the first Dutch Tenso Dagen!

advertisement
We heten u van harte welkom bij de eerste Nederlandse Tenso Dagen! | Welcome to the first Dutch Tenso Dagen!
Toen Tenso Network Europe voor professionele kamerkoren
werd opgericht, in de herfst van 2003, konden we niet dromen
dat het ambitieuze plan om ieder jaar ergens in Europa samen
een festival voor hedendaagse koormuziek te organiseren, zo’n
succes zou worden. En nu, zes jaar later, vinden de Tenso Dagen
in Amsterdam plaats, en verwelkomen wij onze collega’s uit Estland, Frankrijk, Letland, en Noorwegen, om u - het publiek in het
Muziekgebouw aan ’t IJ en de radioluisteraars in Nederland en in
Europa - vier dagen koormuziek te laten horen.
When Tenso Network Europe for professional chamber choirs
was founded in the autumn of 2003, we never dreamt that the
ambitious plan to organize a festival of contemporary choral
music every year somewhere in Europe would turn out to be
such a success. Now, six years later, the Tenso Dagen have come
to Amsterdam and we welcome our colleagues from Estonia,
France, Latvia and Norway. Together we will present four days of
choral music to you, the Muziekgebouw aan ’t IJ public and radio
listeners in Nederland and Europe.
We hebben onze collega’s gevraagd programma’s te maken
met de XXste-eeuwse en hedendaagse werken voor a cappella kamerkoor die zij het belangrijkste, het invloedrijkst of het
mooist vinden - om zo tot een informele ‘canon’ te komen. En we
vroegen ook aan anderen - dirigenten, presentatoren, programmamakers, muziekkenners - welke stukken zij zouden kiezen: het
resultaat is verzameld en zal de komende tijd nog onderwerp
van gesprek blijven.
We asked our colleagues to present programmes for a cappella
chamber choir comprising the XXth century and contemporary works that they consider the most important, the most
influential or the most beautiful, in order to arrive at an informal
‘canon’. We also asked others – conductors, presenters, programmers, music specialists – which pieces they would choose.
The lists have been collated and are sure to provide subject for
discussion for some time to come.
We hebben ook amateurkoren gevraagd om hun favoriete stukken te komen laten horen - dat heeft geleid tot vele enthousiaste reacties en naar wij hopen, vele mooie optredens op het
open podium in de entreehal van het Muziekgebouw aan ’t IJ.
We hopen dat deze samenwerking tussen professionele koren
en amateurkoren in de komende jaren een vaste plek in ons aller
agenda’s zal krijgen.
We also asked amateur choirs to come and present their favourite pieces - we have received many enthusiastic reactions, and
we hope to hear some wonderful performances in the entrance
hall of the Muziekgebouw aan ‘t IJ. We hope that this collaboration between professional choirs and amateur choirs will
become a fixed item in all our diaries in future years.
Tenslotte hebben we de Tenso koren gevraagd om een korte
psalm van Sweelinck te zingen - als eerbetoon aan de meester
van de Nederlandse Renaissance-polyfonie. Zo kunt u als publiek
de koren niet alleen in hedendaags, maar ook in ouder werk
vergelijken - en zo laten wij horen hoe nieuwe muziek en oude
muziek dicht naast elkaar staan.
Lastly, we asked the Tenso choirs to sing a short psalm by
Sweelinck, in honour of this master of Dutch Renaissance
polyphony. You the public can thus compare the choirs’ performances of contemporary and older works, and hear just how
close new music and old music are to each other.
Daniel Reuss, Cappella Amsterdam
Leo Samama, Nederlands Kamerkoor
1
DE CANON VAN XXSTE-EEUWSE KOORMUZIEK / THE CANON OF XXTH CENTURY CHOIR MUSIC
The concerts feature the most important compositions
from the XXth century chamber choir music canon. All
the great names - Messiaen, Schnittke, Schönberg,
Ligeti and Pärt - are represented, along with new works
for a cappella chamber choir by composers from all
over Europe.
De concerten brengen de belangrijkste stukken uit de canon
van a cappella koormuziek van de XXste eeuw.
Alle grote componisten, zoals Messiaen, Schnittke, Schönberg,
Ligeti en Pärt komen aan bod, gecombineerd met nieuwe
composities voor a cappella kamerkoor van componisten uit
heel Europa.
The programmers of Tenso Dagen Amsterdam asked
their colleagues to bring what they consider the best
and most influential works from the choral repertoire
of the last hundred years to Amsterdam. This led to
the initial establishment of a canon that experts and
amateurs will refine, expand, discuss – but hopefully not
finalize – in the coming weeks.
De programmeurs van Tenso Dagen Amsterdam vroegen hun
collega’s om de in hún ogen meest invloedrijke en mooiste
stukken uit het koorrepertoire van de afgelopen honderd jaar
mee te nemen naar Amsterdam. Dat heeft geleid tot een eerste
opzet van een canon, die in de komende weken door vele kenners
en publiek zal worden verfijnd, uitgebreid, bediscussieerd en
hopelijk nog lang niet vastgelegd.
See www.radio4.nl/tensodagen, where you can also listen Zie www.radio4.nl/tensodagen, waar ook geluidsfragmenten
te horen zijn.
to sound clips.
“Only in the interaction between proven quality – the
permanent – and the experiment – the new – can the new
shed its transience and the permanent its rigidity.
And the establishment of a canon allows the audience
the opportunity not only to gain experience but also to
share experience.”
“Alleen in de wisselwerking tussen bewezen kwaliteit - het
vaste - en het experiment - het nieuwe - verliest het nieuwe zijn
vluchtigheid en het vaste zijn starheid. En het publiek krijgt door
canonvorming de gelegenheid om niet alleen ervaringen op te
doen maar ook om ervaringen te delen.”
Thije Adams, in : Boekman 79 De canondiscussie (2009)
Thije Adams, in : Boekman 79 De canondiscussie (2009)
2
Arthur Sonnen’s lecture (*) will place the Dutch pursuit
of the canon in an international perspective, and will
address the question of whether it is possible to
establish a European art canon.
Arthur Sonnen zal in zijn lezing (*) de Nederlandse canonzucht
in internationaal perspectief plaatsen, en de vraag stellen of
Europese kunst-canonvorming mogelijk is.
