We heten u van harte welkom bij de eerste Nederlandse Tenso Dagen! | Welcome to the first Dutch Tenso Dagen! Toen Tenso Network Europe voor professionele kamerkoren werd opgericht, in de herfst van 2003, konden we niet dromen dat het ambitieuze plan om ieder jaar ergens in Europa samen een festival voor hedendaagse koormuziek te organiseren, zo’n succes zou worden. En nu, zes jaar later, vinden de Tenso Dagen in Amsterdam plaats, en verwelkomen wij onze collega’s uit Estland, Frankrijk, Letland, en Noorwegen, om u - het publiek in het Muziekgebouw aan ’t IJ en de radioluisteraars in Nederland en in Europa - vier dagen koormuziek te laten horen. When Tenso Network Europe for professional chamber choirs was founded in the autumn of 2003, we never dreamt that the ambitious plan to organize a festival of contemporary choral music every year somewhere in Europe would turn out to be such a success. Now, six years later, the Tenso Dagen have come to Amsterdam and we welcome our colleagues from Estonia, France, Latvia and Norway. Together we will present four days of choral music to you, the Muziekgebouw aan ’t IJ public and radio listeners in Nederland and Europe. We hebben onze collega’s gevraagd programma’s te maken met de XXste-eeuwse en hedendaagse werken voor a cappella kamerkoor die zij het belangrijkste, het invloedrijkst of het mooist vinden - om zo tot een informele ‘canon’ te komen. En we vroegen ook aan anderen - dirigenten, presentatoren, programmamakers, muziekkenners - welke stukken zij zouden kiezen: het resultaat is verzameld en zal de komende tijd nog onderwerp van gesprek blijven. We asked our colleagues to present programmes for a cappella chamber choir comprising the XXth century and contemporary works that they consider the most important, the most influential or the most beautiful, in order to arrive at an informal ‘canon’. We also asked others – conductors, presenters, programmers, music specialists – which pieces they would choose. The lists have been collated and are sure to provide subject for discussion for some time to come. We hebben ook amateurkoren gevraagd om hun favoriete stukken te komen laten horen - dat heeft geleid tot vele enthousiaste reacties en naar wij hopen, vele mooie optredens op het open podium in de entreehal van het Muziekgebouw aan ’t IJ. We hopen dat deze samenwerking tussen professionele koren en amateurkoren in de komende jaren een vaste plek in ons aller agenda’s zal krijgen. We also asked amateur choirs to come and present their favourite pieces - we have received many enthusiastic reactions, and we hope to hear some wonderful performances in the entrance hall of the Muziekgebouw aan ‘t IJ. We hope that this collaboration between professional choirs and amateur choirs will become a fixed item in all our diaries in future years. Tenslotte hebben we de Tenso koren gevraagd om een korte psalm van Sweelinck te zingen - als eerbetoon aan de meester van de Nederlandse Renaissance-polyfonie. Zo kunt u als publiek de koren niet alleen in hedendaags, maar ook in ouder werk vergelijken - en zo laten wij horen hoe nieuwe muziek en oude muziek dicht naast elkaar staan. Lastly, we asked the Tenso choirs to sing a short psalm by Sweelinck, in honour of this master of Dutch Renaissance polyphony. You the public can thus compare the choirs’ performances of contemporary and older works, and hear just how close new music and old music are to each other. Daniel Reuss, Cappella Amsterdam Leo Samama, Nederlands Kamerkoor 1 DE CANON VAN XXSTE-EEUWSE KOORMUZIEK / THE CANON OF XXTH CENTURY CHOIR MUSIC The concerts feature the most important compositions from the XXth century chamber choir music canon. All the great names - Messiaen, Schnittke, Schönberg, Ligeti and Pärt - are represented, along with new works for a cappella chamber choir by composers from all over Europe. De concerten brengen de belangrijkste stukken uit de canon van a cappella koormuziek van de XXste eeuw. Alle grote componisten, zoals Messiaen, Schnittke, Schönberg, Ligeti en Pärt komen aan bod, gecombineerd met nieuwe composities voor a cappella kamerkoor van componisten uit heel Europa. The programmers of Tenso Dagen Amsterdam asked their colleagues to bring what they consider the best and most influential works from the choral repertoire of the last hundred years to Amsterdam. This led to the initial establishment of a canon that experts and amateurs will refine, expand, discuss – but hopefully not finalize – in the coming weeks. De programmeurs van Tenso Dagen Amsterdam vroegen hun collega’s om de in hún ogen meest invloedrijke en mooiste stukken uit het koorrepertoire van de afgelopen honderd jaar mee te nemen naar Amsterdam. Dat heeft geleid tot een eerste opzet van een canon, die in de komende weken door vele kenners en publiek zal worden verfijnd, uitgebreid, bediscussieerd en hopelijk nog lang niet vastgelegd. See www.radio4.nl/tensodagen, where you can also listen Zie www.radio4.nl/tensodagen, waar ook geluidsfragmenten te horen zijn. to sound clips. “Only in the interaction between proven quality – the permanent – and the experiment – the new – can the new shed its transience and the permanent its rigidity. And the establishment of a canon allows the audience the opportunity not only to gain experience but also to share experience.” “Alleen in de wisselwerking tussen bewezen kwaliteit - het vaste - en het experiment - het nieuwe - verliest het nieuwe zijn vluchtigheid en het vaste zijn starheid. En het publiek krijgt door canonvorming de gelegenheid om niet alleen ervaringen op te doen maar ook om ervaringen te delen.” Thije Adams, in : Boekman 79 De canondiscussie (2009) Thije Adams, in : Boekman 79 De canondiscussie (2009) 2 Arthur Sonnen’s lecture (*) will place the Dutch pursuit of the canon in an international perspective, and will address the question of whether it is possible to establish a European art canon. Arthur Sonnen zal in zijn lezing (*) de Nederlandse canonzucht in internationaal perspectief plaatsen, en de vraag stellen of Europese kunst-canonvorming mogelijk is. (*) see p. 39 (*) zie p. 39 SWEELINCK Sweelinck - De psalmen Er bestaat een hardnekkige vooroordeel dat het Nederlandse muzieklandschap tussen Jan Pieterszoon Sweelinck en Alphons Diepenbrock uit een moeras van drie eeuwen nietszeggende muziekjes bestaat. Niets is minder waar. Maar daardoor wordt er nog steeds nauwelijks enige muziek van eigen bodem tussen 1600 en 1900 uitgevoerd. Soms lijkt het erop dat ook de muziek van meester Sweelinck zelf in de vergetelheid dreigt te raken. En dat terwijl de componist in eigen tijd zeer hoog werd aangeslagen en met zijn synthese van Franse, Duitse, Italiaanse en Spaanse technieken een belangrijke schakel vormt in de muzikale ontwikkelingen van de vocale en instrumentale muziek vóór Bach. Dit rechtvaardigt zonder meer een plaats van Sweelincks muziek in deze Nederlandse editie van de Tenso Dagen. Sweelinck – The psalms There is a stubborn preconceived notion that the Dutch musical landscape between Jan Pieterszoon Sweelinck and Alphons Diepenbrock consists of nothing more than three centuries’ worth of musical triteness. Nothing is farther from the truth. But it means that almost no homegrown music from the period 1600 to 1900 is performed. Even worse: the music of the great Sweelink himself also seems to have been forgotten, even though the composer was highly thought of in his day, and his synthesis of French, German and Italian techniques was an important contribution to developments in vocal and instrumental music before Bach. This justifies the prominent position given to Sweelinck’s music in this Dutch edition of the Tenso Dagen. Sweelincks oeuvre is groot en groots. Het bestaat uit honderden composities, hoofdzakelijk voor klavier en voor koor Sweelinck bekleedde lange tijd de functie van vaste organist van de Oude Kerk in Amsterdam. Het wijdst verspreid (want in druk verschenen) was zijn vocale muziek. Hoewel hij ook katholieke verzen en gelegenheidstekstjes op muziek zette, vormen de 158 psalmen naar calvinistische berijmingen het belangrijkste deel van zijn output. Het zijn Franstalige zettingen voor vier tot acht stemmen, in te delen in onder meer klaagpsalmen, bedevaartspsalmen, lofliederen en dankliederen. Elke psalm is wat zijn textuur, tekstzetting en uitbeelding van de woorden betreft een klein juweel, de weerslag van Sweelincks virtuositeit en godsvrucht. Als eerbetoon zingen de Tenso koren daarom één van zijn psalmen. Sweelinck’s oeuvre is extensive and imposing, comprising hundreds of compositions. That they are chiefly for clavier and choir can be attributed to Sweelinck’s long standing function as permanent organist in Amsterdam’s Oude Kerk (Old Church). His vocal music appeared in print, and was thus the most widely spread. Although he also set Catholic verses and incidental texts to music, it is the 158 psalms in the Calvinistic verse setting that form the most important part of his output. They are set in French for four to eight voices, and can be divided into various categories including psalms of lamentation, pilgrimage psalms, and songs of praise and thanks. Each psalm is, in its texture, text setting and expression of the words, a gem reflecting Sweelinck’s virtuosity and devotion. As a tribute the Tenso choirs perform one of his short psalms. Wie meer wil weten over de psalmen kan terecht op de speciale Sweelinckpagina van Radio 4: sweelinck.radio4.nl/To learn more about the psalms, go to Radio 4’s special Sweelinck page: sweelinck.radio4.nl 3 CONCERT DONDERDAG 15 OKTOBER / CONCERT THURSDAY 15 OCTOBER / 20:15 Nederlands Kamerkoor o.l.v./cond Risto Joost Olivier Messiaen (1908-1992) Cinq rechants (1948) André Jolivet (1905-1974) Epithalame (1953) Toivo Tulev (1958) And then in Silence There with Me Be Only You (2002) J.P. Sweelinck (1562-1621) Or soit loué psalm 150 pauze/intermission Cappella Amsterdam o.l.v./cond Daniel Reuss J.P. Sweelinck (1562-1621) Ainsi qu’on oit le cerf bruire psalm 42 Daan Verlaan (1978) Haleine (2009) (wereldpremière/world premiere) Ton de Leeuw (1926-1996) Car nos vignes sont en fleur (1981) 4 Dit concert wordt opgenomen door de KRO en rechtstreeks uitgezonden op Radio 4/This concert will be recorded by KRO to be broadcast directly on Radio 4 Peter van Onna (1966) Power of Sleep (2009) (wereldpremière/world premiere) TOELICHTING DONDERDAG 15 OKTOBER / NOTES THURSDAY 15 OCTOBER Olivier Messiaen - Cinq rechants Geheel terecht komt de muziek van Olivier Messiaen bij herhaling voor in deze koorcanon van de twintigste eeuw. Zijn hele leven stond in het teken van de goddelijke klank. Decennia lang verzorgde Messiaen de orgelomlijsting bij kerkdiensten in Parijs; buiten de kerk componeerde hij ceremonies voor de concertzaal. Cinq rechants voor twaalf zangers, geschreven in december 1948, is de afsluiting van het ‘liefdesdrieluik’, dat was begonnen met de liedcyclus Harawi en de monumentale Turangalila-symphonie, waaruit Messiaen in dit koorwerk ook citeert. Naast verwijzingen naar Peruviaanse volksmuziek gebruikt de componist beroemde liefdesgeschiedenissen als die van Orpheus en Blauwbaard om tot een hallucinerende ode aan de liefde te komen, met als middel- én hoogtepunt het extatische derde deel. Olivier Messiaen - Cinq rechants The music of Olivier Messiaen appears more than once in this canon of twentieth century choir music, and justifiably so. His whole life revolved around divine sound. Messiaen provided the organ settings for church services in Paris for many decades; outside the church he composed ceremonies for the concert hall. Cinq rechants for twelve singers, written in December 1948, concludes the ‘love triptych’ that began with the song cycle Harawi and the monumental Turangalila symphony, which Messiaen cites in this choir work. Besides references to Peruvian folk music, Messiaen uses such famous love stories as those of Orpheus and Bluebeard to realize an hallucinatory ode to love, with an ecstatic third section as midpoint and climax. André Jolivet - Epithalame Lange tijd leefde André Jolivet in de schaduw van de Franse avantgarde-reuzen. Pierre Boulez en de zijnen maakten de dienst uit in de muziekwereld van vlak na de Tweede Wereldoorlog. Toen hun macht en invloed begon te tanen, was Jolivet in 1973 reeds overleden, 69 jaar oud. Mede daardoor bereikte hem niet meer de wereldwijde erkenning die landgenoten als Henri Dutilleux (inmiddels 93) en Messiaen wel ten deel vielen. De muziek van Jolivet vormt niettemin een belangrijke schakel in de twintigste-eeuwse lijn die loopt van Varèse naar Dalbavie. Dat Jolivet zich niet hield aan serialistische dogma’s wil niet zeggen dat zijn muziek conservatief is. Wel is zij bijzonder kleurrijk en met een onmiskenbaar eigen geluid, veelal gegoten in traditionele vormen als symfonie en opera, maar altijd weer verrassend door het gebruik van oosterse en afrikaanse ritmen en melismen. Epithalame voor twaalf zangers valt overigens buiten elke vastomlijnde vorm. Het twintig minuten durend koorwerk, geschre- André Jolivet - Epithalame For a long time André Jolivet lived in the shadow of the giants of the French avant-garde. Pierre Boulez and his cohorts dominated the post Second World War music world. Jolivet had already died in 1973, aged 69, when their power and influence began to wane. This is partly why he never received the worldwide recognition that his countrymen Henri Dutilleux (now 93) and Messiaen enjoyed. Nonetheless Jolivet’s music is an important link in the twentieth century chain that stretches from Varèse to Dalbavie. Just because Jolivet didn’t follow serialist dogmas doesn’t mean that his music was conservative. It was extraordinarily colourful and unmistakably his own, mostly cast in such traditional forms as symphony and opera, but still constantly surprising in its use of Eastern and African rhythms and melismas. Epithalame, for 12 singers, actually doesn’t follow any rigid form. The twenty-minute long work, written in hon5 TOELICHTING DONDERDAG 16 OKTOBER / NOTES THURSDAY 16 OCTOBER our of his wife and his marriage, rushes off in all directions, only to turn to revolving in small circles. A soloist will suddenly take the floor (Jolivet himself wrote the text); at other times only pseudo instrumental sounds can be heard. Toivo Tulev - And then in Silence There with Me Be Only You And then in Silence There with Me Be Only You by the prominent Estonian composer Toivo Tulev is as clear and lucid as the Northern lights. He dedicated the choral work to the Brigittinessen, female members of a contemplative order. Tulev had in mind a specific cloister in Estonian Pirita, where the nuns mainly come from the South Indian state of Kerala, one of the earliest Christianized areas in the world: Saint Thomas, one of the twelve apostles, paid a decisive visit in the first century A.D. This explains Tulev’s setting to music of an Ave Maria in Malayalam, the official language of Kerala. After hearing this piece it will come as no surprise to learn that from an early age Tulev not only drank in the fresh northern air, but also Gregorian chant. ven als eerbetoon aan zijn echtgenote en zijn huwelijk, holt alle richtingen uit om dan weer in kleine kringetjes te draaien. Soms neemt opeens een solist het woord (Jolivet schreef zelf de tekst), dan weer klinken slechts pseudo-instrumentale klanken. Toivo Tulev - And then in Silence There with Me Be Only You Helder en lucide als het Noorderlicht klinkt And then in Silence There with Me Be Only You van de toonaangevende Estse componist Toivo Tulev. Hij droeg het koorwerk op aan de Birgittinessen, vrouwelijke leden van een contemplatieve kloosterorde. Specifieker had Tulev een klooster in het Estse Pirita in gedachten, waarvan de leden grotendeels afkomstig zijn uit de Zuid-Indiase staat Kerala. Dit gebied behoort tot de vroegste gekerstende streken ter wereld: Sint Thomas, één van de twaalf apostelen, zou er in de 1e eeuw na Christus al een cruciaal bezoek hebben gebracht. Vandaar dat Tulev een Weesgegroet in het Malayalam, de officiële taal van Kerala, op muziek heeft gezet. Bij beluistering hoeft niet te verbazen dat Tulev, naast de frisse noordelijke lucht, van jongs af aan ook de Gregoriaanse gezangen heeft opgezogen. J.P. Sweelinck - Or soit loué psalm 150* J.P. Sweelinck - Or soit loué psalm 150* J.P. Sweelinck - Ainsi qu’on oit le cerf bruire psalm 42* J.P. Sweelinck - Ainsi qu’on oit le cerf bruire psalm 42* Daan Verlaan - Haleine Daan Verlaan says of Haleine: ‘Jan Arends’ poetry is a mine field. The words and images he uses are always direct, simple and naive – they could sometimes even be called childish. But what the words say is far from naive and innocent. Most of his poems are nightmarish, full of despair and twisted obsessions, and often fantasies of violence. Even in his milder poems threat is always present. 6 * zie pagina/see page 3 Daan Verlaan - Haleine Daan Verlaan over Haleine: ‘De poëzie van Jan Arends is een mijnenveld. De woorden en beelden die hij gebruikt zijn altijd onomwonden, simpel, naïef en soms zelfs kinderlijk te noemen. Maar wat zijn woorden zeggen is verre van naïef en onschuldig. Het grootste gedeelte van zijn gedichten is nachtmerrie-achtig, vol met wanhoop en wrange dwanggedachten, en niet zelden geweldsfantasieën. Zelfs in zijn mildere gedichten is er altijd dreiging aanwezig. TOELICHTING DONDERDAG 16 OKTOBER / NOTES THURSDAY 16 OCTOBER In dit universum van wanhoop en eenzaamheid is er een lichtpunt, en dat is Haleine (niet verwonderlijk ook het Franse woord voor ‘adem’ of ‘briesje’). Zij komt voor in de eerste bundel van Arends in 1965. Haleine is een venster naar hoop en licht: in het gedicht over de roofbloemen neemt zij bijna Maria-achtige proporties aan. Toch is er ook hier een voortdurende dreiging aanwezig. De waanzin ligt op de loer, onder andere in de vogels die opduiken in het gedicht Ik heb vannacht. En naast de waanzin is er een andere dreiging. Want wat als Haleine nu weggaat? Dan is hij pas echt helemaal alleen.’ There is light in this universe of despair and loneliness, and that is Haleine (not surprisingly also the French word for ‘breath’ or ‘breeze’). She appears in Arends’ first collection in 1965. Haleine is a window to hope and light: in the poem about roofbloemen (flowers of prey) she takes on almost Maria-like properties. But even here threat is constantly present. Madness lies in wait, for instance in the birds that appear in Ik heb vannacht. And aside from the madness there is another threat. What if Haleine leaves? Then he’s really alone.’ Ton de Leeuw - Car nos vignes sont en fleur De werken van Ton de Leeuw vormen, zoals Emile Wennekes dat omschreef, een ‘blauwdruk van de eeuwigheid’. Dat eeuwige schuilt niet alleen in de uit het niets ontstane, meditatieve noten en het gebruik van tastende en aftastende intonaties. Net zo spiritueel was de levensbeschouwelijke houding van de componist, die een synthese beoogde tussen - kort door de bocht geformuleerd - westerse materie en oosterse geest, zonder daarbij in Oriëntaalse cliché’s te vervallen. Car nos vignes sont en fleur, gebaseerd op het Bijbelse Hooglied, telt zeven aaneengesloten delen. Het begint in het duister van de slaap, maar eindigt in de overwinning: ‘sterk als de dood is de liefde, beklemmend als het dodenrijk de hartstocht. De liefde is een vlammend vuur, een laaiende vlam.’ Dit bijzondere koorwerk vormt een belangrijke schakel in De Leeuws zoektocht naar de bronnen van de westerse muziek. Ton de Leeuw - Car nos vignes sont en fleur The works of Ton de Leeuw form a ‘blueprint for eternity’, to cite Emile Wennekes. That eternal lurks not only in the meditative notes that emerge from nowhere and the use of exploratory and explorative intonations. Just as spiritual was the philosophical attitude of the composer, who aimed for – to put it simply – a synthesis between western matter and eastern spirit, whilst avoiding Oriental clichés. Car nos vignes sont en fleur, based on the biblical Song of Songs, comprises seven connected movements. It begins in the darkness of sleep, but ends in victory: ‘love is as strong as death, passion as all consuming as hell-fire. Love is a burning fire, a blazing flame.’ This extraordinary choral work is an important element in de Leeuw’s search for the wellsprings of western music. Peter van Onna - Power of Sleep Het gedicht Anticipation of Love van Jorge Luis Borges vormt de basis voor Peter van Onna’s korte koorwerk Power of Sleep. Van Onna: ‘De tekst handelt over slaap en ook de dromerige muziek is daarvan doordrenkt. Afgezien van de zesdeligheid van de tekst, die is overgenomen in het stuk, trekt de muziek echter Peter van Onna - Power of Sleep Peter van Onna’s short choral work Power of Sleep is based on the poem Anticipation of Love by Jorge Luis Borges. Van Onna: ‘ The text deals with sleep, which also saturates the dreamy music. The music uses the text’s six-part form, but for the rest it pursues its own agenda. I utilize some Imbroglio techniques in Power of Sleep 7 TOELICHTING DONDERDAG 16 OKTOBER / NOTES THURSDAY 16 OCTOBER (Imbroglio in music can be likened to a trick of the eye in art). An example is Spatial Melody: the notes of the melody don’t follow each other within a limited range, but are placed far apart, in various choral registers. They constantly swell up through the use of crescendodecrescendo, creating the impression that the choir is circling on its own axis. The piece also plays with music history. The attentive listener will recognize the overtone chord and the Mystical Chord of Skriabin. Crucial points in the Golden Mean ratio are emphasized by citing existing melodies (albeit well concealed). For this I chose two great classical composers who both refer to sleep.’ 