-en thuislozen opvang.
Inleiding
Het toenemende aantal dak-en thuislozen is voor steeds meer gemeenten een enorm probleem.
Ook het aantal jongeren dat geen dak boven het hoofd heeft groeit maar door, vooral omdat de
wachtlijsten voor de jeugdhulpverlening zeker niet afnemen.
Via Bureau Jeugdzorg realiseert de provincie een aantal opvangplaatsen voor jongeren van 16
en 17 jaar die door de rechter uit huis geplaatst worden. Jongeren met een onder
toezichtstelling (OTS) kunnen gebruik maken van de opvang, omdat er voor hen een
financiële regeling is. Vanaf hun achttiende vallen de jongeren onder de ABW en zijn de
centrumgemeenten verantwoordelijk voor de opvang.
Dat lijkt een sluitend geheel: tot 18 jaar Provincie, daarna gemeente. Maar helaas zit er een
gat in deze keten, waardoor een bepaalde groep jongeren buiten elke vorm van opvang valt.
Jongeren van 16 en 17 jaar die geen OTS hebben, kunnen namelijk geen gebruik maken van
gemeentelijke dak-en thuislozenopvang
‘Vrijwillig’ dakloze jongeren
Beheerders van sociale jongerenpensions en andere instellingen die zich bezig houden met de
opvang van dak- en thuisloze jongeren kunnen nergens middelen krijgen voor de opvang van
jongeren tot 18 jaar die geen OTS hebben. Deze jongeren hebben door omstandigheden
gedwongen ‘vrijwillig’ het ouderlijk huis verlaten en zijn als gevolg daarvan dakloos
geworden of zwerven van de ene tijdelijke plek naar de andere. Omdat ze niet thuis wonen,
krijgen hun ouders geen kinderbijslag en ze kunnen in veel gevallen de kosten van de opvang
niet zelf dragen, ook al zien ze de noodzaak daar wel van in.
Er is weinig bekend over deze groep jongeren, omdat er op het moment geen specifieke
opvang voor hen bestaat. Toch is opvang vaak de enige manier om niet in de criminaliteit te
belanden of aan de drugs te raken. De opvang zou deze jongeren door een zeer kwetsbare
periode in hun leven heen kunnen helpen en ook, als het maar enigszins mogelijk is, het
contact met ouders/verzorgers zo goed mogelijk herstellen.
Het jongerenpension in Tilburg heeft, als experiment, één jaar voor de opvang van een
jongere uit deze groep gezorgd. Men heeft alles in het werk gesteld om middelen voor deze
doelgroep te krijgen, maar zonder resultaat. Er is op dit moment niets geregeld en dus zijn de
handen van de instellingen gebonden.
Cijfers
Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant schat dat het om 25 tot 50 jongeren per jaar gaat die nu
nergens terecht kunnen.
De financiële norm die door Jeugdzorg wordt gehanteerd voor 16 en 17-jarigen ligt
momenteel op € 467,- per maand. Dit geld wordt besteed aan kost en inwoning ,
verzekeringen en een bescheiden zakgeld.
Voorstel:
Wij stellen Provinciale Staten voor te besluiten dat:
-
-
De Provincie een fonds opricht en beheert, waaruit de opvang van bovenbeschreven
doelgroep --jongeren tussen 16 en 18 jaar, afkomstig uit Noord-Brabant, die nergens
terecht kunnen-- kan worden bekostigd tot de hoogte van het maandelijkse
normbedrag.
De Provincie voor dit fonds de benodigde middelen ter beschikking stelt; op basis van
het geschatte aantal van vijftig jongeren betekent dat voor het eerste jaar € 281.000,-.
Na één jaar doelstellingen, inzet en gebruik van dit fonds geëvalueerd worden, waarna
besloten wordt of het een daadwerkelijke bijdrage levert aan de oplossing van het
gesignaleerde probleem en zo ja, of en welke aanpassingen noodzakelijk zijn voor de
voortgang.
Zie bijgaand ontwerpbesluit.
Ontwerp-besluit E
Voorgestelde behandeling:
PS-vergadering
:
7 november 2003
Onderwerp
‘s-Hertogenbosch
Initiatiefvoorstel fonds dakloze jongeren
Datum
4 september 2003
DIS-nummer
Provinciale Staten van Noord-Brabant,
-
Gelezen het inititatiefvoorstel van de fractie van de SP d.d. 29
september 2003;
besluiten:
-
-
-
-
Een fonds op te richten en te beheren, waaruit de opvang van
bovenbeschreven doelgroep --jongeren tussen 16 en 18 jaar,
afkomstig uit Noord-Brabant, die nergens terecht kunnen -- kan
worden bekostigd tot de hoogte van het maandelijkse
normbedrag.
Voor dit fonds de benodigde middelen ter beschikking te stellen;
op basis van het geschatte aantal van vijftig jongeren betekent dat
voor het eerste jaar €281.000,-.
Na één jaar doelstellingen, inzet en gebruik van dit fonds te
evalueren, en daarna te besluiten of het een daadwerkelijke
bijdrage levert aan de oplossing van het gesignaleerde probleem
en zo ja, of en welke aanpassingen noodzakelijk zijn voor de
voortgang.
Gedeputeerde Staten op te dragen dit besluit uit te werken.
’s-Hertogenbosch,
De griffier
De voorzitter
Afdeling:
Bijlage(n)
-
Download