Hoe kan ik God vertrouwen voor het onmogelijke in mijn leven? Bewust heb ik gekozen voor een vlammende voorkant van dit e-book omdat vertrouwen een brandend onderwerp is. God vertrouwen voor het onmogelijke, is jouw leven in Zijn handen leggen. Het betekent tegen God zeggen: Heer ik kan het niet, ik verwacht het van U. Het wil zeggen met de rug tegen de muur staan en ondanks het feit dat je geen uitweg meer ziet tegen Hem zeggen: U geschiede naar Uw wil. Ik weet niet wat onmogelijk lijkt in jouw leven. Is het een probleem dat je niet aankunt? Is het een droom die maar niet vervuld wordt? Waar worstel jij mee? Waar lig je 's nachts wakker van? Wat doet jouw maag omdraaien? Welk probleem of welke uitdaging is zo groot dat jij het niet aankunt? Laat ik deze overdenking beginnen met een van de mooiste verzen uit de Bijbel, een uitspraak van onze Heer Jezus Christus: "Bij God zijn alle dingen mogelijk" (Mattheus 19:26). Wow! Dat is nogal wat! Weet je wat dat betekent? Het betekent dat geen probleem te groot is voor God! ZELFS NIET JOUW PROBLEEM OF JOUW UITDAGING! God kan jouw situatie aan. Het is niet te groot voor Hem. Daar ligt het probleem dus niet. De vraag is of jij het aandurft Hem te vertrouwen voor Zijn oplossing? Nee, niet op jouw manier, maar zoals Hij dat goeddunkt voor jou. Laten wij samen nadenken over vertrouwen in God, met het gebed dat we een stapje verder komen in het mooie avontuur van overgave. Vertrouwen is deel van het leven Zonder vertrouwen is leven onmogelijk. Dat lijkt een stoere uitspraak, maar het is zo. Iedere dag handel je vele malen - zonder dat jij je dat realiseert - in vertrouwen. Als je geld op de bank brengt vertrouw je erop dat de bank eerlijk met jouw geld zal omgaan en dat de euro niet (teveel) aan waarde verliest. Als je in de trein of in een vliegtuig stapt controleer je niet eerst of de machinist of de piloot de juiste diploma's en ervaring heeft om jou veilig en comfortabel van A naar B te brengen. Als je op de operatietafel ligt vertrouw je dat de chirurg zijn werk naar behoren zal doen en dat je baat zult hebben van de ingreep. Vertrouwen is zo essentieel voor het leven dat we zonder vertrouwen niet kunnen leven. Dat geld ook voor kleine dingen. Als je een postzegel op een vakantiegroet plakt ga je ervan uit dat de post jouw kaart keurig aflevert. Als je een winkel binnenloopt met automatische schuifdeuren wacht je niet eerst af of de deuren daadwerkelijk opengaan, maar je stapt met forse treden naar binnen in het vertrouwen dat de deuren op zij gaan. Zou dat niet gebeuren mis je naderhand waarschijnlijk een paar tanden. Vertrouwen is de kern van het geloof Ik ben geboren en opgegroeid als tweede van zeven kinderen op een kleine boerderij in ZuidLimburg. Op een dag - ik moet toen een jaar of vijf geweest zijn - vroeg onze vader de drie oudste jongens of we zin hadden mee te gaan het hooi binnen te halen. Nou dat was een feest. Op de grote wagen getrokken door een dik en traag Belgisch paard trokken wij de Limburgse heuvels in. Het hooi werd in die tijd nog niet geperst in balen of rollen. Een paar dagen na het maaien werd het hooi om te drogen op zogenaamde ruiters geplaatst. Drie lange stokken die boven met een stuk ijzerdraad aan elkaar verbonden waren en opgesteld werden als een soort wigwam. Op dwarsliggers die zo'n meter van de grond het geheel stabiliteit gaven werd het gemaaide gras gestapeld. Zo droogde het gras en werd hooi. Bij het binnenhalen werd het hooi op een grote wagen geladen die van voren en van achteren een hoog hekwerk had om te voorkomen dat het hooi van de wagen kon afglijden. Toen mijn vader en zijn knecht klaar waren en de wagen helemaal vol was, hielp hij ons via de voerbak boven op het hooi. Dat was een fantastische belevenis. Vanuit die, voor ons, grote hoogte hadden wij een prachtig uitzicht op het landschap, ons dorp en een half uur later, de boerderij waar onze moeder ons enthousiast zwaaiend opwachtte. De wagen werd in de schuur gereden, waarna mijn vader naast de wagen ging staan, omhoog keek naar zijn zonen en riep “Spring, ik vang jullie op”. Nou, dat was gemakkelijker gezegd dan gedaan. Wij stonden op, wat op zich al heel moeilijk was omdat het hooi onder onze voeten nagaf, en keken in de, voor ons, peilloze diepte. “Spring”, riep mijn vader nog een keer. “Je hoeft geen angst te hebben, ik vang jullie op”. Ik was in het gezin meestal haantje de voorste. Alhoewel ik bang was stond ik op, sloot mijn ogen en sprong. Mijn vader ving mij met een grote zwaai op, gooide mij nog een keer in de lucht en zette mij op de bodem. Tjonge wat was ik trots. Ik keek omhoog, waar ik de twee angstige kopjes van mijn broers over de rand zag kijken. “Spring”, riep mijn vader. “Het doet geen pijn”, riep ik. Maar, hoe we ook probeerden, mijn broers konden zich niet ertoe brengen te springen. Mijn vader gaf het op, plaatste een ladder tegen de zijkant van de wagen en haalde mijn broers één voor één naar beneden. Bedruimeld dropen zij af. Ik niet. Trots stond ik naast mijn vader. Ik was de man van de dag. Dat was de eerste keer in mijn leven dat ik bewust een stap - beter gezegd een sprong - in vertrouwen moest nemen. Achteraf gezien heb ik van deze kleine gebeurtenis een aantal belangrijke principes kunnen leren. In de eerste plaats - en het allerbelangrijkste - er moet iemand zijn die je vertrouwen kunt, die je opvangt. Waarschijnlijk was ik niet gesprongen als iemand anders onderaan de wagen had gestaan. Ik wist echter dat ik mijn vader kon vertrouwen. Waarom? Omdat hij zichzelf in mijn korte leven betrouwenswaardig had getoond. Uit ervaring wist ik dat ik hem kon vertrouwen. In de tweede plaats moet je op die vertrouwenspersoon ingaan en durven te springen of je durven te laten vallen. Pas wanneer je deze stap neemt wordt het vertrouwen bevestigd. Het is toch interessant dat ik zo'n 60 jaar na deze gebeurtenis jou dit verhaal vertel. Waarom? Omdat het een sleutelbelevenis voor mij was. Ik had de moed - in tegenstelling tot mijn broers - om te springen. Ik herinner mij deze gebeurtenis omdat ik bevestigd werd in mijn vertrouwen in papa. Ik heb het hen niet gevraagd, maar ik ben zeker dat mijn broers zich niets meer herinneren van deze sprong in vertrouwen. Tenslotte - als je niet springt of je niet laat vallen mis je een kans. Absoluut. Als ik niet was gesprongen had ik niet alleen de kans op een geweldige ervaring, op een avontuur gemist, ik had ook niet op zo'n krachtige manier kunnen ervaren dat ik mijn vader vertrouwen kan. En nog een stap verder: mijn ervaring met mijn vader - en het was niet de enige keer dat hij mijn vertrouwen in hem bevestigde - heeft mij zeker geholpen om stap voor stap mijn hemelse Vader meer en meer te vertrouwen. De Bijbel leert ons op veel plaatsen en in veel gebeurtenissen dat God te vertrouwen is. In Psalm 37:5 lezen wij: "Leg je leven in de handen van de HEER, vertrouw op hem, hij zal dit voor je doen". Wij moeten het echter aandurven ons in vertrouwen aan Hem over te geven. Wij moeten durven springen. Wij moeten onze angst overwinnen en ons durven te laten vallen in Zijn handen. Doen wij dat niet, dan wordt ons vertrouwen niet bevestigd en missen wij de kans om God op een bijzondere manier aan het werk te zien. Als het al onmogelijk is om zonder vertrouwen te leven dan is het zeker onmogelijk zonder vertrouwen geestelijk te leven. Vertrouwen is de kern van het geloof. Nee VERTROUWEN IS HET GELOOF. We gebruiken de woorden geloof en vertrouwen gemakkelijk door elkaar. Dat is ook prima omdat die woorden in principe hetzelfde willen uitdrukken. Toch is er een verschil. Geloof kan namelijk passief zijn, vertrouwen is altijd aktief. Iemand kan geloven dat God bestaat en daaraan de hoop koppelen dat God zijn of haar leven wil leiden. Dat is geloof, maar het is misschien weinig aktief. Vertrouwen daarentegen betekent bewust het leven of een situatie in handen van God leggen. Heer help mij, ik kan het niet. Dat is aktief. Vertrouwen is altijd een bewuste daad van overgave. God wil dat wij Hem vertrouwen God, de schepper van hemel en aarde, stuurde Zijn eniggeboren Zoon naar deze wereld om met ons te leven en voor ons te sterven. "Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder, die in Hem gelooft, niet verloren ga, maar eeuwig leven hebbe". Johannes 3:16 Wij worden verlost door geloof. Dat is het begin van ons geestelijk leven. Daarna mogen wij iedere dag opnieuw blijven vertrouwen dat Hij ons verlost heeft en vanuit die zekerheid leven. Maar daar houdt het niet op. Wij mogen vertrouwen dat God ons oneindig liefheeft; dat Hij het beste met ons voorheeft en dat Hij ons leven wil leiden. Vertrouwen geldt dus niet alleen voor onze verlossing het heeft ook te maken met ons leven als christen. Wij mogen God iedere dag vertrouwen voor onze verlossing, maar ook voor Zijn leiding in ons leven. Verschillende soorten en gradaties van vertrouwen Initieel vertrouwen Jezus Christus aanvaarden als