8 ook haar eigen plan. Enkele Imbroglio-technieken (wat gezichtsbedrog is in de beeldende kunst, is Imbroglio in de muziek) komen voor in Power of Sleep. Een voorbeeld van deze technieken is Ruimtelijke Melodie: melodietonen liggen niet in een beperkte omvang naast elkaar maar zijn wijd uit elkaar geplaatst, in verschillende registers van het koor. Ze zwellen steeds aan door middel van crescendo-decrescendo zodat de indruk ontstaat dat het koor om zijn eigen as draait. Verder speelt het stuk een spel met de muziekgeschiedenis en zal de oplettende luisteraar onder meer het boventoon-akkoord en het Mystieke Akkoord van Skrjabin terughoren. Cruciale punten binnen de Gulden Snede-verhouding worden benadrukt doordat hier (zeer bedekt) bestaande melodieën worden geciteerd. Hiervoor zijn melodieën van twee grote klassieke componisten gekozen die beide aan slaap refereren. Olivier Messiaen - Cinq Rechants I hayo kapritama lali ssaréno les amoureux s’envolent Brangien dans l’espace tu souffles vers les étoiles de la mort ha ha ha soif l’explorateur Orphée trouve son coeur dans la mort miroir d’étoile châteu d’étoile Yseult d’amour séparé bulle de cristal d’étoile mon retour Barbe Bleue château de la septième porte hayo kapritama lali ssaréno I hayo kapritama lali ssaréno the lovers flee Brangaine in space you blow toward the stars of death ha ha ha thirst the explorer Orpheus finds his heart in death star-mirror star-castle Isolde of love separated crystal-bubble of the star my return Bluebeard castle of the seventh door hayo kapritama lali ssaréno II ma première fois terre terre l’éventail déployé ma dernière fois terre terre l’éventail refermé lumineux mon rire d’ombre ma jeune étoile sur les fleuves ha solo de flute berce les quatre lézards en t’éloignant mayoma kapritama ssarimâ mano nadja lâma krîta makrîta mayo II my first time earth earth fan unfurled my last time earth earth fan closed luminous my shady laugh my young star on the rivers ha solo flute the four lizards as you move away mayoma kapritama ssarimâ mano nadja lâma krîta makrîta mayo III ma robe d’amour mon amour ma prison d’amour faite d’air léger lîla ma mémoire ma caresse mayoma ssari mane thikâri oumi annôla oumi cheu cheu mayoma kapritama kalimolimo sari floutî trianguillo yoma robe tendre toute la beauté paysage neuf troubadour Viviane Yseult tous les circles tous les yeux pieuvre de lunière blesse foule rose ma caresse tous les philtres sont bus ce soir encor III my gown of love my love my prison of love made of light air lîla my memory my caress mayoma ssari mane thikâri oumi annôla oumi cheu cheu mayoma kapritama kalimolimo sari floutî trianguillo yoma tender gown all the beauty new landscape troubadour Vivian Isolde all the circles all the eyes octopus of light hurts pink crowd my caress all the love potions are drunk tonight again IV niokhamâ palalane soukî mon bouquet tout défait rayone les volets roses oha amour du clair au sombre oha roma tama ssouka rava kali vâli ssouka nahame kassou ha mon bouquet rayone IV niokhamâ palalane soukî my crumpled bouquet is radiant the pink shutters oha love from light to dark oha roma tama ssouka rava kali vâli ssouka nahame kassou ha my radiant bouquet V mayoma kalimolimo tes yeux voyagent dans le passé mélodie solaire de corbeille courbe dans le passé losangé ma fleur toujours philter Yseult rameur d’amour fée Viviane à mon chant d’amour cercle du jour hayo hayo foule rose bras tendu pieuvre aux tentacules d’or Persée Méduse l’abeille l’alphabet majeur fleur du bourdon tourne à mort quatre lézards la grotte pieuvre et la mort Corolle qui mord deuxième garde à manger d’abord mayoma kalimolimo dans l’avenir V mayoma kalimolimo your eyes wander into the past sun-tune of curved capital into the past diamond-shaped my flower still love-potion Isolde rower of love fairy Vivienne to my song of love circle of day hayo hayo pink crowd outstretched octopus with tentacles of gold Perseus Medusa the bee the main alphabet flower of bumble-bee turn to death four lizards the cave octopus and death Corolla that bites second keeps some to eat first mayoma kalimolimo into the future 9 André Jolivet - Epithalame I Ouvrons les portes de l’amour Par le verbe qui sied et par l’intonation juste IAÉOOUÉA Fais un heureux jour sur les ailes de l’Amour. Toutes autour de toi notre soeur, Oasis d’amour, oasis de l’amour Fragile Psyché soeur au doux regard Petite soeur douce de regard, Tu es pure et sage comme la tulipe Pure et sage est la fleur Pure est la tulipe, sage est la tulipe Oasis, toutes autour de toi, toutes près de toi Pour te chanter l’amour Aimée aux cheveux bleus, compagne purifiée Aimée aux cheveux bleus, soeur purifiée Aimée aux cheveux bleus, ointe d’essences et de parfums Et d’onguents consacrés Ma soeur vêtue de la robe de lin pur et d’un voile de nuages. Oasis de l’Amour, frêle Psyché O pure et sage fleur d’amour Oasis d’Amour Aimée toute purifiée dans l’eau des cataractes O fragile Psyché, soeur Jeune fille, pour toi il y a des parfums des essences rares Il y a des guirlandes de fleurs pour tes brunes épaules Il y a la musique et les chants pour ton coeur Et pour ton esprit, le son Il y a des danseuses virant dans l’air Pour l’esprit de tes yeux Pour ton esprit dans tes yeux Fais un heureux jour, soeur, Fais ce jour heureux, ô fragile Psyché, ô ma soeur, aimée 10 10 I Let us open the gates of love With the Word which is, and with good intonation IAÉOOUÉA Make glad the day on wings of love All are around you, our sister, Oasis of love, oasis of love. Fragile Psyché sister with a kindly look Kindly-looking little sister You are as pure and as good as the tulip Pure and good is the flower Pure is the tulip, good is the tulip Oasis, all are around you, all are near you To sing to you of love Beloved with hair of blue, purified wife Beloved with hair of blue, purified sister Beloved with hair of blue, anointed with oils and perfumes and sacred ungents. My sister dressed in a pure linen robe and a veil of clouds Oasis of love, frail Psyché, Oh! pure good flower of love Oasis of love Beloved all purified in the water of the cataracts Frail Psyché, sister, Young woman, for you there are perfumes and rare oils There are garlands of flowers for your brown shoulders There is music and singing for your heart And for your spirit, pure sound There are dancers spinning in the air For the life in your eyes, For your life in their eyes Make glad the day, sister Make glad this day, oh fragile Psyché, oh my sister, beloved Oasis d’amour pour toi petite soeur et pour ton fiancé Fais que ce jour soit heureux, Pour toi et pour lui qui ce jour soit heureux Aimée toute purifiée dans l’eau des cataractes Jeune fille éternelle dans les jardins de la pérennité Thalamos, Ephitalamos Jeune homme tu crées l’amour par tes chants Par nos chants, hommes, nous créons l’amour Par le chant, par la voix, par le rythme Nous créons de l’amour Il y a ta chérie assise auprès de toi et ses deux seins près de toi Auprès de ses deux seins tu es en jubilation Il y a ta chérie assise auprès de toi Pour faire l’heureux jour O mon frère au coeur en liesse, coeur, ami, en jubilation Lotus pur dans les champs du soleil Ton nom s’ élève jusque dans la région des nuages, audelà des nuages Ton nom je le crie, je le clame, je l’affirme O Frère éternel, ô toi frère dans les jardins de la perennité Oasis of love for you little sister and for our betrothed Make glad this day for you and for him make glad this day Beloved all purified in the water of the cataracts Eternally young woman in the gardens of everlastingness. Thalamos, Ephitalamos Young man, you are creating love with your songs With our songs, men, we are creating love With singing, with voices, with rhythm, We are creating love Your darling is sitting next to you and her two breasts near to you Next to her two breasts you are in exultation Your darling is sitting next to you To make glad the day Oh my brother, whose heart is full of joy, heart friend in exultation Pure lotus in the fields of the sun Your name is raised up to the realm of the clouds beyond the clouds I cry out your name, I declare it, I affirm it Eternal brother, oh you brother in the gardens of everlastingness. II Fille du souffle, eau vive, ô jeune fille Psyché fragile, tu souris de ton sourire Parfum mystique des lys clairs de ton coeur Tu souris à l’être qui doit t’éveiller Rosée du prime matin de la vie Clef d’or des rêves des nuits chaudes de nos espoirs Dans tes beaux yeux illuminés d’Hyménée Sourit la jeunesse éternelle, jeune fille éternelle II Daughter of the breeze, living water, oh young girl fragile Psyché, you are smiling with your smile Mystical perfume of bright lilies of your heart You are smiling at him who must wake you Dew of the first morning life Golden key to the dreams of our hopes’ warm nights In your lovely eyes lit up by Hymen Smiles the eternal youth, eternally young woman Au jardin de l’amour Mon corps a mal à sa belle âme Soeur de l’azur clair, âme suave de l’éther Fille du souffle, eau vive, ô jeune fille Homme, homme, je t’ai cherché, je t’ai trouvé, je t’ai choisi, Homme, je t’ai nommé Homme, tu seras l’homme de cette femme, Tu seras l’éternel amant de ta divine amie Mon coeur de ma mère Celle qui avant toute création existait Celle qui avant toute forme existait Homme, tu seras l’éternel amant de ta divine amie Celle qui avant que tout être fût crée, existait pour toi Celle qui existait pour que tu existes Quand il n’y avait rien, elle était, Quand le rien n’avait pas de nom, elle était Quand régnait le chaos, elle était Quand du chaos sortit l’ordre, elle etait Quand le destin n’existait pas, elle était Quand le destin se révéla, elle était Quand du chaos sortit l’ordre, elle était Elle était avant toutes choses Celle qui est pour que tu existes Elle est pour que tu existes Certains ne l’ont pas trouvée Certains ne l’ont pas vue et pourtant elle est Elle est à ta droite, elle est à ta gauche Elle est ta droite et puis ta gauche Elle est ton foie, elle est ton coeur, elle est ton front Elle est ta nuque Elle existe, soeur de notre azur clair Présente dans ton oeil elle est lumière Présente dans ton flanc elle est mouvement Présente ton ventre elle est chaleur Présente dans ta main elle est puissance Présente dans ta gorge elle est feu 11Présente dans ta poitrine elle est source vive In the garden of love My body aches in its beautiful azure soul Oh from the azure sky, sweet soul of the ether Daughter of the breeze, living water, oh young woman Husband, husband, I have sought you, found you, chosen you Husband, I have named you Husband, you shall be spouse to this woman You shall be the lover to your divine friend forever My heart, my mother’s heart She who was existing before all form she who existed before all form Husband, you shall be lover to your divine friend forever She who has created before all beings existed for you She who existed so that you may exist When there was nothing, she was there When nothingness had no name, she was there When chaos reigned, she was there When order came out of chaos, she was there When destiny did not exist, she was there When destiny was reveiled, she was there When order came out of chaos, she was there She was there before all things She is the one who is so that you may exist She is so you may exist Some have not found her Some have not seen her and yet she is She is your right hand, she is your left hand She is your right hence she is your left She is your liver, she is your heart, she is your neck, she is your brow She exists, sister of our azure sky Present in your eye she is the light Present in your loins she is movement Present in your belly she is warmth Présente dans ton germe elle est toi-même Elle est toi-même et tu es elle et elle est toi Vous êtes les parcelles de la grande âme incandescente Vous êtes deux, vous êtes un dans la béatitude de l’amour Alleluia. Present in your hand she is power Present in your throat she is fire Present in your breast she is the well-spring Present in your seed she is yourself And you are she and she is you You are the particles of the great incandescent soul You are two, you are one in love’s bliss Alleluia III Au son de sa lyre Amphion bâtit la muraille de Thèbes Au son de nos chants consacrés nous bâtissons la maison des époux Dans l’oeil du Dieu caché Deux est un; les époux habiteront Deux est un dans l’oeil et le coeur du Dieu caché Je bâtis le coeur et l’oeil de la maison des époux Dans votre devenir vous avez la force de fécondation Dans votre devenir il y a l’Amour Que vous créerez Puisque l’Amour c’est la Vie O couple vous créerez l’amour Car l’amour c’est la vie Couple, cherche le plaisir dans le bonheur, Le bonheur dans le savoir Le savoir dans l’équilibre dont l’ultime terme est Amour Ainsi sera bâti le toit des époux Dans l’oeil et dans le coeur de Dieu, dans l’équilibre O couple éternel dans les jardins de l’Amour Dans la maison des deux époux Ouvrons les portes à l’Amour Ouvrons les portes d’Amour III Amphion built the wall of Thebes to the sound of his lyre We shall build the nuptial house to the sound of our consecrated songs In the eye of the hidden God Two are one ; they shall live In the eye and the heart of the hidden God I build the heart and the eye of the nuptial house In your becoming you have the power of impregnation In your becoming there is love Which you will create Since love is life. Oh couple, you create love Since love is life Couple! Seek pleasure in happiness Happiness is knowledge Knowledge in balance whose condition is love Thus the nuptial roof will be built In the eye and the heart of God in perfect balance Oh couple! Eternal in the gardens of love In the house of the espoused Let us open the gates to Love Let us open the gates of Love 11 Toivo Tulev - And then in silence there with me be only You Nanma niranya Mariame, Nanma niranya Mariame susti! Nanma niranya Mariame, Nanma niranya Mariame, Mariame, Kartav angayodkude. Strigalil ang anugrahikapattavalagunnu. Nanma niranya Mariame susti! Del Verbo divino La Virgen preñada Viene de camino: Si le dais posada. Del Verbo divino La Virgen preñada Viene de camino Tu sei benedetta fra le donne / angayude udaratil falamaya e benedetto è il frutto del tuo seno Gesù. Iso anugrahikapattavanagunnu falamaya Iso anugrahikapattavanagunnu/ falamaya Iso anugrahikapattavanagunnu/ angayude udaratil falamaya anugrahikapattavanagunnu e benedetto è il frutto del tuo seno e benedetto è il frutto del tuo seno Io, Gesù, Gesù, Iso, Gesù, Gesù, Iso, Iso, Gesù Iso, Gesù, Iso, Gesù, Gesù, Gesù, Iso, Iso, Iso, Iso, Gesù, Gesù e benedetto è il frutto del tuo seno/ falamaya Gesù, falamayu Iso, Gesù, Iso Del Verbo divino La Virgen preñada Viene de camino: Si le dais posada. Iso, Iso, Gesù, Gesù 12 12 J. P. Sweelinck Or soit loué psalm 150 Parisutta Maria(me) Tampurante amme paapikalaya ñangalkuveendi ipoolum ñangalude maranasamayattum Tampuranood apesikaname/ Santa Maria Madre di Dio prega per noi peccatori adesso e nell` ora della nostra morte. Madre di Dio, prega per noi Gesù adesso e nell` ora ....Gesù....morte. Gesù....viene de camino: Si le dais posada. Iso, Iso viene de camino /Iso, Iso, Si le dais posada. Gesù, Gesù, Gesù, Gesù, Iso, Gesù, Iso, Iso, Gesù, Gesù Gesù, Gesù, Gesù, Gesù, Iso, Gesù, Gesù, Gesù, Gesù, Iso, Iso, Gesù, Gesù, Iso, Gesù, Gesù Or soit loué l’Eternel, De son sainct lieu supernel, Soit dis-je, tout hautement Loué de ce firmament Plein de sa magnificence Louez-le tous ses grands faicts, Soit loué de tant d’effects, Tesmoins de son excellence. Now let the Eternal One be praised Upon his high and holy place; May He, I say, most highly Be praised in the firmament Filled with His magnificence. Let all praise His great deeds, May He be praised in all the ways That bear witness to His Greatness. Soit joinct avecques la voix, La plaisant son de hautbois, Psalterions à leur tour, Et la harpe et le tabour, Haut sa louange resonnent. Phifres esclattent leur ton Orgues, musette, D’un accord son los entonnent May the pleasing sound of the oboe Be joined with that of the voice. In turn the psalteries, Harp and tabor Sound forth His praise. The fifes shrill forth their sound, Organs, bagpipes and the bourdon Intone His praises with one accord. Soit le los de sa bonté, Sur les cymbales chanté, Qui de leur son argentin, Son Nom sans cesse et sans fin Facent retentir et bruire Bref tout ce qui a pouvoir De souffler et se mouvoir Chante à jamais son empire. May the praise of His goodness be sung by the cymbals, May their silvery sound Sound forth and proclaime His Name unceasingly. In short, may all that has the power Of breath and of movement Hymn His empire eternally. Daan Verlaan - Haleine tekst/text Jan Arends (1925-1974) J. P. Sweelinck Ainsi qu’on oit le cerf bruire psalm 42 Ainsi qu’on oit le cerf bruire, Pourchassant le frais des eaux, Ainsi mon cœur qui souspire, Seigneur, apres tes ruisseaux: Va tousiours criant suyvant Le grand, le grand Dieu vivant: Helas, donques, quand sera ce, Que verray de Dieu la face? Like as the hart doth pant and bray, the well-springs to obrain; So doth my soul desire alway, with thee, Lord, to remain. My soul doth thirst, and would draw near the living God of might; Oh when shall I come and appear in presence of his sight. I Oh / als het maar waaien wil / morgen als ik met Haleine / naar het park ga. Iours et nuicts pour ma viande De pleurs me vay soustenant, Quand je voy qu`on me demande: Où est ton Dieu maintenant? Ie fons en me souvenant, Qu’en troupe j’alloy menant, Priant, chantant, grosse bande Faire au temple son offrande. The tears all times are my repast, which from my eyes do slide; Whilst wicked men cry out so fast, Where now is God thy guide? For I did march in good array, with joyful company, Unto the temple was our way, to praise the Lord most high. Maar als het niet waait / morgen zal mijn vlieger lachen / en dan vertrapt Haleine het bootje. Wij zullen er matrozen zijn op het kleinste bootje / van de wereld. IV Ik heb vannacht / met Haleine geslapen Ik ben de bijzit / van mijn eigen vlees / geweest. Ik heb / onder een donkere maan naar een liefelijke / blauwe lucht / geslapen. Ook wil ik / mijn vlieger oplaten. II De grote / roofvogel / Iks is neergestreken / op mijn dak. Twee vogels / hebben stro in mijn handen gelegd. Twee vogels / hebben gefloten / als fluiten, als noodweer, als kwade dagen / in aantocht. Ze zijn weer weggevlogen. Is / in mijn hoofd / gekomen. Alleen Haleine / is gebleven. Heeft / in zijn klauwen / wat ik denk. Jazeker, Haleine verlaat mij niet. III De roofbloemen / zijn zieker dan de nacht dan mensen. geen vertaling beschikbaar/no translation available De roofbomen / zijn ongelukkiger dan dwangarbeiders. Het roofgras / verdort / waar het niet regent. Het regent nooit / waar het roofgras / groeien wil. Alleen wanneer / Haleine komt / dan leeft het boze gewas, dan staat het gras / als liefde, / dan is de boom / vol schaduw, dan zijn de bloemen rood. Haleine / is water en goedheid. 13 13 Ton de Leeuw - Car nos vignes sont en fleur tekst/text Hooglied/Song of songs 1 Sur ma couche, dans la nuit, j’ai cherché celui que mon coeur aime. 2 Je l’ai cherché et ne l’ai pas trouvé. 3 Alors j’ai résolu de me lever, de faire le tour de la ville, dans les rues et sur les places je chercherai celui que mon coeur aime. 4 Ah, mon bien aimé est blanc et vermeil, on le distingue autre mille. À travers ton voile tes yeux brillent pareils à ceux d’une colombe. Sa tête est comme de l’or pur, sa chevelure est souple comme le palmier. Tes cheveux sont comme un troupeau de chèvres suspendus aux flancs de la montagne. Tes yeux sont comme de colombes sur les bords d’un ruis. Tes lèvres sont comme un ruban écarlate et ta bouche respire le charme. Ses joues sont comme un parterre embaumé massif de fleurs au parfum odorant. À travers ton voile, ta joue ressemble à une moitié de grenade. Ses lèvres sont des lis d’où découle la myrrhe. Ses mains sont des anneaux d’or incrustés de rubis. Sa bouche respire la douceur. Il est superbe comme les cèdres. Ton cou est comme la tour de David, tous les boucliers y sont suspendus et tes deux seins sont pareils a deux faons comme les jumeaux d’une gazelle. Oh, mon amie tu es toute belle, aucune tache ne dépare ta 14beauté. 14 1 By night on my bed I sought him whom my soul loveth. 5 5 Oh toi! O you! Car voici, l’hiver est passé, See! The winter is past; la pluie a cessé, elle s’en est allée, the rains are over and gone. 2 les fleurs paraissent sur la terre, Flowers appear on the earth; I sought him, but I found him not. le temps de chanter est arrivé, the season of singing has come; le roucoulement de la tourterelle se fait the cooing of doves is heard in our land. 3 entendre. The fig tree forms its early fruit; I will rise now, and go about the city in the Déjà mûrissent les premiers fruits du the blossoming vines spread their fragrance. streets, and in the broad ways I will seek him figuier, et la vigne en fleurs exhale son Arise, come, my darling; my beautiful one, whom my soul loveth. parfum. come with me, my dove, that art in the Lève toi, mon amie, lève toi et viens ma belle. clefts of the rock, 4 Oh ma colombe, toi qui te cache, dans les let me see thy countenance, let me hear My lover is radiant and ruddy, outstanding fentes du rocher, fais moi voir ton visage, thy voice; among ten thousand. entendre ta voix, oh toi dont la voix est si O you for sweet is thy voice. Your eyes behind your veil are doves. douce. Set me as a seal upon thine heart. His head is purest gold; his hair is wavy and Mets moi comme un sceau sur ton coeur. black as a raven. 6 Your hair is like a flock of goats descending 6 Saw ye him whom my soul loveth? from Mount Gilead. Avez vous vu celui que j’aime? J’ai rencontré The watchmen that go about the city found Your eyes are like doves by the water les gardes qui font leur ronde dans la ville. me: streams. A peine les avais je dépassés que je trouvai It was but a little that I passed from them, Your lips are like a scarlet ribbon; your celui que mon coeur aime. Je l’ai saisi et je but I found him whom my soul loveth: mouth is lovely. ne l’ai point lâché avant de l’avoir introduit I held him, and would not let him go, His cheeks are like beds of spice yielding dans la chambre de ma mère. until I had brought him into my mother’s perfume. house. Your temples behind your veil are like the halves of a pomegranate. Peter van Onna - Power of Sleep His lips are like lilies dripping with myrrh. His tekst/text Jorge Luis Borges (1899-1986) uit/from Anticipation of Love arms are rods of gold set with chrysolite. Neither the intimacy of your look, your brow Virgin again, miraculously, by the absolving His mouth is sweetness itself; fair as a feast day Your neck is like the tower of David, built power of sleep. with elegance; on it hang a thousand shields, not the favor of your body, still mysterious, quiet and luminous like some happy thing reserved, and childlike, all of them shields of warriors. Your two recovered by memory, nor what comes to me of your life, settling you will give up that shore of your life that breasts are like two fawns, like twin fawns in words or silence, of a gazelle that browse among the lilies. you yourself do not own. All beautiful you are, my darling; there is no will be so mysterious a gift Cast up into silence as the sight of your sleep enfolded flaw in you. I shall discern that ultimate beach of your in the vigil of my arms. being and see you for the first time, perhaps, as God must see you--the fiction of Time destroyed, free from love, from me. WORKSHOPS het koor als instrument - workshop over het componeren voor (kamer)koor, geleid door James Wood (UK) Jonge componisten uit heel Europa zijn gevraagd om een kort stuk of fragment voor a cappella kamerkoor te schrijven. In de workshop werken zangers, dirigent en componisten aan verschillende aspecten van de uitvoering - stembereik, effecten, kleuring, tekstzetting. De bladmuziek dient slechts als uitgangspunt, er wordt veel ruimte gemaakt voor bijdragen van de zangers en aanwezigen. De workshop wordt afgerond met een korte uitvoering van de fragmenten. vrijdag 15:30 uur Studio 1 / zaterdag 13:00 uur Studio 1 the choir as instrument - workshop on composing for choir, led by James Wood (UK) Young composers from all over Europe were asked to write a short piece or fragment for an a cappella chamber choir. In these workshops singers and conductor will work with the composers on various performance possibilities — effects, vocal range and colour, text setting etc. — where the score serves as starting point, but where there is also room for a significant contribution from the singers and guests. The workshops will be rounded off with a short performance of the fragments. Friday 15:30 hrs Studio 1/Saturday 13:00 hrs Studio 1 de noten waar de klassieke muziek niet meer van houdt workshop over microtonaliteit in vocale muziek, geleid door Lasse Thoresen (NO) In de instrumentale muziek is sinds de jaren 80 de diversiteit van klanken en timbres enorm uitgebreid, maar in de vocale muziek is deze ontwikkeling achtergebleven. De Noorse componist Lasse Thoresen is initiator van het project Concrescence dat door de studie van volksmuziek en traditionele technieken de microtonaliteit weer een plaats wil geven in de vocale muziek. Op vrijdag zal Lasse Thoresen het Concrescence project introduceren. Op zaterdag werkt zijn collega Gro Shetelig (NO) met zangers aan het gehoortraining en het klankvoortbrenging. De deelnemers maken kennis met boventoon-zingen, door de resonatoren in het menselijke lichaam bepaalde tonen te laten filteren of juist door te laten geven. Sander Germanus, componist en directeur van Stichting Huygens-Fokker, centrum voor microtonale muziek, is gastheer; hij geeft een korte demonstratie van het 31-toons Fokkerorgel dat sinds het voorjaar van 2009 in de Bamzaal in het Muziekgebouw aan ’t IJ staat. vrijdag 13:00 uur Bamzaal/zaterdag 15:30 uur Bamzaa1 Alle workshops zijn toegankelijk voor het publiek. the pitches that classical music has learned to hate workshop on microtonality in vocal music, led by Lasse Thoresen (NO) Contemporary music has greatly expanded the variety of timbres used in instrumental music, but similar developments have not occurred in the field of vocal music and singing. The Norwegian composer Lasse Thoresen is initiator of the Concrescence project, which aims to to introduce microtonality in vocal music through the study of folk music and traditional techniques. Lasse Thoresen will introduce the Concrescence project on Friday. On Saturday, his colleague Gro Shetelig (NO) will work with singers on aural awareness and sound production. Participants will be introduced to ‘overtone singing’ or ‘diphonic chant’, by learning to filter out the overtones of the voices by altering the resonators of the human body. Sander Germanus, composer and director of the HuygensFokker Foundation, centre for microtonal music, will host the workshop and give an introduction to the 31-tone Fokker Organ situated in the Bamzaal. Friday 13:00 hrs Bamzaal/Saturday 15:30 hrs Bamzaa1 All workshops are open to the public. 