Heeft u opmerkingen of suggesties i.v.m. deze brochure? Geef ons gerust een seintje! Dienst kwaliteit E-mail: [email protected] Tel: 011 30 90 22 Jessa Ziekenhuis vzw Campus Virga Jesse Stadsomvaart 11, 3500 Hasselt Tel. 011 30 81 11 Maatschappelijke zetel: Salvatorstraat 20, 3500 Hasselt www.jessazh.be versie juli 2013 (Object-ID 234507) Ooroperatie: otosclerose Welkom In overleg met uw behandelende arts heeft u besloten tot een ooroperatie op de afdeling Neus-, Keel- en Oorziekten van het Jessa Ziekenhuis, Campus Virga Jesse te Hasselt. Deze brochure geeft informatie over de operatie en de nazorg. Uitgebreide informatie over de opname vindt u terug in de brochure ‘Een opname in het ziekenhuis’. Indien u nog vragen heeft na het doorlezen van deze folder, kan u steeds terecht bij uw behandelende arts. 1 Inhoud 1. Het oor p. 3 2. Otosclerose p. 4 3. Diagnostiek p. 4 4. Voor de operatie p. 5 5. De operatie p. 5 5.1. Na de operatie p. 6 5.2. Beperkingen na de operatie p. 6 5.3. Te verwachten resultaat p. 6 5.4. Verwikkelingen p. 7 5.5. Hervatten van activiteiten p. 7 6. Contactgegevens p. 8 Is uw kind diabetespatiënt? Signaleer dit tijdig aan uw arts! Vraag duidelijke instructies met betrekking tot de orale inname van medicatie of insuline-inspuiting. Deze brochure geeft het standaardverloop van de ingreep en de daaropvolgende dagen weer. Afwijkingen hiervan zijn in de praktijk echter altijd mogelijk. 2 1. Het oor Op onderstaande tekening ziet u de anatomie van het oor. Het oor is opgebouwd uit het buitenoor met oorschelp en gehoorgang, het middenoor en het binnenoor. Het middenoor is een met lucht gevulde holte waarin de drie gehoorbeentjes te vinden zijn: hamer, aambeeld en stijgbeugel. In het middenoor lopen ook de smaak- en aangezichtszenuw. Het trommelvlies maakt de verbinding tussen gehoorgang en middenoor. De stijgbeugel staat in verbinding met het binnenoor, welke de vorm heeft van een slakkenhuis. Het geluid wordt via het trommelvlies, gehoorbeentjes, het binnenoor en de gehoorszenuw naar de hersenen geleid. 3 2. Otosclerose Slechthorendheid kan door vele oorzaken ontstaan. Een redelijke frequente aandoening van slechthorendheid is otosclerose, welke voorkomt bij 1% van de bevolking. Otosclerose is te wijten aan overmatige botvorming rond het slakkenhuis. Door dit vastgroeien of verbening is de stijgbeugel niet meer in staat om de geluidstrillingen van het trommelvlies over te brengen naar het slakkenhuis en ervaart de patiënt dit als slechthorendheid. Een vaak bijkomend symptoom is oorsuizen (tinnitus). Soms gaat deze aandoening gepaard met evenwichtsklachten, voornamelijk houdingsgebonden. Otosclerose presenteert zich meestal tussen de 20 en 40 jaar met een langzaam progressieve gehoorsdaling. Bij een gedeelte van de patiënten is er sprake van een erfelijke vorm. 3. Diagnostiek Met de microscoop wordt onderzocht of er zichtbare afwijkingen aan de uitwendige gehoorgang, trommelvlies of de gehoorbeentjes zijn. Via een hoortest (audiogram) wordt het gehoorverlies gemeten. Bij otosclerose toont de gehoortest een typisch ‘geleidingsverlies’, en ook het tympanogram en de stemvorktesten tonen typische afwijkingen. Ter bevestiging of bij twijfel wordt er wel eens bijkomend een CT-scan van het oor uitgevoerd. 