onze Verlosser is de eerste stap van vertrouwen die wij in ons geloofsleven zetten. Het is heel goed mogelijk dat wij nog maar weinig weten over God, Jezus Christus en de Heilige Geest. Gedreven door een verlangen of de nood in ons leven geven wij ons in kinderlijk vertrouwen over aan God. Dat is het initiële vertrouwen waarmee al het andere vertrouwen begint. Het is de basis. Heel belangrijk, maar daarbij mag het niet blijven. Dagelijks vertrouwen Als we groeien in ons geloof leren wij dat wij God iedere dag mogen vertrouwen voor veel dingen. We mogen Hem vertrouwen voor onze verlossing, voor het feit dat Hij ons liefheeft, dat Hij onze zonden vergeeft als wij Hem daarom vragen, dat Hij gebeden verhoort, dat Hij ons leven wil leiden en nog veel meer. Ik zou dat het dagelijkse vertrouwen willen noemen. Het is een vertrouwen op grond van Zijn beloften in Zijn woord. Een mooie manier om iedere nieuwe dag te beginnen is dit vertrouwen uit te spreken. Hemelse Vader, Jezus Christus, Heilige Geest, ik wil vandaag leven in vertrouwen op U. Ik wil U vandaag volgen als de Heer in mijn leven. Wilt U mij leiden en zegenen. Wilt U met mij vandaag Uw weg gaan. Amen! Ik geloof dat we God geen groter plezier kunnen doen dan iedere dag opnieuw ons leven in vertrouwen in Zijn hand te leggen. Specifiek vertrouwen Dat betekent God vertrouwen voor een probleem of een uitdaging in ons leven. Hierbij gaat het om vertrouwen in onze eigen unieke situatie. Bijvoorbeeld God vertrouwen voor genezing, Hem vertrouwen voor het maken van de juiste beslissing, onze verwachting op Hem stellen wat betreft ons beroep of de toekomst. Dit is waarschijnlijk de meest moeilijke vorm van vertrouwen omdat het hier niet gaat om God vertrouwen op basis van datgene wat Hij ons in Zijn Woord voorhoudt, maar Hem vertrouwen voor unieke en persoonlijke situaties in ons leven. Waar mogen wij God voor vertrouwen? Mag ik Hem vertrouwen dat Hij mij een mooie auto geeft zodat ik Hem beter kan dienen? Waarschijnlijk niet. Mag ik Hem vertrouwen dat Hij mij een partner voor het leven zal geven? Waarschijnlijk wel. God zegt immers zelf in Genesis 2:18 "Het is niet goed dat de mens alleen is". Mag ik Hem vertrouwen dat Hij mijn zaak zal zegenen zodat ik goed voor mijn gezin en mijn medewerkers kan zorgen. Waarschijnlijk wel. Mag ik Hem vertrouwen voor genezing bij ernstige ziekten? Waarschijnlijk wel. Misschien irriteren jou mijn antwoorden. Waarom waarschijnlijk wel en waarschijnlijk niet? Omdat ik het niet zeker weet. God is souverein. In Jesaja 55:8 staat dat Zijn gedachten niet onze gedachten zijn en dat onze wegen niet Zijn wegen zijn. Sommige mensen vinden een goede levenspartner, anderen worstelen daarmee. Sommige bedrijven worden gezegend, andere bedrijven - ook van christenen gaan failliet. Sommige mensen worden genezen; anderen niet. Dat alles heeft te maken met het feit dat God een eigen weg gaat met ieder mens, maar ook dat ieder mens een andere weg gaat met God. Dat betekent dat wij God ook in de weg kunnen staan of Hem zelfs kunnen blokkeren in alles wat Hij voor en door ons wil doen. We zijn aangeland bij een gevoelig punt en ik hoop dat het mij lukt uit te leggen wat ik bedoel. In Romeinen 8:26 staat dat wij niet weten waar we God om mogen vragen en waarvoor we Hem kunnen vertrouwen, maar dat de Heilige Geest ons in deze zwakheid te hulp komt en ons zogezegd influistert waar we God om mogen vragen en waarvoor wij Hem mogen vertrouwen. Dat is een sleutelvers in de Bijbel. Hier staat eigenlijk: open jouw hart voor de Heilige Geest zodat Hij jou kan vertellen wat Gods wil is. Als je vervolgens deze dingen in gebed en in vertrouwen bij God brengt, bid je zeker naar de wil van God. En Jezus Zelf belooft ons dat wanneer wij bidden naar Zijn wil, Hij ons verhoort (zie o.a. Johannes 14:13,14, 15:7). Als wordt nog eens samengevat in 1 Johannes 5:14 waar staat: "Wij kunnen ons vol vertrouwen tot God wenden, in de zekerheid dat hij naar ons luistert als we hem iets vragen dat in overeenstemming is met zijn wil". Dit is een heel mooi en belangrijk geestelijk principe. God wil ons zelf vertellen wat wij Hem mogen vragen en waarvoor wij hem mogen vertrouwen. Precies zoals mijn vader mij toeriep: spring, ik vang jou op. Net zo als Jezus Petrus uitdaagde over het water naar Hem toe te komen (Mattheus 14:29). God wil dat wij Hem vertrouwen en Hij wil ons influisteren waarvoor wij Hem mogen vertrouwen. Hoe kan Hij ons bekend maken waarvoor wij Hem mogen vertrouwen? Er is maar één manier. Door dicht bij Hem te zijn. Door ons te laten leiden door Zijn hand. Door ons niet van Hem te verwijderen door zonde in ons leven. God wil ons helpen Hem te vertrouwen voor het onmogelijke in ons leven, maar dat gaat alleen als Hij tot ons kan doordringen; als de relatie met Hem open is; als hij tot ons kan en mag spreken. Vertrouwen voor problemen en plannen Vertrouwen heeft altijd te maken met iets dat wij niet zelf kunnen. Immers als wij het zelf kunnen hoeven wij iemand anders of God niet te vertrouwen het voor ons te doen: dan doen we het gewoon zelf. Punt uit! Klaar! In principe kan vertrouwen in twee richtingen gaan. De eerste is God vertrouwen voor de oplossing van een probleem in ons leven dat wij niet aankunnen. Bijvoorbeeld een financiële crisis, het huwelijk wat vastloopt, kinderen die een goddeloze weg gaan, ophouden met pornografie kijken, stoppen met roken. Allemaal negatieve dingen die wij niet aankunnen. We kunnen God echter ook vertrouwen voor positieve dingen, voor dromen, wensen, verlangens, plannen. Een alleenstaande kan God vertrouwen voor een partner. Iemand die God wil dienen kan erop vertrouwen dat God hem of haar een plaats wijst in de zending. We kunnen de opvoeding van onze kinderen in vertrouwen in Zijn hand leggen. We mogen God vertrouwen voor leiding en hulp in ons werk en met betrekking tot onze financiën. Een opdracht of een verlangen Er valt echter nog meer te vertellen over specifieke zaken, die gelden voor ons eigen persoonlijke leven, waarvoor wij God mogen vertrouwen. Ik geloof dat de Bijbel ons twee situaties aanreikt die ons toestaan om God op een buitengewone manier te vertrouwen. In de eerste plaats is dat als God een concrete opdracht geeft. Hij vertelt ons om iets te doen. Hiervan vinden wij veel voorbeelden in de Bijbel. Er zijn veel situaties waarin God iemand vroeg om stappen in geloof te nemen, zodat Hij wonderen kon doen en daarin Zijn absolute macht en glorie kon tonen. Denk bijvoorbeeld maar eens aan Gideon. In het boek Rechters, de hoofdstukken 6 tot en met 8, kunnen wij lezen dat God hem de opdracht gaf om de Midjanieten aan te vallen. Gideon zag dat echter helemaal niet zitten. Hij moest veel overwinnen om God te volgen in een ogenschijnlijk dwaas plan. Toen hij het na veel wikken en wegen uiteindelijk toch deed, gaf God op een wonderlijke manier een grote overwinning aan Gideon en zijn kleine legertje. Zo zijn er veel voorbeelden uit de Bijbel aan te halen. Denk maar eens aan koning Josafat, die de zangers vóór het leger plaatste, omdat de profeet Jachaziël gezegd had: “Op die manier zal de Heer verlossing geven”. De zangers loofden de Heer en God gaf een wonderbaarlijke overwinning (2 Kronieken 20). Denk ook eens aan Mozes, die de opdracht kreeg om het volk van Israël uit de gevangenschap in Egypte te halen (Exodus 3 en 4). Mozes protesteerde heftig tegen deze opdracht, omdat hij beter dan ieder ander wist hoe onmogelijk deze opdracht was. Toen hij uiteindelijk na veel aandringen stappen in geloof durfde te nemen, deed God het ondenkbare. Hij Zelf greep op een wonderbaarlijke manier in om Zijn volk uit de slavernij te bevrijden. Er is echter nog een reden die het ons kan toestaan om stappen in geloof te nemen en het onmogelijke van God te verwachten. Het is een meer subtiele manier, waarop God wil dat wij Hem vertrouwen. Dat is wanneer wij een last of een verlangen op ons hart hebben. Wanneer God ons iets speciaals op het hart legt zonder dat wij precies weten wat Hij van ons verwacht. Een goed voorbeeld hiervan is Jonatan, die samen met zijn wapendrager het vijandelijke leger tegemoet ging (1 Samuël 14). Nergens staat dat God hem had opgedragen om dat te doen. Hij ging echter, omdat hij het verlangen had God te dienen. En God gaf een wonderbaarlijke overwinning. Denk ook eens aan Nehemia. Hij had een zodanige last op zijn hart voor Jeruzalem dat hij daar naar toe trok om de muren van Jeruzalem te herbouwen. Nergens vinden wij dat God hem had opgedragen om dit te doen. Wel staat er: "Ik had niemand verteld welke plannen mijn God mij voor Jeruzalem had ingegeven." (Nehemia 2:12) Met andere woorden, door zijn persoonlijke omgang met God was langzaam een verlangen gegroeid in het hart van Nehemia. Dat verlangen werd als een opdracht voor hem en daarom durfde Hij God te vertrouwen voor het onmogelijke. God wil dat wij Hem vertrouwen. Hij wil dat wij het met Hem wagen. Wij eren God, als wij in vertrouwen