15 CONCERT VRIJDAG 16 OKTOBER / CONCERT FRIDAY 16 OCTOBER / 20.15 Latvijas Radio Koris o.l.v./cond Sigvards Klava Santa Ratniece (1977) Cu Dal (2009) (wereldpremière/world premiere) J.P. Sweelinck (1562-1621) Qui en la garde du haut Dieu psalm 91 Kristaps Petersons (1982) Twilight Chants (2009) (wereldpremière/world premiere) pauze/intermission Alfred Schnittke (1934-1998) Psalms of Repentance (1988) Dit concert wordt opgenomen door de KRO voor uitzending op Radio op een later tijdstip/ This concert will be recorded 16 by KRO Radio to be broadcast on Radio 4 at a later date. TOELICHTING VRIJDAG 16 OKTOBER / NOTES FRIDAY 16 OCTOBER Santa Ratniece - Cu dal De Letse componiste Santa Ratniece schreef voor het Lets Radiokoor het koorwerk Saline, naar het opdrogende zoutwater van de Dode Zee. Als geografische tegenhanger van deze laagvlakte vond ze het zoute meer Ubsu-Nure in Mongolië, op 753 meter boven zeeniveau. Een pad loopt vanaf die plek naar het Namtso Meer in Tibet, het hoogste zoutmeer ter wereld, middenin het Himalaya Gebergte, met de toepasselijke bijnaam ‘Hemels Meer’. De titel van het koorwerk Cu dal is Tibetaans voor ‘stille wateren’, als ode aan de stilte en onaanraakbaarheid van het mystieke meer. In het midden ligt een eilandje dat door monniken alleen ’s winters via het bevroren water te bereiken is. Ratniece gebruikt ritmiek en rituele muziek van Tibetaanse monniken om de sfeer van deze heilige plek in het koorwerk te vatten. Santa Ratniece - Cu Dal The Latvian composer Santa Ratniece wrote the choral work Saline for her country’s Radio Choir. Saline refers to the evaporating salt water of the Dead Sea. As geographic counterpart to this low-lying lake Ratniece found the freshwater lake Ubsu-Nure, 753 meters above sea level in Mongolia. A path runs from here to the Namtso Lake in the middle of the Tibetan Himalayas. This is the highest freshwater lake in the world, appropriately nicknamed Heavenly Lake. Cu Dal is Tibetan for ‘still waters’, as an ode to the serenity and inviolability of the mystical lake. In the middle of the lake is an island that monks can only reach by crossing the frozen water in the winter. Ratniece uses rhythm and the ritual music of the Tibetan monks to convey the atmosphere of this holy place. J.P. Sweelinck - Qui en la garde du haut Dieu psalm 91* J.P. Sweelinck - Qui en la garde du haut Dieu psalm 91* Kristaps Petersons - Twilight Chants De jonge Letse componist Kristaps Petersons studeerde zowel compositie als contrabas, en volgde masterclasses aan de conservatoria van Oslo en Enschede. Zijn muzikale fascinatie heeft een elektronische component. Ervaring op dit gebied kon hij opdoen bij componisten die zijn verbonden aan het prestigieuze IRCAM in Parijs. Het hoeft dus niet te verbazen dat Petersons ook voor Twilight Chants om elektronische versterking vraagt. Zelf zegt de componist over dit werk: ‘De liederen vormen een fictioneel ritueel als onderdeel van een fictionele religie. Deze religie aanbidt de schemering en beschouwt die als het moment waarop het goddelijke zich in de meest visuele vorm manifesteert.’ Petersons gebruikt daarbij mystieke teksten van de 13e-eeuwse Perzische dichter Jalal ad-Din Muhammad Balkhi-Rumi (beter bekend als soefi Roemi). Kristaps Petersons - Twilight Chants The young Latvian composer Kristaps Petersons studied composition and double bass, and followed masterclasses at the Oslo and Enschede conservatories. His musical fascination has an electronic component. He gained experience in this area with composers allied to the prestigious IRCAM in Paris. It should therefore come as no surprise that Petersons calls for electronic amplification in Twilight Chants. The composer says of this work: ‘The songs form a fictional ritual as part of a fictional religion. This religion worships the twilight, regarding it as the moment when the divine manifests itself in its most visual form.’ Petersons uses mystical texts from the 13th century Persian poet Jalal ad-Din Muhammad Balkhi-Rumi (better known as sufi Rumi). * zie pagina/see page 3 17 TOELICHTING VRIJDAG 16 OKTOBER / NOTES FRIDAY 16 OCTOBER Alfred Schnittke - Twelve Psalms of Repentance Listening to the sober Twelve Psalms of Repentance by Alfred Schnittke, it is hard to imagine that they came from the same pen that produced crazy neo-baroque, mathematical serialism and cartoon-like avant-garde. But it is also precisely the reason why these twelve psalms fit so well into the multi style oeuvre of Schnittke. After decades as provocateur he converted to Roman Catholicism in 1982. There is also the influence of the Russian Orthodox church tradition, discernible in such compositions as the Concerto for Mixed Choir (1985). This is also the case with the masterly Twelve Psalms of Repentance, which were premiered on Boxing Day in 1988 to celebrate a thousand years of the Christian church in Russia. By then Schnittke had already suffered his first stroke. The fifth psalm centres on the Svjatopolk’s fratricide of Boris and Gleb; here the musical tension could be cut with a knife. The surrounding psalms deal with related themes such as sin and the longing for salvation, expressed in stringent and austere music. The last psalm is wordless - the basses hum bocca chiusa, with closed mouth from the diaphragm - and the mysterious music finally dies out in a restless oscillation. 18 Alfred Schnittke - Twaalf Boetepsalmen Wie naar de sobere Twaalf Boetepsalmen van Alfred Schnittke luistert, kan zich nauwelijks voorstellen dat ze geschreven zijn door dezelfde componist die zich met knotsgekke neobarok, wiskundig serialisme en cartooneske avant-garde inliet. Toch - en juist daarom - passen deze twaalf psalmen zo goed binnen het polistilistische oeuvre van Schnittke. Na decennia van provocatie bekeerde hij zich in 1982 tot het Rooms-Katholicisme. Daarbij valt in composities als Concerto voor gemengd koor (1985) de invloed van de Russisch Orthodoxe kerktraditie te bespeuren. Zo ook in de meesterlijke Boetepsalmen, die op Tweede Kerstdag 1988 in première gingen, ter viering van de duizendjarige kerstening van Rusland. Schnittke had zijn eerste beroerte toen reeds achter de rug. In de vijfde psalm staat de broedermoord van Svjatopolk op Boris en Gleb centraal, hier is de muzikale spanning dan ook om te snijden. In de omliggende psalmen worden aanverwante thema´s als zonde en verlangen naar verlossing behandeld, en in strenge en spaarzame muziek gevat. De laatste psalm is woordeloos. Hier neuriëren de bassen bocca chiusa, met gesloten mond vanuit de diepte, en sterft de mysterieuze muziek tenslotte uit in een onrustige pendelbeweging. Santa Ratniece - Cu dal J. P. Sweelinck Qui en la garde du haut Dieu psalm 91 gul-gul-gul-gul...... spyan chab char ltar `grub.... chu-dal, chu-dal.... spug tu `jug pa.... gul-gul-gul-gul.... chem-me-ba.... chu-dal, chu-dal... dgun.... skad.... spyan chab char ltar grub... gnam...lam lam lam lam... chu-dal... slowly slowly slowly slowly......... his tears gushed forth like rain.... still water, still water.... keep on waiting.... slowly slowly slowly slowly.... silence..... smooth stream... winter... voice... cry... his tears gushed forth like rain... heaven ... way way way way.... slow flood.... Zhing-khar dpyid-kyi dpal-yon rnam-par bzhad-naz bjung, chang-ma`i smyu-gu skyes-par bten-nas byung, khyags-bzhu`i chu-phran-rdzhes `brangs rgyag-nas byung, khug-rta`i gshog-rtsal-la brten lding-nas byung. The gladness of spring has smiled upon the fields; It has come on the put-forth buds of the willow. It has run hither along the little brook The ice of which has just thawed It has come flying on the wing tips of the swallows. Dpyid-kyi dus mdzes sa-zhing gYu-yi gdan, blta-na sdug-pa`i me-tog rab-tu bkra, skye-rgu`i shing-la bde-skyid re-`dun spel, srid-mtha`i bar-du sa-steng `bral-med-kye. The carpet of jade-green fields in the beautiful spring season Is a blaze with the most colourful flowers Which are delight to look at In the hearts of the people happy hopes are cherished; Oh, may spring always be here with us! blo-gros... gangs-ri... rdzi-rlung `jam-po... shog-khag... sense.... mountain with snow... soft breeze... wing... Qui en la garde du haut Dieu Pour jamais se retire, en ombre bonne et en fort lieu Retiré se peut dire. Conclu donc en l’entendement, Dieu est ma garde seure, Ma haute tour et fondement, Sur lequel je m’asseure. He that within the secret place of God most high doth dwell, Under the shadow of his grace he shall be safe and well. Thou art my hope and my strong hold, I to the Lord will say; My God he is, in him will I my whole affiance stay. Kristaps Petersons - Twilight chants tekst/text Jalal ad-Din Muhammad Balkhi-Rumi (1207-1273) !!!!!! Ruba’ie #177 The Fount of Life, that never dies, Is but a sprinkling of Thy grace; The moon, that lightens all the skies, A pale reflection of Thy face. ‘The night is dark and long’, I said; ‘Bright, bright the moonshine that I seek’; That night, the tresses of Thy head, That moon, the lustre of Thy check. Èy âb-e hayât qatreh áz âb-e rûkh-át, V-èy mâh-e falak yek ásar áz tâb-e rûkh-át. Ghûftam ke shab-e derâz khâham mahtâb, An-shab shab-e zûlf-e tôst -ô- mahtâb rûkh-át. !!!!! Ruba’ie #118 That naked fire Wherein thou didst expire, Two hundred beauties were Not half so fair. Ân âtash-e shahvat ke chô sâf -ô- sâdehást, Benghar che neghâr-ân ke áz ân âtash khâst. !!!! Ruba’ie #31 OUR barque before Love’s breath Sailed from the bourn of death; Love’s wine, when hearts unite, Illuminates our night. Wherefore with that same wine Blest by this faith of mine Until death’s dawn shall break My thirst I’ll ever shake. .Bâ èshq ravân shôd áz ádam markab-è mâ, Rûshan ze sharâb-è vasl, dâ’em shab-è mâ. Zân mey ke harâm nîst dar mazhab-è mâ, Tâ subh-è ádam khushk nayâbî lab-è mâ. That flame of Love, The nakedness thereof-What visions of desire Leap in its fire! 19 Ân âtash-e sâdeh ke tô râ khôrd -ô- bekast, Ân sâdeh beh áz dô sad neghâr-e zibâ-st. 19 Alfred Schnittke - Stikhi Pokayanniye tekst/text anon (16de eeuw/16th century) I Plakasya Adamo pred’ rayemo sedya: “Rayu moï, rayu, prekrasniy moï rayu! Mene bo radi, radyu, sotvoreno byste. A Evvy radi, rayu, zaklyutcheno byste. Uvi mnye, greshnomu, Uvi-i-i bezzakonenu! Sogreshikho, Gospodi, sogreshikho, I bezzakonenavakho. Uzhe azo nye vizhu raiskiya pishtcha, Uzhe azo nye slishu arkhangeleska glasa. Sogreshikho, Gospodi, sogreshikho. Bozhe milostivye, pomilui mya, padshago.” II Priimi mya, pustyni, Yako mati tchado svoye, Vo tikhoye i bezmlevnoye Nedro svoye, ne brani, pustynya, Stashilishtchi svoïmi Otobegoshago ot lukavniya Bludnitza mira sego. O prekrasenaya pustyni, Veselaya dubravitza! Vozlyubikh bo tya patche Tzareskykh tchertog I pozlashtchennykh polat. I poiydu v luzekh Po krasnomu tvoyemu vinogradu, Razlitchnykh tzvetetz tvoïkh, Dykhayushtche ot vozdukha Malym vetretzem, Dvikzhushtche oo dreves Vetviye svoye kudryavoye. I budu yako khud zver’ Edin skytayasya, I begaya tchelovek, I mnogomyatezhniya ceya zhizni I sedya platcha i rydaya Vo glubokom i dikom 20 Nedre tvoyem. 20 I Adam sat weeping at the gates of paradise: ‘My paradise, my glorious paradise! You were created for me. Because of Eve you have been closed to me. Woe is me, I am a sinner! Woe, woe is me, I have trespassed! I have sinned against my God and I have broken the commandment. Never again shall I see the fruits of paradise. Never again shall I hear the voice of the archangel. My God, I have sinned. Merciful God, forgive me, I have fallen.’ II O wilderness, gather me to your silent and gentle lap like a mother her child. Do not threaten me, o wilderness, with your monsters, me, who flees from the deceitful seductress of this world. O beautiful wilderness, o friendly forest of oaks! You are more dear to me than the tzar’s chambers filled with gold. I shall walk among the meadows of your garden of delights with its many flowers, where the soft winds stir the air swaying the twisted branches of the trees. I shall wander around alone like a wolf, roaming the world, shunning Man and life’s temptations. Howling and crying I shall hide in your savage lap. O Sovereign Lord! You have gladdened me with earthly riches. Do not deny me your heavenly kingdom. O Vladyko Tzaryu! Nasladil mya yesi zemenykho blago, I ne lishi mene Nebesnago tzarestviya tvoyego. III Sego radi nishtch yesm’, Sela ne imeyu, Dvora svoyego ne styazhayu, Vinograda ne kopayu, Po moryu plavaniya ne sotvoryayu. Z gostmi kupli ne deyu, Knyazyu ne sluzhu, bolyarom ne totchen, V slugakho ne potrebyen, V knizhnom poyutchenii zabytliv, Tzerkvi Bozhiya ne derzhusya. Otza svoyego dukhovenago zapoved’ prestupayu, Tem Boga prognevayu. Na vsyakaya dyela blagaya ne pamyatliv, Bezzakoniya ispolnen, Grekhi svershen, Dai zhe mi, Gospodi, prezhe konetza pokayatisya. III That is why I live in poverty. I own no land. I have no place of my own, no vineyard in which I labour. I seek no gain on the seas. I have no trade with merchants. I serve no prince. I am of no use to boyars. As a servant I am useless. I am ill-suited to book-learning. I am not at one with God’s Church. I scorn the dictates of my spiritual father. Thus I bring the wrath of God upon myself. Good deeds are not my aim. I am filled with disgrace and laden with sin. Before the end, grant me, o Lord, the chance to repent. IV Dushe moya, dushe moya, Potchto vo gresekh prebyvayershi, Tchiyu tvorishi volyu. I bez uma myateshisya? Vostani, ostanisya sego, I platchisya del svoïkh gortze, Prezhe dazhe smr’tniy tchas Ne voskhytit’ tobye: Togda slezy ne uspeyute. Pomysli, dushe moya, Gorkïy tchaso strasheniy i grozniy I muku vetchnuyu, Ozhidayushtchu greshnikov mutchiti. No vospryani, dushe, Vopiyushtche neprestaneno: Milostivye, pomilui mya! IV My soul, my soul, why are you in a state of sin? What Will is it that you obey? Why are you so insanely restless? Rise up! Abandon everything and weep bitterly over your deeds up to the moment of your death: for then it will be too late to shed tears. My soul, remember the bitter hours of fear and horror. Remember the eternal torment which awaits the sinner. But rejoice, my soul, and cry out for evermore: Merciful God, save me! V Okayanne ubogiy tchelovetche! Vek tvoï kontchayetesya, I konyetz priblizhayetesya, A Sud strasheniy gotovitsya. Gore tebye, ubogaya dushe! Solnetze ti yest’ na zapadi, A dene pri vetcheri I sekira pri koreni. Dushe, dushe, Potchto tleyushtchumi petcheshisya? Dushe, vostrepeshtchi, Kako ti yavitisya sozdatelyu svoyemu, I kako ti piti smertrenuyu tchashu, I kako ti tr’peti smradniya efiopy I vetcheniya muky, Oto neya zhe, Khriste, Molitvami rozheshaya tya Izbavi dushe nasha. VI Zrya korablye naprasno pristavayema, Vozopista prekrasenaya dva brata Boriso i Glebo: “Bratye Svyatopoltche, ne pogubi nayu, Yeshtche bo yesmi velmi mlady! Ne podrezhi lozy neplodniya, Ne sozhni klasa nedozrelago, Ne prolyei krovi nepovinniya, Ne sotvori platcha materi nayu! Polozheni yesmya v Vyshchegorodye russkiya zemla, Bozhe nashe, slava tebye.” VII Dushe moya, kako ne ustrashayeshisya, Vidyashtche vo grobekh lezhashtchi, Kosti obnazheny, smerdyashtchi? Razumeï i vizhd’: Gde knyaze, gde vladyka, Gde bogat, gde nishtche? Gde lepota obraza, 21 Gde veleretchiye premudrosti? Gde gordyashtchiyesya o narodekho? V O Man, doomed and wretched, your life-span is dwindling, your end is nigh, a fearful judgment will be upon you. Woe upon you, wretched soul! Your sun is setting, daylight is fading, a sharp axe will cut at the root. Soul, oh soul, why do you bemoan your mortality? Oh Soul, tremble before you appear in front of your Maker, before you drink the cup of death, before you suffer the foul-smelling Devil and undergo everlasting torment. Christ, free our souls from that torment, and hear our prayers. Gde zlatom i biserom krasyashtchasya? Gde kitcheniya i lyubvi? Gde mzdoïmaniye I sud nelitzemereno, nepravdoyu ubystreno? Gde gospodin ili rabo? Ne vse li yest’ yedinako: Prakh i zemlya i kal smerdyashtchii? O dushe moya potchto ne uzhasayeshisya serdtzem? I kako ne ustrashayeshisya Strashnago sudishtcha I muky vetcheniya? O ubogaya dushe! Pomyani, kako zemnago Tzarya, tlennago tcheloveka, Glagola trepetno poslushayeshi I nebesnago sozdatelya svoyego Zapovedi ne khranishi. VI Zhiveshi po vsya, tchasi sogreshayushtchi When they beheld the ship that suddenly A knizhnoye pisaniye ni vo tchto zhe came, the two handsome brothers Boris and vmenyayeshi, Gleb cried out: Yako glumleniyu predolagayeshi: ‘Oh brother Svyatopolk, do not destroy us, O dushe moya! we are both still very young! Vosplatchisya, vopiyushtche ko Khristu: Do not cut off the saplings Isuse, spasi mya, which have not yet borne fruit. Molitv radi vesekho svyatykho tvoïko Do not cut the unripe corn. Izbavi mya vetchnago i gorkago Do not shed innocent blood. mutcheniya. Do not cause our mother sorrow. They buried us in Vyshgorod, in Russian soil. VIII Our God be thanked.’ Ashtche khoshtcheshi pobediti Bezvremyannuyu petchal’, VII Ne opetchalisya nikogda zhe Oh my soul, why are you not afraid Za koyu-lyubo vremyannuyu vesh’. at seeing the bodies in the coffins Ashtche i byen’ budeshi, and the bare, evil-smelling bones? Ili obestchesten, Behold and know: Ili otgnan, Where is the prince, where the ruler? Ne opetchalisya, Where are the rich, where the poor? No patche raduïsya. Where is the beauty of the face? Togda sya tokmo petchalisya, Where is the rhetoric of wisdom? Yegda sogreshishi, Where are the haughty? No i togda v meru, Where are those who parade their gold and pearls? Where are pride and love? Where are the greedy? Where is the true judgement which comes the faster the more lies are told? Where is the ruler, where the slave? Is it not all equal, dust and earth and foul-smelling filth? Oh my soul, why do you not tremble with fear? Why are you not afraid of the terrible judgement and of eternal torment? Oh miserable soul! Remember how attentively you observed the sayings of the earthly ruler, who is but mortal, yet you were deaf to the commandments of your heavenly Creator. You dwell in everlasting sin. You refuse to take seriously the teaching of the scriptures, you mock them. Oh my soul! Weep, cry out to Christ: ‘Jesus, save me! Deliver me, in response to the prayers of the saints, from everlasting, bitter torment.’ VIII If you wish to overcome unending sorrow be not sorrowful over earthly misfortune. If you are struck or dishonoured or exiled be not sorrowful but rejoice. Be sorrowful only when you have sinned, but even then in moderation. 21 21 Da ne vpadeshi vo otchayaniye I ne pogibneshi. IX Vospomyanukh zhitiye svoye kliroskoye Az nepotrebniy, Petchalnoye reku i skoropreselnoye, Gladolya Uvi mnye! Tchto sotvoryu, Gde ubo zhivu, I kako terplyu? V monastyre ubo igumeni i ikonomi I kelari i kaznatcheï. Vkupe zhe i podkelarniki i tchashniki, I soborniya startzy gordliviya, Samolyubyem vsi oderzhimy, I srebrolyubiyem ob’yashasya I bratonenavideniyem sopletoshasya I skupostiyu svyazashasya, I lukavstvom pomratchishasya, okayannii, Sami deyushtche tmami nepodobnaya, Nam zhe o yedinom malom nekoyem malodushiyem Zelo zazirayushtche. Sami ubo bezvremenno vkyshakhu Razlitchnaya brashna, Nas zhe i khudymi brashny Ne khotyatu pitati. Vino zhe i vsyakoye pitye Vsegda piyakhu, Sego radi prezresha nas, Svoyeya radi bezumniya skuposti, No vyesma obladayushtche, Nas zhe ni yedinago kratira spodoblyayushtche. Ole bezumniya skuposti! Ole nebratolyubiya! Ne svedushtche ubo! Yako yedina Bozhiya blagost’ I kakovo inotcheskoye obeshtchaniye. No ubo ashtche i vedushtche, No lukavnuyushtche vo vsyem, 22 22 Do not despair then you will not destroy yourself. I svoya tchrevanasyshtchayushtche I odezhdy rasshiryayushtche. Krasyashtchesya i gordyashtchesya. IX Bogatstvom patsche mirskikh, I have reflected on my life as a monk Strannykh zhe i nuzhnykh as being unworthy. No i oskorblyayushtche. No vladyko tzaryu I am saying now something sad and insecure. nebesniy, Woe is me! Khriste Bozhe nash. What things do I undertake? Podazhd’ nam terpeniye Where do I live? Protivu ikh oskorbleniya What do I endure? I izbavi ot nasiliya ikh. There are in the monastery abbots, I spasi ny, Gospodi, men responsible for property, Yako tchelovekolyubetz. men responsible for land and money, and many other subordinates X as well as older, garrulous monks. Pridyete, khristonosenii lyudiye, They are all consumed by selfishness Vospoïmo mutsheniko stradaniya. and greed for money. Vospoïmo mutsheniko stradaniya. They hate their friends. Kako po Khriste postradavoshe Their avarice unites them. I mnogiya muky pretr’pevoshe. They are set in their malice, doomed. O telesye svoyeme ne bregoshe They never do anything abhorrent themI yedinomyslenno upovaniye imushtche ko selves Gospodu. but they reproach us for minor errors. Predo Tzari i Knyazi netchestivymi, They have enjoyed choice foods even at Khrista ispovedavoshe inappropriate times, I dusha svoya polozhisha za veru pravuyu. but they begrudge us even a bad meal. Tako i miy niyne druzi i bratiya They have always drunk wine and other spostrazhemo drinks. Za veru pravoslavnuyu, They have despised us, mad with greed. I za svyatiya obiteli, They have more than enough of everything. I za blagovernago Tzarya nashego, No one offered us but a single cupful. I za vse pravoslaviye. Insane avarice! Stanemo soprotiv gonyashtchikh nas, Lack of love towards the brethren! Ne ustydimo svoyego litza. They have not considered that godly gifts Ne uklonimosya ubo, o voïni, are Poiydem na suprotivniya i bezbozhniya intended for everyone. agaryany, They have forgotten their monastic vows; Razoryayushtchikh pravoslavnuyu veru. if they have not forgotten them, Se niyne vremya, they were dishonest in everything. Somr’tiyu zhivoto kupimo, They have filled their bellies. Da ashtche pokhityat nas agaryany They have piled up heaps of clothing I proliyut krov’ nashu, and shown them off before worldly men. To mutchenitzy budemo Khristu, Bogu They have not given attention to vagrants or poor people but even insulted them. Christ, our God, our Lord and heavenly master, grant us the patience to endure their insults and blows. Deliver us from their power. Save us, Lord, save us, friend of Man! X Christian people, gather together! Let us praise the sufferings of the martyrs which mirrored Christ’s sufferings. They disregarded their bodies, trusting only in God. They bore witness to Christ before dishonourable, godless tzars and rulers and bestowed their souls upon the true faith. Now, friends and brothers, we