FINANCE & CONTROL Finance & ControlPE Customer profitability analysis relateert kosten aan bestelgedrag SUCCESFACTOREN BIJ ACCOUNTING OP KLANTNIVEAU Ondanks de vele voordelen die het bedrijven biedt om hun accountingsystemen te verfijnen naar het niveau van de klant, blijkt de implementatiegraad van systemen die dit mogelijk maken niet hoog. In dit artikel wordt het belang van dergelijke systemen uiteengezet. Tevens komen de belangrijkste factoren voor een succesvolle implementatie aan bod. D OO R E D DY C AR DI N A E LS H et merendeel van de organisaties profileert zich sterk als klantgerichte organisatie. Specifieke marketingcampagnes en gepersonaliseerde service zijn termen die vele organisaties hoog in het vaandel dragen. Op de vraag tot hoeveel contributie dit leidt per klant, moet menig ondernemer het antwoord schuldig blijven. Dit komt doordat bedrijven nog (te) vaak hun toevlucht nemen tot traditionele manieren van kostprijsberekeningen op het niveau van de klant. Omzet is de verdeelsleutel bij uitstek. Meer gedetailleerde systemen, die kosten trachten te analyseren in functie van het bestelgedrag van een klant, blijven vaak achterwege. Customer profitability analysis (CPA) is een techniek die dit wel toelaat. Dankzij CPA kunnen bedrijven heel wat voordelen realiseren door middel van betere beslissingen met betrekking tot hun klanten. Uit studies blijkt echter dat veel ondernemingen niet overgaan tot een gedetailleerde kostentoewijzing op het niveau van klanten. Vaak worden implementatiegraden van slechts 10% tot 25% gerapporteerd (Pierce, 2006; Innes et al., 2000). Toch blijkt dat vele ondernemingen het wel belangrijk vinden om een goed inzicht te krijgen in hun kosten op het niveau van de klant (Foster and Young, 1997). Dit vormt een paradox: waarom gaan veel bedrijven niet over tot accountingsystemen op het niveau van de klant, als dit wel voordelen zou kunnen opleveren? Voordat ik hierop verder inga, licht ik nog kort toe waarom CPA nuttig kan zijn. Vervolgens ga ik in op een eerste verklaring voor de lage implementatiegraad. Afhankelijk van 36 | een aantal omgevingsfactoren lijkt CPA nuttiger te zijn voor bepaalde bedrijven, terwijl voor andere bedrijven de vraag zich minder dringend voordoet. Echter, een aantal kritische interne succesfactoren (binnen een bedrijf) zijn zo mogelijk nog belangrijker voor het succes van CPA. Ook hierop ga ik verder in. Belang van inzicht op klantniveau Vaak hebben organisaties of ondernemers het gevoel dat niet iedere euro aan omzet evenveel contributie betekent op het niveau van de klant. Vele bedrijven hanteren echter nog steeds volumegerelateerde kostprijssystemen met verdeelsleutels zoals omzet, sales volume, enzovoort, om overhead naar klanten toe te wijzen. Zulke systemen gaan ervan uit dat meer omzet automatisch meer contributie betekent. Ze laten vaak niet toe om goede beslissingen te nemen op het niveau van de klant, omwille van het beperkte inzicht in de daadwerkelijke kosten die een klant veroorzaakt. Een alternatief dat zich de laatste jaren aanbiedt, is CPA. CPA gaat uit van ABC op klantniveau. Indirecte kosten worden toegewezen aan de klant als kostobject. In een eerste fase worden indirecte kosten toegewezen aan de door de organisatie te definiëren activiteiten (hoeveel manpower en resources zijn er nodig voor de activiteiten zoals facturatie, verzending, orderadministratie, vertegenwoordigerbezoeken, enzovoort?). Vervolgens gaat het bedrijf na hoeveel JUNI 2008 FINANCE & CONTROL Enkele typische karakteristieken van klanten met lage versus hoge servicekosten Klanten met hoge servicekosten Klanten met lage servicekosten • Gespecialiseerde productvariëteiten • Gestandaardiseerde producten • Lage orderhoeveelheden • Hoge ordervolumes • Onvoorspelbare bestellingen • Voorspelbare bestellingen • Speciale productie- en leveringseisen • Standaard leveringswijze • Geven bestellingen manueel of per telefoon door • Elektronische communicatie • Vragen veel inspanningen voor verkoop (lange prijsonderhan- • Weinig support (vaste prijsafspraken, geen speciale bestel- delingen, eindeloze verkoopgesprekken) patronen) • Vragen