op Hem leven en handelen. Er staat niet één voorbeeld in de Bijbel van iemand die God vertrouwde voor het onmogelijke zonder dat God dat vertrouwen bevestigde. God zal altijd handelen als wij Hem vertrouwen. Onze God zal ons eerder zegenen op grond van ons vertrouwen in Hem dan onze werken voor Hem. Toch zijn vertrouwen en werken nauw met elkaar verbonden. Ora et Labora Geloof en werk, of in de context van deze overdenking: vertrouw en wees aktief. Vertrouwen en eigen inzet zijn aan elkaar verbonden als de voor- en achterkant van een munt. Ze vormen één geheel, maar zijn toch heel verschillend. Als jij een blindedarmontsteking hebt ga je naar het ziekenhuis en je wordt geopereerd. Je zegt dan niet: ik vertrouw erop dat God mij gaat genezen. Ik doe niets, want als ik wel iets doe, dan heb ik geen vertrouwen in God. Tenzij God ons een heel duidelijke opdracht geeft is zo'n reactie natuurlijk geestelijke onzin. Waarom? Omdat God de hele schepping heeft gemaakt, inclusief alle mogelijkheden die de schepping ons biedt om gezond te leven of te herstellen. Dat betekent dat wij alles mogen en ook moeten doen om onze problemen op te lossen of onze wensen te vervullen. Het resultaat en de zegen liggen echter in handen van God. Ja, ik begrijp best dat het hier heel delicaat wordt. Aan de ene kant willen wij God vertrouwen en het van Hem verwachten. Aan de andere kant heeft God ons ook mogelijkheden gegeven om ons leven zo goed mogelijk gestalte te geven. Wij mogen en moeten alles doen wat in ons vermogen ligt, maar de zegen en de doorbraak ligt voor kinderen van God in Zijn hand. Deze gedachte wordt mooi weergegeven in Spreuken 16:3 "Vertrouw bij je werk op de HEER, en je plannen zullen slagen". Met andere woorden: doe alles wat je kunt, maar verwacht het van de Heer. God biedt ons een vertrouwenstest aan De Bijbel leert dat wij God niet mogen verzoeken (Lucas 4:12). Jezus zegt dat wij geen tekenen mogen verlangen (Mattheus 12:39). Toch biedt God zelf ons een test aan met betrekking tot ons vertrouwen in Hem. Iedereen die wil groeien in haar of zijn vertrouwen in God zou deze test serieus moeten nemen. God zelf stelt het immers voor. Wat is die test? We lezen hierover in Maleachi 3:10. Daar staat "Stel mij maar eens op de proef – zegt de HEER van de hemelse machten. Breng alle tienden naar mijn voorraadkamer, zodat er voedsel in mijn tempel is, en zie dan of ik niet de sluizen van de hemel voor jullie open en zegen in overvloed op jullie land laat neerdalen". Hier stelt God zelf een soort 'deal' voor om Hem te testen. Hij zegt “Geef voor Mijn dienst”. En Hij belooft de sluizen van de hemel te openen (wow) en zegen in overvloed uit te storten (wow). Wanneer? Als wij het wagen met Hem! Als wij het aandurven Hem te vertrouwen. Hij daagt ons uit om Hem te testen. Als jij wilt groeien in jouw vertrouwen in Hem, test Hem dan op de manier die God Zelf voorgesteld heeft. Geef voor Zijn dienst en laat je verrassen door de zegen die Hij over jou uitstort. Vertrouwen is niet hetzelfde als positief denken Veel christenen weten niet goed raad met het begrip 'positief denken'. Het klinkt hen te werelds. Ze zijn bang dat het iets demonisch heeft en dat het tegen God ingaat. Toch is positief denken een door God geschapen mechanisme dat wel degelijk een invloed heeft op hoe wij leven. Ik heb eens gelezen over een test die gedaan werd met twee groepen mensen. De eerste groep kreeg een collage van films te zien over de ellende op deze wereld. Begeleid van zware sombere muziek zagen die mensen beelden van oorlog, ziekte, vuurspuwende vulkanen, overstromingen, haat en nijd. De andere groep keek naar een collage van films over mooie dingen in het leven. Begeleid door vrolijke, opgewekte, melodieuze muziek zagen zij prachtige beelden over de schepping: majestueuze bergen, dwarrelende vlinders, de lach van een pasgeboren baby, een man en een vrouw die elkaar omarmden. Na afloop van de films kregen beide groepen een vragenlijst voorgelegd over hun toekomstverwachtingen. Hoe zie jij de toekomst? Zullen wij tijdens ons leven een oorlog meemaken? Hoe zie jij jouw financiële zekerheid? Welke kansen krijgen jouw kinderen? De eerste groep was in alle opzichten veel pessimistischer dan de tweede groep. Zij hadden geen hoge verwachtingen en zagen de toekomst heel somber. De tweede groep zag ook problemen in de toekomst, maar zij straalden vertrouwen en verwachting uit. Zij geloofden in de toekomst. En dat alles op grond van twee films van dertig minuten. Als dergelijke korte films onze kijk op het leven al kunnen veranderen, hoeveel temeer verandert het ons leven als wij ons voortdurende met negatieve of positieve gedachten vullen? In Spreuken 15:13 staat "Een blij hart maakt het aangezicht vrolijk, maar door hartenleed wordt de geest verslagen". Dat is positief denken. Het is een door God geschapen mechanisme dat een heel belangrijke invloed op ons leven heeft. Positief denken stelt ons niet in staat alles te doen. Het helpt ons wel alles beter te doen dan wanneer wij negatief denken. Maar ... positief denken is iets heel anders dan vertrouwen. Positief denken heeft een invloed op de levens van christenen en niet-christenen. Vertrouwen gaat echter véél en véél verder. Het betekent jouw leven leggen in de handen van jouw Schepper. Het betekent Hem vertrouwen voor Zijn redding. Het betekent Hem vertrouwen voor de leiding in jouw leven. Het betekent geloven dat Hij van jou houdt en het beste met jouw voorheeft. Vertrouwen en fatalisme Fatalisme is de leer die aanneemt dat de mens geen enkele invloed heeft op zijn lot. De naam is afgeleid van het Latijnse woord fatum, wat lot betekent. Dat ligt ogenschijnlijk niet zover verwijderd van vertrouwen voor het onmogelijke en is toch totaal anders. Het klopt dat je in beide gevallen tot het inzicht bent gekomen dat jij jouw lot niet zelf kunt bepalen. Een fatalist geeft zich over aan het toeval, aan gebeurtenissen, aan andere mensen. Bij vertrouwen in God geef jij je over aan de Schepper van hemel en aarde. Je geeft je over aan Hem Die de zon doet opgaan, Die planten doet groeien, Die de sterren hun plaats heeft aangewezen, Die jou beter kent dan jij jezelf kent. Je geeft je over aan Hem, Die was en is en zal zijn. Een fatalist ziet leegte en toeval; een christen die zijn leven, zijn toekomst en ja, ook zijn lot, in handen legt van haar of zijn Schepper, heeft hoop, leeft in verwachting, ziet uit naar wat Hij gaat doen en niet aan wat het toeval voor hem in petto heeft. Een fatalist in geldnood speelt lotto (je weet maar nooit hoe goed het toeval het met mij voorheeft - alsof het toeval kan denken en sturen). Een christen in geldnood belijdt voor zover het zijn schuld of domheid is die zonde aan God en brengt vervolgens zijn nood bij Hem. Petrus schrijft immers "Werp al uw bekommernis op Hem, want Hij zorgt voor u". (1Petrus 5:7) Aan wie wil jij jouw leven overgeven: aan het toeval of aan een liefdevolle Vader, die het beste met jou voorheeft? Het tegenovergestelde van vertrouwen Wij denken misschien dat het tegenovergestelde van vertrouwen geen vertrouwen is. Dat klopt echter niet. Het tegenovergestelde van het vertrouwen dat God het gaat maken is angst. Angst is een zeer sterk gevoel dat opkomt als wij bedreigd worden, als wij geen uitweg zien, als onze zekerheden onder ons wegbrokkelen. In Psalm 34:5 staat "Wend je vandaag tot Mij en Ik zal jou antwoorden; van alle angsten zal Ik jou bevrijden". En in Psalm 56:5 "Op God, wiens woord ik prijs, op God vertrouw ik, angst ken ik niet, wat kan een sterveling mij aandoen?" Jezus zegt in Johannes 14:1 "Wees niet ongerust, maar vertrouw op God en op mij". God weet dat angst deel van dit leven is. Als wij in nood zijn, als we geen uitweg meer zien dan kan de angst als een storm door ons heen gieren. Het tegenovergestelde van die angst is vertrouwen op God en zeggen: "Heer ik kan het niet. Ik ben bang. Mag ik schuilen bij U? Mag ik wegkruipen in Uw armen? Ik hoef niet alles te begrijpen. Laat mij gewoon dicht bij U zijn. Want liefde drijft vrees uit (1 Johannes 4:18). Wat Jezus heeft te zeggen over vertrouwen "Ik zeg u, indien gij een geloof hebt als een mosterdzaad, zult gij tot deze berg zeggen: Verplaats u van hier daarheen en hij zal zich verplaatsen en niets zal u onmogelijk zijn". (Mattheus 17:20) Dit is een haast ongelooflijk uitspraak van Jezus. Hij probeert iets heel belangrijks te communiceren en overdrijft om de boodschap over te brengen. Eerst heeft hij het over een geloof als een mosterdzaadje. Iets kleiners kan het menselijke oog nauwelijks waarnemen. Dan heeft hij het over een berg. Iets groters valt er niet te zien. Jezus wil hier duidelijk maken hoe groot de kracht van geloof, van vertrouwen is. Zelfs een klein geloof kan bergen verzetten. Een klein geloof in de onbegrensde macht van God kan wonderen doen. Zo'n geloof kan inderdaad de bergen in ons leven verplaatsen of doen verdwijnen. Niet gebaseerd op ons