also suffer for the Christian faith and for the holy kingdom, for the tzar who has the true faith and for Christendom. Let us resist those who oppress us and retain our honour. Let us not retreat, but confront the enemies and the infidel who wish to destroy our faith. Now is the hour to die in order to secure your eternal life. And if the enemies capture us and then shed our blood, then we shall become martyrs of Christ our God, and we shall wear the martyr’s crown of victory which we have received from Christ our God and Saviour of our souls. nashemu, Da venetzy pobednymi uvyazemosya oto Khrista, Boga i Spasa dushamo nashimo. XI Nago izydokho, na platch’ sei, Mladenetz siy, Nago i otoïdu paki. Ubozhe, tchto truzhayusya I smushtschayusya vsye nago, Vedaya konyetz zhitiyu. Divstvo, kako shestvuyem, Vsi ravnym obrazom Oto tmi na sveto, Oto svyeta zhe vo tmu Oto tcheva materenya So platchem v miro. Oto mira zhe petchalnago Vo grobo. Zatchalo i konyetz platch’, Kaya potreba posredniimo? Sono i senye, metchaniye Krasota zhiteïskaya. Uvi, uvi krasnykho Mnogosopletennago zhitiya! Yako tzveto, yako prakho, yako stene prekhodyat. XI I entered this life of tears a naked infant. Naked also I shall leave it. Powerless – why complain? Naked – why worry needlessly, knowing that our life does not last forever? What a wonder! We all pass in the same way from darkness into light, from light into darkness, and, crying, from the mother’s womb into the world and from the sorrowful world into the grave. Tears at the beginning and tears at the end. What fate governs our passing? Dreams, shadows, temptation – they are the beauty of everyday life. Oh woe, oh woe! the magic of the manysided life! It passes, like flowers, like dust, like shadows. XII (without words) XII (zonder woorden) 23 AMATEURKOREN / AMATEUR CHOIRS 24 Tenso believes that new music is for everyone – for listeners as well as singers – and therefore invites amateur choirs to participate in the Amsterdam Tenso Days. Tenso gelooft dat nieuwe muziek voor iedereen is – voor luisteraars en zangers – en nodigt daarom amateurkoren uit om actief mee te doen aan de Tenso Dagen Amsterdam. OPEN STAGE / Saturday 17 and Sunday 18 October In the weekend the main hall of the Muziekgebouw aan ’t IJ will serve as a podium for amateur choirs from across the Netherlands, who will perform what they think is the most important, most exciting and most beautiful XXth century repertoire. The programme will be announced on the day of the concert. OPEN PODIUM / zaterdag 17 en zondag 18 oktober In het weekend is de grote hal van het Muziekgebouw aan ’t IJ het podium voor amateurkoren uit heel Nederland, die laten horen wat zij de belangrijkste, spannendste of mooiste muziek van het XXste-eeuwse repertoire vinden. Het programma wordt op de dag zelf bekend gemaakt. SINGALONG / Sunday 18 October 12:00 Everyone is invited to join in! In the space of an hour and a half René Nieuwint will rehearse and conduct a work from the canon. Tenso singers will also participate. SINGALONG / zondag 18 oktober 12:00 Iedereen mag mee doen! Onder leiding van René Nieuwint wordt in anderhalf uur een stuk uit de canon ingestudeerd en uitgevoerd. Zangers van de Tenso koren doen mee. High art and low art, solitary art and participatory art are the subjects of the lecture (*) of author Connie Palmen. Hoge kunst en lage kunst, alleen-kunst en samen-kunst komen aan de orde in de lezing (*) van schrijver Connie Palmen (*) see p. 39 (*) zie p. 39 WIN JE EIGEN CONCERT 17 OKTOBER / WIN YOUR OWN CONCERT 17 OCTOBER / 15:00 Fiori Musicali o.l.v./cond Sietse van Wijgerden Huygens Vocaal Ensemble o.l.v./cond Hans Tijssen VU-Kamerkoor o.l.v./cond Boudewijn Jansen Drie stukken uit de canon van de XXsteeeuwse koormuziek / Three pieces from the canon of XXth century choir music o.l.v./cond Risto Joost, Grete Pedersen, Kaspars Putninš Leo Samama (1951) Als daar muziek voor is (wereldpremière/world premiere) www.fiori-musicali.nl www.huygensmusic.nl www.vukk.nl Acht amateurkoren deden mee aan het concours “win je eigen concert”. De jury, bestaande uit de artistiek leiders van de Tenso koren, koos drie koren uit. Zij zingen - onder leiding van hun eigen dirigent - hun favoriete stuk van de canon van de XXste-eeuwse koormuziek. En ze geven, alledrie, de première van een stuk van Leo Samama, dat speciaal voor deze gelegenheid is geschreven, ditmaal onder leiding van een dirigent van de Tenso koren. Eight amateur choirs participated in the competition “win your own concert”. The jury, consisting of the artistic directors of the Tenso choirs, has chosen three winning choirs. Conducted by their own chef, they will sing their favourite choir work from the canon of XXth century choir music. And all three of them will give the premiere of a piece by Leo Samama, written especially for this occasion, conducted by a chef of one of the Tenso choirs. 25 CONCERT ZATERDAG 17 OKTOBER / CONCERT SATURDAY 17 OCTOBER / 20:15 Eesti Filharmoonia Kammerkoor o.l.v./cond Daniel Reuss J.P. Sweelinck (1562-1621) Du fonds de ma pensee psalm 130 Arvo Pärt (1935) Magnificat-Antiphonen 1 - 2 - 3 - 5 - 7 (1988) Cyrillus Kreek (1889-1962) Taaveti laulud (Psalms of David) (1923-1932) - Psalm 22 - Psalm 104 - Önnis on inimene (Blessed is the man) - Psalm 141 - Psalm 121 Cyrillus Kreek (1889-1962) Estonian religious folksongs - Jeesus kõige ülem hää - Armas Jeesus, sind ma palun - Kui suur on meie vaesus choeur de chambre accentus o.l.v./cond Laurence Equilbey Francis Poulenc (1899-1963) Figure Humaine (1943) Philippe Manoury (1952) Inharmonies (2008) Slova ( 2002) Det Norske Solistkor o.l.v./cond Grete Pedersen J.P. Sweelinck (1562-1621) A Dieu ma voix j’ai hausée psalm 77 Knut Nystedt Jesus, din søte forening å smake (1961) (folk tune) Lasse Thoresen (1949) Ya Káfi, Ya Sháfi! (1996) Iannis Xenakis (1922-2001) Nuits (1968) Olivier Messiaen (1908-1992) O sacrum convivium! (1937) Dit concert wordt opgenomen door de KRO voor uitzending op Radio op een later tijdstip/ This concert will be recorded 26 by KRO Radio to be broadcast on Radio 4 at a later date. TOELICHTING ZATERDAG 17 OKTOBER / NOTES SATURDAY 17 OCTOBER J.P. Sweelinck - Du fonds de ma pensee psalm 130* J.P. Sweelinck - Du fonds de ma pensee psalm 130* Arvo Pärt - Magnificat-Antiphonen De muziek van Arvo Pärt is uit duizenden herkenbaar. Dat maakt het des te moeilijker om te verklaren waarom de MagnificatAntiphonen (ook bewerkt voor cello-octet) tot zijn beste werk behoort. Zoals bijna zijn gehele oeuvre worden de Antifonen, gebaseerd op de katholieke liturgie voor de laatste adventsweken, gekenmerkt door een diep beleefd religieus gevoel, en zijn ze geschreven in Pärts succesvolle Tintinnabuli- of klokjesstijl: archaïsch, eenvoudig en welluidend. Een verklaring voor de hoge kwaliteit van deze koormuziek is wellicht de opperste controle waarmee de componist minimale middelen gebruikt om tot gevarieerde muziek te komen. Meditatieve sferen worden doorsneden door subtiel bezwerende ritmiek. Arvo Pärt - Magnificat-Antiphonen Arvo Pärt’s music is instantly recognizable, which makes it even harder to explain what makes the MagnificatAntiphonen (also arranged for cello octet) one of his best works. The Antifonen, based on the Catholic liturgy for the last weeks of advent, are - like almost all his works – characterized by a deep religious feeling and are written in Pärt’s successful Tintinnabuli, or clock, style: archaic, simple and tuneful. The extraordinary quality of this choral music can perhaps be explained by the absolute control with which the composer uses minimal means to achieve varied music. Meditative atmospheres are disrupted by a subtly sinister rhythm. Cyrillus Kreek - Psalms of David; Õnnis on inimene Volksmuziek vormde de belangrijkste inspiratiebron voor Cyrillus Kreek. Mede om die reden wordt hij beschouwd als één van de belangrijkste grondleggers van de Estse professionele muziek. Na een muziekstudie in Sint Petersburg vestigde Kreek zich in Haapsalu in West-Estland, waar hij naast muziekleraar tevens koordirigent was. Zijn oeuvre voor koor is dan ook aanzienlijk, met alleen al vijfhonderd canons gebaseerd op hymnes. Zijn muziek mag neoklassiek heten, in zoverre zij uit klare lijnen is opgebouwd en terugdeinst voor brede gebaren. Gebalanceerd en knap geconstrueerd zijn de Psalmen van David. Psalm 22 springt eruit: niet alleen is deze muziek negen jaar ouder dan de overige psalmen, ook is hier sprake van een meer uitgesproken dramatiek met grote dynamische contrasten. Cyrillus Kreek - Psalms of David; Õnnis on inimene Folk music was Cyrillus Kreek’s most important influence. It is partly for this reason that he is regarded as one of the most important founders of Estonian professional music. After studying music in St Petersburg, Kreek settled in Haapsalu in West Estonia, where he worked as music teacher and choir conductor. His oeuvre for choir is therefore prodigious, with five hundred canons based on hymns alone. His music could be termed neoclassic, in so far that it is constructed on clear lines and recoils from expansive gestures. The Psalms of David are balanced and cleverly crafted. Psalm 22 stands out: this music nine years older than the other psalms, and a more pronounced drama and great dynamic contrasts are discernible. * zie pagina/see page 3 27 TOELICHTING ZATERDAG 17 OKTOBER / NOTES SATURDAY 17 OCTOBER 28 Francis Poulenc - Figure humaine One of Francis Poulenc’s favourite poets was the surrealist Paul Éluard (1895-1952). In the middle of the Second World War this avant-garde artist sent Poulenc eight poems, which the composer set to music pending liberation. The verse cycle appropriately tells of hope and despair, love and death, and works towards a climax, which focuses on the fiercely celebrated freedom. Poulenc chose two a cappella choirs to emphasize this humanistic message of mankind’s resilience. The human voice has to interpret these complex texts without the help of an instrumental accompaniment. The two six voice choirs are directed in an ingenious manner, complement each other, harass each other, and egg each other on to greater heights. The sombre third poem, for example, is written in a desolate E flat minor, but the last echo paves the way for the more hopeful “Toi ma patience’. This fourth poem’s single choir contrasts with the complex fifth, where ‘très vite et très violent’ is indicated. The final song contains an imploring game of call-and response: the second choir sings ‘J’écris ton nom’; at the end this name is actually sung out in radiant E major: ‘Liberté’. Francis Poulenc - Figure humaine Eén van de favoriete dichters van Francis Poulenc was de surrealist Paul Éluard (1895-1952). Deze avant-gardistische kunstenaar stuurde Poulenc midden in de Tweede Wereldoorlog acht gedichten die de componist in afwachting van de bevrijding op muziek zette. De dichtcyclus verhaalt toepasselijk van hoop en wanhoop, liefde en dood, en werkt naar een climax waarin de fel bezongen vrijheid centraal staat. Poulenc benadrukte deze humanistische boodschap van menselijke veerkracht door te kiezen voor de bezetting van twee a cappella koren. De menselijke stem moest deze complexe tekst vertolken zonder hulp van instrumentale begeleiding. De twee zesstemmige koren worden op ingenieuze wijze aangestuurd, vullen elkaar aan, bestoken elkaar, jagen elkaar op tot grote hoogten. Het duistere derde gedicht bijvoorbeeld heeft als toonsoort een troosteloos es-klein, maar de laatste echo bereidt de weg voor het hoopvollere ‘Toi ma patience’. De enkele koorbezetting van dit vierde gedicht contrasteert met het complexe vijfde, dat de aanwijzing ‘très vite et très violent’ heeft meegekregen. Het laatste lied tenslotte kent een bezwerend vraag-en-antwoordspel: ‘J’écris ton nom’, zingt het tweede koor, en aan het slot wordt deze naam in stralend Egroot daadwerkelijk uitgezongen: ‘Liberté’. Philippe Manoury - Inharmonies and Slova The music of the French composer Philippe Manoury has something in common with Jackson Pollock’s paintings. Just as the painter produces abstract and wild colourscapes through seemingly random drip techniques, so do Manoury’s pointillist passages and distorted masses of sound result in amazing abstract compositions. The sound masses are reminiscent of Xenakis, who has had a strong influence on Manoury. Inharmonies for 24 voices, which employs techniques Philippe Manoury - Inharmonies en Slova De muziek van de Franse componist Philippe Manoury heeft wel iets weg van de schilderijen van Jackson Pollock. Zoals bij die schilder via schijnbaar willekeurige druiptechnieken een abstract en woest kleurenlandschap ontstaat, zo vormen bij Manoury pointillistische passages en vervormde klankmassa’s wonderbaarlijk abstracte composities. Die klankmassa’s herinneren aan het werk van Xenakis, door wie Manoury dan ook zeer is beïnvloed. Inharmonies voor 24 stemmen behoort tot zijn meest experi- TOELICHTING ZATERDAG 17 OKTOBER / NOTES SATURDAY 17 OCTOBER mentele werk, waarbij hij gebruik maakt van technieken uit de elektronische muziek. Zoals de titel verraadt gaat het hier om ‘inharmonicité’, waarbij een geluidsfrequentie wordt ingedikt of juist uitgerekt. Het is een intellectuele benadering van zo iets emotioneels als muziek, onder het motto ‘La musica é una cosa mentale’ (naar Leonardo da Vinci’s uitspraak ‘La pintura é una cosa mentale’). Slova is een driedelige cyclus voor gemengd koor op teksten van Daniela Langer. Dat de keuze op de Tsjechische taal is gevallen heeft onder andere te maken met ‘sonoriteit’: het Tsjechisch is uitermate rijk aan medeklinkers en vormt daarmee een zeer vruchtbaar onderzoeksgebied. Tijdens experimenten die Manoury heeft verricht aan het IRCAM (Institut de Recherche et Coordination Acoustique/Musique) heeft hij nieuwe klankideeën ontwikkeld, zoals ‘balans’ tussen stemhebbende en stemloze klanken, incidentele verlengingen, het uit elkaar trekken van klinkers en medeklinkers. Alle technieken die Manoury heeft uitgewerkt op het gebied van de spraaksynthese in een experimentele omgeving krijgen in Slova hun beslag in de vorm van een compositie voor een waar, menselijk koor. Het geheel is een verre herinnering aan enkele Mahleriaanse symfonieën, met een lang eerste deel, een scherzando in het midden en ten slotte een adagio. from electronic music, is one of his most experimental works. Centring on ‘inharmonicité’, whereby a frequency is compressed or stretched, this is an intellectual approach to something as emotional as music, under the motto ‘La musica é una cosa mentale’ (a reference to Leonardo da Vinci’s pronouncement ‘La pintura é una cosa mentale’). Slova is a three-part cycle for mixed choir with texts by Daniela Langer. The choice for Czech was partly due to its ‘sonority’: it is extremely rich in consonants and thus offers a fertile field of research. During experiments at the IRCAM (Institut de Recherche et Coordination Acoustique/Musique) Manoury developed new ideas such as ‘balance’ between voiced and voiceless sounds, incidental extension of sound, and the separation of vowels and consonants. All the techniques revolving around vocal synthesis, which Manoury developed in an experimental setting, find expression in Slova, a composition for a real, human choir. The whole is a far reminder of some of Mahler’s symphonies, with a long first movement, a scherzando in the middle and an adagio as conclusion. J.P. Sweelinck - A Dieu ma voix j’ai hausée psalm 77* Knut Nystedt - Jesus, din søte forening å smake (folk tune) He is now 94: Knut Nystedt, the eminent Norwegian musician, was born so long ago that his city of birth still had the name Kristiania instead of Oslo. He studied with the American composer Aaron Copland among others, but his most important musical influences came from home. A sound Christian upbringing brought Nystedt into contact with hymns, Gregorian chant and the music of Palestrina, which is apparent in his own work. He gained respect as choir conductor in 1950 with the founding Knut Nystedt - Jesus, din søte forening å smake (folk tune) Inmiddels is hij 94: Knut Nystedt, de eminente Noorse musicus, kwam zo lang geleden ter wereld dat zijn geboortestad nog de naam Kristiania droeg in plaats van Oslo. Hij studeerde onder meer bij de Amerikaanse componist Aaron Copland, maar de belangrijkste muzikale invloeden kreeg hij van huis uit mee. Een degelijke christelijke opvoeding bracht Nystedt al vroeg in aanraking met hymnes, Gregoriaanse gezangen en de muziek van * zie pagina/see page 3 J.P. Sweelinck - A Dieu ma voix j’ai hausée psalm 77* 29 TOELICHTING ZATERDAG 17 OKTOBER / NOTES SATURDAY 17 OCTOBER of Det Norske Solistkor. He was attached to a church in Oslo as organist, and taught choir conducting for more than twenty years at the university of that city. Reason enough for the king of Norway to knight Nystedt in the Order of Saint Olav, named after the ruler who converted the country to Christianity in the eleventh century. Lasse Thoresen - Yá Káfi, Yá Sháfi! The Long Healing Prayer Unity in diversity. In the Middle East of the mid nineteenth century the Bahá’i movement presented an alternative to exclusive religious communities under that motto. The Bahá’i looked beyond the barriers of race and belief, and searched for a more universal path to enlightenment, although they did use tested methods like prayer and meditation. Music was regarded as a ladder, which the soul could ascend to attain a higher state of being. No wonder that the Norwegian Lasse Thoresen saw music as the best medium in his attempts to combine Western culture with Bahá’i values. According to Thoresen music is not an abstract organization of sound, but a concrete way of conveying human ideas and emotions. Yá Káfi, Yá Sháfi! The Long Healing Prayer is a plea for healing. In Arabic, God is addressed by various titles, after which the soloist intones the actual prayer in english. 30 Palestrina, hetgeen in zijn eigen werk goed is terug te horen. Aanzien als koordirigent verwierf hij vanaf 1950 met de oprichting van Det Norske Solistkor. Als organist was hij verbonden aan een kerk in Oslo, aan de universiteit aldaar doceerde hij ruim twintig jaar koordirectie. Redenen genoeg voor de Koning van Noorwegen om Nystedt te ridderen in de Orde van Sint Olav, genoemd naar de heerser die het land in de elfde eeuw definitief tot het Christendom bekeerde. Lasse Thoresen - Yá Káfi, Yá Sháfi! The Long Healing Prayer Eenheid in diversiteit. Onder dat motto presenteerde de Bahá´i beweging halverwege de negentiende eeuw in het Midden Oosten een alternatief voor exclusieve religieuze gemeenschappen. Er werd voorbij de grenzen van ras en geloof gekeken, en gezocht naar een universele manier om tot verlichting te komen al werd daarbij gebruik gemaakt van geijkte methodes als gebed en meditatie. Muziek werd gezien als een ladder, langs welke de ziel omhoog kon klimmen om een hogere staat van zijn te bereiken. Geen wonder dat de Noorse componist Lasse Thoresen, in een poging Westerse cultuur met de waarden van Bahá´i te combineren, muziek als het juiste middel daartoe zag. Muziek is volgens hem ook geen abstracte organisatie van geluid, maar een concrete manier om menselijke ideeën en emoties over te brengen. Yá Káfi, Yá Sháfi! The Long Healing Prayer is een verzoek om genezing. In de cadans van het Arabisch wordt God met uiteenlopende titels aangesproken, waarna de solist in het Engels het daadwerkelijke gebed aanheft. TOELICHTING ZATERDAG 17 OKTOBER / NOTES SATURDAY 17 OCTOBER Iannis Xenakis - Nuits Een canon van twintigste-eeuwse koormuziek is niet compleet zonder Iannis Xenakis. Als leerling van Messiaen werd hij onderwezen in de analytische benadering van muziek, hetgeen bij de Griekse componist in goede aarde viel. Hij bleek compromisloos in het gebruik van ingewikkelde wiskundige modellen, die paradoxaal genoeg resulteerden in werken van grote primitieve kracht. Zo ook Nuits voor 12 stemmen, geschreven ter morele ondersteuning van gevangenen die op politieke gronden vastzitten. Het pleidooi is des te krachtiger door het achterwege laten van woorden: (on)aards gejammer voert de boventoon. Iannis Xenakis - Nuits A canon of twentieth century choral music would not be complete without Iannis Xenakis. As student of Messiaen he learnt the analytical approach to music, which struck a chord with the Greek composer. He turned out to be uncompromising in his use of complicated mathematical models, which paradoxically enough produced works of enormous primitive power. This is also the case with Nuits for 12 voices, written in moral support of political prisoners. The lack of words only serves to strengthen the plea: (un)earthly wailing predominates. Olivier Messiaen - O Sacrum convivium! De zwaar religieuze Olivier Messiaen heeft nooit een mis of cantate geschreven waarin teksten uit de liturgie op formele wijze worden uitgedrukt. Hij was eerder uit op een muzikaal eigenzinnige weergave van katholieke begrippen en symbolen, die hij soms in een grotere context van universeel spiritualisme plaatste. Hij bleef zijn religieuze inborst trouw, maar beperkte zich niet tot de voorgeschreven verzen. Een uitzondering hierop is O Sacrum convivium! Dit motet bestaat geheel uit de liturgische verzen die de heilige communie begeleiden. Het relatief vroege werk uit 1937 is geschreven voor vier zangstemmen, met een glansrol voor de sopranen. Er wordt reeds vooruit gewezen naar een aantal muzikale technieken, die Messiaen tijdens en na de Tweede Wereldoorlog tot in de finesses zou uitwerken. Zo is er sprake van asymmetrische ritmiek: in plaats van een standaard maatsoort gebruikt Messiaen het complexe ritme van de eerste twee maten, 3+2+2+2, 2+1+4 (‘Osa-crum-con vi-vi-um’), als uitgangspunt. Olivier Messiaen - O Sacrum convivium! The deeply religious Olivier Messiaen never wrote a mass or cantata in which the liturgy is formally expressed in the text. Rather he aimed for an individual musical reflection of Catholic concepts and symbols, which he sometimes placed within a larger context of universal spiritualism. He stayed true to his religious nature, but didn’t confine himself to existing verses. O sacrum convivium! is the exception. This motet is entirely composed of the liturgical verses accompanying the Holy Communion. A relatively early work from 1937, it is written for four voices, with a starring role for the sopranos. The work already heralds various musical techniques that Messiaen would later perfect during and after the Second World War. An example is asymmetrical rhythms: instead of a standard time signature Messiaen uses the complex rhythm of the first two bars as starting point - 3+2+2+2, 2+1+4 (‘O-sa-crum-con vi-vi-um’). 