Gezonde bodem | 9 | nr 3 | Zaterdag 4 februari 2017 Melkveehouder Jeffrey Keurentjes ‘leert’ dat bodemkwaliteit belangrijk thema is Pendelworm voor goede waterafvoer Melkveehouder Jeffrey Keurentjes uit Hornhuizen (GR) verdiept zich de laatste jaren meer in de kwaliteit van de bodem. Hij merkt dat het van groot belang is hier aandacht aan te besteden om zo een beter en rijker grasland voor zijn 120 koeien te krijgen en meer opbrengst te kunnen behalen van zijn gras/maïsland. Wormen moeten de kwaliteit van de bodem bij melkveehouder Jeffrey Keurentjes verbeteren. Tekst: Ellis van Wees Beeld: Susan Rexwinkel G oed bodembeheer is in de melkveehouderij vaak een ondergeschoven kindje. Melkveehouder Jeffrey Keurentjes uit Hornhuizen is zich daarvan bewust. „Er is winst te behalen door kennis op te doen over andere maatregelen die de kwaliteit van de bodem kunnen verbeteren.” Hij werkt sinds enkele jaren met de kringloopwijzer. Keurentjes bezocht onlangs een kennismiddag over het leven in de bodem bij loonbedrijf Wieringa in Bedum. Hij wilde zijn licht opsteken bij sprekers die waren uitgenodigd door GrAJK, het Collectief Groningen West, Biowad, Waterschap Noorderzijlvest en de provincie Groningen in het kader van het Programma Gouden Gronden. „Interessante materie. Ik heb ideeën kunnen opdoen hoe ik in de dagelijkse praktijk nog meer het bodemleven kan stimuleren. Werken aan de bodemkwaliteit betekent werken aan organische stof, bodemchemie, bodemleven, bodemstructuur, waterhuishouding en beworteling. Deze zes elementen staan niet los van elkaar maar hangen met elkaar samen.” verandering met steeds heftigere regenval is dat werk van die wormen belangrijk. Op sommige plekken op mijn grasland blijft namelijk te lang water staan als het flink regent.” Bodemverbeteraar Regenwormen Grasland is de belangrijkste bodemverbeteraar die er is. Door een hoge aanvoer van organische stof uit gewasresten en een relatief lage afbraak daarvan, bouwt het organische stofgehalte van de bodem op. Dit is belangrijk voor de grasproductie, maar ook voor het waterregulerende vermogen en het vastleggen van koolstof uit CO2. Het zorgt tevens voor een stabiel bodemleven en voeding voor weidevogels. „Wormen leveren een belangrijke bijdrage aan het reguleren van water”, zegt Keurentjes. „Op de kennisbijeenkomst werd onder andere gesproken over de pendelworm die diep in de grond kanalen kan graven tot wel drie meter diep. Door de klimaats- Uit onderzoek van het project ‘Goud van Oud Grasland’ blijkt het belang van regenwormen voor de bodemkwaliteit. Ze breken organisch stof af, zorgen voor behoud van bodemstructuur en zijn voedsel voor weidevogels. ‘Regenwormen zijn met het blote oog het meest zichtbare onderdeel van het bodemleven en maken vijftien procent uit van het bodemleven onder grasland’, schrijven de onderzoekers. Ze ontdekten 28 wormen per kluit in jong grasland en 26 wormen per kluit in oud grasland. De wormen in oud grasland waren wel bijna 1,5 keer zo zwaar in vergelijking met jong grasland. ‘Voor weidevogels wordt een streefwaarde van 100 gram per vierkante meter aangehouden. Zwaardere wormen zijn natuurlijk gunstiger, want dat betekent meer voedsel bij minder pikken.’ Landbouwmachines Het gebruik van zware landbouwmachines heeft gevolgen voor de bodemstructuur. „Landbouwmachines zijn de afgelopen jaren zwaarder en omvangrijker geworden. Dat heeft grote gevolgen voor de structuur van de grond. Zelf kies ik ervoor om als het mogelijk is liever te werken met mindere grote landbouwmachines om te voorkomen dat de structuur schade oploopt”, zegt de melkveehouder. Met de analyses van bodemmonsters wil Keurentjes ook meer. „Hoe moet je ze implementeren? Om de zoveel jaar worden er bodemmonsters naar mineralen en sporenelementen genomen en hoe het in verhouding tot elkaar staat. De pH die te hoog of te laag is of de c/n-verhouding. Het advies op de analyse zou beter kunnen. Ik zou veel meer concreter willen weten wat ik naar aanleiding van een uitslag zou kunnen doen.” Volgens Annemarie Pelentier van Collectief Groningen West zijn er zeker mogelijkheden voor boeren om praktisch aan de slag te gaan op het gebied van bodem en water. „In het project ‘Boeren met hart voor water’ gaan we met boeren na welke maatregelen zij in hun bedrijfsvoering kunnen doorvoeren waarmee ze niet alleen hun watervoorziening verbeteren, maar ook hun eigen watersysteem.” Grasproductie optimaliseren Het optimaliseren van de grasproductie van de kwaliteit en kwantiteit van grasland is een belangrijk thema voor melkveehouders. Door stijgende grondprijzen is het meer nodig om ruwvoer van eigen grond te telen. Daarnaast stijgt de vraag naar ruwvoer door afschaffing van melkquotum. Veel meststoffen gebruiken is beperkt door de mestwetgeving. Meer ruwvoer van eigen land met minder mest, betekent een betere benutting realiseren van mest en bodem. Ook de kringloopwijzer laat zien dat de bedrijfsefficiëntie van stikstof en fosfaat het snelst stijgt door de bodemkwaliteit te verbeteren. Blijvend grasland Onlangs is er onderzoek gedaan in het project ‘Goud van Oud Grasland’ van Louis Bolk Instituut in samenwerking met Van Hall Laren Stein en LTO Noord Projecten waarin twintig percelen grasland zijn onderzocht op tien melkveebedrijven, verspreid over de provincies Friesland en Groningen. Op elk bedrijf was één perceel jong grasland geselecteerd en één perceel oud grasland. Van deze percelen is de productie (droge stof en eiwit) gemeten en zijn de verschillende aspecten van bodemkwaliteit onderzocht. Tijdelijk grasland kent een rotatie met andere gewassen. Blijvend grasland is grasland wat niet roteert met andere gewassen, maar wel vernieuwd kan worden met ploegen (scheuren) en herinzaai. Van de een miljoen hectare grasland in Nederland is zeventig procent blijvend grasland. Het onderzoek heeft zich gericht op zeeklei, maar heeft ook waarde voor andere grondsoorten. Waterininfiltratie Uit het onderzoek van het Louis Bolk Instituut blijkt dat oud grasland door het minder frequent scheuren een hoger gehalte aan organische stof en N-totaal heeft dan jong grasland. De bodemstructuur is bij oud grasland beter in de laag 0-10 centimeter dan bij jong gras. In diepere lagen is er geen significant verschil. Door het hoger organisch stofgehalte heeft oud grasland een hoger vasthoudend vermogen. De waterinfiltratie is ook hoger bij oud grasland door een betere bodemstructuur in de laag 0-10 centimeter. Wat betreft beworteling zijn er geen verschillen, hoewel de verhouding van het aantal wortels op 10 en 20 centimeter hoger is bij oud grasland.