geloof, maar op Zijn almacht. Wat als het niet lukt God te vertrouwen? In de eerste plaats is dat heel menselijk. Vertrouwen is een geweldige uiting van overgave. Dat gaat niet altijd. Vertrouwen moet iedere dag nieuw zijn. Maar dat gaat niet iedere dag even goed. De vader van een bezeten jongen kwam tot Jezus (Marcus 9:14-24) en zei tegen Jezus "Als Gij iets kunt doen, help ons en heb medelijden met ons!" Jezus antwoordde met een prachtige zin, zeker in de context van deze overdenking. Hij zei "Als Gij kunt! Alle dingen zijn mogelijk voor wie gelooft". Mooi hè! ALLES, letterlijk ALLES is mogelijk als jij je vertrouwen in God stelt. En wat stamelde de goede verbouwereerde vader! “Ik geloof, kom mijn ongeloof te hulp”. Het was de man eenvoudigweg niet mogelijk om te geloven in het wonder van genezing en hij bad Jezus om hem het geloof te schenken dat Gods onbeperkte macht zou vrijzetten. Jezus deed dit en de jongen werd genezen. Soms willen wij God vertrouwen voor het onmogelijke in ons leven, maar het gaat gewoon niet. Dat begrijpt God. We mogen dan tot Hem gaan en Hem vragen ons vertrouwen in Hem te versterken. Vaak heb ik meegemaakt dat ik God zo graag wilde vertrouwen, maar dat mijn verstand niet meewerkte. Mijn verstand kan plannen maken, rekenen, oplossingen zoeken. Het is voor mij vaak zoveel gemakkelijker om te vertrouwen op de oplossingen die ik zelf heb kunnen bedenken. Het is soms zo moeilijk om af te wachten totdat Hij Zijn weg wijst en Zelf ingrijpt in mijn situatie. Vertrouwen vraagt moed Petrus was aan het vissen. Een hevige storm stak op. Plotseling was er een ander bootje met Jezus erin. Hij riep Petrus toe “Kom naar mij toe!” “Wat over het water?” “Dat kan niet!” “Kom Petrus!” Petrus moest toen besluiten wat hij wilde doen. God vertrouwen voor het onmogelijke - over water lopen is echt onmogelijk, dat weet iedereen - of afgaan op al zijn ervaring en kennis en zeggen: dit is absurd. Dit is onmogelijk. Ik ben toch niet gek. En wat deed Petrus. Hij plaatste één been over de rand van het bootjes. Waarschijnlijk hebben zijn collega's hem toegeroepen "Wat doe jij nou? Heb jij je verstand verloren?" Petrus plaatste zijn andere been over de rand. Een moment zat hij daar. Het wilde water onder hem. Hij keek Jezus aan. Die zei "Kom Petrus, waag het met Mij. Je kunt Mij vertrouwen". En Petrus deed een heel kleine stap die in werkelijkheid enorm groot was. Hij liet zich afglijden op het water en ontdekte tot zijn stomme verbazing dat hij niet onderging. Hij stond en liep op het water. Dat was nog nooit vertoond. God droeg hem. Hij deed het wonder. De kleine stap van Petrus maakte Gods onbeperkte kracht vrij. Zou Petrus die kleine stap niet genomen hebben zou hij God niet op zo'n wonderbare wijze aan het werk hebben gezien. Hij zou een kans gemist hebben die hij zijn hele leven niet meer vergeten kon. Zo gaat het ook met ons. Als wij het wagen met God, als wij Hem durven vertrouwen voor het onmogelijke in ons leven, zullen wij God aan het werk zien zoals wij anders nooit zullen zien. Ja, God is almachtig. Hij kan alles, maar Hij wil dat we Hem vertrouwen. Pas dan zal Hij Zijn onbeperkte krachten vrijmaken om dingen te doen in en door ons heen die menselijkerwijs gesproken onmogelijk zijn. De keuze is aan ons: een goedbedoeld en keurig geloofsleven, waarbij wij trouw aan Zijn hand wandelen, of een sensationeel christenleven waarbij wij God op een bijzondere manier aan het werk zien omdat wij Hem durven vertrouwen voor het onmogelijke. En hoe ging het verder met Petrus? Na de eerste euforie dat hij over het water kon lopen zag hij ineens weer de krachtige golven om zich heen. Hij had zijn ogen niet meer gericht op Jezus, maar op de problemen rondom hem. Het vertrouwen was weg. Petrus ging onder. En wat deed Jezus? Zei Hij "Eigen schuld, had je mij maar moeten blijven vertrouwen. Je hebt toch zelf mogen ervaren wat ik kan doen als jij Mij vertrouwt. Waarom keek je Mij niet meer aan en vond je het zo nodig om je te concentreren op de problemen om jou heen?" Nee, dat zei Jezus niet. Hij zei helemaal niets. Hij stak zijn arm uit en redde de doorweekte Petrus. Prachtig! God laat ons niet in de steek als wij Hem vertrouwen. Hij wil dat we Hem vertrouwen. Wij eren Hem als wij Hem durven te vertrouwen voor het onmogelijke in ons leven. Gooi jouw benen overboord en loop over water. Of denk je echt dat jouw probleem of jouw uitdaging te groot is voor God? Absoluut niet! God bevestigt vertrouwen Er is niet één voorbeeld in de Bijbel te vinden van iemand die God vertrouwde, die door God in de steek werd gelaten. God reageert altijd op vertrouwen in Hem. Hij kan en Hij wil niet anders, omdat vertrouwen in Hem de basis en de kern van ons geloof is. Door de hele bijbel klinkt Gods aanmoediging: vertrouw Mij toch. Vertrouw Mij zoals Gideon Mij vertrouwde toen hij met een handjevol mannen de grote legers van de Midianieten tegemoet ging. Waag het toch met Mij zoals David deed toen een reus tegenover hem stond. Geloof Mij toch zoals Paulus Mij vertrouwde toen hij het evangelie in Rome, het centrum van de toenmalige wereld, wilde verkondigen. Telkens op nieuw is er dezelfde boodschap: vertrouw Mij! Maar wat als vertrouwen niet schijnt te werken? Nu ik deze woorden schrijf moet ik denken aan onze medewerker Arie. Ik was toen nog de leider van Agapè in Nederland. Arie - wiens naam ik bewust gebruik om hem te eren - was één van onze meest bevlogen en daadkrachtige medewerkers. Hij en zijn vrouw Nel hadden de Heer zo lief dat zij hun meubelzaak verkochten om Hem fulltime te dienen. Toen kreeg Arie prostaatkanker! Dat was een enorme klap voor Arie, Nel, de andere medewerkers en vele christenvrienden. Hier scheen iets niet te kloppen. "Heer", baden wij "Arie en Nel hebben alles achtergelaten voor U. Het zijn Uw dienstknechten. Wij vertrouwen erop dat u Arie gaat genezen." We organiseerden gebed. Arie ging voor enige tijd naar Amerika om zich daar te laten behandelen (vertrouw en werk). Het duurde allemaal lang, maar het wonder gebeurde. Langzaam ging het beter met Arie. Wat een blijdschap! God had onze gebeden en ons smeken gehoord. Arie was zo dankbaar en had zo'n vertrouwen in God dat hij besloot een dankdienst te organiseren. Ik zal die avond nooit vergeten. De kerk zat boordevol met honderden vrienden die met Arie en Nel gestreden hadden. Het was een groot feest. Arie getuigde van Gods werk in Zijn leven. Wij zongen liederen tot Zijn eer. We prezen zijn naam. Drie maanden later stierf Arie aan de gevolgen van de prostaatkanker. Wij waren allemaal zeer ontdaan. Ongetwijfeld waren er christenen kwaad op God. Dit klopt niet! Zegt u niet in Uw Woord "Indien gij Mij iets vraagt in mijn naam, Ik zal het doen". (Johannes 14:14) Staat er niet "Het gelovig gebed zal de lijder gezond maken en de Heer zal hem oprichten." (Jacobus 5:15)? Hoe is het dan mogelijk dat U ons gebed voor Uw dienstknecht niet gehoord hebt? Waarom hebt U Arie niet genezen? Waarom hebt U toegestaan dat mensen om ons lachen omdat wij een dankdienst hebben gehouden? Weet je wat nu, vele jaren na de dood van Arie, mijn antwoord is? Ik weet het niet. Honderden keren heb ik hier over nagedacht. Ik heb deze gebeurtenis telkens opnieuw in gebed bij de Heer gebracht. Ik wilde begrijpen, maar ik begrijp het nog steeds niet. Natuurlijk heb ik troost gevonden in de Bijbel. Bijvoorbeeld waar God zelf zegt "Mijn gedachten zijn niet uw gedachten en uw wegen zijn niet Mijn wegen" (Jesaja 55:8). Daar kan ik mee leven. Wij zullen God nooit echt kunnen begrijpen. Kennelijk wil God ons met deze uitspraak duidelijk maken dat er een weg is die nog hoger gaat dan hoe wij de Bijbel begrijpen. Wij willen graag een zeker automatisme uit de woorden in de Bijbel distilleren. Want daaraan wordt zekerheid ontleend. Bidt en u zal gegeven worden. Zo staat het er, maar zo functioneert het kennelijk niet klakkeloos. Waarom niet? Omdat er een weg is die hier bovenuit gaat. Dat is Gods wil. Hij weet beter dan wij wat goed voor ons is. In Lucas 11:11 staat "Is er soms een vader onder u, die, als zijn zoon hem om een vis vraagt, hem voor een vis een slang zal geven?" Nee dat is duidelijk, dat doet geen vader. Maar draai het nu eens om. Wat als de zoon in zijn onwetendheid een slang vraagt? Zal de vader die geven? Natuurlijk niet, omdat hij beter weet dan zijn zoon wat goed en wat slecht voor hem is. Was het beter voor Arie om te sterven? Ik weet het niet! In Psalm 116:15 staat "Kostbaar is in de ogen des HEREN de dood van zijn gunstgenoten". Is dat dan het antwoord op onze vragen. Ik weet het niet. Een ding weet ik echter wel en dat is dat ik met dit niet begrijpen van Arie's dood geen beloften uit Gods woord mag doorstrepen. Die beloften zijn echt. Die beloften heb ik vaak in vervulling zien gaan. Het niet begrijpen van Gods unieke weg doet niets af aan Zijn beloften. Mogelijk dat het antwoord op deze moeilijke vraag ligt in de woorden van Jezus in Getsemane. Daar bad