31 J.P. Sweelinck - Du fonds de ma pensee psalm 130 Du fonds de ma pensee Au fonds de tous ennuis A toy s’est adressee Ma clameur jours et nuicts Enten ma voix plaintive Seigneur, il est saison: Ton oreille ententive Soit à mon raison Arvo Pärt - Magnificat-Antiphonen O Weisheit, hervorgegangen aus dem Munde des Höchsten die Welt umspannst du von einem Ende zum andern, in Kraft und Milde ordnest du alles: O komm und offenbare uns den Weg der Weisheit und der Einsicht. O Adonai, der Herr und Führer des Hauses Israel, im flammenden Dornbusch bist du dem Mose erschienen, und hast ihm auf dem Berg das Gesetz gegeben: o komm und befreie uns mit deinem starken Arm. O Sproß aus Isais Wurzel, gesetzt zum Zeichen für die Völker, vor dir verstummen die Herrscher der Erde, dich flehen an die Völker: o komm und errette uns erhebe dich, säume nicht länger. O Morgenstern, Glanz des unversehrten Lichtes. Der Gerechtigkeit strahlende Sonne: o komm und erleuchte, die da sitzen in Finsternis und im Schatten des Todes. O Immanuel, unser König und Lehrer, du Hoffnung und Heiland der Völker: 32 o komm, eile und schaffe uns Hilfe, du unser Herr und unser Gott. Cyrillus Kreek - Taaveti laulud (Psalms of David ) Lord, unto thee I make my moan, when dangers me oppress; I call, I sigh, complain, and groan, trusting to find release Hearken, O Lord, to my request, unto my suit incline, And let thine ears, O Lord, be pressed to hear this prayer of mine. Taaveti laul 22 Mu Jumal, mikspärast oled sa mind maha jätnud? Päeval hüüan mina, aga sa ei vasta! Ja ööselgi ei ole mina mitte vait. Kõik, kes mind näevad, hirvitavad mind; Nemad ajavad suu ammuli ja vangutavad pead. Palju värsa on mu ümber tulnud, Paasani sõnnid on mu ümber piiranud. Mu rammu on kui potitükk ära kuivanud ja minu keel on mu suulae küljes kinni ja sa paned mind surma põrmu. Aga sina, Jehoova, mu Jumal, päästa mu hing ja ära ole mitte kaugel. Päästa mu hing, mis üksik on. Psalm 22 My God, why hast thou forsaken me? O my God, I cry in the day-time but thou dost not answer in the night I cry nut get no respite. All who see me jeer at me, make mouths at me and wag their heads: a herd of bulls surrounds me, great bulls of Bashan beset me. My mouth is dry as a potsherd, and my tongue sticks to my jaw; I am laid low in the dust of death. But do not remain so far away, o Lord; O my help, hasten to my aid. Taaveti laul 104 Kiida, mu hing, Issandat! Kiidetud oled Sina! Issand, mu Jumal, Sa oled suur. Kui suured on Sinu teod Issand! Sa oled kõik targasti teinud. Au olgu Isale, Pojale, Pühale Vaimule nüüd ja igavest. Aamen. Psalm 104 Bless the Lord, my soul: O Lord, my God, thou art great indeed /…/ Countless are the things thou hast made, O Lord. Thou hast made all by thy wisdom, /…/ Glory to the Father, the Son and the Holy Spirit. Amen. Õnnis on inimene Õnnis on inimene, kes ei käi õelate nõu järele. Sest Issand tunneb õigete teed, aga õelate tee läheb hukka. Teenige Issandat kartusega ja olge rõõmsad värisemisega. O Morning star, incandescence of pure light, Väga õndsad on kõik, kes Tema juurde kipuvad. Radiant sun of righteousness; Tõuse üles, Issand, päästa mind, mu Jumal. O come and enlighten Those who sit there in darkness and in the Au olgu Isale, Pojale ja Pühale Vaimule, nüüd ja igavest. Aamen. shadow of death. Blessed is the man Blessed is the man who does not take the wicked for his guide. Alleluja! The Lord watches over the way of the righteous, but the way of the wicked is doomed. Worship the Lord with reverence, tremble, and kiss the king. Blessed are all who find refuge in him. Rise up, Lord, save me, O my God. Glory to the Father, the Son and the Holy Spirit, Now and for ever. Amen. O Wisdom, proceeding from the mouth of the Most High, Thou encirclest the world from one end to the other, Thou orderest all things with might and mercy: O come to us and reveal the way of wisdom and of understanding O Adonai, the Lord and leader of the house of Israel, In the burning bush hast thou appeared unto Moses And given him the law upon the mountain: O come and deliver us with thy powerful arm O Scion of Isaiah’s Line, predestined to be a sign for The nations, The rulers of the earth fall silent before thee, The Nations cry unto thee: O come and save us, bestir thyself, delay no longer O Emmanuel, our king and counselor, Thou hope and saviour of the nations: O come, make haste to help us, Thou our Lord and our God, our God Cyrillus Kreek Estonian Religious Folksongs Taaveti laul 141 Issand, ma hüüan Su poole, kuule mind! Kuule mu palve häält, kui ma Su poole hüüan. Olgu mu palve kui suitsetamise rohi Su palge ees, mu käte ülestõstmine kui õhtune ohver. Kuule Sa mind, oh Issand! Taaveti laul 121 Päeval ei pea päikene sind vaevama, ega öösel kuu. Ma tõstan oma silmad üles mägede poole, kust minu abi tuleb. Mu abi tuleb Jehoova käest, kes kõik taeva, maa on teinud. Päeval ei pea päikene sind vaevama, ega öösel kuu. Psalm 141 O Lord, I call to thee, come quickly to my aid; listen to my cry when I call to thee. Let my prayer be like incense duly set before thee and my raised hands like the evening sacrifice. Listen to my cry… Psalm 121 The sun will not strike you by day nor the moon by night. If I lift up my eyes to the hills, where shall I find help? Help comes only from the Lord, maker of heaven and earth. The sun will not strike you by day, nor the moon by night. Armas Jeesus, Sind ma palun, päev on looja minemas, öö on pääle tulemas, siis Su palge ette tulen, võta puhastada keelt, südant, käsi, mõtteid, meelt. Nüüd on päev ju läinud mööda, pime öö on tulnud ju, mulle oma valgust too, Sul on minu häda teada: armas sõber, ole Sa pimedas mu valgus ka. Dear Jesus, I pray to You. The day is passing and night is coming soon. I come in front of You, Please purify my tongue, my heart, and my hands, My thoughts and my mind. Now the day is passed and dark night has begun. Please bring me your light. You know my troubles: Dear friend, please be my light in the darkness. Jeesus kõige ülem hää, hingamist toob hingele. Mis ma iial himustan, seda mina temalt saan. Siis tahan ma Sind armasta. Sinust, armas Jeesuke saab ju küll mu hingele! Jesus is the best of all good things, He will bring relief to my soul. What ever I need, I will get from him. I want to love You, and You alone. O, Jesus, that’s enough for my soul. Kui suur on meie vaesus, veel suurem õnnistus. Patustepõlve seisus ei tee meid kartlikuks. See püha Jeesu veri, see katab meid kui meri, ta külje haavusse. Meid hinge surmast Issand nüüd armust ärata. Ja meie kurja südant Sa ise sureta. Uut elu anna jälle, et südame ja meele Su poole tõstame. Whilst great our penury, still greater our blessing. Sinful life will not lead to piety. But Jesus’ holy blood shall shelter us like sea, flooding from his wounds. Let Grace of Yours awake our souls, and deem our evil hearts. Rewake our lives to help our hearts and minds towards you ascend. 33 33 Francis Poulenc - Figure Humaine tekst/text Paul Éluard (1895-1952) I De tous les printemps du monde Celui-ci est le plus laid Entre toutes mes façons d’être La confiante est la meilleure I Of all spring times of the world Never was there one so vile I may have many ways of the being But the best is the most trusting L’herbe soulève la neige Comme la pierre d’un tombeau Moi je dors dans la tempête Et je m’éveille les yeux clairs See how the grass lifts the snow As if it were a grave yard stone I myself sleep in the tempest And I awake with undimmed eyes Le lent le petit temps s’achève Où toute rue devait passer Par mes plus intimes retraites Pour que je rencontre quelqu’un Je n’entends pas parler les monstres Je les connais ils ont tout dit Je ne vois que les beaux visages Les bons visages sûrs d’eux-mêmes Sûrs de ruiner bientôt leurs maîtres. Slow moving time comes to an end Where all streets had to pass Traversing all my most secret places So that I could meet someone II En chantant les servantes s’élancent Pour rafraîchir la place où l’on tuait Petites filles en poudre vite agenouillées Leurs mains aux soupiraux de la fraîcheur Sont bleues comme une expérience Un grand matin joyeux Faites face à leurs mains les morts Faites face à leurs yeux liquides C’est la toilette des éphémères La dernière toilette de la vie Les pierres descendent disparaissent Dans l’eau vaste essentielle La dernière toilette des heures A peine un souvenir ému Aux puits taris de la vertu Aux longues absences encombrantes Et l’on s’abandonne à la chair très tendre Aux prestiges de la faiblesse. 34 34 I do not hear the monsters talking I know them well all that they say But I see only lovely face Good faces beautiful Sure soon to ruin their masters. II As they sing see the maids rushing forward To tidy up the place where blood has flowed And little girls in their powder quickly kneeling downthere Their hands held out towards the fresher air Are blue like a new sensation on some great joyous day Face their hands, O ye dead And their eyes that are liquefying This is the toilet the mayflies’ toilet The final toilet of this mortal life Down go the stones sinking disappearing In the waters primal waters For the ultimate toilet of time No poignant memory remains At those dry wells devoid of virtue At long absences which we find awkward Yet we surrender all To the spell of our human weakness III Aussi bas que le silence D’un mort planté dans la terre Rien que ténèbres en tête III Hushed and still in silence wrapt Like a corpse that lies in the earth Its head full of darkness and shadows Aussi monotone et sourd Que l’automne dans la mare Couverte de honte mate As deaf and monotonous As autumn in the pond Covered with dull sham Le poison veuf de sa fleur Et de ses bêtes dorées Crache sa nuit sur les hommes Poison bereft of its flowers And of its golden monsters Spits out its night over all men IV Toi ma patiente ma patiente ma parente Gorge haut suspendue orgue de la nuit lente Révérence cachant tous les ciels dans sa grâce Prépare à la vengeance un lit d’où je naîtrai. IV Thou patient one thou O my patience O my parent Throat held high, proudly carried slow night’s resounding organ Curt sey hiding all heav’n in its grace Prepare for vengeance a bed where I’ll be born V Riant du ciel et des planètes La bouche imbibée de confiance Les sages Veulent des fils Et des fils de leurs fils Jusqu’à périr d’usure Le temps ne pèse que des fous L’abîme est seul à verdoyer Et les sages sont ridicules VI Le jour m’étonne et la nuit me fait peur L’été me hante et l’hiver me poursuit Un animal sur la neige a posé Ses pattes sur le sable ou dans la boue. Ses pattes nues plus loin que mes pas Sur une piste où la mort A les empreintes de la vie V With laughter for the sky and planets With mouths soaked in confidence and courage Men Wise men wish for sons And for sons for their sons until they waste away and perish The mad alone are weighed by time The only green is in the void And the wise men are only foolish VI Surprised by day and by night made afraid The summer haunts me and winter pursues me An animal on the snow has placed Its paws upon the sand or in the mire Paws that came further than my steps Upon a track where on death with life’s own hall mark is imprinted VII La menace sous le ciel rouge Venait d’en bas les mâchoires Des écailles des anneaux D’une chaîne glissante et lourde VII Came the dark threat beneath the red sky From under neath gaping jaws and scales and links the dark threat came Of a chain slippery and heavy VIII Liberté Sur mes cahiers d’écolier Sur mon pupitre et les arbres Sur le sable sur la neige J’écris ton nom On images bright and shining On the arms of warriors And on the crown of the Kings I write your name La vie était distribuée Largement pour que la mort Prît au sérieux le tribut Qu’on lui payait sans compter Life was distributed Widely and far just so that death Took seriously the tribute Paid to it without out stint Sur toutes les pages lues Sur toutes les pages blanches Pierre sang papier ou cendre J’écris ton nom On the jungle and the plains On the nests upon the broom On the echo of my childhood I write your name La mort était le Dieu d’amour Et les vainqueurs dans un baiser S’évanouissaient sur leurs victimes La pourriture avait du cœur But death was the god of love And in a kiss the conquerors Swooned heavily upon their victim And putrefaction grew bold Sur les images dorées Sur les armes des guerriers Sur la couronne des rois J’écris ton nom Upon the wonders of nights And on the bread white each morning Upon on the seasons united I write your name Et pourtant sous le ciel rouge Sous les appétits de sang Sous la famine lugubre La caverne se ferma Yet beneath the reddened sky Beneath the appetites for blood Under the baleful famine The cavern closed its mouth Sur la jungle et le désert Sur les nids sur les genêts Sur l’écho de mon enfance J’écris ton nom On all my azure rags On the pond where suns decay On the lake where moonlight quivers I write your name La terre utile effaça Les tombes creusées d’avance Les enfants n’eurent plus peur Des profondeurs maternelles The useful earth covered up The graves dug in preparation And the children lost their fear Their fear of mysteries maternal Sur les merveilles des nuits Sur le pain blanc des journées Sur les saisons fiancées J’écris ton nom On the fields on distant skies On the wings of little birds And on ev’ry shadow pattern I write your name Et la bêtise et la démence Et la bassesse firent place And madness and stupidity gave place Baseness too gave place A des hommes frères des hommes Ne luttant plus contre la vie A des hommes indestructibles. To men brothers of men No longer striving against living Men who will for ever be immortal Sur tous mes chiffons d’azur Sur l’étang soleil moisi Sur le lac lune vivante J’écris ton nom On mists rising as the day breaks On the sea and on the ships On mountains wild and demented I write your name VIII Liberté Sur mes cahiers d’écolier Sur mon pupitre et les arbres Sur le sable sur la neige J’écris ton nom VIII Upon my exercise books Upon my desk on trees And on the sand and on the bright snow I write your name Sur les champs sur l’horizon Sur les ailes des oiseaux Et sur le moulin des ombres J’écris ton nom On the clouds on trailing vapours On the sweat of storms and tempests On the raindrops thick and tasteless I write your name Sur chaque bouffée d’aurore Sur la mer, sur les bateaux Sur la montagne démente J’écris ton nom On all scintillating figures On the bells of ev’ry hue On the truths nature’s being I write your name Sur la mousse des nuages Sur les sueurs de l’orage And on the paths keeping watch On the roads spread out unending Sur toutes les pages lues Sur toutes les pages blanches Pierre sang papier ou cendre 35 J’écris ton nom On all pages that I’ve studied On all empty pages Stone or blood, or ash or paper I write your name 35 35 Sur la pluie épaisse et fade J’écris ton nom On all thronged and busy places I write your name Sur les formes scintillantes Sur les cloches des couleurs Sur la vérité physique J’écris ton nom On the lamp whose flame is kindled On the lamp whose flame goes out On my reunited houses I write your name Sur les sentiers éveillés Sur les routes déployées Sur les places qui débordent J’écris ton nom On the fruit cut into two Of the mirror and my chamber On my bed empty seashell I write your name Sur la lampe qui s’allume Sur la lampe qui s’éteint Sur mes maisons réunies J’écris ton nom On my dog greedy and gentle And on his ears pricked and eager On his paw so big and clumsy I write your name Sur le fruit coupé en deux Du miroir et de ma chambre Sur mon lit coquille vide J’écris ton nom On the springboard of my door way On familiar things I love On the flood of blessed fire I write your name Sur mon chien gourmand et tendre Sur ses oreilles dressées Sur sa patte maladroite J’écris ton nom On all harmonious bodies On the forehead of my friends On every proffered hand I write your name Sur le tremplin de ma porte Sur les objets familiers Sur le flot du feu béni J’écris ton nom On the window panes of wonder On the lips that seem attentive Passing the regions of silence I write your name Sur toute chair accordée Sur le front de mes amis Sur chaque main qui se tend J’écris ton nom On ev’ry refuge destroyed On my crumbling lighthouses On the walls of my ennui I write your name Sur la vitre des surprises Sur les lèvres attentives Bien au dessus du silence 36 J’écris ton nom 36 36 On absence with out desire And on naked solitude On the steps that lead to death I write your name Sur mes refuges détruits Sur mes phares écroulés Sur les murs de mon ennui J’écris ton nom On health regained strength recovered On the risk that disappears And on hope from mem’ry free I write your name Sur l’absence sans désir Sur la solitude nue Sur les marches de la mort J’écris ton nom And through power of a word I learn again how to live I am born to know you And call your name Sur la santé revenue Sur le risque disparu Sur l’espoir sans souvenir J’écris ton nom Liberty Et par le pouvoir d’un mot Je recommence ma vie Je suis né pour te connaître Pour te nommer Liberté Philippe Manoury - Slova tekst/text Daniela Langer (1972) Slova Ten pán, Kdo je ten pán ? Divnej blázen, slyšíš ? Poslouchej, ješte poslouchej Jak mužeš mlcet ? Kricí ! Nesnesitelne, nesmiritelne Jablko nedopadne nikdy do zhroucenych zámku Mátožne vlácí za sebou svuj stín Nechápeš ozvenu vet Klobouk už smekáš do prázdných zdí posledních židlí dlouhou chodbou nekonecnou za svetem štvanou zverí smírit se musíš clovece s marností svých pláštu s kovem masa s provazem na konci zacátku Ententýky Hraj si, hlavicko, hraj… Slova ze sebe soukej Svou písnicku si broukej Hraj si, hlavicko, hraj… « Ententýky dva špalíky » Svetem se toulej Svuj ohen si chran Tichu naslouchej A stromum se klan Hraj si, hlavicko, hraj… Unikej krivým Hlupcum se bran Jen tulákum snivým otvírej dlan Hraj si, hlavicko, hraj « Ententýky dva špalíky cert vyletvl z elektriky » poselství vysílej 37 do cerných mraku Slova This man, Who is this man? A strange madman, do you hear him? Listen, listen again How can you be quiet? He cries! Intolerably, relentlessly The apple will never fall Within the castles in ruins While sleepwalking, he drags his shadow You don’t understand the echo of your sentences Already, you take off your hat To the forsaken walls Last chairs Through a long hallway Never-ending Towards the beasts stalked by the world You must accept Man The vanity of your cloaks The metal of your flesh The rope at the end Of the beginnings Ententyky Play, little head, play.. Unwind the words from you, Hum your song Play, little head, play « Ententyky, two logs, » Vagabond throughout the world Watch your fire Listen to the silence Give hommage to the trees Play, little head, play Run from the false-hearted Protect yourself from loggerheads To vagabond dreamers only Open your hand Play, little head, play « Ententyky, two logs, The Devil has fallen from the tramway » Throw the messages hrady si skládej jen ze vzácných vraku Hraj si, hlavicko, hraj… « Ententýky.. bez klobouku bos natloukl si nos » andelum obetuj sviním hrách dej proc peklo ráj není? Nic se neptej panáka skákej pak mincí si hod’ jen nenech si uplout tu poslední lod’ Hraj si hlavicko, hraj… « Ententýky…byla boule veliká jako celá Afrika » odjed’ radši do Afriky neptej se proc z kruhu vyskoc « Ententýky dva špalíky cert vyletel z elektriky bes klobouku bos natloukl si nos byla boule veliká jako celá Afrika certi pro nej plakali Hrobecek mu kopali » Hraj si, hlavicko, hraj… Úzkost Jak zrádnou, kalnou rekou ses brodila, ženo volných, podivných mravu. Svou horkou touhou ses mámila, A krikem hloupých davu Tak sám, nehybný, tak vytrvale nemý, Tajemstvím nocí, mlhou úsvitu zahalený Blikal tvuj koráb, tvuj vor poslední… Ted’- zdá se- své plachty rozvíjí a morem chladným, Vecerním jasem rozzáreným Burácí a zvolna k brehum tvým. (uhrancive) Se blíží ! To the black clouds build your castles Only with precious wrecks Play, little head, play... « Ententyky… no hat, bare feet, he broke his nose » Make sacrifice to the angels Give jam to the pigs Why isn’t hell a paradise? Don’t ask that question Play hopscotch Then: heads or tails Above all, don’t miss The last boat Play, little head, play... « Ententyky… gave himself a bump the size of the entire continent of Africa » Go, rather, to Africa Don’t ask yourself why Jump out of the circle « Ententyky, two logs, The Devil has fallen from the tramway, No hat, bare feet, He broke his nose He gave himself a bump the size of the entire continent of Africa The devils have cried for him They dug his grave » Play, little head, play... Anxiety How many traitors, murky are the waters in which you wade, Woman of loose, strange morals, Your burning desire rocked you, And the clamor from foulish crowds… So alone, immobile, so regularly mute By the mysteries of the nights and the mists of the veiled dawns Your boat blinked… your raft Ultime Now, it seems to hoist its sails and by the icy sea That the nightsweats illuminated It growls and slowly towards your shores… 37 It approaches (captivating) LasseThoresen - Yá Káfi ,Yá Sháfi! The Long Healing Prayer tekst/text Bahá ´u´llah (1817-1892) J. P. Sweelinck À Dieu ma voix j’ai hausée psalm 77 A Dieu ma voix j’ay haussee, Et ma clameur addressee, A Dieu ma voix a monté, Et mon Dieu m’a escouté. I with my voice to God did cry, who lent a gracious ear; My voice I lifted up on high and he my suit did hear. Au jour de ma grand’destresse Dieu a esté mon addressee, Et du soir au lendemain Je luy ay tendu la main. In time of grief I sought to God, by night no rest I took; But stretched my hand to him abroad, my soul comfort forsook. Knut Nystedt (arr) - Jesus din søteforening å smake Noors volkslied/Norvegian folksong uit/from Ryfylke Jesus, din søte forening å smake lenges og trenges mitt hjerte og sinn: riv meg fra alt det meg holder tilbake drag meg i deg, min begynnelse, inn! Vis meg rett klarlig min jammer og møye, vis meg fordervelsens avgrunn i meg, At seg naturen til døden kan bøye ånden alene må leve for deg! O Jesus, my heart and mind yearn to taste your sweet communion: tear me away from all that withholds me,draw me in to you, my beginning! Show me clearly my woe and my misery, show me the abyss of decay within me. To bend the will of death my spirit must live for you alone! Ånden som kunne det ene kun lære seg å oppofre med hjerte og hu! Å, måtte Jesus mitt allting kun være, jeg er dessverre langt borte ennu! Jesus som ga meg et hørende øre. Rekk meg tillike din kraftige hand At jeg heretter min vandring må føre rett som en Kristen I hellighets ånd! O he that might learn to give you his heart and his mind! Might Jesus be my all; I am still far from that goal! Jesus taught me to listen. Reach out for me with your strong arm so that I may walk the straight way as a Christian in sacred spirit! . 