veel van de dienst-na-verkoop (training, technische • Geen beroep op dienst-na-verkoop bijstand, enzovoort) • Betalen traag • Vlotte betalers • Eisen aanleg veiligheidsvoorraad • Nemen direct af na productie Figuur 1 Verschillen in ondersteuning tussen klanten een klant een beroep doet op die activiteiten door meerdere verdeelsleutels te gebruiken (zoals aantal facturen, aantal productvariëteiten, leveringen, bezoekuren van de vertegenwoordiger, enzovoort). De bedoeling is vooral om duurdere klanten van goedkopere klanten te onderscheiden. Klanten die kleine orders genereren en/of veel productvariëteiten bestellen, doen relatief een groter beroep op de middelen (indirecte kosten) van de organisatie. Als we dan ook de omzet voor die klanten kennen, krijg je en beeld over de winstgevendheid per klant. Het voordeel van CPA is dat u meer inzicht krijgt in de bijdrage van elke klant aan de winst van de organisatie. Ondernemingen kunnen op basis van deze informatie acties ondernemen. Zo kunnen ze de prijspolitiek opnieuw bekijken. Klanten die Omzet is de verdeelsleutel bij uitstek veel support vragen (veel beroep doen op activiteiten), moeten wellicht minder korting krijgen dan klanten met een standaardserviceniveau. Ook een aantal interne procesverbeteringen zou bepaalde kosten kunnen reduceren. Door het installeren van een elektronische verbinding met een klant, zou de kostenpost van orderadministratie gereduceerd kunnen worden. Verdere acties zoals marktsegmentatie op basis van kosten- en winstprofielen, kunnen leiden tot beter gerichte acties naar klanten toe. Ook als onderhandelingsinstrument is CPA nuttig. Het tonen van de kosten (openboekaccounting), kan leiden tot situaties waarin de firma in samenspraak met haar klant, het bestelgedrag tracht te onderhandelen (andere keuzes kunnen vaak leiden tot aanzienlijke besparingen op activiteiten zoals orderadministratie, leveringswijzen, enzovoort).1 JUNI 2008 Belangrijke omgevingsfactoren Niet elke onderneming zal echter overgaan tot het gebruik van CPA. Het systeem brengt kosten met zich mee, doordat er informatie over klanten moet worden bijgehouden (bijvoorbeeld informatie over verdeelsleutels). De literatuur beschrijft echter een aantal omgevingssituaties, waarin het nut of het voordeel voor bedrijven vaak hoog genoeg is om over te gaan tot accounting op klantniveau. De eerste en zo niet de belangrijkste factor is de heterogeniteit van het klantenbestand. Als klanten een sterk uiteenlopend bestelgedrag kennen, waarbij sommige klanten veel en andere weinig support nodig hebben, loont het vaak de moeite om over te gaan tot meer gedetailleerde systemen zoals CPA (Kaplan and Cooper, 1998). Vaak kent men klanten met hoge en lage servicekosten, zoals getypeerd in figuur 1. Een andere factor is de graad van competitie. Als er sterke competitie heerst, noodzaakt dit vaak tot meer gedetailleerde accountingsystemen. Onder competitie zal de onderneming haar producten en serviceaanbod voor klanten sterker willen differentiëren om zich te onderscheiden van haar concurrenten. Ook zal men een sterke segmentatie met betrekking tot klanten doorvoeren. Verschillende typen klanten en sterk gedifferentieerde serviceniveaus versterken de vraag naar CPA-informatie om zo de kosten en bijbehorende winsten voor verschillende typen klanten te leren kennen (Guilding en McManus, 2002). Ook het voeren van een marktoriëntatie leidt vaak tot accounting op klantniveau. Ondernemingen die zich daarmee bezighouden richten zich zeer sterk op de klant (externe focus) en maken heel wat klantspecifieke kosten. Gegeven dit grote aantal kosten, zijn deze organisaties vaak aangewezen op een goede manier van toewijzen van klantspecifieke kosten. Ver| 37 FINANCE & CONTROL der beschikken ondernemingen met een marktoriëntatie over veel informatie over hun klanten, die eenvoudig gebruikt wordt in dit toewijzingsproces (Guilding en McManus, 2002). Als laatste is er de intensiteit van klantenrelaties. Voor ondernemingen met eenmalige transacties met klanten is CPA minder geschikt. De situatie verandert echter snel als klanten regelmatig een beroep