(*) see p. 39
(*) zie p. 39
SWEELINCK
Sweelinck - De psalmen
Er bestaat een hardnekkige vooroordeel dat het Nederlandse
muzieklandschap tussen Jan Pieterszoon Sweelinck en Alphons
Diepenbrock uit een moeras van drie eeuwen nietszeggende
muziekjes bestaat. Niets is minder waar. Maar daardoor
wordt er nog steeds nauwelijks enige muziek van eigen bodem
tussen 1600 en 1900 uitgevoerd. Soms lijkt het erop dat ook
de muziek van meester Sweelinck zelf in de vergetelheid dreigt
te raken. En dat terwijl de componist in eigen tijd zeer hoog
werd aangeslagen en met zijn synthese van Franse, Duitse,
Italiaanse en Spaanse technieken een belangrijke schakel vormt
in de muzikale ontwikkelingen van de vocale en instrumentale
muziek vóór Bach. Dit rechtvaardigt zonder meer een plaats van
Sweelincks muziek in deze Nederlandse editie van
de Tenso Dagen.
Sweelinck – The psalms
There is a stubborn preconceived notion that the Dutch
musical landscape between Jan Pieterszoon Sweelinck
and Alphons Diepenbrock consists of nothing more than
three centuries’ worth of musical triteness. Nothing
is farther from the truth. But it means that almost
no homegrown music from the period 1600 to 1900 is
performed. Even worse: the music of the great Sweelink
himself also seems to have been forgotten, even though
the composer was highly thought of in his day, and his
synthesis of French, German and Italian techniques was
an important contribution to developments in vocal and
instrumental music before Bach. This justifies the prominent position given to Sweelinck’s music in this Dutch
edition of the Tenso Dagen.
Sweelincks oeuvre is groot en groots. Het bestaat uit
honderden composities, hoofdzakelijk voor klavier en voor koor Sweelinck bekleedde lange tijd de functie van vaste organist van
de Oude Kerk in Amsterdam. Het wijdst verspreid (want in druk
verschenen) was zijn vocale muziek. Hoewel hij ook katholieke
verzen en gelegenheidstekstjes op muziek zette, vormen de
158 psalmen naar calvinistische berijmingen het belangrijkste
deel van zijn output. Het zijn Franstalige zettingen voor vier
tot acht stemmen, in te delen in onder meer klaagpsalmen,
bedevaartspsalmen, lofliederen en dankliederen. Elke psalm is
wat zijn textuur, tekstzetting en uitbeelding van de woorden
betreft een klein juweel, de weerslag van Sweelincks virtuositeit
en godsvrucht. Als eerbetoon zingen de Tenso koren daarom
één van zijn psalmen.
Sweelinck’s oeuvre is extensive and imposing, comprising hundreds of compositions. That they are chiefly for
clavier and choir can be attributed to Sweelinck’s long
standing function as permanent organist in Amsterdam’s Oude Kerk (Old Church). His vocal music appeared
in print, and was thus the most widely spread. Although
he also set Catholic verses and incidental texts to music,
it is the 158 psalms in the Calvinistic verse setting that
form the most important part of his output. They are
set in French for four to eight voices, and can be divided
into various categories including psalms of lamentation,
pilgrimage psalms, and songs of praise and thanks. Each
psalm is, in its texture, text setting and expression of
the words, a gem reflecting Sweelinck’s virtuosity and
devotion. As a tribute the Tenso choirs perform one of
his short psalms.
Wie meer wil weten over de psalmen kan terecht op de speciale
Sweelinckpagina van Radio 4: sweelinck.radio4.nl/To learn more about the
psalms, go to Radio 4’s special Sweelinck page: sweelinck.radio4.nl
3
CONCERT DONDERDAG 15 OKTOBER / CONCERT THURSDAY 15 OCTOBER / 20:15
Nederlands Kamerkoor
o.l.v./cond Risto Joost
Olivier Messiaen (1908-1992)
Cinq rechants (1948)
André Jolivet (1905-1974)
Epithalame (1953)
Toivo Tulev (1958)
And then in Silence There with
Me Be Only You (2002)
J.P. Sweelinck (1562-1621)
Or soit loué psalm 150
pauze/intermission
Cappella Amsterdam
o.l.v./cond Daniel Reuss
J.P. Sweelinck (1562-1621)
Ainsi qu’on oit le cerf bruire psalm 42
Daan Verlaan (1978)
Haleine (2009)
(wereldpremière/world premiere)
Ton de Leeuw (1926-1996)
Car nos vignes sont en fleur (1981)
4
Dit concert wordt opgenomen door de KRO en
rechtstreeks uitgezonden op Radio 4/This concert will be
recorded by KRO to be broadcast directly on Radio 4
Peter van Onna (1966)
Power of Sleep (2009)
(wereldpremière/world premiere)
TOELICHTING DONDERDAG 15 OKTOBER / NOTES THURSDAY 15 OCTOBER
Olivier Messiaen - Cinq rechants
Geheel terecht komt de muziek van Olivier Messiaen bij herhaling voor in deze koorcanon van de twintigste eeuw. Zijn hele
leven stond in het teken van de goddelijke klank. Decennia
lang verzorgde Messiaen de orgelomlijsting bij kerkdiensten
in Parijs; buiten de kerk componeerde hij ceremonies voor de
concertzaal. Cinq rechants voor twaalf zangers, geschreven
in december 1948, is de afsluiting van het ‘liefdesdrieluik’, dat
was begonnen met de liedcyclus Harawi en de monumentale
Turangalila-symphonie, waaruit Messiaen in dit koorwerk ook
citeert. Naast verwijzingen naar Peruviaanse volksmuziek
gebruikt de componist beroemde liefdesgeschiedenissen als die
van Orpheus en Blauwbaard om tot een hallucinerende ode aan
de liefde te komen, met als middel- én hoogtepunt het extatische derde deel.
Olivier Messiaen - Cinq rechants
The music of Olivier Messiaen appears more than once in
this canon of twentieth century choir music, and justifiably so. His whole life revolved around divine sound. Messiaen provided the organ settings for church services in
Paris for many decades; outside the church he composed ceremonies for the concert hall. Cinq rechants for
twelve singers, written in December 1948, concludes the
‘love triptych’ that began with the song cycle Harawi and
the monumental Turangalila symphony, which Messiaen
cites in this choir work. Besides references to Peruvian
folk music, Messiaen uses such famous love stories as
those of Orpheus and Bluebeard to realize an hallucinatory ode to love, with an ecstatic third section as
midpoint and climax.