Jezus in doodsnood "Mijn Vader, indien het mogelijk is, laat deze beker Mij voorbijgaan; doch niet gelijk Ik wil, maar gelijk Gij wilt" (Mattheus 26:39). We mogen ervan uitgaan dat God dat gebed van Zijn enige Zoon gehoord heeft en dat de eigen woorden van Jezus van toepassing zijn op dit gebed: Vraag en gij zult ontvangen. En toch is er kennelijk een hogere weg. Dat is wat Jezus toevoegt aan Zijn noodkreet. Niet Mijn wil geschiede, maar de Uwe. Dat is het perfecte gebed. We mogen God onze wensen in gebed voorleggen. God wil dat wij Hem vertrouwen voor het onmogelijke in ons leven. Maar daarbij mogen wij een weg gaan die nog hoger voert. Uw wil geschiede. Dat is vertrouwen in de puurste vorm. Hoe groter het probleem hoe beter God gaf Gideon de opdracht om de Midjanieten aan te vallen: "Toon je moed en bevrijd Israël, dat is Mijn opdracht." (Rechters 6:14b) Gideon zag dat echter helemaal niet zitten, want hij had leren tellen. Hij wist dat de Midjanieten driehonderdduizend strijders hadden, terwijl Gideon niet meer dan tweeëndertigduizend mannen bij elkaar zou kunnen ronselen. Hij deed dan ook zijn uiterste best om onder deze opdracht uit te komen. God moest hem overtuigen met een paar 'trucjes' en eindelijk was Gideon bereid om te gaan. Hij ging met angst in zijn benen. En neem het de man maar eens kwalijk. Wat zouden wij hebben gedaan? Toen Gideon met zijn legertje op het slagveld aankwam en het grote leger van de vijand zag, wilde hij direct zijn biezen pakken. De Heer zei echter tegen hem: "Gideon, jij hebt te veel soldaten." "Wat bedoelt U? Zij hebben er zeker tien keer zoveel als wij. Wilt U alstublieft nog eens tellen?" "Nee Gideon: Het leger dat je bij je hebt is te groot. Ik lever de Midjanieten niet aan jullie uit, want ik wil niet dat Israël zich erop beroemt dat het zich op eigen kracht heeft bevrijd." (Rechters 7:2) En zo werd het toch al te kleine leger van Gideon ook nog gereduceerd tot tienduizend soldaten. Later bleven er maar driehonderd over door een selectieproces dat helemaal niets te maken heeft met de manier waarop je normaal gesproken oorlog voert. Gideon hield driehonderd mannen over. Niet noodzakelijkerwijs de beste soldaten, maar diegenen die water konden drinken als een hond. Dat helpt niet veel als je een oorlog moet voeren. Wat ik zo mooi vind, is dat Gideon, vlak voordat hij met die driehonderd mannen dat grote en fantastische leger van de Midjanieten aanviel, zei: "Het is zover! De Heer geeft jullie het kamp van Midjan in handen." (Rechters 7:15b) Denk daar eens over na. Toen Gideon tweeëndertigduizend soldaten tot zijn beschikking had, deed hij het in zijn broek van angst. Hij wilde maar één ding: zo snel mogelijk weg wezen. Toen hij nog maar driehonderd mannen over had, gaf hij echter blijk van een groot en diep vertrouwen in God. Waarom? Omdat hij wist dat God een groot wonder zou moeten doen om met dit handjevol mensen een groot en machtig leger te kunnen overwinnen. Met zijn eigen leger van meer dan dertigduizend soldaten had hij zelf nog iets kunnen beginnen, maar met driehonderd man kon hij niets meer. Hij moest wel op God vertrouwen. Daarom zijn grote problemen vaak beter voor ons dan kleine problemen. Dat klinkt overdreven, maar het is waar. Als we een klein probleem hebben dan lossen wij dat gewoon even op. Waarschijnlijk denken wij er niet eens aan ervoor te bidden. Als het probleem echter groter is dan zoeken wij graag hulp bij God. En als het probleem voor ons onmogelijk is hebben wij geen andere keus dan te vertrouwen op onze Heer. Bij kleine problemen vertrouwen wij op ons eigen kunnen; bij onmogelijke problemen kunnen wij alleen op God vertrouwen. Ik geloof dat Paulus dit in gedachten had toen hij schreef "Als ik zwak ben, dan ben ik machtig" (2 Korinthiers 12:10). Als je weet dat je zwak bent en het alleen niet kunt, ben je sterk als je naar de Heer gaat die zegt "Zou voor Mij iets te wonderlijk zijn?" Genesis 18:14 In eigen kracht Toch kan het ook gebeuren dat wij onmogelijke problemen, die God niet meteen oplost, in eigen kracht willen oplossen. Denk maar eens aan Abraham, die van God de belofte kreeg dat hij de vader zou worden van een groot volk. Zijn vrouw Sara was echter onvruchtbaar. Dat was een onmogelijk probleem. Hoe kon Abraham vader worden van een groot volk als zijn vrouw geen kinderen kon krijgen? Ongetwijfeld heeft Abraham geworsteld met zijn vertrouwen op God. Hij was een vroom man, die zijn God wilde vertrouwen, maar de vervulling van Gods belofte was voor hem onmogelijk. Na jaren van strijd en worsteling besloot hij God een beetje te helpen het onmogelijke probleem op te lossen. Hij dacht, als ik een kind krijg met een andere vrouw ben IK nog steeds de vader van een groot volk. De belofte van God gold immers mij en niet Sara. En zo gebeurde het ook. Abraham kreeg een zoon van de slavin Hagar. Hij noemde hem Ismaël. Probleem opgelost. Abraham kon vader worden van een groot volk en niemand hoefde zijn gezicht te verliezen. God niet en Abraham niet. Maar zo werkt dat niet bij God. Hij heeft onze hulp niet nodig om Zijn eigen beloften waar te maken. Sterker nog Hij wil onze hulp niet. Hij wil dat wij Hem vertrouwen. En dat is soms heel moeilijk. Wij vertrouwen vaak liever op onze eigen mogelijkheden dan op de onbegrensde mogelijkheden die God heeft en ons aanbiedt. En dat kan catastrofale gevolgen hebben. Ismaël, de zoon van de eigen oplossing werd de voorvader van alle Arabieren. Isaäk, de zoon van Gods belofte werd de voorvader van de Israëlieten. Door de eeuwen heen, tot op de dag van vandaag, leven zij in ruzie en oorlog met elkaar. Dat gebeurt als we God voor de voeten lopen. Dat gebeurt als we meer vertrouwen op onze eigen goede ideeën dan op Gods ingrijpen op Zijn tijd en Zijn manier. In Psalm 147:10 staat "Hij heeft geen welgevallen aan de kracht van het paard, noch behagen in de benen van de man". Bedoeld wordt: vertrouw niet op eigen kracht en op eigen kunnen, maar vetrouw op de Heer onze God, Schepper van hemel en aarde. In vertrouwen God danken Paulus schrijft in 1 Tess 5:18 "Dankt onder alles, want dat is de wil Gods in Christus Jezus ten opzichte van u". Ja dat is nogal wat! Wat er ook gaande is in jouw leven leer God te danken. Niet voor alles, maar in alles en onder alles. We hoeven God niet te danken voor problemen, maar we mogen en kunnen God wel danken 'in' problemen. We hoeven niet te bidden: dank u God dat ik ziek ben, maar we mogen wel bidden: ondanks het feit dat ik ziek ben wil ik U loven en prijzen, omdat U mijn God bent; omdat U weet wat mijn situatie is; omdat U het beste met mij voorhebt. Hierbij gaat het om een houding van dankbaarheid; van vertrouwen. Dat is een levenshouding die wij kunnen leren. Het vraagt veel oefening, maar het heeft een geweldige uitwerking op ons leven. Ik heb geleerd - nee beter gezegd ik blijf leren - om te zingen. Niet hardop, maar in mijn hart. Ik zing dan: Loof de Here mijn ziel ... en alles wat in mij is Zijn heilige Naam. Er zijn dagen dat zo'n lied voortdurend bij mij is. Het zoemt door mijn hart. Soms maak ik er spontaan mijn eigen woorden bij. Ik kan u zeggen dat dat mijn beste dagen zijn. Als ik God loof en aanbid zijn de omstandigheden altijd minder belangrijk. Het is dan alsof God mij boven mijn situatie en boven mijn problemen uittilt. Ik zie mijn problemen dan op een andere manier. Als ik God loof, staat Hij mij toe mijn problemen en uitdagingen een beetje vanuit Zijn perspectief te zien. Dan wordt een enorme berg waar ik van onderen tegenaan kijk een stipje ergens ver beneden mij. Als jij dat nog niet kent. Leer dan God te loven. Ook, of misschien juist, als jouw situatie niet rooskleurig is. Ga tegen jouw verstand in dat jou mogelijk naar beneden trekt en geef jouw ziel de ruimte om God te aanbidden. Zoals het zo eenvoudig en krachtig staat in Psalm 103:2 "Loof de HERE, mijn ziel, en vergeet niet een van zijn weldaden". Als je dit leert, zal jouw leven nooit meer hetzelfde zijn. En in Psalm 40:4 "Hij gaf mij een nieuw lied in de mond, een lofzang voor onze God. Mogen velen het zien vol ontzag en vertrouwen op de HEER". Vertrouwen went nooit Als je tot hier bent gekomen denk je misschien; nou ja, die Leo Habets heeft het onder de knie. Hij weet hoe het gaat. Hij kan God vertrouwen voor het onmogelijke in zijn leven. Niets is minder waar! Ik zal het eerlijk zeggen: God vertrouwen voor het onmogelijke went nooit. Je zou eens moeten weten hoeveel slapeloze nachten ik heb doorgebracht. Je zou eens moeten weten hoe vaak ik met God in het verborgene gestreden hebt. Hoe vaak ben ik vertwijfeld geweest. Hoe vaak heb ik niet meer geweten hoe het verder gaat. Nu ik dit schrijf ben ik 63 jaar. Ik leef meer dan 40 jaar met God. Toch moet mijn vertrouwen in God iedere dag nieuw zijn. Ook al heb ik God in het verleden vaak zien handelen en ook al ken ik Hem veel beter dan twintig of dertig jaar geleden, vertrouwen gaat niet vanzelf. Het is iedere keer weer