38 38 He is the Healer, the Sufficer, the Helper, The All-Forgiving, the All-Merciful. I call on Thee O Exalted One, O Faithful One, O Glorious One! Thou the Sufficing, Thou the Healing, Thou the Abiding, O Thou Abiding One! I call on Thee O Sovereign, O Upraiser, O Judge! Thou the Sufficing, Thou the Healing, Thou the Abiding, O Thou Abiding One! I call on Thee O Peerless One, O Eternal One, O Single One! Thou the Sufficing, Thou the Healing, Thou the Abiding, O Thou Abiding One! I call on Thee Most Praised One, O Holy One, O helping One! Thou the Sufficing, Thou the Healing, Thou the Abiding, O Thou Abiding One! (etc) O Sufficer, I call on Thee, O Sufficer! O Healer, I call on Thee, O Healer! O Abider, I call on Thee, O Abider! Thou the Ever-Abiding, O Thou Abiding One! Sanctified art Thou, O my God! I beseech Thee by Thy generosity, whereby the portals of Thy bounty and grace were opened wide, whereby the Temple of Thy Holiness was established upon the throne of eternity; and by Thy mercy whereby Thou didst invite all created things unto the table of Thy bounties and bestowals; and by Thy grace whereby Thou didst respond, in Thine own Self with Thy word “Yea!” on behalf of all in heaven an earth, at the hour when Thy sovereignty and Thy grandeur stood revealed, at the dawn-time when the might of Thy dominion was made manifest. And again do I beseech Thee, by these most beauteous names, by these most noble and sublime attributes, and by Thy most Exalted Remembrance, and by Thy pure and spotless Beauty, and by Thy hidden Light in the most hidden Pavilion, and by Thy Name, cloaked with the Garment of affliction very morn and eve, to protect the bearer of his blessed Tablet, and who so recited it, and who so cometh upon it, and who so passeth around the house wherein it is. Heal Thou, then, by it every sick, diseases and poor one, from every tribulation and distress from every loathsome affliction and sorrow, and guide Thou by it whosoever desired to enter upon the paths of Thy guidance, and the ways of Thy forgiveness and grace. Thou art verily the Powerful, the AllSufficing, the Healer, the Protector, the Giving, the Compassionate, the All-Generous, the All-Merciful. Iannis Xenakis - Nuits zonder woorden/without words Olivier Messiaen O sacrum Convivium tekst/text Thomas Aquinas (1225-1274) O sacrum convivium in quo Christus sumitur recolitur memoria passionis eius. Mens impletur gratia et futurae gloriae nobis pignus datur. O sacred banquet at which Christ is received the memory of his passion is renewed, our souls are filled with grace, and a pledge of future is given to us. INLEIDINGEN, LEZINGEN en GESPREKKEN / INTRODUCTIONS, LECTURES and DISCUSSIONS zaterdag 17 oktober 16:00 Connie Palmen SOLO over hoge kunst, eenzame kunst, bevlogen kunst gevolgd door een gesprek met het publiek Saturday 17 October 16:00 hrs Connie Palmen SOLO / Dutch spoken on high art, solitary art, inspired art followed by a discussion with the public zondag 18 oktober 13:30 / English spoken Arthur Sonnen over canon en canons in internationaal perspectief gevolgd door een gesprek met het publiek Sunday 18 October 13:30 hrs Arthur Sonnen on the phenomenon of the ‘canon’ from an international perspective followed by a discussion with the public inleidingen op de concertprogramma’s worden gegeven door: introductions to the concert programmes are given by: donderdag 15 oktober 19:30 Roeland Hazendonk vrijdag 16 oktober 19:30 Paul de Kok zaterdag 17 oktober 14:30 Roeland Hazendonk zaterdag 17 oktober 19:30 Michel Khalifa zondag 18 oktober 14:30 Thea Derks Thursday 15 October 19:30 Roeland Hazendonk Friday 16 October 19:30 Paul de Kok Saturday 17 October 14:30 Roeland Hazendonk Saturday 17 October 19:30 Michel Khalifa Sunday 18 October 14:30 Thea Derks zaterdag & zondag : doorlopende vertoning van concertregistraties en documentaires over koren en componisten, op de foyer decks Saturday & Sunday : continuous showing of concert registrations and documentaries about choirs and composers, on the foyer decks de repetities in de grote zaal zijn toegankelijk voor het publiek voertaal Engels the rehearsals in the main hall are open to the public English spoken 39 CONCERT ZONDAG 18 OKTOBER / CONCERT SUNDAY 18 OCTOBER / 15:00 Eesti Filharmoonia Kammerkoor o.l.v./cond Daniel Reuss Cappella Amsterdam o.l.v./cond Daniel Reuss Arvo Pärt (1935) Magnificat (1989) György Ligeti (1923-2006) Drei Phantasien nach Friedrich Hölderlin 1 & 2 (1982) Det Norske Solistkor o.l.v./cond Grete Pedersen Nederlands Kamerkoor o.l.v./cond Risto Joost Bent Sørensen (1958) Benedictus (2008) Dmitri Sjostakovitsj (1906-1975) Tien gedichten/Ten poems opus 88 selectie/selection (1951) Latvijas Radio Koris o.l.v./cond Sigvards Klava Peteris Vasks (1946) Ziles zina (1981) Dit concert wordt opgenomen door de KRO voor uitzending op 26 november on Radio 4./This concert will be recorded by KRO Radio to be broadcast on 40 26 November on Radio 4 TENSO KOREN o.l.v./cond Daniel Reuss Arnold Schönberg (1874-1951) Friede auf Erden, opus 13 (1907) TOELICHTING ZONDAG 18 OKTOBER / NOTES SUNDAY 18 OCTOBER Arvo Pärt - Magnificat Pärt baseerde het Magnificat op een dankgebed van Maria. Ook deze muziek wordt gekenmerkt door de klokjestechniek, waarbij tweestemmig en tutti-gezang telkens afwisselen. In het eerste geval wordt een eenvoudige melodielijn afgezet tegen een op één noot repeterende stem. De tutti-passages staan met die delicate tweestemmigheid in contrast; hier klinkt de muziek juist vol en meer verzadigd. Hoewel de toonsoort f-klein nooit ter discussie staat, laat Pärt voortdurend milde dissonanten doorklinken die blijven zweven in de etherische atmosfeer. Arvo Pärt - Magnificat Pärt based the Magnificat on a prayer of thanks to Maria. This music is also characterized by the clock technique, where two part and unison singing alternate. In the former a simple melody line is set against a single repeating note. The full and more saturated unison passages contrast with the delicate two part sections. Even though the f minor key signature is never in doubt, Pärt constantly introduces dissonants that remain floating in the ethereal atmosphere. Bent Sørensen - Benedictus De Deen Bent Sørensen ziet zijn latere werken graag als kunst in beginnende staat van ontbinding. Schoonheid wordt gecompromitteerd door afbladderende verf of scheurtjes in het stucwerk. In het geval van Sørensens muziek betreft het mineur- en majeurdrieklanken die door microtonen worden aangetast, en glissandi die de harmonieën doen vervagen. Daarnaast speelt volksmuziek een rol, en in het geval van Benedictus natuurlijk ook de religie. Zoals de componist het zelf uitlegt: ‘Benedictus laat de luisteraar luisteren naar de wereld middels een sluier van stemmen, die stevig om de luisteraar is gebonden. Luisteren naar de wereld staat gelijk aan innerlijk luisteren - “Denk na voordat je luistert”!’ Bent Sørensen - Benedictus The Dane Bent Sørensen likes to regard his recent work as art in the first stages of decomposition. Beauty is compromised by flaking paint or cracks in the plasterwork. In the case of Sørensen’s music it is about minor and major triads that are corroded by microtones, and glissandi that blur harmonies. Folk music also plays a role, as does religion in the case of Benedictus. As the composer himself explains: ‘Benedictus permits the listener to listen to the world through a veil of voices, which is tied firmly around the listener. Listening to the world is the same as inner listening – “Think before you listen!”’ Peteris Vasks - Ziles zina De muziek van de Letse componist Peteris Vasks heeft een onmiskenbaar spirituele lading, vergelijkbaar met die van zijn Estse collega Arvo Pärt. Maar daar waar Pärt zich concentreert op religieuze werken, in archaïsche toonschalen gegoten, daar deinst Vasks voor moderne compositietechnieken als aleatoriek (een vorm van toevalsmuziek) niet terug. Toch kan Vasks’ oeuvre zeker als neoromantisch worden bestempeld, waarbij de componist teruggrijpt op welluidende tonaliteit en oude muziek uit Letland. Peteris Vasks - Ziles zina The music of the Latvian composer Peteris Vasks has an unmistakable spiritual charge, comparable to that of his Estonian colleague Arvo Pärt. But where Pärt concentrates on religious works, set in archaic modes, Vasks is not averse to modern compositional techniques like aleatoric (a type of chance music). Nevertheless Vasks’ oeuvre can be classified as neoromantic, with the composer falling back on euphonious tonality and old Latvian music. 41 TOELICHTING ZONDAG 18 OKTOBER / NOTES SUNDAY 18 OCTOBER 42 The choral work Ziles Zina, ‘The Message from the Tomtit’ is based on a text by a fellow Latvian of the same generation, Uldis Berzinš. Early in the morning a tomtit comes to tell which young men will be sent to the front, to draw arms on the orders of other nations. Vasks: ‘Latvian history has often been written by other nations, while Latvian men left for the front under foreign pretexts and foreign flags. This is a fragment of our not so fine history.’ Het koorwerk Ziles zina, ‘De boodschap van de Mees’ is gebaseerd op een tekst van land- en generatiegenoot Uldis Berzinš. In de vroege ochtend komt een mees vertellen welke jonge mannen richting het front worden gestuurd, om op bevel van andere volken het zwaard te trekken. Vasks: ‘De Letse geschiedenis werd vaak geschreven door andere naties, terwijl Letse mannen naar het front vertrokken onder vreemde voorwendselen en vreemde vlaggen. Dit is een fragment van onze niet zo fraaie historie.’ György Ligeti - Drei Phantasien nach Friedrich Hölderlin György Ligeti’s hallucinatory sound masses have become famous, in part thanks to Stanley Kubrick’s 2001: a Space Odyssey. Scores of different voices and miniscule musical intervals make for a seemingly amorphous cloud of sound, with oppressive force and lacking any noticeable use of rhythm. Lux aeterna (1966) is a prime example of such micro polyphony. However the Hungarian Ligeti was a constant innovator, and after such controversial micro polyphonic orchestral works as Atmosphères and Lontano it was time for something new. For Drei Phantasien nach Friedrich Hölderlin (1982) the composer not only used poetry as inspiration for the first time since his student days, he also wrote a very explicit choral work, with a (spasmodically) intelligible text that interacts more discernibly with the music. Ligeti used rhythm to dramatic effect, while the agitated passion of the Romantic poet Hölderlin is an invitation to poignant lamentations. György Ligeti - Drei Phantasien nach Friedrich Hölderlin Beroemd geworden, mede dankzij Stanley Kubricks 2001: a Space Odyssey, zijn György Ligeti’s hallucinerende klankmassa’s. Door tientallen verschillende stemmen voor te schrijven evenals piepkleine muzikale afstanden, ontstaat er een op het eerste gehoor vormeloze wolk van geluid, met beklemmende werking en zonder merkbaar gebruik van ritmiek. Lux aeterna (1966) is bij uitstek zo’n voorbeeld van micropolyfonie. Maar de Hongaar Ligeti was een constant vernieuwer, en na spraakmakende micropolyfonische orkestwerken als Atmosphères en Lontano was het tijd voor iets nieuws. In Drei Phantasien nach Friedrich Hölderlin (1982) baseerde de componist zich niet alleen voor het eerst sinds zijn studietijd op poëzie als inspiratiebron, het werd bovendien een zeer concreet koorwerk, waarbij de tekst (bij vlagen) verstaanbaar is en met de muziek een duidelijkere interactie aangaat. Ligeti zette de ritmiek in als middel tot dramatische effecten, waarbij de gejaagde hartstochten van de romantische dichter Hölderlin tot indringende klaagzangen uitnodigen. Dmitri Shostakovich Ten Poems by Revolutionary poets, opus 88 On January 9 1905 a peaceful crowd marched to the Winter Palace of Tsar Nicholas II to hand over a petition Dmitri Sjostakovitsj Tien Gedichten van Revolutionaire dichters, opus 88 Op 9 januari 1905 marcheerde een vreedzame mensenmenigte naar het Winterpaleis van Tsaar Nicolaas II, om een petitie om TOELICHTING ZONDAG 18 OKTOBER / NOTES SUNDAY 18 OCTOBER brood en hervormingen in te dienen. De zenuwachtige tsaar liet het vuur openen, waarbij volgens officieuze schattingen duizenden doden vielen. Een op lange termijn fatale gebeurtenis: het vertrouwen van het volk was ondermijnd, en de kiem was gelegd voor de revolutie van het jaar 1917. Geen wonder dat de latere Sovjet-autoriteiten de ‘bloedige zondag’ van 1905 voor propaganda-doeleinden gebruikten. Ook de gevierde en verguisde componist Dmitri Sjostakovitsj droeg daaraan bij. In 1951 verscheen zijn allereerste werk voor a cappella koor, de Tien koren opus 88, gebaseerd op de juist verschenen Anthologie van revolutionaire gedichten. De teksten zijn vervuld van tragiek en optimisme: na een lange lijdensweg zal de verlossing volgen, als ware het de Dag des Oordeels. Een deel van de muziek hergebruikte Sjostakovitsj een paar jaar later in zijn Elfde Symfonie ‘het jaar 1905’. calling for bread and reforms. The nervous tsar gave the order to open fire, resulting in thousands of deaths according to official estimates. In the long run a fatal event: the people’s trust was undermined, and the seed was sown for the revolution of 1917. No wonder that later Soviet authorities used the ‘bloody Sunday’ of 1905 for propaganda purposes. The celebrated and maligned composer Dmitri Shostakovich also made his contribution. In 1951 his first work for a cappella choir appeared, the Ten Choirs opus 88, based on the just released Anthology of Revolutionary Poems. The texts are full of tragedy and optimism: after long suffering will come salvation, just as in the Day of Judgement. Sjostakovitsj recycled part of the music a year later in his Eleventh Symphony ‘ the year 1905.’ Arnold Schönberg - Friede auf Erden Vrede op aarde. Het is een naïeve, kinderlijke wens, die door dichter Conrad Ferdinand Meyer dan ook met gepaste omzichtigheid werd geuit. Immers, in zijn gedicht ‘Friede auf Erden’ onderkent hij dat er sinds de hemelse belofte van wereldvrede, door engelen verkondigd bij Christus’ geboorte, heel wat bloed is vergoten. Toch volhardt hij in de ‘ewger Glaube’ dat er ooit een vredelievend koninkrijk op aarde zal verschijnen. Die voorzichtig hoopvolle boodschap zette Arnold Schönberg in 1907 op muziek. Zoals in het gedicht de extase van Schillers ‘Ode an die Freude’ ontbreekt, zo vermeed Schönberg de juichstemming van Beethovens Negende symfonie. Een doorwrocht, gespannen notenbeeld geeft vooral weer hoe lang de weg naar het eind van de tunnel is. Het resultaat is zeer moeilijk te zingen muziek: Schönberg zag zich aanvankelijk genoodzaakt een instrumentale begeleiding te schrijven, die overigens zelden nodig bleek. Na de Eerste wereldoorlog bekende hij in een brief: ‘Friede auf Erden ist eine Illusion, wie ich heute weiss’. Arnold Schönberg - Friede auf Erden Peace on earth. It is a naive and childish wish, and thus expressed by the poet Conrad Ferdinand Meyer with the necessary circumspection. In his poem ‘Friede auf Erden’ he acknowledges that a lot of blood has been shed since the heavenly promise of world peace, announced by the angels at Christ’s birth. Nonetheless, in the ‘ewger Glaube’ he maintains that a peaceful kingdom will one day appear on earth. Arnold Schönberg set this cautiously hopeful message to music in 1907. Just as the ecstasy of Schillers “Ode an die Freude’ is missing in the poem, so has Schönberg avoided the celebratory tone of Beethoven’s Ninth Symphony. An elaborate, tense notation reflects just how long the road to the end of the tunnel is. The result is extremely difficult to sing: Schönberg originally felt compelled to write an instrumental accompaniment, which incidentally turned out to be rarely necessary. After the First World War he admitted in a letter: Friede auf Erden ist eine Illusion, wie ich heute weiss’. 43 Arvo Pärt - Magnificat Magnificat anima mea Dominum, et exultavit spiritus meus in Deo salutari meo; quia respexit humilitatem ancillae suae, ecce enim ex hoc beatam me dicent omnes generationes. My soul doth magnify the Lord. And my spirit hath rejoiced in God my Saviour Because he hath regarded the humility of his handmaid: for behold from henceforth all generations shall call me blessed. Quia fecit mihi magna, qui potens ets et sanctum nomen eius, et misericordia eius a progenie in progenies timentibus eum. Because he that is mighty hath done great things to me: and holy is his name. And his mercy is from generation unto generations, to them that fear him. Fecit potentiam in brachio suo, dispersit superbos mente cordis sui deposuit potentes de sede et exaltavit humiles, esurientes implevit bonis, et divites dimisit inanes. Suscepit Israel, puerum suum, recordatus misericordiae suae sicut locutus est ad patres nostros, Abraham et semini eius in saecula. Magnificat anima mea Dominum. Bent Sørensen - Benedictus Benedictus qui venit in nomine Domini Peteris Vasks - Zeles zila tekst/text Uldis Berzinš (1944) Kas sit pie vartiem šorit gulet gribu Aizraudatas acis lec saule makonos lai mazais bralis jaj, lai kumelam nav gruti. Ne smejas kara kungs. Un tik vien paliek: metelis to auzu skaru ta cepure to zirnu ziedu paiet 44 gadu daudz. 44 György Ligeti - Drei Phantasien nach Friedrich Hölderlin tekst/text Friedrich Hölderlin (1770-1843) I Hälfte des Lebens Mit gelben Birnen hänget und voll mit wilden Rosen das Land in den See, ihr holden Schwäne, und trunken von Küssen [Tunkt ihr das Haupt Ins heilignüchterne Wasser.] Weh mir, wo nehm’ ich, wenn es Winter ist, die Blumen, und wo den Sonnenschein, He hath shewed might in his arm: he hath scattered the proud in the conceit und Schatten der Erde? Die Mauern stehn of their heart. He hath put down the mighty from their seat sprachlos und kalt, im Winde klirren die Fahnen. and hath exalted the humble. He hath filled the hungry with good things: II Wenn aus der Ferne… and the rich he hath sent empty away. Wenn aus der Ferne, da wir geschieden sind, ich dir noch kennbar bin, [...] He hath received Israel his servant, being mindful of his mercy. So sage, wie erwartet die Freundin dich? As he spoke to our fathers: In jenen Gärten, da nach entsetzlicher to Abraham and to his seed for ever. und dunkler Zeit wir uns gefunden? […] My soul doth magnify the Lord Wie flossen Stunden dahin, wie still war meine Seele über der Wahrheit dass ich so getrennt gewesen wäre? […] Blessed is he that cometh in the name of the Lord War’s Frühling? war es Sommer? die Nachtigall mit süssem Liede lebte mit Vögeln, die nicht ferne waren im Gebüsche Who is knocking at the gate at the morning und mit Gerüchen umgaben Bäum’ uns. […] I feel sleepy. Grünte der Epheu, grünt’ An eye swollen with tears the sun is rising ein seelig Dunkel hoher Alleen. Oft in clouds des Abends, Morgens waren dort wir let the youngest brother ride to spare redeten manches und sahn uns froh an. […] the horse. No, the warlord laughs. And that is all that remains: the coat of oat panicles, the hat of pea blossoms many years go by. I The middle of life With yellow pears and full of wild roses, the land hangs over the lake, you fair swans, and drunk with kisses you dunk your heads into the sacred, neutral water. Woe is me! where, when it is winter, will I get flowers, and where the sunshine, and the shade of the earth? The walls stand mute and cold; in the wind the weathervanes rattle. II If from a distance If from a distance, now we are parted, you still recognize me, […] So tell me, how does she await you? in those gardens, where after a terrible and dark time we found each other? […] How the hours passed, how tranquil was my soul before knowing that I would be so broken apart? […] Was it spring? Was it summer? The nightingale with its sweet song dwelt with birds not far off, in the bushes, and the trees surrounded us with fragrance. […] the ivy was greening, there greened a delightful darkness of tall avenues. We were often there morning and evening, talking of many things and looking at one another with joy. […] Ach! wehe mir! Es waren schöne Tage. Aber Traurige Dämmerung folgte nachher. […] Oh! Woe is me! They were lovely days. But A gloomy dusk followed after. […] […] = tekst weggelaten door Ligeti […] = text omitted by Ligeti III Abendphantasie Am Abendhimmel blühet der Frühling auf; unzählig blühn die Rosen und ruhig scheint die goldne Welt; o dorthin nimmt mich purpurne Wolken! und möge droben. III Evening fantasy Before his cottage, in the shade, the contented ploughman sits, his hearth smoking. The welcoming evening bells greet a traveler into the peaceful village. Now the boatmen turn too toward the harbor, and in far-off towns the merry noise and bustle of the marketplace die down; in the quiet grove glitters a comradely meal for the friends. Where then shall I go? Do not mortals live by wages and work? alternating labor with rest makes everything well; why then will the sting of this thorn in my breast never sleep? Up in the evening sky a token of Spring blossoms; infinite roses blossom and the golden world seems at peace; o take me there, purple clouds! and up there into light and air may my love and grief melt away! But, as if my silly plea had scared it away, the magic flees; it grows dark. Alone beneath the sky I stand, as always. Come now, mild slumber! too much does the heart demand; but finally, youth will burn itself out, you restless, dreamy thing! and my old age will be peaceful and serene. In Licht und Luft zerrinnen mir Lieb’ und Leid’! Doch, wie verscheucht von törichter Bitte, flieht Der Zauber; dunkel wird’s und einsam [Unter dem Himmel, wie immer, bin ich -] Komm du nun, sanfter Schlummer! zu viel begehrt Das Herz; doch endlich, Jugend! verglühst du ja, Du ruhelose, träumerische! Friedlich und heiter ist dann das Alter. Arnold Schönberg - Friede auf Erden tekst/text Conrad Ferdinand Meyers (1825-1828) Da die Hirten ihre Herde Ließen und des Engles Worte Trugen durch die niedre Pforte Zu der Mutter mit dem Kind, Fuhr das himmlische Gesind Fort im Sternenraum zu singen, Fuhr der Himmel fort zu klingen: “Friede, Friede! auf der Erde!” There the shepherds their herds left and the angel’s words carried by the lowly gate to the mother with the child, led the heavenly followers away in the starry space to sing, continued the sky sounding: “peace, peace! on the earth!” Seit die Engel so geraten, O wie viele blut’ge Taten Hat der Streit auf wildem Pferde, Der geharnischte vollbracht! In wie mancher heiligen Nacht Sang der Chor der Geister zagend, Dringlich flehend, leis verklagend: “Friede, Friede... auf der Erde!” Since the angels thrive so, O like many bloody acts had the struggle on wild horses, the armor-clad fully-plowed! In like some holy night sang the Choir of Spirits fearing, urgently imploring, sofly accusing: “peace, peace... on the earth!” Doch es ist ein ewiger Glaube, Dass der Schwache nicht zum Raube Jeder frechen Mordgebärde Werde fallen allezeit: Etwas wie Gerechtigkeit Webt und wirkt in Mord und Grauen Und ein Reich will sich erbauen, Das den Frieden sucht der Erde. But it is an eternal faith that the weaklings not to the robbers from each shameless murder-gesture will to-fall always: Something like justice wove and produced in murder and dread and a realm wants to be pleased, that the peace sought the earth. Mählich wird es sich gestalten, Seines heiligen Amtes walten, Waffen schmieden ohne Fährde, Flammenschwerter für das Recht, Und ein königlich Geschlecht Wird erblühn mit starken Söhnen, Dessen helle Tuben dröhnen: Friede, Friede auf der Erde! Gradually will it be taken-shape, govern themselves its holy office, weapons to forge without danger, flame-swords for the right, and a royal species begins to blossom with strong sons, whose bright pipes roar: Peace, peace on the earth! [Translated 1999 © Joe Monzo] 45 45 DE COMPONISTEN / THE COMPOSERS André Jolivet (1905-1974) was a student of Edgard Varèse, who taught Jolivet the basics of dodecaphony before moving to the USA. Jolivet himself stayed in France - he was a passionate advocate of everything French and became an important figure in French cultural life. His music often has an incantational quality; Jolivet frequently uses texts and melodies from shamanistic rituals and other spiritual and religious sources in his search for a humanistic, less abstract way of composing. extensively in Indonesia, Japan, India and other Asian countries to research the local art music. De Leeuw was on the teaching staff of the ethnomusicological department in Amsterdam and was also head of the electronic music department. He later became director of the Amsterdam Sweelinck Conservatorium. György Ligeti (1923-2006) was born in Transylvania into a Jewish Hungarian family. After WW II and the take-over of Eastern Europe by the Soviet Union, Ligeti, like many of his Cyrillus Kreek (1889–1962) lived colleagues, was cut off from musical almost all his life in Haapsalu, a small developments in Western Europe. city in western Estonia, where he He fled to Vienna in 1956, where he worked as a music teacher, conducted became acquainted with the music choirs and promoted local concert of Stockhausen and others who were life. The inspiration for his work was experimenting in electronic music, folk music – secular songs, folk tunes a direction that Ligeti never pursued, and folk hymns that he eagerly colbut which deeply influenced his sound. lected and researched. His music is only recently becoming better known Philippe Manoury (1952) studied comoutside the Baltic states. position in Paris, where he joined the renowned IRCAM (Institut de Recherche et Coordination Acoustique/MuTon de Leeuw (1926-1996) studied sique) in 1980. His work often makes composition with Henk Bading and Olivier Messiaen, and ethnomusicology use of ‘computer-assisted composition’ and incorporates spatial effects. at the then newly founded department of the Universiteit van Amster- Manoury was one of the first to utilize real-time audio signal processing in dam. He was an influential thinker, composing. He is currently on the teacher and writer with a distinctly teaching staff of the University of cosmopolitan outlook, who travelled 46 California. 