André Jolivet - Epithalame
Lange tijd leefde André Jolivet in de schaduw van de Franse
avantgarde-reuzen. Pierre Boulez en de zijnen maakten de
dienst uit in de muziekwereld van vlak na de Tweede Wereldoorlog. Toen hun macht en invloed begon te tanen, was Jolivet
in 1973 reeds overleden, 69 jaar oud. Mede daardoor bereikte
hem niet meer de wereldwijde erkenning die landgenoten als
Henri Dutilleux (inmiddels 93) en Messiaen wel ten deel vielen. De
muziek van Jolivet vormt niettemin een belangrijke schakel in de
twintigste-eeuwse lijn die loopt van Varèse naar Dalbavie. Dat
Jolivet zich niet hield aan serialistische dogma’s wil niet zeggen
dat zijn muziek conservatief is. Wel is zij bijzonder kleurrijk en
met een onmiskenbaar eigen geluid, veelal gegoten in traditionele vormen als symfonie en opera, maar altijd weer
verrassend door het gebruik van oosterse en afrikaanse ritmen
en melismen.
Epithalame voor twaalf zangers valt overigens buiten elke vastomlijnde vorm. Het twintig minuten durend koorwerk, geschre-
André Jolivet - Epithalame
For a long time André Jolivet lived in the shadow of the
giants of the French avant-garde. Pierre Boulez and his
cohorts dominated the post Second World War music
world. Jolivet had already died in 1973, aged 69, when
their power and influence began to wane. This is partly
why he never received the worldwide recognition that his
countrymen Henri Dutilleux (now 93) and Messiaen enjoyed. Nonetheless Jolivet’s music is an important link in
the twentieth century chain that stretches from Varèse
to Dalbavie. Just because Jolivet didn’t follow serialist
dogmas doesn’t mean that his music was conservative.
It was extraordinarily colourful and unmistakably his own,
mostly cast in such traditional forms as symphony and
opera, but still constantly surprising in its use of Eastern
and African rhythms and melismas.
Epithalame, for 12 singers, actually doesn’t follow any
rigid form. The twenty-minute long work, written in hon5
TOELICHTING DONDERDAG 16 OKTOBER / NOTES THURSDAY 16 OCTOBER
our of his wife and his marriage, rushes off in all directions, only to turn to revolving in small circles. A soloist
will suddenly take the floor (Jolivet himself wrote the
text); at other times only pseudo instrumental sounds
can be heard.
Toivo Tulev - And then in Silence There with Me Be Only You
And then in Silence There with Me Be Only You by the
prominent Estonian composer Toivo Tulev is as clear and
lucid as the Northern lights. He dedicated the choral
work to the Brigittinessen, female members of a contemplative order. Tulev had in mind a specific cloister in
Estonian Pirita, where the nuns mainly come from the
South Indian state of Kerala, one of the earliest Christianized areas in the world: Saint Thomas, one of the
twelve apostles, paid a decisive visit in the first century
A.D. This explains Tulev’s setting to music of an Ave
Maria in Malayalam, the official language of Kerala. After
hearing this piece it will come as no surprise to learn
that from an early age Tulev not only drank in the fresh
northern air, but also Gregorian chant.
ven als eerbetoon aan zijn echtgenote en zijn huwelijk, holt alle
richtingen uit om dan weer in kleine kringetjes te draaien. Soms
neemt opeens een solist het woord (Jolivet schreef zelf de
tekst), dan weer klinken slechts pseudo-instrumentale klanken.
Toivo Tulev - And then in Silence There with Me Be Only You
Helder en lucide als het Noorderlicht klinkt And then in Silence
There with Me Be Only You van de toonaangevende Estse componist Toivo Tulev. Hij droeg het koorwerk op aan de Birgittinessen, vrouwelijke leden van een contemplatieve kloosterorde. Specifieker had Tulev een klooster in het Estse Pirita in
gedachten, waarvan de leden grotendeels afkomstig zijn uit de
Zuid-Indiase staat Kerala. Dit gebied behoort tot de vroegste
gekerstende streken ter wereld: Sint Thomas, één van de twaalf
apostelen, zou er in de 1e eeuw na Christus al een cruciaal
bezoek hebben gebracht. Vandaar dat Tulev een Weesgegroet
in het Malayalam, de officiële taal van Kerala, op muziek heeft
gezet. Bij beluistering hoeft niet te verbazen dat Tulev, naast de
frisse noordelijke lucht, van jongs af aan ook de Gregoriaanse
gezangen heeft opgezogen.
J.P. Sweelinck - Or soit loué psalm 150*
J.P. Sweelinck - Or soit loué psalm 150*
J.P. Sweelinck - Ainsi qu’on oit le cerf bruire psalm 42*
J.P. Sweelinck - Ainsi qu’on oit le cerf bruire psalm 42*
Daan Verlaan - Haleine
Daan Verlaan says of Haleine: ‘Jan Arends’ poetry is a
mine field. The words and images he uses are always
direct, simple and naive – they could sometimes even be
called childish. But what the words say is far from naive
and innocent.
Most of his poems are nightmarish, full of despair and
twisted obsessions, and often fantasies of violence. Even
in his milder poems threat is always present.
6
* zie pagina/see page 3
Daan Verlaan - Haleine
Daan Verlaan over Haleine: ‘De poëzie van Jan Arends is een
mijnenveld. De woorden en beelden die hij gebruikt zijn altijd
onomwonden, simpel, naïef en soms zelfs kinderlijk te noemen.
Maar wat zijn woorden zeggen is verre van naïef en onschuldig.
Het grootste gedeelte van zijn gedichten is nachtmerrie-achtig,
vol met wanhoop en wrange dwanggedachten, en niet zelden
geweldsfantasieën. Zelfs in zijn mildere gedichten is er altijd
dreiging aanwezig.
TOELICHTING DONDERDAG 16 OKTOBER / NOTES THURSDAY 16 OCTOBER
In dit universum van wanhoop en eenzaamheid is er een lichtpunt, en dat is Haleine (niet verwonderlijk ook het Franse woord
voor ‘adem’ of ‘briesje’). Zij komt voor in de eerste bundel van
Arends in 1965. Haleine is een venster naar hoop en licht: in
het gedicht over de roofbloemen neemt zij bijna Maria-achtige
proporties aan. Toch is er ook hier een voortdurende dreiging
aanwezig. De waanzin ligt op de loer, onder andere in de vogels
die opduiken in het gedicht Ik heb vannacht. En naast de waanzin
is er een andere dreiging. Want wat als Haleine nu weggaat? Dan
is hij pas echt helemaal alleen.’
There is light in this universe of despair and loneliness,
and that is Haleine (not surprisingly also the French word
for ‘breath’ or ‘breeze’). She appears in Arends’ first collection in 1965. Haleine is a window to hope and light: in
the poem about roofbloemen (flowers of prey) she takes
on almost Maria-like properties. But even here threat is
constantly present. Madness lies in wait, for instance in
the birds that appear in Ik heb vannacht. And aside from
the madness there is another threat. What if Haleine
leaves? Then he’s really alone.’