een keuze die ik moet maken. Het is iedere dag opnieuw een keuze die jij mag maken. Vertrouw op God Ja, ik wil mijzelf en jou toeroepen: vertrouw op onze God! Waag het met de Heer. Hij is de Schepper van hemel en aarde. Hij wil dat jij Hem vertrouwt. Durf te springen. Sta God toe jouw leven te veranderen en te verrijken door Hem te vertrouwen. Mis geen kansen door ongeloof of door gebrek aan moed. Spring van de hooiwagen af in de armen van jouw Vader. Hij vangt jou op. Daar kun je zeker van zijn. Vertrouwen is gebaseerd op een relatie Ik ben deze overdenking begonnen met het verhaal van mijn vader, die mij toeriep: spring. Wat als iemand anders mij gevraagd had van de hooiwagen af te springen? Wat als een vreemde dat gevraagd zou hebben? Waarschijnlijk zou ik niet gesprongen zijn. Ik kende mijn vader. Ik wist dat ik hem kon vertrouwen en daarom durfde ik het aan om te springen. Zo is het ook bij God. Hoe beter wij Hem kennen, hoe langer wij met Hem wandelen, hoe meer ervaringen wij met Hem hebben opgedaan, hoe gemakkelijker het wordt om Hem te vertrouwen, om te springen in de overtuiging dat Hij ons opvangt. Daarom wil ik in dit tweede deel van deze overdenking een tiental punten weergeven over onze relatie tot God, zoals ik die geschreven heb in het boek 'Manna' een dagelijkse overdenking voor het hele jaar. 1 - God beter leren kennen Misschien kijk je een beetje vreemd op van dit eerste punt. Misschien is je reactie: Ja, maar wij kennen God toch? Natuurlijk kennen wij God, maar er is een groot verschil tussen 'kennen' en 'kennen'. We kunnen iemand kennen zonder hem of haar werkelijk te kennen. Iemand werkelijk leren kennen, betekent dat we een relatie moeten opbouwen. Dat kost tijd. Dat kost inspanning. Het betekent ook dat we bereid moeten zijn ons aan de ander te geven. Precies zo is het in onze relatie tot God. Het is best mogelijk dat we God kennen, in die zin dat wij van Hem 'weten', maar dat zegt nog niets over een levende en persoonlijke relatie met Hem. Een Bijbels voorbeeld van iemand, die God wel kende, is Mozes. In Exodus 33 kunnen wij hierover lezen. Daar wordt verteld hoe Mozes buiten de legerplaats een tent opzette. Een tent der samenkomst waar Mozes 'zijn' God regelmatig ontmoette. Wanneer Mozes die tent binnenging, daalde God in een wolkkolom neer en sprak met Mozes. God sprak met hem van aangezicht tot aangezicht, zoals iemand spreekt met een vriend. Dat is nogal wat. Het spreekt over een werkelijk kennen van elkaar, over een persoonlijke relatie. Een paar verzen verder kunnen wij lezen dat God zegt dat Hij Mozes bij name kende. We kunnen ook lezen dat Mozes het verlangen had om God beter te leren kennen en om Zijn heerlijkheid te zien. Terecht wordt in Deuteronomium verteld dat Mozes de Heer heeft gekend van aangezicht tot aangezicht (hoofdstuk 34:10). Hoe zit dat met jou! Hoe goed ken jij God? Als jij gevraagd zou worden om eens alles op te schrijven wat je weet over God, hoe lang zou jouw verhaal dan worden? In zijn boek 'Knowing God' schrijft J.I. Packer dat wij christenen God zo vaak bekijken door het verkeerde einde van een verrekijker. In plaats dat wij God 'dichterbij halen' om Hem echt te leren kennen, 'verkleinen' wij Hem zo vaak. We plaatsen God op een afstand. En dat heeft een verwoestende uitwerking op ons christenleven. Onze geestelijke conditie en ook de mate waarin wij God durven te vertrouwen is recht evenredig aan onze kennis van God. 2 - Jezus bewust volgen als de Heer van het leven Enige tijd geleden was er duidelijk iets mis in mijn leven. Er was een zonde in mijn leven gekomen, waarmee ik niet had afgerekend. Ook toen was ik actief in christelijk werk. Ook toen was ik druk met de verkondiging van het evangelie. Ik las in de Bijbel en ik had een dagelijkse tijd van gebed. En toch was er die zonde in mijn leven. Dat kan allemaal. Op een avond nadat ik gebeden had, sloeg ik mijn Bijbel open. Die avond 'sprak' God tot mij door het eerste Bijbelvers dat ik las. Misschien is het goed erbij te vertellen dat ik niet geloof dat God in de regel zo werkt. Er zijn mensen die, wanneer ze een probleem hebben, hun ogen sluiten, de Bijbel laten openvallen en dan geloven dat God een boodschap voor hen heeft door het eerste Bijbelvers dat ze lezen. Misschien ken jij ook wel dat grapje over die man die een probleem had. Hij sloot zijn ogen, liet zijn Bijbel openvallen en las: "Daarop ging Judas heen en verhing zich." Nee, dacht hij, dat kan onmogelijk Gods boodschap voor mij zijn. Laat ik het nog eens proberen. Weer sloot hij zijn ogen, liet zijn Bijbel openvallen en las: "Ga heen, doet gij evenzo." Nee, ik geloof niet dat God in de regel zo werkt. We mogen deze 'instant-oplossingen' voor onze problemen in ieder geval niet zoeken. Toch sprak God die avond, toen die zonde in mijn leven was, tot mij door het eerste vers waarop mijn oog viel. Ik las het evangelie naar Lucas, hoofdstuk 6 vers 46. Daar zegt Jezus: "Waarom roepen jullie Heer, Heer tegen mij, maar doen jullie niet wat ik zeg?" Dat maakte diepe indruk op mij. Het was alsof Jezus tegen mij zei: Leo, waarom noem je Mij Heer? Noem Mij jouw Verlosser, jouw Zaligmaker, jouw Heiland, maar noem Mij alsjeblieft niet jouw Heer als je niet bereid bent te doen wat Ik zeg. Want wat is een heer? Een heer is iemand, die de leiding heeft; die het voor het zeggen heeft; die gehoorzaamd wil worden. Wij hebben het recht niet Jezus Christus Heer te noemen als wij niet bereid zijn te doen wat Hij van ons vraagt. In 1 Korintiërs 6:20 schrijft Paulus dat wij christenen gekocht en betaald zijn. Dat wil zeggen, dat Jezus Christus op Golgota de prijs voor ons leven heeft betaald. Hij is, om het maar eens zo te zeggen, onze eigenaar geworden. Wij behoren Hem toe in alles wat we zijn, doen en kunnen. Alles is van Hem; ons leven, onze talenten, de relaties die wij hebben, onze bezittingen, onze tijd. Wanneer Jezus Christus ons heeft gekocht (dat wil zeggen dat wij ons door Hem hebben laten kopen) hebben wij ons leven volkomen onder Zijn heerschappij gesteld. In ieder opzicht en tot in elk detail is Hij de Heer van ons leven geworden. We leven dan niet meer voor onszelf, maar voor Hem die voor ons is gestorven. 3 - Dagelijks leven in de kracht van de Heilige Geest Eens moest ik naar het buitenland voor een conferentie. De avond voordat ik vertrok, kreeg ik van mijn toen zesjarige dochter een pakje. Dat was voor mij. Een cadeautje. Maar, ik mocht het pas openmaken na aankomst in dat 'verre en vreemde' land. Ik stopte het pakje in mijn koffer en vergat de hele gebeurtenis, totdat ik na een vermoeiende dag reizen in mijn hotel aankwam. Ik opende mijn koffer en vond het pakje. Nieuwsgierig en ongeduldig scheurde ik het papier eraf. Ontroerd staarde ik naar het 'cadeau'. Een mandje van klei en een vrolijk lachend popje. Twee voorwerpen die veel waarde hadden in het jonge leventje van mijn dochter. Twee voorwerpen ook die ze zeker zou missen gedurende mijn afwezigheid. Als vader was ik diep getroffen door dit gebaar van liefde. Ik heb dat mandje van klei en het dom lachende popje op mijn nachtkastje gezet. Zo werd ik herinnerd aan mijn dochter. In zekere zin was zij al die tijd bij mij. Toen ik over dit alles nadacht, werd ik opnieuw bepaald bij het 'cadeau' dat God ons heeft meegegeven gedurende de tijd dat wij 'in den vreemde' zijn. In zekere zin zijn wij christenen ook ver van huis, ver van het koninkrijk waarin wij thuishoren. En natuurlijk heeft God ons niet een 'ding' gegeven dat Hem vertegenwoordigen moet. God heeft zelfs niet een ander gegeven om Hem te vertegenwoordigen. God gaf Zichzelf. Hij gaf de Heilige Geest, de Trooster, om bij ons te zijn gedurende onze tijd 'in den vreemde'. God in de persoon van de Heilige Geest, woont in ons. Hij is het die ons kracht wil geven. Hij wil ons helpen Gods Woord te 'verstaan'. Hij leidt ons in het gebed. Hij is het, die ons christenleven vruchtbaar maakt. Het is onmogelijk het christenleven te leven los van de Heilige Geest. En toch, hoe vaak proberen wij dat niet? Is dat niet één van de zwakste kanten van ons christenleven? In Handelingen 19:1-2 kunnen wij lezen dat Paulus aan mensen in Efeze een vraag stelde over de Heilige Geest. Hun verbaasde antwoord was: "Wij hebben zelfs niet gehoord van het bestaan van een heilige Geest." Soms denk ik wel eens dat veel christenen op dezelfde manier zouden moeten reageren. Wie van ons weet nog wie de Heilige Geest is en wat het betekent onder leiding van de Heilige Geest te leven? Toch is het leven onder leiding van de Heilige Geest niet minder dan een opdracht. In Efeziërs 5:18b lezen we, dat we moeten worden vervuld met de Heilige Geest. Letterlijk staat er dat we voortdurend vervuld moeten worden (en blijven) met Gods Heilige Geest. Voortdurend moeten wij ons leven onder Zijn controle stellen. Voortdurend moeten wij zoeken te leven en te handelen naar Zijn wil. 4 - De Bijbel aanvaarden, bestuderen en toepassen als het Woord van God Veel