46 Olivier Messiaen (1908-1992) is regarded by many as the greatest French composer of the XXth century. He was deeply religious, and the majority of his works aim to reproduce the divine, or as he phrased it “the marvellous aspects of the faith”. His great love for birds and birdsong influenced his work profoundly. He wrote only two works for a cappella chamber choir, both of which will be performed during Tenso Dagen Amsterdam. Knut Nystedt (1915) worked most of his life in Oslo (then Christiana). He studied with the American neoclassical composer Aaron Copland, before returning to Norway where he was organist and later taught choir conducting. He founded Det Norske Solistkor in 1950, and was their principal conductor until 1990. His many vocal compositions are often based on Christian themes and texts from the bible. written many pieces for choir, most of them based on liturgic or religious texts. Kristaps Petersons (1982) was born in Valmiera in Latvia. He studied double bass and composition in Riga, and followed masterclasses at the Norges musikkhøgskole in Oslo and the Artez Hogeschool voor de Kunsten in Enschede (NL). He is the youngest composer whose work is to be performed during the Tenso Dagen Amsterdam, where the Latvijas Radio Koris will give the world premiere of his first piece for mixed choir. Francis Poulenc (1899-1963) was a French composer who started out as a member of the Groupe des Six, embracing influences from the music-hall, Dada and other nonmusical sources. He soon found his very own, highly recognizable and rather Parisian style, with apparently simple harmonies, radiant colours and unexpected rhythms. The death of a Arvo Pärt (1935) was born in Estland. friend in the early 30’s caused a ‘lifechanging transformation’; he is now With his tintinnabuli-technique he is known as one of the greatest religious often seen as a representative of musical minimalism, but also as one of composers of the twentieth century. the forerunners of the New Spiritualism. He has extensively researched Peter van Onna (1966) studied the roots of European music, going composition with Theo Loevendie and back to folk music, Gregorian plainLouis Andriessen. He wrote a series chant and early polyphony. He has of works on the interaction of music and painting, where his compositions enter into a dialogue with well-known pictures. In his recent works he takes his inspiration from literature, using a specific technique from the fine arts, imbroglio (deception), to emulate literary ambiguity in musical material. Santa Ratniece (1977) is the only female composer being performed during the Tenso Dagen Amsterdam. She studied at the J. Vitols Music Academy in Riga and took her masters degree in Tallinn with the Estonian composer Helena Tulve. Her works have been performed all over Europe by prominent musicians and ensembles (e.g. the Nederlands Kamerkoor). The Latvijas Radio Koris premieres her work Cu Dal during the Tenso Dagen Amsterdam. Arnold Schönberg (1874-1951) has become famous as the ‘father’ of the second Viennese school and the founder of the twelve-tone compositional technique, which he developed in the early 1920s as a way to escape from the harness of tonality and the lack of rules in free atonality. Together with Debussy (who remained within tonality) he changed the landscape of music. Schönberg was also a prolific music theorist, and wrote influential works on classical harmony and music analysis. He fled to the US after the Anschluss and remained there after the war. Dmitri Shostakovich (1906-1975) had a complex relation with the Soviet regime under which he lived. During his life he was seen in the West as an obedient party follower - which did not mean that he and his works were Alfred Schnittke (1934-1998) lived immune from being banned from time most of his life in the Soviet Union (later Russia), except for an influential to time. The debate about whether or period as a teenager in Vienna directly not he outwitted Soviet censorship in his symphonic works, which supafter WWII, and after 1990 when he posedly contained coded messages, moved to Hamburg. The influence of continues to this day. Shostakovich can be clearly heard in his early works, but he soon developed Bent Sørensen (1958): “It reminds his own style, dubbed “polystylism”. me of something I’ve never heard.” In his later years he converted to Christianity in a curiously mixed form Such was the spontaneous reaction of Catholicism and Russian orthodoxy, of the Norwegian composer Arne and his later music is more sober and Nordheim upon hearing a work by 47 Bent Sørensen. It is difficult to imintrovert. agine a more strangely to-the-point description of the ambiguous, almost paradoxical expressive idiom of this unique composer, who is without doubt the leading Danish composer of his generation. Lasse Thoresen (1949) claims that his music is influenced by Norwegian folk music, French spectral music and Harry Partch’s tonal system ‘Just Intonation’, as well as by his ethnomusical studies of the folk music of his own country and of Asia. He is professor of composition at the Norwegian State Academy of Music, and the artistic leader of the Concrescence project on microtonality in vocal music. In that capacity he will give workshops to singers during the Tenso Dagen Amsterdam. Toivo Tulev (1958) is an Estonian composer. His teachers have included Eino Tamberg and the Swedish composer Sven-David Sandström. He also studied electro-acoustic music at the Cologne Hochschule der Musik. Tulev acknowledges the strong musical influence and encouragement of people such as Tõnu Kaljuste and Erkki-Sven Tüür, and the experience of singing in various early music vocal ensembles. In the 1980s, he was a singer in the Estonian Philharmonic Chamber Choir. Peteris Vasks (1946) is a Latvian-born composer, who started out as double bass player before moving to Vilnius in Lithuania to study composition. Vasks has become one of the most influential and praised European contemporary composers. His work cannot easily be classed in a style or school; neoromanticism is clearly sensed in Vasks’ works as well as an echo of a new expression of the spiritual aesthetic. Daan Verlaan (1978) studied classics in Leiden before switching to composition. He plays cello and harp, and is active in a pop band, which was one of the five finalists for the Grote Prijs van Nederland in 1997. He uses literary sources as ‘structural musical building blocks’, and has written several pieces on the theme of katabasis, downward movement. Iannis Xenakis (1922-2001) was born in Greece but spent most of his life in France. He was a pupil of Messiaen and co-worker of the famous architect Le Corbusier. Xenakis pioneered electronic music and based many of his compositions on mathematical and architectural models, as well as developing influential theories on music and composition. 47 CHŒUR DE CHAMBRE ACCENTUS | www.accentus.fr choeur de chambre accentus (France) was founded by Laurence Equilbey in 1991. The choir presents more than 60 concerts yearly to an ever growing public. It performs the established choir repertoire and also regularly commissions works for chamber choir, resulting in premieres of Pascal Dusapin, Philippe Manoury and Bruno Mantovani among others. accentus is an active participant in festivals in France and beyond. The choir works regularly with renowned conductors and orchestras, and is ensemble in residence for the orchestra of the Opéra de Rouen. accentus, together with Laurence Equilbey, will debut in 2010 as artiste associée of the Ensemble Orchestral de Paris. choeur de chambre accentus (Frankrijk) is in 1991 opgericht door Laurence Equilbey. Het koor geeft meer dan 60 concerten per seizoen, voor een groeiend publiek. Het voert het grote koorrepertoire uit en geeft daarnaast regelmatig opdrachten voor nieuwe werken voor kamerkoor. Zo verzorgde het koor vele premières van onder andere Pascal Dusapin, Philippe Manoury en Bruno Mantovani. foto/photo : Anton Solomoukha accentus neemt actief deel aan het festivalleven in Frankrijk en daarbuiten. Het koor werkt regelmatig samen met vooraanstaande dirigenten en orkesten, en is ensemble in residence bij het orkest van de Opera van Rouen. accentus zal in 2010, samen met Laurence Equilbey, debuteren als artiste associée bij het Ensemble Orchestral de Paris. Een van de belangrijkste artistieke doelen van het koor is het vernieuwen van de traditionele concertvorm door One of the choir’s most important aims middel van boventiteling, mise-en-place, kostuums en is innovation of the traditional concert setting, with attention to overhead titling, belichting. mise en place, costumes and lighting. De cd Transcriptions, met meer dan 100.000 verkochte Critically acclaimed ever since its release exemplaren, is lovend door de pers ontvangen, kreeg een Grammy Award nominatie in 2004, en ontving in januari the CD Transcriptions, which has sold more than 100,000 copies, was a Grammy 2008 een gouden plaat. Een cd met werken van Strauss, samen met het Letse Radio Koor opgenomen, wordt in Award nominee in 2004, and received a Disque d’Or in January 2008. The Strauss november 2009 uitgebracht. CD release with the Latvian Radio Choir is accentus is het eerste ensemble dat gebruik maakt van planned for November 2009. de e-tuner accentus is the first ensemble to use the accentus receives aid from the Direction Régionale des Affaires Culturelles d’Île-de-France of the French Ministry of Culture and electronic tuning system e-tuner. Communication. It is subsidized by the City of Paris and the Ile-de-France Region, and also receives support from SACEM. accentus receives aid from the Orange Foundation for the singers e-tuners. The cercle des mécènes d’accentus accompanies the ensemble’s development. Mécénat Musical Société Générale is the principal patron of accentus. 48 CAPPELLA AMSTERDAM | www. cappellaamsterdam.nl Cappella Amsterdam werd in 1970 opgericht door Jan Boeke en staat sinds 1990 onder artistieke leiding van Daniel Reuss. Cappella Amsterdam besteedt in het bijzonder aandacht aan Nederlandse componisten. Zo staan regelmatig werken van Sweelinck en Lassus op het programma en worden daarnaast moderne, vaak speciaal voor het ensemble geschreven composities uitgevoerd van onder meer Ton de Leeuw, Robert Heppener, Klaas de Vries, Boudewijn Tarenskeen. Cappella Amsterdam werkt regelmatig mee aan operaproducties zoals Les Indes Galantes van Rameau met het Orkest van de Achttiende Eeuw, Thyeste van Jan van Vlijmen en Marco Polo van Tan Dun. Het koor is een graag geziene gast op nationale en internationale festivals. De veelzijdigheid van het koor komt tot uitdrukking in de regelmatige samenwerking met verschillende instrumentale ensembles, orkesten en koren. In november 2008 verscheen bij Harmonia Mundi een cd met werken van Ligeti en Heppener. Deze cd is bekroond met Diapason d’Or Arte (édition de décembre 2008). Een cd met werken van Sweelinck zal eind 2009 verschijnen. foto/photo : Marco Borggreve Cappella Amsterdam was founded in 1970 by Jan Boeke and has been under the artistic direction of Daniel Reuss since 1990. Cappella Amsterdam focuses particularly on Dutch composers: works by Sweelinck and Lassus appear regularly on the programme, next to commissioned works by Ton de Leeuw, Robert Heppener, Klaas de Vries, Boudewijn Tarenskeen and others. Cappella Amsterdam regularly takes part in opera productions, both in baroque (Rameau’s Les Indes Galantes with the Orkest van de Achttiende Eeuw) and contemporary productions (Thyeste by Jan van Vlijmen, Marco Polo by Tan Dun). The choir is a regular guest at international festivals. The choir’s versatility comes to the fore in its collaborations with various instrumental ensembles, orchestra and choirs. In November 2008 a CD with works by Ligeti and Heppener was released on Harmonia Mundi; it was awarded the Diapason d’Or Arte (édition de décembre 2008). A cd with music of Sweelinck will appear later this year. Cappella Amsterdam is supported by the Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ and Gemeente Amsterdam 49 EESTI FILHARMOONIA KAMMERKOOR | www.eepc.ee The Eesti Filharmoonia Kammerkoor was founded in 1981 by Tonu Kaljuste, who was its chief conductor and artistic leader for 20 years. Paul Hillier fulfilled these functions between 2001 and 2007. Daniel Reuss has been chief conductor and artistic director of the EFK since 2008. EFK gives 60 to 70 concerts per season and tours regularly in Europe, America, Canada and Japan. The choir has performed with such renowned conductors as Claudio Abbado, Helmuth Rilling, Stephen Layton, and Marc Minkowski, and has worked together with orchestras and ensembles from all over the world. The choir has been invited to many famous festivals and venues, including the BBC Proms, Salzburg Festival, and the Edinburgh International Festival. The project Baltic Voices, initiated by EFK together with Harmonia Mundi, investigates the breadth and depth of the choral music of the countries around the Baltic Sea. It has resulted in three internationally successful CDs. The CD Da Pacem with works of Arvo Pärt under Paul Hillier won a Grammy Award in 2007 for Best Choral Performance. The choir has Diapason d’or, Preis der Deutschen Schallplattenkritik, eight Grammy nominations and many more prizes to their name. 50 Het Eesti Filharmoonia Kammerkoor (Estland) werd in 1981 opgericht door Tonu Kaljuste, die twintig jaar chefdirigent en artistiek leider van het koor was. Van 2001 tot 2007 werden deze functies vervuld door Paul Hillier. Sinds september 2008 is Daniel Reuss de chefdirigent en artistiek leider van het EFK. Het EFK geeft zo’n 60 tot 70 concerten per seizoen en gaat regelmatig op tournee door Europa, Amerika, Canada en Japan. Het koor verzorgde optredens met vooraanstaande dirigenten als Claudio Abbado, Helmuth Rilling, Stephen Layton en Marc Minkowski, en werkt veel samen met orkesten en ensembles over de hele wereld. Het koor is een graag geziene gast op bekende festivals, zoals de BBC Proms, het Salzburg Festival en het Edinburgh International Festival. Het project Baltic Voices, waarin de breedte en diepte van koormuziek van landen rond de Baltsiche zee centraal staat, mondde uit in drie wereldwijd goed ontvangen cd’s. De cd Da Pacem, met werken van Arvo Pärt onder leiding van Paul Hillier, won in 2007 een Grammy Award voor Best Choral Performance. Het koor heeft een Diapason d’Or, Preis der Deutschen Schallplattenkritik, acht Grammy nominaties en vele andere prijzen op zijn naam staan. koormeester/choirmaster Mikk Üleoja foto/photo : Kaupo Kikkas LATVIJAS RADIO KORIS | koris.radio.org.lv foto/photo : Ali Haydar Yesilyurt Het Latvijas Radio Koris (Letland) is opgericht in 1942. Het repertoire van het koor strekt zich uit van de Renaissance tot hedendaagse muziek, met als onomstreden hoogtepunt de uitvoeringen van werk van hedendaagse componisten. Het koor staat open voor creatieve experimenten en neemt regelmatig deel aan multimedia projecten en scènische uitvoeringen van hedendaagse muziek. De focus van het LRK ligt op het bestuderen van de capaciteiten van de menselijke stem: het onderzoeken van mogelijkheden en opzoeken van grenzen. Ook zoekt het naar nieuwe vormen en manieren van uitvoeren. Het koor geeft regelmatig compositieopdrachten aan Letse componisten en een groot deel van het koorrepertoire bestaat uit werken van 20ste- en 21ste-eeuwse componisten. Het Latvijas Radio Koris werkte recentelijk samen met Stephen Layton, Tõnu Kaljuste, Laurence Equilbey, Lars Ulrik Mortensen, Esa-Pekka Salonen en vooraanstaande Europese orkesten. Het koor treedt regelmatig op tijdens muziekfestivals als Montpellier Radio Festival in Frankrijk, Jauna Muzika in Lithuanië, Klangspuren Festival in Oostenrijk, Baltic Sea Festival in Zweden en de Koorbiënnale in Haarlem. The Latvijas Radio Koris (Latvia) was founded in 1942. The choir’s repertoire extends from the Renaissance to contemporary music, unequivocal highlights being their performances of contemporary composers. The choir is open to creative experiments and often participates in multimedia projects and staged performances of contemporary music. The LRK focuses on the study of the human voice’s capabilities, possibilities and limits. It also investigates new ways of performing and new forms of performance. The Choir commissions works from Latvian composers on a regular basis, and a large part of the choir’s repertoire consists of works by 20th and 21st century composers. Recently the Latvijas Radio Koris has collaborated with Stephen Layton, Tõnu Kaljuste, Laurence Equilbey, Lars Ulrik Mortensen, Esa-Pekka Salonen and leading European orchestras. The Choir frequently performs at music festivals such as Montpellier Radio Festival in France, Jauna Muzika in Lithuania, Klangspuren festival in Austria, Baltic Sea Festival in Sweden and Koorbiënnale in Haarlem, the Netherlands. 51 NEDERLANDS KAMERKOOR | www.nederlandskamerkoor.nl The Netherlands Chamber Choir, founded by Felix de Nobel in 1937, is an independent vocal ensemble that concentrates on a cappella repertoire from the early middle ages to the present day. Recently the press has enthusiastically received world premières of commissioned works by Sir John Tavener, James MacMillan, Edith Canat de Chizy, Gija Kancheli, Mauricio Kagel, Peter-Jan Wagemans, Karin Rehnqvist, Elmer Schönberger and Sir Harrison Birtwistle, among many others. The Netherlands Chamber Choir works with conductors who are specialized in different music periods. In 2005 Peter Dijkstra became permanent guest conductor and the Flemish old music specialist Paul Van Nevel honorary guest conductor. In the same year conductor Klaas Stok was appointed choir leader. The Nederlands Kamerkoor also works regularly with conductors Marcus Creed, Ed Spanjaard, Reinbert de Leeuw, Kaspars Putninš, Grete Pedersen and Roland Hayrabedian. The Nederlands Kamerkoor has released some seventy CDs, several of which have been awarded an Edison. The most recent releases are Bach’s Motets (cond. Peter Dijkstra), and a cappella choral works by Jan Vriend (cond. Klaas Stok). 52 Het Nederlands Kamerkoor, opgericht door Felix de Nobel in 1937, is een zelfstandig vocaal ensemble dat zich richt op het a cappella repertoire van de vroege Middeleeuwen tot heden. In de afgelopen jaren heeft het Nederlands Kamerkoor an verschillende componisten opdrachten verleend. Wereldpremières van opdrachtwerken van onder meer Sir John Tavener, James MacMillan, Edith Canat de Chizy, Gija Kancheli, Mauricio Kagel, Peter-Jan Wagemans, Karin Rehnqvist, Elmer Schönberger en Sir Harrison Birtwistle werden door de pers met enthousiasme ontvangen. Het Nederlands Kamerkoor werkt samen met dirigenten die gespecialiseerd zijn in verschillende muziekperioden. In 2005 werd Peter Dijkstra vaste gastdirigent en de Vlaamse oude-muziekspecialist Paul Van Nevel ere-gastdirigent van het koor. Dirigent Klaas Stok is in datzelfde jaar benoemd tot koorleider. Verder werkt het Nederlands Kamerkoor regelmatig samen met de dirigenten Marcus Creed, Ed Spanjaard, Reinbert de Leeuw, Kaspars Putninš, Grete Pedersen en Roland Hayrabedian. Het Nederlands Kamerkoor heeft inmiddels zo’n zeventig cd’s uitgebracht, waarvan verscheidene een Edison hebben gekregen. De meest recente cd-uitgaven betreffen de zes Motetten van J.S. Bach (dir. Peter Dijkstra), en a cappella koorwerken van Jan Vriend (dir. Klaas Stok). koormeester/choirmaster Klaas Stok The Nederlands Kamerkoor is supported by the Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+. foto/photo : Marleen Sleeuwits DET NORSKE SOLISTKOR | www.solistkoret.no foto/photo : C.F. Wesenberg De peilers waar de activiteiten van het Det Norske Solistkor op rusten zijn een hoge muzikale standaard, een sterk bewustzijn van traditie, en een even sterke muzikale nieuwsgierigheid. Het koor is in 1950 opgericht door de Noorse Solistenvereniging met als doel een elite-ensemble te vormen dat koormuziek op het hoogst mogelijke niveau kan uitvoeren. Het koor vervult een unieke positie in het Noorse muziekleven en heeft al meer dan tweehonderd premières gepresenteerd, waaronder zeventig van Noorse componisten. The activities of Det Norske Solistkor derive from high musical standards, a strong awareness of tradition, and an equally strong musical inquisitiveness. The choir was established in 1950 by the Norwegian Solistforbund with the aim of forming an elite ensemble to perform choir music at the highest possible level. The choir occupies a unique position in Norwegian musical life and has presented more than two hundred premieres, seventy from Norwegian composers. De eerste dirigent was Knut Nystedt, die het koor veertig jaar leidde. Sinds 1990 wordt het koor door Grete Pedersen geleid, die tegenwoordig de positie van artistiek directeur bekleedt. De leden van DNS zijn professioneel geschoolde, zorgvuldig geselecteerde zangers, allen potentiële solisten in hun respectievelijke genres. The first conductor was Knut Nystedt, who led the choir for forty years. Since 1990 the choir has been led by Grete Pedersen, who now holds the position of artistic director. The members of the DNS are professionally trained, hand-picked singers, all of them potential soloists in their respective genres. Het koor treedt op in Noorwegen en het buitenland, in lokaties variërend van concertzalen en kerken tot balzalen en busstations. Het behoudt zijn jeugdig profiel met de bevlogen uitvoeringen van nieuw geschreven werken, terwijl het tegelijkertijd zijn basis houdt in de klassieke werken van het Noorse en internationale koorrepertoire. The choir performs in Norway and overseas, in settings varying from concert halls and churches to ballrooms and bus stations. It maintains its youthful profile, receptive to, and willing to perform, newly written works, at the same time retaining classical works from the Nordic and international choral repertoire. Det Norske Solistkor is supported by the Norwegian Ministry of Foreign Affairs and the Music Information Centre Norway 53 DE DIRIGENTEN / THE CONDUCTORS Risto Joost studeerde zowel zang als koor- en orkestdirectie aan de Estse Academie voor Muziek, en vervolgde zijn studie aan de Universiteit voor Muziek en Podiumkunsten in Wenen. In 2008 studeerde Risto Joost af aan de Koninklijke Academie voor Muziek in Stockholm. Risto Joost studied singing as well as choral and orchestral conducting at the Estonian Academy of Music, and received further training at the University for Music and Performing Arts in Vienna. In spring 2008 Risto Joost graduated from the Royal College of Music in Stockholm. In 1999 richtte Joost het kamerkoor Voces Musicales op, en drie jaar later het Ensemble Voces Musicales dat zich toelegt op de uitvoering van De laatste jaren profileert ze zich ook In recent years, she has been increas- barok- en hedendaagse muziek. Op jonge leeftijd heeft hij al vele bekende als operachef: zo dirigeerde ze Rosingly active as opera chef: she has koren en orkesten gedirigeerd. In juni sini’s Cenerentola in Aix-en-Provence, conducted for instance Rossini’s 2007 debuteerde hij bij de Estse NaMedea material van Pascal Dusapin Cenerentola in Aix-en-Provence, tionale Opera met Errki-Sven Tüür’s in Straatsburg, en Mozart’s Bastien Medea material by Pascal Dusapin in opera “Wallenberg”. et Bastienne, Britten’s Albert Herring Strasbourg, and Mozart’s Bastien et in de Opéra Comique en vele andere Bastienne, Britten’s Albert Herring at Risto Joost neemt regelmatig deel werken in de opera van Rouen. the Opéra Comique and many other aan de Estse Muziekdagen en het works in the Opéra de Rouen. Nydd Festival, waar hij tot op heden Laurence Equilbey heeft de educatieongeveer 50 wereldpremières van ve afdeling van accentus in het leven Laurence Equilbey has founded the verschillende componisten heeft geroepen, die vorm heeft gekregen in pedagogical branch of accentus, the de afdeling voor jonge zangers en le department for young singers and le gedirigeerd. jeune choeur de paris aan het regio- jeune choeur de paris at the regional Hij maakt bovendien een solo-carrière nale conservatorium van Parijs. conservatory of Paris. als countertenor, en heeft overal in Europa opgetreden. Zijn solo reper> www.laurenceequilbey.com > www.laurenceequilbey.com toire omvat muziek uit de Renaissance en Barokperiode maar ook uit de 20ste eeuw. In 1999 Joost founded the chamber choir Voces Musicales and three years later, the Ensemble Voces Musicales, focused on performing Baroque and contemporary music. Though young, he has already conducted many well-known choirs and orchestras. In June 2007, he made his debut in the Estonian National Opera conducting Erkki-Sven Tüür’s opera “Wallenberg”. In 1991 richtte Laurence Equilbey het kamerkoor accentus op, nu een van de meest vooraanstaande koren in Europa, waarmee ze in heel Europa optreedt en vele prijswinnende cd’s heeft opgenomen. Ze is ook succesvol als orkestdirigent – in het komende seizoen zal ze onder meer samenwerken met de Philharmonie van Brussel, het Orchestre National de France, de orkesten van Cannes en Rouen, en het Ensemble Orchestral de Paris. 