Ton de Leeuw - Car nos vignes sont en fleur
De werken van Ton de Leeuw vormen, zoals Emile Wennekes
dat omschreef, een ‘blauwdruk van de eeuwigheid’. Dat eeuwige
schuilt niet alleen in de uit het niets ontstane, meditatieve
noten en het gebruik van tastende en aftastende intonaties.
Net zo spiritueel was de levensbeschouwelijke houding van de
componist, die een synthese beoogde tussen - kort door de
bocht geformuleerd - westerse materie en oosterse geest,
zonder daarbij in Oriëntaalse cliché’s te vervallen. Car nos vignes
sont en fleur, gebaseerd op het Bijbelse Hooglied, telt zeven
aaneengesloten delen. Het begint in het duister van de slaap,
maar eindigt in de overwinning: ‘sterk als de dood is de liefde,
beklemmend als het dodenrijk de hartstocht. De liefde is een
vlammend vuur, een laaiende vlam.’ Dit bijzondere koorwerk
vormt een belangrijke schakel in De Leeuws zoektocht naar de
bronnen van de westerse muziek.
Ton de Leeuw - Car nos vignes sont en fleur
The works of Ton de Leeuw form a ‘blueprint for eternity’,
to cite Emile Wennekes. That eternal lurks not only in the
meditative notes that emerge from nowhere and the use
of exploratory and explorative intonations. Just as spiritual was the philosophical attitude of the composer, who
aimed for – to put it simply – a synthesis between western matter and eastern spirit, whilst avoiding Oriental
clichés. Car nos vignes sont en fleur, based on the biblical
Song of Songs, comprises seven connected movements.
It begins in the darkness of sleep, but ends in victory:
‘love is as strong as death, passion as all consuming
as hell-fire. Love is a burning fire, a blazing flame.’ This
extraordinary choral work is an important element in de
Leeuw’s search for the wellsprings of western music.
Peter van Onna - Power of Sleep
Het gedicht Anticipation of Love van Jorge Luis Borges vormt
de basis voor Peter van Onna’s korte koorwerk Power of Sleep.
Van Onna: ‘De tekst handelt over slaap en ook de dromerige
muziek is daarvan doordrenkt. Afgezien van de zesdeligheid van
de tekst, die is overgenomen in het stuk, trekt de muziek echter
Peter van Onna - Power of Sleep
Peter van Onna’s short choral work Power of Sleep is
based on the poem Anticipation of Love by Jorge Luis
Borges. Van Onna: ‘ The text deals with sleep, which also
saturates the dreamy music. The music uses the text’s
six-part form, but for the rest it pursues its own agenda.
I utilize some Imbroglio techniques in Power of Sleep
7
TOELICHTING DONDERDAG 16 OKTOBER / NOTES THURSDAY 16 OCTOBER
(Imbroglio in music can be likened to a trick of the eye
in art). An example is Spatial Melody: the notes of the
melody don’t follow each other within a limited range,
but are placed far apart, in various choral registers.
They constantly swell up through the use of crescendodecrescendo, creating the impression that the choir is
circling on its own axis.
The piece also plays with music history. The attentive
listener will recognize the overtone chord and the Mystical Chord of Skriabin. Crucial points in the Golden Mean
ratio are emphasized by citing existing melodies (albeit
well concealed). For this I chose two great classical composers who both refer to sleep.’
8
ook haar eigen plan. Enkele Imbroglio-technieken (wat gezichtsbedrog is in de beeldende kunst, is Imbroglio in de muziek) komen voor in Power of Sleep. Een voorbeeld van deze technieken
is Ruimtelijke Melodie: melodietonen liggen niet in een beperkte
omvang naast elkaar maar zijn wijd uit elkaar geplaatst, in
verschillende registers van het koor. Ze zwellen steeds aan door
middel van crescendo-decrescendo zodat de indruk ontstaat
dat het koor om zijn eigen as draait.
Verder speelt het stuk een spel met de muziekgeschiedenis en
zal de oplettende luisteraar onder meer het boventoon-akkoord
en het Mystieke Akkoord van Skrjabin terughoren. Cruciale
punten binnen de Gulden Snede-verhouding worden benadrukt doordat hier (zeer bedekt) bestaande melodieën worden
geciteerd. Hiervoor zijn melodieën van twee grote klassieke
componisten gekozen die beide aan slaap refereren.
Olivier Messiaen - Cinq Rechants
I
hayo kapritama lali ssaréno
les amoureux s’envolent
Brangien dans l’espace tu souffles
vers les étoiles de la mort
ha ha ha soif
l’explorateur Orphée
trouve son coeur dans la mort
miroir d’étoile châteu d’étoile
Yseult d’amour séparé
bulle de cristal d’étoile mon retour
Barbe Bleue château de la septième porte
hayo kapritama lali ssaréno
I
hayo kapritama lali ssaréno
the lovers flee
Brangaine in space you blow
toward the stars of death
ha ha ha thirst
the explorer Orpheus
finds his heart in death
star-mirror star-castle
Isolde of love separated
crystal-bubble of the star my return
Bluebeard castle of the seventh door
hayo kapritama lali ssaréno
II
ma première fois terre terre l’éventail
déployé
ma dernière fois terre terre l’éventail
refermé
lumineux mon rire d’ombre
ma jeune étoile sur les fleuves
ha solo de flute
berce les quatre lézards en t’éloignant
mayoma kapritama ssarimâ
mano nadja lâma krîta makrîta mayo
II
my first time earth earth fan unfurled
my last time earth earth fan closed
luminous my shady laugh
my young star on the rivers
ha solo flute
the four lizards as you move away
mayoma kapritama ssarimâ
mano nadja lâma krîta makrîta mayo
III
ma robe d’amour mon amour
ma prison d’amour
faite d’air léger lîla
ma mémoire ma caresse
mayoma ssari mane thikâri
oumi annôla oumi
cheu cheu mayoma kapritama kalimolimo
sari floutî trianguillo yoma
robe tendre
toute la beauté paysage neuf
troubadour Viviane Yseult
tous les circles tous les yeux
pieuvre de lunière blesse
foule rose ma caresse
tous les philtres sont bus ce soir encor
III
my gown of love my love
my prison of love
made of light air lîla
my memory my caress
mayoma ssari mane thikâri
oumi annôla oumi
cheu cheu mayoma kapritama kalimolimo
sari floutî trianguillo yoma
tender gown
all the beauty new landscape
troubadour Vivian Isolde
all the circles all the eyes
octopus of light hurts
pink crowd my caress
all the love potions are drunk tonight again
IV
niokhamâ palalane soukî
mon bouquet tout défait rayone
les volets roses oha
amour du clair au sombre oha
roma tama ssouka rava kali vâli
ssouka nahame kassou
ha mon bouquet rayone
IV
niokhamâ palalane soukî
my crumpled bouquet is radiant
the pink shutters oha
love from light to dark oha
roma tama ssouka rava kali vâli
ssouka nahame kassou
ha my radiant bouquet
V
mayoma kalimolimo
tes yeux voyagent dans le passé
mélodie solaire de corbeille courbe dans le
passé
losangé ma fleur toujours
philter Yseult rameur d’amour
fée Viviane à mon chant d’amour
cercle du jour hayo hayo
foule rose bras tendu
pieuvre aux tentacules d’or
Persée Méduse
l’abeille l’alphabet majeur
fleur du bourdon tourne à mort
quatre lézards la grotte pieuvre et la mort
Corolle qui mord deuxième
garde à manger d’abord
mayoma kalimolimo
dans l’avenir
V
mayoma kalimolimo
your eyes wander into the past
sun-tune of curved capital into the past
diamond-shaped my flower still
love-potion Isolde rower of love
fairy Vivienne to my song of love
circle of day hayo hayo
pink crowd outstretched
octopus with tentacles of gold
Perseus Medusa
the bee the main alphabet
flower of bumble-bee turn to death
four lizards the cave octopus and death
Corolla that bites second
keeps some to eat first
mayoma kalimolimo
into the future
9
André Jolivet - Epithalame
I
Ouvrons les portes de l’amour
Par le verbe qui sied et par l’intonation
juste
IAÉOOUÉA
Fais un heureux jour
sur les ailes de l’Amour.