christenen hebben de Bijbel steeds meer van zijn kracht ontdaan. Langzamerhand zijn zij de Bijbel anders gaan lezen. Ze zijn de Bijbel gaan aanpassen aan hun situatie in plaats dat zij zich aanpassen aan wat de Bijbel te zeggen heeft. En zo is de Bijbel vaak niet meer de norm voor het leven, maar zoeken veel christenen de norm in zichzelf of in anderen. Velen hebben doorgestreept wat niet meer toepasselijk lijkt in onze moderne tijden zo is het 'tweesnijdende zwaard' een bot en min of meer zinloos werktuig geworden. Daarmee doen zij zichzelf tekort, want wie kan er strijden met een stomp zwaard? Wat doet Gods Woord allemaal voor ons? Het Woord van God geeft de richting aan In Psalm 119:105 kunnen wij lezen: "Uw woord is een lamp voor mijn voet en een licht op mijn pad." Dat betekent dat het Woord van God, de Bijbel, ons begeleiden kan (en moet) op onze levensweg. Die weg is vaak donker en ook gevaarlijk. Het Woord van God mag ons daarbij licht geven, voor ons uit schijnen, ons helpen om de richting te bepalen. Je moet toch een beetje een dwaas zijn om daar niet echt gebruik van te maken. Het Woord van God beschermt ons tegen onszelf Psalm 119:11: "Uw belofte heb ik in mijn hart geborgen, zo zal ik niet tegen U zondigen." Als wij het Woord van God bestuderen, overdenken en opbergen in ons hart, zal het Woord van God een steeds grotere invloed op ons leven krijgen. Het Woord van God wordt zo een deel van onszelf dat bepalend wordt voor ons denken en handelen. Het Woord van God creëert zekerheid Jesaja 40:8: "Het gras verdort en de bloem verwelkt, maar het woord van onze God houdt altijd stand." Gods Woord is een vaste, onveranderlijke basis voor ons persoonlijke leven en voor de mensheid. Wij hoeven niet heen en weer geslingerd te worden door allerlei gedachten en stromingen. Wij mogen gaan staan op het vaste, onveranderlijke fundament van Gods Woord. Het Woord van God vormt ons 2 Timoteüs 3:16,17: "Elke schrifttekst is door God geïnspireerd en kan gebruikt worden om onderricht te geven, om dwalingen en fouten te weerleggen, en om op te voeden tot een deugdzaam leven, zodat een dienaar van God voor zijn taak berekend is en voor elk goed doel volledig is toegerust." Het regelmatig lezen en bestuderen van het Woord van God zal ons karakter vormen en ons toerusten voor de taak die wij hebben. 5 - Leren om consequent en aanhoudend te bidden Een goede bekende van mij moest jaren geleden in militaire dienst. Dat kwam hem slecht uit, omdat hij net verliefd was geworden. Voordat hij in dienst moest, ontmoette hij zijn geliefde haast elke dag. Ze woonden nog geen vier kilometer bij elkaar vandaan. De eerste weken als militair zag hij haar helemaal niet. In die tijd werden de rekruten de eerste weken binnengehouden. Daarna zag hij haar meestal gedurende het weekend. Dat was de beste tijd van de hele week. Daar leefde hij naar toe. Daar zag hij naar uit. Des te dramatischer was dan ook het afscheid iedere zondagavond. Meestal bracht zij hem op de fiets naar de bus. Met de nodige emoties namen zij dan voor een week afscheid van elkaar. Maar dat wilde niet zeggen dat ze geen contact meer hadden met elkaar. Nee, want maandagavond, in de kazerne, schreef hij haar een brief. Dinsdagavond belde hij haar op. Woensdag ontving hij de brief die zij hem geschreven had. Donderdag belde zij hem op. En vrijdag was de grote dag, want dan zagen zij elkaar weer. Zo ging dat achttien maanden lang. Iedere week opnieuw. Waarom deden zij dat? Gebeurde er zoveel in hun leven dat zij elkaar iedere dag iets nieuws te vertellen hadden? Nee, zó interessant was het militaire leven nou ook weer niet. Er was maar één reden waarom zij iedere dag contact met elkaar wilden hebben: hun liefde voor elkaar. Liefde vraagt om communicatie. Communicatie is de levensader van de liefde. Door communicatie kan liefde groeien. Zonder communicatie sterft liefde. Precies zo is het in onze relatie tot God. Ook hier is sprake van een liefdesrelatie die om communicatie vraagt. Ook deze liefdesrelatie zal groeien door regelmatig en diepgaand contact. Maar, ook deze liefdes- relatie zal uitdrogen als die niet gevoed wordt door communicatie. Daarom is het voor ons christenen zo belangrijk om regelmatig tijd te nemen om met God te communiceren. Om Zijn Woord te lezen en om te bidden. Maar, bidden gaat niet vanzelf en is niet altijd eenvoudig. Dat hadden de discipelen al begrepen. Toen zij Jezus weer een keer zagen bidden, kwam één van de discipelen bij Hem en vroeg: "Heer, leer ons bidden, zoals ook Johannes het zijn leerlingen geleerd heeft." (Lucas 11:1b) Bidden kun je dus leren. Nee, bidden moet je leren. En hoe doe je dat? Nou ja, door te bidden en uit te zien naar Gods reactie op jouw gebed. Ook dat is vertrouwen. Het betekent onze wensen en verlangens bij God brengen en vertrouwen op de beloften in Zijn Woord dat Hij zal reageren op onze gebeden. Zo leer je bidden en zo wordt gebed een avontuur. 6 - Leven vanuit de zekerheid van geloof en verlossing Jezus Christus heeft eens de straf gedragen die wij mensen verdiend hebben. Als wij dat erkennen en Hem aanvaarden als onze persoonlijke Verlosser, neemt God ons aan als Zijn kinderen. In Johannes 1:12 staat: "Wie Hem (Jezus) wel ontvingen en in Zijn naam geloven, heeft Hij het voorrecht gegeven om kinderen van God te worden." Als wij Jezus Christus hebben aanvaard als onze persoonlijke Verlosser mogen wij ook zeker zijn van onze relatie tot God. Toch is het ontbreken van zekerheid één van de grootste problemen onder christenen. Er zijn zoveel christenen die in onzekerheid leven. Hun hele leven blijven ze hopen. Hun hele leven proberen zij de relatie met God waar te maken. Altijd zijn ze bang, dat die relatie met God ineens zal eindigen. Maar zo'n houding is niet Bijbels. In 1 Johannes 5:11,12 staat: "God heeft ons eeuwig leven geschonken en dat leven is in Zijn Zoon. Wie de Zoon heeft, heeft het leven. Wie de Zoon van God niet heeft, heeft het leven niet." En Paulus schreef aan de christenen in Rome: "Ik ben ervan overtuigd dat dood noch leven, engelen noch machten noch krachten, heden noch toekomst, hoogte noch diepte, of wat er ook maar in de schepping is, ons zal kunnen scheiden van de liefde van God, die hij ons gegeven heeft in Christus Jezus, onze Heer." (Romeinen 8:38,39) Deze twee Bijbelgedeelten spreken van een diepe en rotsvaste zekerheid. Een zekerheid die niet gebaseerd is op wat wij doen of hoe wij leven, maar een zekerheid die gebaseerd is op wat Hij voor ons heeft gedaan. Een zekerheid gebaseerd op Zijn eeuwige trouw. Een zekerheid die voor alle christenen geldt. Als je niet zeker bent van je relatie met God, zijn er in principe twee mogelijkheden. In de eerste plaats is het mogelijk dat die zekerheid ontbreekt, omdat je Jezus Christus nooit hebt aanvaard als jouw persoonlijke Verlosser. Misschien ga je geregeld naar de kerk. Misschien lees je dagelijks in de Bijbel. Misschien praat je regelmatig met God, maar je bent nooit tot een punt gekomen waarop je jouw leven volkomen en onherroepelijk aan Hem hebt overgegeven. Dan kun je ook niet zeker zijn van je relatie met God. Dan mag je zelfs niet zeker zijn, want het zou een valse zekerheid zijn. Het is ook mogelijk, dat jij in je leven heel oprecht Jezus Christus hebt aanvaard als jouw persoonlijke Verlosser, maar toch niet zeker bent van je relatie tot God. Als dat zo is, doe je God een groot verdriet. Je doet Hem tekort. Kennelijk durf je niet te aanvaarden wat Hij jou in Zijn Woord aanbiedt. Je durft Hem niet te vertrouwen. Je twijfelt. 7 - Reine levens leiden en radicaal afrekenen met zonden G.I.G.O is een term die gebruikt wordt in de wereld van computers. Het betekent: 'Garbage In, Garbage Out', wat zoveel wil zeggen als 'afval erin, afval eruit'. De bedoeling is duidelijk. Wanneer wij waardeloze of verkeerde informatie aan de computer ‘voeren’, kan die computer niet anders dan diezelfde waardeloze of verkeerde informatie terugspuien. Zo is het ook in het christenleven. Als wij onze gedachten en ons hart vullen met verkeerde dingen, kunnen er alleen verkeerde dingen uit terugkomen. Hier is ook zeker het spreekwoord van toepassing: Wie met pek omgaat, wordt ermee besmet. En dat is nou juist wat het zo moeilijk maakt. Iedere dag en overal zijn wij omgeven door 'pek'. Van alle kanten worden wij met de zonde geconfronteerd. Van alle kanten doet de zonde een beroep op ons. En is het niet ons eigen hart dat ons telkens opnieuw verraadt? Geven wij niet vaak toe aan de zonde, omdat die zo aantrekkelijk wordt voorgesteld? Is het niet zo, dat we ook gemakkelijk toegeven aan de zonde, omdat de zonde zo normaal is geworden? Van alle kanten wordt ons opgedrongen dat het 'christelijk' is om tolerant te zijn, zelfs ten aanzien van de zonde. Tolerantie ten aanzien van zonden is echter niet Bijbels. Telkens opnieuw waarschuwt de Bijbel ons voor de vernietigende invloed van de zonde. "En als je rechterhand je op de verkeerde weg