doen op de organisatie. De onderneming heeft dan vaak aparte businessunits die de relaties met klanten afhandelen. Ook wanneer ondernemingen specifieke servicelevels ontwikkelen in samenspraak met de klanten, zijn goede CPA-systemen, die de winst per klant inzichtelijk maken, veel belangrijker. Interne succesfactoren Ook al zijn omgevingsfactoren gunstig gestemd voor bepaalde bedrijven, dan zien we toch vaak een zekere terughoudendheid om CPA-systemen regelmatig te gebruiken. Deze factoren zijn zo niet nog belangrijker in het hele proces, omdat in dergelijke situaties CPA wel potentieel heeft, maar toch niet van de grond komt. De menselijke component is, naast systeemvereisten en de herinrichting van de organisatie, in dit proces niet te onderschatten. Invloed human capital. Wanneer een bedrijf een eerste analyse volgens een CPA-model uitvoert, blijkt vaak dat slechts een beperkt aantal klanten winstgevend is. Vaak geldt de 20-80%-regel, waarbij 80% van de klanten net op het breakevenpunt zitten of zelfs verlieslatend zijn (een typisch beeld zoals in figuur 2 is weergegeven). Dit veroorzaakt in eerste instantie een schokgolf binnen de organisatie. Klanten waarvan men dacht dat ze winst opleverden, blijken plots niet winstgevend. Dit veroorzaakt sterke reacties bij mensen die verantwoordelijk zijn voor het beheer van de klantenrelaties. Vandaar dat het belangrijk is om naast accountants/controllers, ook niet-accountants bij de start en de ontwikkeling van een CPA-systeem te betrekken (non-accounting ownership; Krumwiede, 1998; Pierce, 2006). Als bijvoorbeeld ook marketing- en verkoopmanagers meedenken over typische activiteiten en eventueel bijbehorende kostendrijvers, zal de uitkomst van een CPA-systeem veel makkelijker te aanvaarden zijn. Ook de steun van het topmanagement is niet te onderschatten. De top kan ervoor zorgen dat de boodschap gedragen wordt door alle leden in de organisatie (Shields, 1995). Vaak is er dan ook meer ondersteuning (systeemonderhoud) en training van personeel met betrekking tot het nieuwe systeem, wat regelmatig gebruik van het systeem ten goede komt (Krumwiede, 1998). Het belang van systeemvereisten. Het verzamelen van informatie op het niveau van de klant is cruciaal voor het succes van een CPA-exercitie. Als verdeelsleutels (zoals bijvoorbeeld aantal facturen, verzendingen, hoeveelheid aan productvariëteiten in een bestelling, enzovoort) niet elektronisch bijgehouden wordt, zijn updates van CPA-systemen heel moeilijk. CPA-systemen belanden om die reden vaak in een kast. Nochtans bevatten heel wat managementinformatiesystemen in de organisatie cruciale informatie over klanten. Voorbeelden hiervan zijn SAP- en ERP-systemen. Wanneer die vervolgens op een goede manier afgestemd zijn (systeemintegratie) op de systemen van de boekhouding, kan ook de controller hier de nodige informatie uithalen voor een CPA-systeem (Lind en Strömsten, 2006). Het belang van aanwezige systemen en de integratie ervan is dus belangrijk voor de toepassing van accounting op klantniveau (Krumwiede, 1998). 250 Toch wil ik eindigen met te vermelden dat goede informatie niet altijd uitgebreid hoeft te zijn. Een beperkt aantal ‘goede’ verdeelsleutels is beter dan een veelheid aan verdeelsleutels (Cardinaels en Van Ierland, 2007). Bij een beperkt aantal verdeelsleutels worden individuen van een organisatie zich veel sterker bewust van de belangrijkste veroorzakers van kosten op klantniveau. Te veel informatie kan ertoe leiden dat medewerkers door de bomen het bos niet meer zien. 200 1FSDFOUBHFUPUBMFXJOTU 150 100 50 0 0 1 5 10 15 20 20 40 50 60 70 80 90 95 99 100 1FSDFOUBHFUPUBBMBBOUBMLMBOUFO Figuur 2 Typisch beeld na een CPA-analyse (bron: Kaplan and Cooper, 1998) 38 | Verdere inrichting van de organisatie. Zodra een CPAsysteem ontwikkeld is, wil men ook resultaat zien. Wanneer men geen verbeteringen ziet op klantniveau, zal het nut van het systeem in twijfel getrokken worden. Het is daarom van belang dat een aantal andere elementen in de architectuur van de organisatie mee-evolueren. Allereerst moeten de uitkomsten verspreid worden aan managers die dagelijks in