Toutes autour de toi notre soeur,
Oasis d’amour, oasis de l’amour
Fragile Psyché soeur au doux regard
Petite soeur douce de regard,
Tu es pure et sage comme la tulipe
Pure et sage est la fleur
Pure est la tulipe, sage est la tulipe
Oasis, toutes autour de toi, toutes près de
toi
Pour te chanter l’amour
Aimée aux cheveux bleus, compagne purifiée
Aimée aux cheveux bleus, soeur purifiée
Aimée aux cheveux bleus, ointe d’essences
et de parfums
Et d’onguents consacrés
Ma soeur vêtue de la robe de lin pur
et d’un voile de nuages.
Oasis de l’Amour, frêle Psyché
O pure et sage fleur d’amour
Oasis d’Amour
Aimée toute purifiée dans l’eau des
cataractes
O fragile Psyché, soeur
Jeune fille, pour toi il y a des parfums des
essences rares
Il y a des guirlandes de fleurs pour tes
brunes épaules
Il y a la musique et les chants pour ton
coeur
Et pour ton esprit, le son
Il y a des danseuses virant dans l’air
Pour l’esprit de tes yeux
Pour ton esprit dans tes yeux
Fais un heureux jour, soeur,
Fais ce jour heureux, ô fragile Psyché, ô ma
soeur, aimée
10
10
I
Let us open the gates of love
With the Word which is, and with good
intonation
IAÉOOUÉA
Make glad the day on wings of love
All are around you, our sister,
Oasis of love, oasis of love.
Fragile Psyché sister with a kindly look
Kindly-looking little sister
You are as pure and as good as the tulip
Pure and good is the flower
Pure is the tulip, good is the tulip
Oasis, all are around you, all are near you
To sing to you of love
Beloved with hair of blue, purified wife
Beloved with hair of blue, purified sister
Beloved with hair of blue, anointed with oils
and perfumes
and sacred ungents.
My sister dressed in a pure linen robe and a
veil of clouds
Oasis of love, frail Psyché,
Oh! pure good flower of love
Oasis of love
Beloved all purified in the water of the
cataracts
Frail Psyché, sister,
Young woman, for you there are perfumes
and rare oils
There are garlands of flowers for your
brown shoulders
There is music and singing for your heart
And for your spirit, pure sound
There are dancers spinning in the air
For the life in your eyes,
For your life in their eyes
Make glad the day, sister
Make glad this day, oh fragile Psyché, oh my
sister, beloved
Oasis d’amour pour toi petite soeur et pour
ton fiancé
Fais que ce jour soit heureux,
Pour toi et pour lui qui ce jour soit heureux
Aimée toute purifiée dans l’eau des
cataractes
Jeune fille éternelle dans les jardins de la
pérennité
Thalamos, Ephitalamos
Jeune homme tu crées l’amour par tes
chants
Par nos chants, hommes, nous créons
l’amour
Par le chant, par la voix, par le rythme
Nous créons de l’amour
Il y a ta chérie assise auprès de toi et ses
deux seins près de toi
Auprès de ses deux seins tu es en jubilation
Il y a ta chérie assise auprès de toi
Pour faire l’heureux jour
O mon frère au coeur en liesse, coeur, ami,
en jubilation
Lotus pur dans les champs du soleil
Ton nom s’ élève jusque dans la région des
nuages, audelà des nuages
Ton nom je le crie, je le clame, je l’affirme
O Frère éternel, ô toi frère dans les
jardins de la perennité
Oasis of love for you little sister and for our
betrothed
Make glad this day
for you and for him make glad this day
Beloved all purified in the water of the
cataracts
Eternally young woman in the gardens of
everlastingness.
Thalamos, Ephitalamos
Young man, you are creating love with your
songs
With our songs, men, we are creating love
With singing, with voices, with rhythm,
We are creating love
Your darling is sitting next to you and her
two breasts near to you
Next to her two breasts you are in
exultation
Your darling is sitting next to you
To make glad the day
Oh my brother, whose heart is full of joy,
heart friend in exultation
Pure lotus in the fields of the sun
Your name is raised up to the realm of the
clouds beyond the clouds
I cry out your name, I declare it, I affirm it
Eternal brother, oh you brother in the
gardens of everlastingness.