54 In 1991, Laurence Equilbey founded chamber choir accentus, now one of the most prestigious choirs in Europe, with whom she performs all over Europe and has recorded many prizewinning CDs. She is also successful as orchestra conductor: in the coming season, she will work with the Brussels Philharmonic, the Orchestre National de France, the orchestras of Cannes and Rouen, the Ensemble orchestral de Paris, etc. Joost maakt zijn Nederlandse debuut tijdens de Tenso Dagen Amsterdam. Risto Joost participates regularly in the Estonian Music Days and Nyyd Festival, until now conducting approximately 50 première performances commissioned from various composers. Risto Joost also pursues an active solo career as a counter-tenor, and has given performances all over Europe. His solo repertoire includes music from Renaissance and Baroque as well as from the 20th century. Joost makes his Dutch debut during the Tenso Dagen Amsterdam. Sigvards Klava werkt sinds 1987 voor het Letse Radio Koor. Hij werd in 1992 chefdirigent en artistiek leider van het ensemble, en heeft sindsdien met het LRK vele nieuwe werken van Letse componisten uitgevoerd. Daarnaast staat werk uit andere landen en perioden op het repertoire. Hij heeft met het LRK meer dan 20 cd’s opgenomen. Sigvards Klava started working for the Latvian Radio Choir in 1987, and was appointed its chief conductor and artistic leader in 1992. With the LRC, Sigvards Klava has performed many new works created by Latvian composers as well as music from other countries and eras; together they have recorded over 20 CDs. Grete Pedersen studeerde aan de Noorse Muziekacademie in Oslo, waar ze in 1988 afstudeerde in koordirectie. Sinds 1995 geeft ze er zelf directieles. Pedersen is dirigent van het Oslo Kamerkoor dat ze in 1984 oprichtte. In 1990 volgde ze Knut Nystedt op als artistiek leider van Det Norske Solistkor. Klava is een van de initiatiefnemers van en lid van de artistieke raad van het Arena Festival voor nieuwe muziek. Hij geeft les aan jonge dirigenten bij de Koorafdeling van de Letse Muziekacademie en aan het Koor College van de Lutherse Kathedraal in Riga. Sigvards Klava is als chefdirigent verbonden geweest bij een aantal Letse Nationale Zang en Dans festivals en Noordelijke zangfestivals. He is one of the initiators and member of the artistic council of the Arena Festival of new music. Sigvards Klava also teaches young conductors at the Choral Department of the Latvian Academy of Music and at the Choral College of Riga Lutheran Cathedral. Sigvards Klava has acted as Chief conductor for a number of Latvian National Song and Dance festivals and Nordic song festivals. Sigvards Klava ontving de Letse Grand Prix of Music voor zijn interpretatie van de muziek van Alfred Schnittke, en een Letse ministeriële onderscheiding voor zijn internationale promotie van Letse muziek. Sigvards Klava has received the Latvian Grand Prix of Music for his interpretation of music by Alfred Schnittke and a Latvian Cabinet of Ministers Award for great success in the promotion of Latvian music. Pedersen is een van Noorwegens toonaangevende, meest veelzijdige dirigenten, en wordt geroemd om haar stilistisch zelfverzekerde en muzikaal overtuigende uitvoeringen. Haar repertoire strekt zich uit van hedendaags tot volksmuziek, en regelmatig werkt zij ook samen met jazzmusici en acteurs en dirigeert verschillende grote werken voor koor en orkesten. Pedersen is als gastdirigent werkzaam bij koren als het Nederlands Kamerkoor, het Groot Omroepkoor en het Zweedse Radiokoor. Grete Pedersen studied at the Norwegian State Academy of Music in Oslo where she took her exam in choir conducting in 1988; since 1995 she is appointed there as teacher in the same subject. She is the conductor of the Oslo Chamber Choir which she founded in 1984. In 1990, she succeeded Knut Nystedt as the artistic director of Det Norske Solistkor. Grete Pedersen has gained a reputation as one of Norway’s leading and most versatile conductors, praised for her stylistically and musically convincing performances. She has been in charge of productions of contemporary music as well as folk music, has co-operated with jazz musicians and actors and conducted several major works for choir and orchestra. Pedersen is working as guest conductor for choirs like the Netherlands Chamber Choir, Netherlands Radio Choir and the Swedish Radio Choir. 55 DE DIRIGENTEN / THE CONDUCTORS Kaspars Putninš is sinds 1992 dirigent bij het Lets Radio Koor. In 1994 richtte hij de Letse Radio Koor Zangers op, een ensemble van solisten afkomstig uit het LRK. Hij treedt regelmatig op als gastdirigent bij andere vooraanstaande Europese koren. Kaspars Putninš has been conductor of the Latvian Radio Choir since 1992. In 1994, he formed the Latvian Radio Chamber Singers, an ensemble of soloists formed from the members of Latvian Radio Choir. He regularly appears as a guest conductor with other leading European choirs. Alhoewel Putninš werk een grote verscheidenheid aan koorrepertoire omvat, van de polyfonie van de Renaissance tot werken uit de Romantische periode, is zijn belangrijkste doel het promoten van excellente nieuwe koormuziek. Dit nieuwe repertoire stelt zijn zangers voor uitdagingen en het ontwikkelen van hun capaciteiten, en brengt hun vocale geluid naar onbekende gebieden. Whilst Putninš’ work encompasses a wide range of choral repertoire, from the polyphony of the Renaissance period to works from the Romantic era, his foremost goal has always been that of promoting outstanding new choral music. This new repertoire challenges and develops the abilities of his performers and takes their vocal sound to entirely uncharted territories. Kaspars Putninš ontving de BBC Silver Rose Bowl en de Letse Council of Ministers onderscheiding voor zijn prestaties in cultuur en wetenschap. Kaspars Putninš is the recipient of the BBC Silver Rose Bowl and has received the Latvian Council of Ministers Award for Achievements in Culture and Science. 56 Daniel Reuss werd in 1990 chefdirigent van Cappella Amsterdam, en heeft het koor tot het fulltime professioneel ensemble gevormd dat het vandaag de dag is. Van 2003 tot 2006 was hij chefdirigent van het RIAS Kammerchor in Berlijn. Met dit koor nam hij de cd op met muziek van Martin en Messiaen (uitgebracht door Harmonia Mundi), die de “Diapason d’or de l’année 2004” ontving en de “Preis der Deutschen Schallplattenkritik”. In 2007 maakte Daniel Reuss zijn debuut bij de English National Opera met Agrippina van Händel. Sinds 2008 combineert Reuss zijn werkzaamheden als artistiek leider van Cappella Amsterdam met het chef-dirigentschap van het Estonian Philharmonic Chamber Choir. In zijn eerste seizoen voerden zij werken uit van Kreek en Pärt, evenals motetten van Bach en oratoria van Händel, en maakten – samen met Cappella Amsterdam – een opname van Frank Martin’s Golgotha. Daniel Reuss became chief conductor of Cappella Amsterdam in 1990, and turned it into the full-time professional ensemble that it is today. From 2003 to 2006, he was chief conductor of the RIAS Kammerchor in Berlin. Their CD with works by Martin and Messiaen won both the “Diapason d’or” and the “Preis der Deutschen Schallplattenkritik”. In 2007, Daniel Reuss made a successful debut at the English National Opera with Händel’s Agrippina. Since 2008, Reuss is the artistic director and chief conductor of the Estonian Philharmonic Chamber Choir. In his first season, they performed works by Kreek and Pärt as well as Bach motets and Händel oratoria, and - together with Cappella Amsterdam - made a recording of Frank Martin’s Golgotha. Daniel Reuss gives frequent courses and master classes abroad, including a recent visit to the Parisian Choir Biennale in Cité de la Musique in Paris, Daniel Reuss geeft regelmatig curthe Conductors Workshop in Berlin sussen en masterclasses in het buiand the invitation by Pierre Boulez for tenland, waaronder een bezoek aan de the Luzern Festival Academy. Koorbiënnale Parijs in Cité de la Musique, de Dirigenten Workshop in Berlijn en de uitnodiging van Pierre Boulez voor de Luzern Festival Academy. DE WORKSHOPLEIDERS / THE WORKSHOP LEADERS Lasse Thoresen (1949) is a professor of composition at the Norwegian State Academy of Music where he has taught composition, electro-acoustic music, and sonology since 1975. From 1988 to 2000 Thoresen occupied the principal chair of composition at the Norwegian Academy of Music in Oslo. Chamber Choir (1981) and led the group until 2007. During this period he was also professor of percussion at Darmstadt, founder and director of the Centre for Microtonal Music in London and its ensemble, Critical Band, whilst remaining prolific as a composer. His pioneer work on musical analysis has attracted international attention, and he has lectured extensively on his music and his method of musical analysis. Lasse Thoresen is the artistic leader of the project Concrescence, which investigates microtonality in Scandinavian and Baltic folk music and combines influences from sources as varied as Mongolian ‘diphonic’ chant, Musique concrète and Scandinavian kvedng singing in new vocal works. Since the mid-1990s he has focussed more on composition and conducting, working with ensembles such as musikFabrik, London Sinfonietta, Ensemble InterContemporain and Champ d’Action. As a composer he has written for almost every conceivable genre, and is especially known for his percussion music, his designing and building of new instruments, and for his work in electronics. As a choral conductor he works regularly with most of Europe’s leading chamber choirs in repertoire from 15th Century to the present day. James Woods (1953) Conductor, composer, instrument designer, musicologist and formerly virtuoso percussionist, organist and cellist, James Wood’s multi-faceted career has led him into an extraordinarily broad spectrum of musical activities. Born in 1953 he studied composition with Nadia Boulanger in Paris. For the next twenty years he pursued a triple career as composer, conductor and solo percussionist. He founded the New London 57 DE TENSO ZANGERS / THE TENSO SINGERS choeur de chambre accentus sopranen/sopranos Marie Griffet* Laurence Favier Durand*+ Kristina Vahrenkamp* Claire Henry Desbois* Sylvaine Davené*,Céline Boucard* Anne-Marie Jacquin Isabelle Sauvageot Geneviève Boulestreau Caroline Chassany* Angéline Danel alten/altos Violaine Lucas*+ Valérie Rio* Emmanuelle Biscara* Isabelle Dupuis Pardoel* Anne Gotkovsky* Catherine Hureau Marie-Georges Monet* Sacha Hatala Brigitte Le Baron tenoren/tenors Bruno Renhold Arnaud Le Du Maurizio Rossano Laurent David*+ Stéphane Bagiau* Nicolas Kern* Romain Champion* David Lefort* Maciej Kotlarski*+ Samuel Husser Nicolas Maire* 58 58 bassen/basses Pierre Corbel* Grégoire Fohet-Duminil*+ Laurent Slaars* Pierre Jeannot Guillaume Perault Jean Christophe Jacques* Rigoberto Marin-Polop Virgile Ancely* Claude Massoz Fabrice Chomienne Marc Fouquet* Jean Baptiste Alcouffe* Guido Groenland* Gerben Houba* Michiel ten Houte de Lange (*) = Inharmonies (+) = solo in Slova Eesti Filharmoonia Kammerkoor sopranen/sopranos Kaia Urb Kädy Plaas Vilve Hepner Hele-Mai Poobus Karoliina Kriis Maarja Kukk Hele-Mall Leego Cappella Amsterdam sopranen/sopranos Andrea van Beek Marijke van der Harst* Astrid Lammers Leenke de Lege, Simone Manders* Marjo van Someren* alten/altos Petra Ehrismann Sabine van der Heyden* Mieke van Laren* Inga Schneider* Suzanne Verburg Desirée Verlaan tenoren/tenors Kevin Doss Ross Buddie Jon Etxabe-Arzuaga* bassen/basses Erks Jan Dekker Martijn de Graaf Bierbrauwer* Jan Hoffmann Bart Oenema Michel Poels* Hans Pootjes* (*) = Car nos Vignes alten/altos Marianne Pärna Helis Naeris Merili Kristal Ave Hännikäinen Karin Salumäe Iris Oja tenoren/tenors Tiit Kogerman Martin Lume Kaido Janke Toomas Tohert Raul Mikson Vladislav Horuženko bassen/basses Henry Tiisma Allan Vurma Aarne Talvik Märt Krell Tõnu Tormis Rainer Vilu Hideyuki Nishimura Latvijas Radio Koris sopranen/sopranos Kristine Barkovska Ieva Ezeriete Elina Libauere Inga Martinsone Iveta Romancane Inita Vindava alten/altos Ilze Berzina Antra Drege Santa Kokina Gundega Krumina Inga Rutentale Dace Strautmane Inga Žilinska tenoren/tenors Egils Jakobsons Normunds Kirsis Ferijs Millers Egils Norbuts Aigars Reinis Karlis Rutentals DE SPREKERS / THE SPEAKERS bassen/basses Aldis Andersons Karlis Bimbers Gundars Dzilums Janis Kokins Ainars Rubikis Arijs Škepasts Nederlands Kamerkoor sopranen/sopranos Heleen Koele Sabine Wühtrich Barbara Borden Margriet Stok Helena van Heel alten/altos Dorien Lievers Nine van Strien Karin van der Poel Marleene Goldstein Kathrin Pfeiffer tenoren/tenors Marc van Heteren Albert van Ommen Stefan Berghammer Alberto ter Doest Robert Coupe bassen/basses Peter Dijkstra Kees Jan de Koning Jasper Schweppe Gilad Nezer Nicolas Boulanger Det Norske Solistkor sopranen/sopranos Runa Hestad Jenssen Berit Elisabeth Norbakken Solset Ingeborg Dalheim Live Danielsson Eli Stange Synnes Camilla Wiig Revholt alten/altos Astrid Thorstensen Marit Sehl Jorunn Lovise Husan Lise Davidsen Anne Margrethe Krohn Eva Landro tenoren/tenors Roar Berg Thomas Flodin Oddgeir Kjetilstad Are Frode Søholt Håvard Gravdal Connie Palmen (1955), who studied Dutch and philosophy, rose to instant fame with her first novel, De wetten (The Laws, 1991). Her next two novels, De vriendschap (The Friendship, 1995) and I.M. (1998), also turned out to be best-sellers. She went on to publish Geheel de uwe (Sincerely Yours, 2004) and Lucifer (2007), her latest novel to date. Palmen has also published several collections of essays: Het weerzinwekkende lot van de oude filosoof Socrates (The Revolting Fate of the Old Philosopher Socrates, 1992), Echt contact is niet de bedoeling (Personal Contact is not Desired, 2000) and Een kleine filosofie van de moord (A Short Philosophy of Murder, 2004). She was awarded the AKO Literature Prize for De vriendschap. Her work has been translated into 20 languages. Arthur Sonnen (1946) studied Dutch literature and theatre studies. From 1979 to 1991, he was head of theatre programming of the Holland Festival. In 1987, he founded the Theater Festival and was its director until 2004. He works as dramaturge at the Toneelacademie of Maastricht and as senior consultant for SICA (centre for international cultural activities). He is secretary of EUNIC Netherlands, the Dutch branch of the European network of National Institutes for Culture. bassen/basses Arild Bakke Peder Arnt Kløvrud Henrik Sand Dagfinrud Olle Holmgren Halvor F. Melien Svein Korshamn 59 59 Muziekgebouw aan ‘t IJ is hét concertpodium voor hedendaagse muziek in Nederland. Het gebouw is een architectonisch en akoestisch meesterstuk, waar in seizoen 2009-2010 ruim 200 concerten te horen zijn, waaronder 42 wereldpremières en 52 Nederlandse premières. Muziek van topensembles en toonaangevende componisten uit binnen- en buitenland. Voor concertprogramma zie www.muziekgebouw.nl. 60 60 TENSO NETWORK EUROPE / www.tenso-vocal.eu TENSO NETWORK EUROPE Opgericht in 2003 voor de uitwisseling van repertoire en expertise tussen professionele kamerkoren. Tenso organiseert ieder jaar een festival in een stad in Europa: in de afgelopen jaren waren dat de Tenso Dagen in Parijs, Riga en Berlijn. In 2010 zal de volgende editie in Oslo worden georganiseerd, in samenwerking met het Ultima Festival. Members of the Tenso Network Europe are: chœur de chambre accentus / Parijs (FR) Cappella Amsterdam / Amsterdam (NL) Latvijas Radio Koris / Riga (LV) Nederlands Kamerkoor / Amsterdam (NL) RIAS Kammerchor / Berlijn (DE) Det Norske Solistkor / Oslo (NO) TENSO NETWORK EUROPE Founded in 2003 to promote the exchange of repertoire and expertise among professional chamber choirs. Tenso organizes a festival in a European city every year. In previous years the network has organised Tenso Days in Paris, Riga and Berlin. Oslo will host the 2010 edition, together with the Ultima Festival. Eesti Filharmoonia Kammerkoor / Tallinn (EE) associate member SWR Vokalenensemble / Stuttgart (DE) associate member Musicatreize / Marseille (FR) associate member De activiteiten van Tenso Network Europe worden ondersteund door het Cultuur Programma van de EU/The activities of Tenso Network Europe are supported by the Culture Programme of the EU PROFESSIONALS DAY Op vrijdag 16 oktober organiseert Tenso Network Europe een symposium voor professionals die werkzaam zijn in de (koor) muziek, hedendaagse muziek, muziekeducatie, cultuurbeleid en anderen. De workshops die in de middag plaatsvinden zijn toegankelijk voor publiek. PROFESSIONALS DAY On Friday 16 October Tenso Network Europe organizes a symposium for professionals in the fields of (choir) music, contemporary music, music education, music writing, cultural policy and others. The workshops in the afternoon are open to the public. STICHTING TENSO NEDERLAND Tenso Nederland brengt het jaarlijkse Tenso Festival dit jaar naar Amsterdam. Tenso Nederland is opgericht door het Nederlands Kamerkoor en Cappella Amsterdam, om de uitwisseling tussen beroepskoren, amateurzangers, componisten en het publiek te stimuleren - nu en in de toekomst. FOUNDATION TENSO NEDERLAND Tenso Nederland brings the annual Tenso festival to Amsterdam! Tenso Nederland was founded by the Nederlands Kamerkoor and Cappella Amsterdam, in order to give an impulse to the exchange between professional choirs, amateur singers, composers and the public - now and in future years. Tenso : de naam van een stijlfiguur bij de troubadours, waarbij de één voortborduurt op de tekst en melodie van de ander; en de naam van het Europese netwerk voor professionele kamerkoren. Tenso : the name of a style device in the occitan troubadour tradition, where one singer elaborates on the text and melody of the other; and the name of the European network for professional chamber choirs. 61 PROGRAMMA OVERZICHT / PROGRAMME OVERVIEW DONDERDAG 15 OKTOBER / THURSDAY 15 OCTOBER 17:00 (ca) grote zaal/main hall generale repetitie/rehearsal 19:30 foyerdeck 1 inleiding/introduction 20:15 grote zaal/main hall openingsconcert/opening concert opening door/by Job Cohen Nederlands Kamerkoor o.l.v./cond Risto Joost Cappella Amsterdam o.l.v./cond Daniel Reuss VRIJDAG 16 OKTOBER / FRIDAY 16 OCTOBER 10:00 - 17:00 Tenso Professionals Day (besloten/by invitation only) 13:00 studio 1 workshop componeren voor koor/composing for choir 15:30 bamzaal workshop de noten waar de klassieke muziek niet meer van houdt/the pitches that classical music has learned to hate 17:00 (ca) grote zaal/main hall generale repetitie/rehearsal 19:30 foyerdeck 1 inleiding/introduction 20:15 grote zaal/main hall concert Tenso koor/choir Latvijas Radio Koris o.l.v./cond Sigvards Klava voor de concerten in de grote zaal wordt een entreeprijs gerekend, de overige activiteiten zijn gratis voor alle activiteiten is het nodig een kaartje te halen, ook als deze gratis zijn there is a charge for the concerts in the main hall; the other activities are free of charge, all activities require an admission ticket, even if they are free of charge wijzigingen voorbehouden/programme subject to change 62 ZATERDAG 17 OKTOBER / SATURDAY 17 OCTOBER 12:00 - 18:00 entreehal/entrance open podium/open stage amateurkoren/amateur choirs 12:00 - 20:00 foyerdecks videopresentaties/video presentations 13:00 bamzaal workshop de noten waar de klassieke muziek niet meer van houdt/the pitches that classical music has learned to hate 14.30 foyerdeck 1 inleiding/introduction 15:00 grote zaal/main hall win je eigen concert/win your own concert amateurkoren/amateur choirs o.l.v./cond Grete Pedersen (NO), Kaspars Putninš (LV), Risto Joost (EE) 15:30 studio 1 workshop componeren voor koor/composing for choir 16:00 bamzaal lezing/lecture Connie Palmen - Solo 17:00 (ca) grote zaal/main hall generale repetitie/rehearsal 19:30 foyerdeck 1 inleiding/introduction 20:15 grote zaal/main hall concert Tenso koren/choirs Eesti Filharmoonia Kammerkoor o.l.v./cond Daniel Reuss choeur de chambre accentus o.l.v./cond Laurence Equilbey Det Norske Solistkor o.l.v./cond Grete Pedersen ZONDAG 18 OKTOBER / SUNDAY 18 OCTOBER 12:00 - 13:30 entreehal/entrance singalong 12:00 - 15:00 foyerdecks videopresentaties/video presentations 13:30 foyerdeck 1 lezing/lecture Arthur Sonnen - Canon 13:30 - 15:00 entreehal/entrance open podium/open stage amateurkoren/amateur choirs 14.30 bamzaal inleiding/introduction 15:00 grote zaal/main hall slotconcert/closing concert alle/all Tenso koren/choirs SPONSORS Tenso Dagen Amsterdam zijn een initiatief van/are an intiative of Anna Becker – Cappella Amsterdam, en/and Leo Samama – Nederlands Kamerkoor, samen met/together with Tenso Network Europe – www.tenso-vocal.eu en kwamen tot stand dankzij bijdragen van/ and was made possible thanks to the support of 63 COLOFON / COL0PHON Tenso Dagen Amsterdam worden georganiseerd door Stichting Tenso Nederland, in opdracht van het Nederlands Kamerkoor en Cappella Amsterdam, in co-productie met het Muziekgebouw aan ‘t IJ /Tenso Dagen Amsterdam have been organized by Stichting Tenso Nederland, commissioned by the Nederlands Kamerkoor and Cappella Amsterdam, in co-production with the Muziekgebouw aan ‘t IJ. Artistieke leiding/artistic directors Daniel Reuss en/and Leo Samama Producent/general manager Babette Greiner Publiciteit/publicity Winnie Boegborn Coördinatie amateurkoren/coordination amateur choirs Erik Onnink Bestuur Stichting Tenso Nederland Board of Tenso Nederland Foundation Lo Breemer, Frans Brouwer, Paul de Kok Toelichtingen concerten/notes concert programme Floris Don Vertalingen/translations Carolyn Muntz Eindredactie/editor Babette Greiner Vormgeving/design Gabrielle Marks | remarksfromhome.com Drukwerk/printing Drukkerij Heijt 64 De concerten worden opgenomen door de KRO voor rechtstreekse uitzending (do 17 okt) of uitzending op een later tijdstip (overige concerten)/The concerts will be recorded by KRO Radio to be broadcast directly (Thu 17 Oct) or at a later date (other concerts). Dank aan/thanks to Nyla Aalders • Sonja Heimann • Holland Festival • KRO Kunstfactor • Megatravel • Jonathan Reeder • Michael van Schaik Cas Smithuijsen