contact staan met de klanten. Zij nemen belangrijke beslis- JUNI 2008 FINANCE & singen met betrekking tot klanten (vaststellen van prijsafspraken, onderhandelen van de serviceniveaus, enzovoort) en CPA-informatie zou bij hen steeds opvraagbaar moeten zijn. Ook de strategie van de onderneming moet evalueren van een omzetgerichte focus, naar een focus op basis van te verwachte resultaten. Naast aanpassingen in de strategie, is het aangewezen om na enkele jaren de resultaten van klanten te koppelen aan evaluaties van managers en eventueel aan prestatiebeloning (Shields, 1995; Krumwiede, 1998). Wanneer een verbetering op prestaties van klanten zich vertaalt in goede beoordelingen voor verkoopmanagers, geeft dit een positief signaal. De betrokkenheid van individuen wordt groter, waardoor zij ook in de toekomst gebruik willen maken van CPA bij het beheren van winsten op het klantniveau. CONTROL Accounting Research vol. 11(3). ~ Kaplan, R.S. en R. Cooper (1998) Cost and Effect, Boston, MA: Harvard Business School Press. ~ Krumwiede, K.R. (1998) ‘The implementation stages of activity-based costing and the impact of contextual and organizational factors’, Journal of Management Accounting Research vol. 10. ~ Lind J. en T. Strömsten (2006) ‘When do firms use different types of customer accounting?’, Journal of Business Research vol. 59(12). ~ Pierce, B. (2006) ‘Costing systems: the factors associated with success’, Accountancy Ireland vol. 38(1). ~ Shields, M.D. (1995) ‘An empirical analysis of firms' implementation experiences with activity-based costing’, Journal of Management Accounting Research vol. 7. 1& Bij dit artikel hoort een onlinecursus, waarmee u punten kunt behalen in het kader van uw ‘Permanente Educatie’ (PE). Conclusie In de huidige concurrentiële omgeving en de strategische slag om de klant is CPA een belangrijke accountingtoepassing. Ten opzichte van traditionele systemen (gebaseerd op volume), biedt CPA heel wat voordelen. Toch is deze accountingtoepassing nog maar beperkt doorgedrongen in het bedrijfsleven. Een verklaring hiervoor is dat niet elk type bedrijf voordeel ziet in deze toepassing. Vooral voor bedrijven met een marktoriëntatie, gekenmerkt door klanten met verschillende serviceniveaus, is accounting op klantniveau belangrijk. Hoewel in deze gevallen CPA nuttig is, blijft het effectief gebruik ervan nog steeds achterwege. Menselijke factoren zoals onvoldoende betrokkenheid van topmanagement en personeel (niet-accountants) zijn hiervan vooral de oorzaak. Ook moeten bedrijven investeren in de herinrichting van hun strategie en prestatiemeetsysteem. Op die manier raken werknemers in een organisatie voldoende betrokken en heeft accounting op klantniveau een grotere kans van slagen. Ter kennismaking kunt u de cursus ‘Control Self Assessment’ gratis volgen en uw eerste studiepunten behalen. Kijk voor meer informatie en een overzicht van alle cursussen op www.finance-en-control.nl/pe. HVh`^VlddcideZZcWdZgYZg^_i_Z^cYZ edaYZg#HVbZcbZi]VVg6jhigVa^hX]Z kg^ZcYZcilZZWZ_VVgYZeVVgYZc#6ah ^ciZg^bÒcVcX^ValZg`ioZ\gVV\W^_]ZaZ \gdiZWZjgh\ZcdiZZgYZWZYg^_kZc#Hi^aiZ ]ZZ[ioZcVbZa^_`i]j^hVa\ZcdZ\ZcoZa[ ^hoZdd`c^ZiodÉcegViZg#6a`VcoZiZ\Zc deedgijc^hbZoZZglZaWZhegVV`iV\ZgZc### Dr. E. Cardinaels is universitair hoofddocent in management accounting aan de Universiteit van Tilburg ([email protected]). IWia_W)+ Noten 1 Voor een uitgebreidere analyse van de techniek en haar voordelen verwijs ik naar E. Cardinaels (2004) ‘Accounting op klantniveau’, Finance & Control vol. 3(3): 31-34. Literatuur ~ Cardinaels, E. en D. Van Ierland (2007) ‘Smart ways to assess customer profit’, Cost Management vol. 21(3). ~ Foster, G.en S.M. Young (1997) ‘Frontiers of Management Accounting Research’, Journal of Management Accounting Research vol. 9. ~ Guilding, G. en L. McManus (2002) ‘The incidence, perceived merit and antecedents of customer accounting: and explanatory note’, Accounting, Organizations and Society vol. 27. ~ Innes, J., F. Mitchell en D. Sinclair (2000) ‘Activity-based costing in the U.K.’s largest companies: A comparison of 1994 and 1999 Survey results’, Management JUNI 2008 | 39