II
Fille du souffle, eau vive, ô jeune fille
Psyché fragile, tu souris de ton sourire
Parfum mystique des lys clairs de ton coeur
Tu souris à l’être qui doit t’éveiller
Rosée du prime matin de la vie
Clef d’or des rêves des nuits chaudes de
nos espoirs
Dans tes beaux yeux illuminés d’Hyménée
Sourit la jeunesse éternelle, jeune fille
éternelle
II
Daughter of the breeze, living water, oh
young girl
fragile Psyché, you are smiling with your
smile
Mystical perfume of bright lilies of your
heart
You are smiling at him who must wake you
Dew of the first morning life
Golden key to the dreams of our hopes’
warm nights
In your lovely eyes lit up by Hymen
Smiles the eternal youth, eternally young
woman
Au jardin de l’amour
Mon corps a mal à sa belle âme
Soeur de l’azur clair, âme suave de l’éther
Fille du souffle, eau vive, ô jeune fille
Homme, homme, je t’ai cherché, je t’ai
trouvé, je t’ai choisi,
Homme, je t’ai nommé
Homme, tu seras l’homme de cette femme,
Tu seras l’éternel amant de ta divine amie
Mon coeur de ma mère
Celle qui avant toute création existait
Celle qui avant toute forme existait
Homme, tu seras l’éternel amant de ta
divine amie
Celle qui avant que tout être fût crée,
existait pour toi
Celle qui existait pour que tu existes
Quand il n’y avait rien, elle était,
Quand le rien n’avait pas de nom, elle était
Quand régnait le chaos, elle était
Quand du chaos sortit l’ordre, elle etait
Quand le destin n’existait pas, elle était
Quand le destin se révéla, elle était
Quand du chaos sortit l’ordre, elle était
Elle était avant toutes choses
Celle qui est pour que tu existes
Elle est pour que tu existes
Certains ne l’ont pas trouvée
Certains ne l’ont pas vue et pourtant elle
est
Elle est à ta droite, elle est à ta gauche
Elle est ta droite et puis ta gauche
Elle est ton foie, elle est ton coeur, elle est
ton front
Elle est ta nuque
Elle existe, soeur de notre azur clair
Présente dans ton oeil elle est lumière
Présente dans ton flanc elle est mouvement
Présente ton ventre elle est chaleur
Présente dans ta main elle est puissance
Présente dans ta gorge elle est feu
11Présente dans ta poitrine elle est source
vive
In the garden of love
My body aches in its beautiful azure soul
Oh from the azure sky, sweet soul of the
ether
Daughter of the breeze, living water, oh
young woman
Husband, husband, I have sought you, found
you, chosen you
Husband, I have named you
Husband, you shall be spouse to this woman
You shall be the lover to your divine friend
forever
My heart, my mother’s heart
She who was existing before all form she
who existed before all form
Husband, you shall be lover to your divine
friend forever
She who has created before all beings
existed for you
She who existed so that you may exist
When there was nothing, she was there
When nothingness had no name, she was
there
When chaos reigned, she was there
When order came out of chaos, she was
there
When destiny did not exist, she was there
When destiny was reveiled, she was there
When order came out of chaos, she was
there
She was there before all things
She is the one who is so that you may exist
She is so you may exist
Some have not found her
Some have not seen her and yet she is
She is your right hand, she is your left hand
She is your right hence she is your left
She is your liver, she is your heart, she is
your neck, she is your brow
She exists, sister of our azure sky
Present in your eye she is the light
Present in your loins she is movement
Present in your belly she is warmth
Présente dans ton germe elle est toi-même
Elle est toi-même et tu es elle et elle est toi
Vous êtes les parcelles de la grande âme
incandescente
Vous êtes deux, vous êtes un dans la
béatitude de l’amour
Alleluia.
Present in your hand she is power
Present in your throat she is fire
Present in your breast she is the well-spring
Present in your seed she is yourself
And you are she and she is you
You are the particles of the great
incandescent soul
You are two, you are one in love’s bliss
Alleluia
III
Au son de sa lyre Amphion bâtit la muraille
de Thèbes
Au son de nos chants consacrés nous
bâtissons la maison des époux
Dans l’oeil du Dieu caché
Deux est un; les époux habiteront
Deux est un dans l’oeil et le coeur du Dieu
caché
Je bâtis le coeur et l’oeil de la maison des
époux
Dans votre devenir vous avez la force de
fécondation
Dans votre devenir il y a l’Amour
Que vous créerez
Puisque l’Amour c’est la Vie
O couple vous créerez l’amour
Car l’amour c’est la vie
Couple, cherche le plaisir dans le bonheur,
Le bonheur dans le savoir
Le savoir dans l’équilibre dont l’ultime terme
est Amour
Ainsi sera bâti le toit des époux
Dans l’oeil et dans le coeur de Dieu, dans
l’équilibre
O couple éternel dans les jardins de l’Amour
Dans la maison des deux époux
Ouvrons les portes à l’Amour
Ouvrons les portes d’Amour
III
Amphion built the wall of Thebes to the
sound of his lyre
We shall build the nuptial house to the
sound
of our consecrated songs
In the eye of the hidden God
Two are one ; they shall live
In the eye and the heart of the hidden God
I build the heart and the eye of the nuptial
house
In your becoming you have the power of
impregnation
In your becoming there is love
Which you will create
Since love is life.
Oh couple, you create love
Since love is life
Couple! Seek pleasure in happiness
Happiness is knowledge
Knowledge in balance whose condition is love
Thus the nuptial roof will be built
In the eye and the heart of God in perfect
balance
Oh couple! Eternal in the gardens of love
In the house of the espoused
Let us open the gates to Love
Let us open the gates of Love
11
Toivo Tulev - And then in silence there with
me be only You
Nanma niranya Mariame,
Nanma niranya Mariame susti!
Nanma niranya Mariame,
Nanma niranya Mariame, Mariame,
Kartav angayodkude.
Strigalil ang anugrahikapattavalagunnu.
Nanma niranya Mariame susti!
Del Verbo divino
La Virgen preñada
Viene de camino:
Si le dais posada.
Del Verbo divino
La Virgen preñada
Viene de camino
Tu sei benedetta fra le donne / angayude
udaratil falamaya
e benedetto è il frutto del tuo seno Gesù.
Iso
anugrahikapattavanagunnu falamaya Iso
anugrahikapattavanagunnu/ falamaya Iso
anugrahikapattavanagunnu/ angayude
udaratil falamaya
anugrahikapattavanagunnu
e benedetto è il frutto del tuo seno
e benedetto è il frutto del tuo seno
Io, Gesù, Gesù, Iso, Gesù, Gesù, Iso, Iso, Gesù
Iso, Gesù, Iso, Gesù, Gesù, Gesù,
Iso, Iso, Iso, Iso, Gesù, Gesù
e benedetto è il frutto del tuo seno/
falamaya
Gesù, falamayu Iso, Gesù, Iso
Del Verbo divino
La Virgen preñada
Viene de camino:
Si le dais posada.
Iso, Iso, Gesù, Gesù
12
12
J. P. Sweelinck Or soit loué psalm 150
Parisutta Maria(me) Tampurante amme
paapikalaya ñangalkuveendi
ipoolum ñangalude maranasamayattum
Tampuranood apesikaname/ Santa Maria
Madre di Dio
prega per noi peccatori
adesso e nell` ora della nostra morte.
Madre di Dio, prega per noi Gesù
adesso e nell` ora ....Gesù....morte.
Gesù....viene de camino:
Si le dais posada.