brengt, hak hem dan af en werp hem weg. Je kunt immers beter een van je lichaamsdelen verliezen dan dat heel je lichaam naar de Gehenna gaat." (Matteüs 5:30) "Iedereen komt in verleiding door zijn eigen begeerte, die hem lokt en meesleept. Is de begeerte bevrucht, dan baart ze zonde; en is de zonde volgroeid, dan brengt ze de dood voort." (Jakobus 1:14,15) "Raak niets aan dat onrein is." (2 Korintiërs 6:17b) "Streef ernaar in vrede te leven met allen en leid een heilig leven; wie dat niet doet zal de Heer niet zien." (Hebreeën 12:14) "Ten slotte, broeders en zusters, schenk aandacht aan alles wat waar is, alles wat edel is, alles wat rechtvaardig is, alles wat zuiver is, alles wat lieflijk is, alles wat eervol is, kortom, aan alles wat deugdzaam is en lof verdient." (Filippenzen 4:8) Waarom toch die sterke nadruk op reinheid in de Bijbel? Heel eenvoudig, omdat wij een God mogen kennen en mogen dienen die heilig is. We kunnen alleen in relatie tot Hem leven en door Hem worden gebruikt als onze levens rein zijn. 8 - Het evangelie verkondigen In 2 Koningen 6 kunnen wij lezen dat vijandelijke troepen Samaria belegerden. Niemand kon de stad nog in of uit. Er ontstond een 'zware hongersnood'. De honger was zo groot, dat de mensen ezelskoppen en duivenmest gingen eten. En niet alleen dat. Ze waren zelfs bereid ongelooflijke bedragen te betalen voor dit voedsel, dat geen voedsel is. Er staat zelfs dat moeders hun eigen kinderen opaten. Buiten de belegerde stad bivakkeerden vier melaatse mannen. Deze vier 'uitgestotenen' waren er zo mogelijk nog slechter aan toe. Zij verkeerden in niemandsland tussen de stad en de vijand. Daar was de honger ongetwijfeld nog groter dan in de belegerde stad. De honger werd zo groot, dat ze op een gegeven dag in hun wanhoop redeneerden: Als we hier blijven, gaan we zeker dood. Naar de stad gaan kunnen wij niet, want ze zullen ons nooit binnenlaten. Het enige dat we kunnen doen, is naar het kamp van de vijand gaan. Waarschijnlijk zal de vijand ons doden, maar misschien, heel misschien, laat de vijand ons leven en krijgen we voedsel van hen. Met de moed der wanhoop gingen ze de vijand tegemoet. Toen ze in het vijandelijke kamp aankwamen, bleek dat het ongelooflijke was gebeurd. De vijand was gevlucht en die vier melaatse mannen kwamen ineens in een paradijs. Er was eten en drinken in overvloed en er waren geweldige rijkdommen. Die vier melaatse mannen deden zich tegoed aan al dat eten en drinken. Toen zij niets meer binnen konden krijgen, verzamelden ze alle rijkdommen die ze konden vinden en ze verstopten ze voor later. Maar dan staat in hoofdstuk 7 vers 9, dat die mannen elkaar aankeken en tegen elkaar zeiden: "Wat we doen is niet goed. Er is vandaag goed nieuws, en als we dat voor ons houden tot het licht wordt, raken we in de problemen." Toen gingen zij terug naar de stad om de boodschap van bevrijding te verkondigen. Ik vind dat een prachtig beeld voor evangelisatie. We zouden de stad kunnen vergelijken met de wereld, een plaats waar geestelijke honger heerst. Een plaats waar voedsel wordt gegeten dat helemaal geen voedsel is. Denk maar eens aan al het zogenaamde geestelijke voedsel dat wordt aangeboden. De vier melaatse mannen zouden wij kunnen vergelijken met christenen, mensen die gedreven door de moed der wanhoop op zoek zijn gegaan naar echt voedsel. Mensen die hebben ontdekt dat de vijand is overwonnen en dat er geestelijk voedsel in overvloed is. Mensen ook, die zich tegoed doen aan al dat geestelijke voedsel, al die geestelijke rijkdom. Maar ook voor ons christenen komt eens het moment dat we elkaar moeten aankijken en tegen elkaar moeten zeggen: "Wat we doen is niet goed. Er is vandaag goed nieuws, en als we dat voor ons houden tot het licht wordt, raken we in de problemen." Er is niets op tegen dat we ons tegoed doen aan alle geestelijk voedsel dat wij kunnen krijgen, maar dat geestelijke voedsel is nooit voor ons alleen. We hebben het grote voorrecht en de plicht anderen deelgenoot te maken van het Goede Nieuws. 9 - Met een blij hart geven voor geestelijke en sociale noden Toen ik eens in Amerika was, zag ik op een dag een auto met een 'christelijke sticker'. Daarop stond: 'If you love the Lord, honk'. 'Als je van de Heer houdt, toeter dan'. Een paar dagen later zag ik een heel andere 'christelijke sticker', kennelijk als reactie op die eerste sticker, 'If you love the Lord, don't honk, tithe'. ˜Als je van de Heer houdt, toeter dan niet, geef je tienden'. Weet je, het is zo gemakkelijk te toeteren voor de Heer, maar het is zo moeilijk om te geven voor Hem. Toch is dat een opdracht van onze Heer. Al helemaal in het begin van het Oude Testament vinden wij de opdracht die God aan Zijn volk gaf om tienden, dat wil zeggen tien procent van hun inkomen, af te staan voor de dienst van de Heer (Leviticus 27:30-32, Deuteronomium 14:22-29). Geven is iets wat God zonder meer van Zijn volk verlangde. Ook in het Nieuwe Testament vinden wij telkens opnieuw de aanmoediging om met een blij hart rijkelijk te geven. In de Bijbel komt het thema geven meer dan 700 keer aan de orde. In het Nieuwe Testament vinden wij meer gedeelten die spreken over geven dan over de wederkomst van Jezus Christus. 10 - God vertrouwen voor het onmogelijke In 1 Samuël 14 lezen wij een interessant stuk geschiedenis van het volk Israël. De Israëlieten werden belegerd door Filistijnse troepen. De situatie was hopeloos. De vijand was veruit in de meerderheid. Bovendien beschikten de Filistijnen over paarden en wagens en hadden de Israëlieten niet eens zwaarden of speren. Er was echter iemand onder de Israëlieten die de moed had de Heer te vertrouwen voor het onmogelijke. Zijn naam was Jonatan. Samen met zijn wapendrager trok Jonatan de vijand tegemoet. Met z'n tweeën tegenover een groot en goed toegerust leger. "Misschien", zei Jonatan, "is de Heer op onze hand. Hij kan immers evengoed met weinigen voor een overwinning zorgen als met velen". (1 Samuel 14:6) En de Heer verloste. Wat een prachtig Bijbelgedeelte. Wat een les ligt hierin voor ons. God wil ook ons gebruiken - zelfs voor het onmogelijke - wanneer wij Hem durven vertrouwen. In Romeinen 1:17b staat een sleutelvers met betrekking tot vertrouwen. Daar staat: "De rechtvaardige zal leven door geloof." Geloof of vertrouwen is het fundament voor onze relatie en onze wandel met God. In de eerste plaats natuurlijk, omdat wij door geloof behouden worden. In Efeziërs 2:8 en 9 staat: "Door Zijn genade bent u nu immers gered, dankzij uw geloof. Maar dat dankt u niet aan uzelf; het is een geschenk van God en geen gevolg van uw daden, dus niemand kan zich erop laten voorstaan." Maar geloof en vertrouwen gaan veel verder. We mogen en moeten ook leven uit geloof en in vertrouwen op God. Wij vertrouwen dat Hij ons eeuwig leven schenkt. We vertrouwen dat Hij voor ons zorgt en ons beschermt. Wij vertrouwen dat Hij ons leidt en het beste met ons voorheeft. We geloven dat Hij ons onze zonden vergeeft. Met andere woorden: alles in het christenleven is gebaseerd op geloof en op vertrouwen in God. Daarom mogen wij, als wij in afhankelijkheid van God leven, ook vertrouwen in grote en zelfs 'onmogelijke' dingen die Hij in en door ons heen wil doen. Niet gebaseerd op ons eigen kunnen, maar gebaseerd op Zijn almacht. Hij is immers dezelfde God die David deed overwinnen over Goliat. Hij is de God die het enorme leger van Midjan in de handen van Gideon en zijn 300 mannen gaf. Hij is de God van Noach, van Nehemia, van koning Josia, van Jozua, van Abraham, van Mozes, van Ruth, van Henoch, van Jozef, van Rachab, van Paulus, van Petrus. Hij is de God van de Bijbel. Hij is jouw God. En voor Hem, onze God, is niets onmogelijk en niets te wonderlijk (Genesis 18:14a). Ik denk dat het nauwelijks te beschrijven is hoe ons leven er uit zou zien als wij de woorden van Jezus aan de hoofdman in Kafarnaüm (Matteüs 8:5-13) werkelijk serieus durven te nemen. Jezus zei tegen deze goede man, die bezorgd was over de gezondheid van zijn knecht: "Zoals u het geloofd hebt, zo zal het gebeuren." En de knecht genas; als een wonder van God, maar gebaseerd op het geloof van de hoofdman. Ik wil deze overdenking graag afsluiten met de oproep God te vertrouwen voor het onmogelijke in uw leven. Durf te springen. Breng de uitdagingen of de problemen in jouw leven bij Hem. Doe alles wat je zelf kunt, maar verwacht het van God. Wat heb je te verliezen? Helemaal niets. Wat kun je winnen. Ontzettend veel. Als je God vertrouwt voor het onmogelijke in jouw leven zul je God op een heel nieuwe en veel intiemere manier leren kennen. God wil dat je Hem vertrouwt. Hij roept ons toe 'probeer het toch met Mij'. Als je Hem durft te vertrouwen voor het onmogelijke in jouw leven zal Hij je zeker verrassen. Hij zal dingen in en door jou heen doen, die je niet voor mogelijk hebt gehouden. Jouw vertrouwen in Hem zet Zijn onbeperkte macht en kracht vrij. Dan wordt waar wat de Bijbel zegt “Niets is onmogelijk!”