De ster van Bethlehem: De aanloop naar de kerst, de adventsweken zijn de donkere dagen voor de kerst: Donker omdat het winter is op ons noordelijk halfrond, omdat het grauw, donker en somber weer kan wezen, Maar het kan ook donker, somber en duister in onze harten zijn, donker, somber en duister omdat er iemand in onze directe omgeving niet meer is die er, in onze harten, nog wel is! Maar juist i d adventstijd zijn we op weg, op weg naar het licht, op weg naar het licht van kerst, op weg naar het licht van het kerstfeest, op weg naar het licht van de ster v Bethlehem. Door het duister en donker van de nacht zien wij een ster gloren, de ster die de wijzen naar Herodes brachten, maar dezelfde ster gloort en brengt de wijzen ook naar Bethlehem, naar het kindje id kribbe, naar het kindje Jezus. Door het donker en het duister van de nacht zien wij een ster die ook ons naar Bethlehem wil brengen, ook wij kunnen het licht zien gloren, het licht van kerst, het, het licht van kerstfeest, het licht van het kindje in de kribbe in de stal van Bethlehem. Het licht kan ook in onze harten gaan schijnen, we zitten midden in de adventsweken, we zien de ster van Bethlehem reeds gloren, we zijn hard op weg naar het licht van de ster die de wijzen naar Bethlehem bracht. En op deze weg door het donker, door het duister heen, ook al is het donker, somber en duister in onze harten, mogen wij weten dat er door ’s werelds duis’tre wolken een licht der lichten is opgegaan. Gez 26 roept ons op om tot Zijn schijnsel alle volken te komen, en dat wij, dat onze harten Hem zullen aanbidden. Dat licht dat komt de schaduwen, onze schaduwen beschijnen, dat licht wil ook in onze harten komen, dat licht wil ook onze harten beschijnen, Maar wij moeten het licht, het licht v d ster van Bethlehem, het licht v kerst, het licht v het kerstkindje in de kribbe in de stal van Bethlehem wel willen zien, wij moeten het licht vd ster v Bethlehem wel toelaten in onze harten. Wij moeten, als de wijzen, ons niet laten ontmoedigen door de verkeerde weg, door de negatieve invloeden in ons leven, door de tegenslagen die op onze wegen komen of kunnen komen. Dat wil niet zeggen dat we niet verdrietig mogen zijn, of dat we een tijdje het licht niet zien, maar we moeten ons wel weer uit het dal weer omhoog werken, we moeten niet bij de pakken gaan neerzitten, we moeten wel positief in het leven bijven staan. We moeten ons leven weer oppakken, we moeten het licht weer zien schijnen, ook al gloort het eerst alleen maar, àls we het maar weer zien gloren dan zijn we weer op de goede weg, dan zijn we weer op weg naar het licht, op weg naar het licht v d ster v Bethlehem. En dat licht, die ster van Bethlehem brengt ons dan wel verder, die brengt ons dan, als de wijzen, bij het kindje in de kribbe, bij het kindje in Bethlehem en dat is goed. Advent: Het daagt in het oosten, het licht begint overal te schijnen, en zo mogen wij op weg gaan, op weg naar het licht, op weg met en als de wijzen, met een lichtende ster voor ons, een lichtende ster die ons de weg wijst, de weg naar het kindje in de kribbe! Laten we onze ogen opendoen en zien, en willen zien, het licht van de ster willen zien, het licht van de ster willen volgen tot aan het kindje in de kribbe. We wensen u, we wensen jullie allemaal een goede reis, een goede adventstijd, een goede reis op weg naar Bethlehem, op weg met de wijzen en met de ster, samen op weg naar het licht, naar het licht van kerst, naar het licht van kerstfeest, met het licht van de ster als gids met ons. Dan reizen we goed, dan reizen we zeker, met de ster, naar het feest van kerst, dan reizen we naar het kindje i d kribbe. We wensen elkaar een goede reis, een goede adventstijd, een goede adventstijd door het donker heen naar het licht, naar het licht van kerst, naar het licht van het kindje in de kribbe, een goede reis!!!!!