Iso, Iso viene de camino /Iso, Iso,
Si le dais posada.
Gesù, Gesù, Gesù, Gesù,
Iso, Gesù, Iso, Iso, Gesù, Gesù
Gesù, Gesù, Gesù, Gesù, Iso,
Gesù, Gesù, Gesù, Gesù, Iso, Iso,
Gesù, Gesù, Iso,
Gesù, Gesù
Or soit loué l’Eternel,
De son sainct lieu supernel,
Soit dis-je, tout hautement
Loué de ce firmament
Plein de sa magnificence
Louez-le tous ses grands faicts,
Soit loué de tant d’effects,
Tesmoins de son excellence.
Now let the Eternal One be praised
Upon his high and holy place;
May He, I say, most highly
Be praised in the firmament
Filled with His magnificence.
Let all praise His great deeds,
May He be praised in all the ways
That bear witness to His Greatness.
Soit joinct avecques la voix,
La plaisant son de hautbois,
Psalterions à leur tour,
Et la harpe et le tabour,
Haut sa louange resonnent.
Phifres esclattent leur ton
Orgues, musette,
D’un accord son los entonnent
May the pleasing sound of the oboe
Be joined with that of the voice.
In turn the psalteries,
Harp and tabor
Sound forth His praise.
The fifes shrill forth their sound,
Organs, bagpipes and the bourdon
Intone His praises with one accord.
Soit le los de sa bonté,
Sur les cymbales chanté,
Qui de leur son argentin,
Son Nom sans cesse et sans fin
Facent retentir et bruire
Bref tout ce qui a pouvoir
De souffler et se mouvoir
Chante à jamais son empire.
May the praise of His goodness
be sung by the cymbals,
May their silvery sound
Sound forth and proclaime
His Name unceasingly.
In short, may all that has the power
Of breath and of movement
Hymn His empire eternally.
Daan Verlaan - Haleine
tekst/text Jan Arends (1925-1974)
J. P. Sweelinck Ainsi qu’on oit le cerf bruire psalm 42
Ainsi qu’on oit le cerf bruire,
Pourchassant le frais des eaux,
Ainsi mon cœur qui souspire,
Seigneur, apres tes ruisseaux:
Va tousiours criant suyvant
Le grand, le grand Dieu vivant:
Helas, donques, quand sera ce,
Que verray de Dieu la face?
Like as the hart doth pant and bray,
the well-springs to obrain;
So doth my soul desire alway,
with thee, Lord, to remain.
My soul doth thirst, and would draw near
the living God of might;
Oh when shall I come and appear
in presence of his sight.
I
Oh / als het maar waaien wil / morgen
als ik met Haleine / naar het park ga.
Iours et nuicts pour ma viande
De pleurs me vay soustenant,
Quand je voy qu`on me demande:
Où est ton Dieu maintenant?
Ie fons en me souvenant,
Qu’en troupe j’alloy menant,
Priant, chantant, grosse bande
Faire au temple son offrande.
The tears all times are my repast,
which from my eyes do slide;
Whilst wicked men cry out so fast,
Where now is God thy guide?
For I did march in good array,
with joyful company,
Unto the temple was our way,
to praise the Lord most high.
Maar als het niet waait / morgen
zal mijn vlieger lachen / en dan vertrapt
Haleine het bootje.
Wij zullen er matrozen zijn
op het kleinste bootje / van de wereld.
IV
Ik heb vannacht / met Haleine geslapen
Ik ben de bijzit / van mijn eigen vlees /
geweest.
Ik heb / onder een donkere maan
naar een liefelijke / blauwe lucht / geslapen.
Ook wil ik / mijn vlieger oplaten.
II
De grote / roofvogel / Iks
is neergestreken / op mijn dak.
Twee vogels / hebben stro
in mijn handen gelegd.
Twee vogels / hebben gefloten / als fluiten,
als noodweer,
als kwade dagen / in aantocht.
Ze zijn weer weggevlogen.
Is / in mijn hoofd / gekomen.
Alleen Haleine / is gebleven.
Heeft / in zijn klauwen / wat ik denk.
Jazeker,
Haleine verlaat mij niet.
III
De roofbloemen / zijn zieker dan de nacht
dan mensen.
geen vertaling beschikbaar/no translation
available
De roofbomen / zijn ongelukkiger
dan dwangarbeiders.
Het roofgras / verdort / waar het niet
regent.
Het regent nooit / waar het roofgras /
groeien wil.
Alleen wanneer / Haleine komt / dan leeft
het boze gewas,
dan staat het gras / als liefde, / dan is de
boom / vol schaduw, dan zijn de bloemen
rood.
Haleine / is water en goedheid.
13
13
Ton de Leeuw - Car nos vignes sont en fleur
tekst/text Hooglied/Song of songs
1
Sur ma couche, dans la nuit, j’ai cherché
celui que mon coeur aime.
2
Je l’ai cherché et ne l’ai pas trouvé.
3
Alors j’ai résolu de me lever, de faire le tour
de la ville, dans les rues et sur les places je
chercherai celui que mon coeur aime.
4
Ah, mon bien aimé est blanc et vermeil, on le
distingue autre mille.
À travers ton voile tes yeux brillent pareils à
ceux d’une colombe.
Sa tête est comme de l’or pur, sa chevelure
est souple comme le palmier.
Tes cheveux sont comme un troupeau
de chèvres suspendus aux flancs de la
montagne.
Tes yeux sont comme de colombes sur les
bords d’un ruis.
Tes lèvres sont comme un ruban écarlate et
ta bouche respire le charme.
Ses joues sont comme un parterre
embaumé massif de fleurs au parfum
odorant.
À travers ton voile, ta joue ressemble à une
moitié de grenade.
Ses lèvres sont des lis d’où découle la
myrrhe. Ses mains sont des anneaux d’or
incrustés de rubis. Sa bouche respire la
douceur. Il est superbe comme les cèdres.
Ton cou est comme la tour de David, tous
les boucliers y sont suspendus et tes deux
seins
sont pareils a deux faons comme les
jumeaux d’une gazelle. Oh, mon amie tu es
toute belle, aucune tache ne dépare ta
14beauté.
14
1
By night on my bed I sought him whom my
soul loveth.
5
5
Oh toi!
O you!
Car voici, l’hiver est passé,
See! The winter is past;
la pluie a cessé, elle s’en est allée,
the rains are over and gone.
2
les fleurs paraissent sur la terre,
Flowers appear on the earth;
I sought him, but I found him not.
le temps de chanter est arrivé,
the season of singing has come;
le roucoulement de la tourterelle se fait
the cooing of doves is heard in our land.
3
entendre.