4 4. Voor de operatie Opname vindt meestal plaats op de dag van de operatie. De ingreep wordt uitgevoerd onder algemene narcose. U dient hiervoor nuchter te zijn. Bloedverdunnende medicatie dienen 10 dagen voor de ingreep gestopt te worden. In geval van oorloop, koorts of een zware verkoudheid dient u contact op te nemen met uw behandelende arts. 5. Operatie Deze ingreep verloopt volledig langs de gehoorgang. Uitzonderlijk en om technische redenen kan het echter gebeuren dat men het oor ook via insnede achter de oorschelp moet benaderen. Het afnemen van een klein stukje ader op de handrug is in bepaalde uitzonderlijke gevallen ook wel eens nodig. Het trommelvlies wordt losgemaakt en opgelicht. Hierdoor krijgen we een zicht op het aambeeld en de stijgbeugel. Een deel van de stijgbeugel wordt verwijderd. In het onderste deel (de voetplaat) van de stijgbeugel wordt een klein gaatje gemaakt. Het uiteinde van het kunststof gehoorbeentje (teflon piston) wordt geplaatst in het gaatje van de voetplaat. Het andere uiteinde van de piston wordt vastgemaakt aan het aambeeld (zie tekening hieronder). 5 De prothese kan nu de geluidstrillingen opnieuw doorgeven naar het binnenoor. Vervolgens wordt het trommelvlies terug omgeklapt en wordt een oorverbandje aangebracht om het trommelvlies en de gehoorgang te steunen. 5.1. Na de operatie Een tot twee dagen na de ingreep kan u het ziekenhuis verlaten. Enkele dagen na de ingreep zal het verbandje uit het oor verwijderd worden. Tijdens de genezingsperiode vermelden ook veel patiënten een vol gevoel met knappende geluiden. Hiervoor hoeft u zich geen zorgen te maken. De meeste patiënten hebben geen pijnstilling nodig na de ingreep. Indien u na de ingreep koorts, uitgesproken oorpijn, etterige oorloop, plotse draainissen of gehoorsdaling heeft, dient u zo spoedig mogelijk contact op te nemen met uw behandelende arts. 5.2. Beperkingen na de operatie Vermijd de eerste vier weken postoperatief water in het oor. Als u uw haar wilt wassen, kan u in het oor een watje met vaseline aanbrengen. De eerste vier à zes weken na de ingreep is het ook belangrijk grote druk in het oor te vermijden: de neus niet snuiten, nies met de mond open, geen zware inspanningen. We raden de eerste 8 weken een vliegtuigreis af. Vermijd tevens in de mate van het mogelijke sociaal contact zodat uw minder kans heeft om een verkoudheid of griep op te lopen. 5.3. Te verwachten resultaat Het duurt minimum zes weken voordat het resultaat kan beoordeeld worden. De resultaten van dergelijke ingreep zijn meestal zeer goed met een uitgesproken gehoorwinst. Bij minder dan 1% van de patiënten zal het gehoor gelijk blijven of slechter worden. 6 5.4. Verwikkelingen Iedere operatie kent zijn risico’s. Omdat bij deze ingreep het binnenoor geopend wordt, kunnen er tijdelijk duizeligheidklachten optreden. Deze zijn meestal van korte duur en zijn voornamelijk houdingsgebonden, en bovendien nog steeds uitzonderlijk. Slechts bij uitzondering kunnen deze klachten lange tijd persisteren. Aangezien de smaakzenuw door het operatiegebied loopt, kunnen er tijdelijk smaakveranderingen optreden. Hoewel de aangezichtszenuw ook door het middenoor loopt, blijkt de kans op schade hieraan door deze ingreep verwaarloosbaar klein. Bij drie op de 1000 patiënten is het gehoor na de operatie slechter als gevolg van een complicatie tijdens de genezing. Er kan dan na de operatie gehoorverlies optreden, waarbij een hoortoestel niet meer voor verbetering zorgt. Indien de dokter vermoedt dat dit zou voorkomen, wordt de duur van de opname zo nodig verlengd. 5.5. Hervatten van activiteiten Werk/school: Lichte sport: Contactsporten en zware lichamelijke inspanningen: 7 6. Contactgegevens Artsen dr. Tony Cox dr. Christine De Mulder dr. Kristof Deben dr. Jacky Hox dr. Sebastien Janssens de Varebeke dr. Katrien Ketelslagers dr. Marie Amélie Ryckaert dr. Christel Stinckens dr. Lea Suykerbuyk dr. Eduard Van Dijck dr. Patrick Vandeplas Verpleegeenheid Tel: 011 30 91 90 8