The fig tree forms its early fruit;
I will rise now, and go about the city in the
Déjà mûrissent les premiers fruits du
the blossoming vines spread their fragrance.
streets, and in the broad ways I will seek him figuier, et la vigne en fleurs exhale son
Arise, come, my darling; my beautiful one,
whom my soul loveth.
parfum.
come with me, my dove, that art in the
Lève toi, mon amie, lève toi et viens ma belle. clefts of the rock,
4
Oh ma colombe, toi qui te cache, dans les
let me see thy countenance, let me hear
My lover is radiant and ruddy, outstanding
fentes du rocher, fais moi voir ton visage,
thy voice;
among ten thousand.
entendre ta voix, oh toi dont la voix est si
O you for sweet is thy voice.
Your eyes behind your veil are doves.
douce.
Set me as a seal upon thine heart.
His head is purest gold; his hair is wavy and Mets moi comme un sceau sur ton coeur.
black as a raven.
6
Your hair is like a flock of goats descending 6
Saw ye him whom my soul loveth?
from Mount Gilead.
Avez vous vu celui que j’aime? J’ai rencontré The watchmen that go about the city found
Your eyes are like doves by the water
les gardes qui font leur ronde dans la ville. me: streams.
A peine les avais je dépassés que je trouvai It was but a little that I passed from them,
Your lips are like a scarlet ribbon; your
celui que mon coeur aime. Je l’ai saisi et je but I found him whom my soul loveth:
mouth is lovely.
ne l’ai point lâché avant de l’avoir introduit I held him, and would not let him go,
His cheeks are like beds of spice yielding
dans la chambre de ma mère.
until I had brought him into my mother’s
perfume.
house.
Your temples behind your veil are like the
halves of a pomegranate.
Peter van Onna - Power of Sleep
His lips are like lilies dripping with myrrh. His tekst/text Jorge Luis Borges (1899-1986) uit/from Anticipation of Love
arms are rods of gold set with chrysolite.
Neither the intimacy of your look, your brow Virgin again, miraculously, by the absolving
His mouth is sweetness itself;
fair as a feast day
Your neck is like the tower of David, built
power of sleep.
with elegance; on it hang a thousand shields, not the favor of your body, still mysterious, quiet and luminous like some happy thing
reserved, and childlike,
all of them shields of warriors. Your two
recovered by memory,
nor what comes to me of your life, settling you will give up that shore of your life that
breasts are like two fawns, like twin fawns
in words or silence,
of a gazelle that browse among the lilies.
you yourself do not own.
All beautiful you are, my darling; there is no will be so mysterious a gift
Cast up into silence
as the sight of your sleep enfolded
flaw in you.
I shall discern that ultimate beach of your
in the vigil of my arms.
being
and see you for the first time, perhaps,
as God must see you--the fiction of Time destroyed,
free from love, from me.
WORKSHOPS
het koor als instrument - workshop over het componeren voor
(kamer)koor, geleid door James Wood (UK)
Jonge componisten uit heel Europa zijn gevraagd om een kort
stuk of fragment voor a cappella kamerkoor te schrijven. In
de workshop werken zangers, dirigent en componisten aan
verschillende aspecten van de uitvoering - stembereik, effecten, kleuring, tekstzetting. De bladmuziek dient slechts als
uitgangspunt, er wordt veel ruimte gemaakt voor bijdragen van
de zangers en aanwezigen. De workshop wordt afgerond met
een korte uitvoering van de fragmenten.
vrijdag 15:30 uur Studio 1 / zaterdag 13:00 uur Studio 1
the choir as instrument - workshop on composing for
choir, led by James Wood (UK)
Young composers from all over Europe were asked to
write a short piece or fragment for an a cappella chamber choir. In these workshops singers and conductor
will work with the composers on various performance
possibilities — effects, vocal range and colour, text setting etc. — where the score serves as starting point,
but where there is also room for a significant contribution from the singers and guests. The workshops will be
rounded off with a short performance of the fragments.
Friday 15:30 hrs Studio 1/Saturday 13:00 hrs Studio 1
de noten waar de klassieke muziek niet meer van houdt workshop over microtonaliteit in vocale muziek, geleid door Lasse
Thoresen (NO)
In de instrumentale muziek is sinds de jaren 80 de diversiteit
van klanken en timbres enorm uitgebreid, maar in de vocale muziek is deze ontwikkeling achtergebleven. De Noorse componist
Lasse Thoresen is initiator van het project Concrescence dat
door de studie van volksmuziek en traditionele technieken de
microtonaliteit weer een plaats wil geven in de vocale muziek.
Op vrijdag zal Lasse Thoresen het Concrescence project introduceren. Op zaterdag werkt zijn collega Gro Shetelig (NO)
met zangers aan het gehoortraining en het klankvoortbrenging.
De deelnemers maken kennis met boventoon-zingen, door de
resonatoren in het menselijke lichaam bepaalde tonen te laten
filteren of juist door te laten geven.
Sander Germanus, componist en directeur van Stichting Huygens-Fokker, centrum voor microtonale muziek, is gastheer; hij geeft een korte
demonstratie van het 31-toons Fokkerorgel dat sinds het voorjaar van
2009 in de Bamzaal in het Muziekgebouw aan ’t IJ staat.
vrijdag 13:00 uur Bamzaal/zaterdag 15:30 uur Bamzaa1
Alle workshops zijn toegankelijk voor het publiek.
the pitches that classical music has learned to hate workshop on microtonality in vocal music, led by Lasse
Thoresen (NO)
Contemporary music has greatly expanded the variety of
timbres used in instrumental music, but similar developments have not occurred in the field of vocal music
and singing. The Norwegian composer Lasse Thoresen is
initiator of the Concrescence project, which aims to to
introduce microtonality in vocal music through the study
of folk music and traditional techniques.
Lasse Thoresen will introduce the Concrescence project
on Friday. On Saturday, his colleague Gro Shetelig (NO)
will work with singers on aural awareness and sound
production. Participants will be introduced to ‘overtone
singing’ or ‘diphonic chant’, by learning to filter out the
overtones of the voices by altering the resonators of
the human body.
Sander Germanus, composer and director of the HuygensFokker Foundation, centre for microtonal music, will host the
workshop and give an introduction to the 31-tone Fokker Organ
situated in the Bamzaal.
Friday 13:00 hrs Bamzaal/Saturday 15:30 hrs Bamzaa1
All workshops are open to the public.
15
CONCERT VRIJDAG 16 OKTOBER / CONCERT FRIDAY 16 OCTOBER / 20.15
Latvijas Radio Koris
o.l.v./cond Sigvards Klava
Santa Ratniece (1977)
Cu Dal (2009)
(wereldpremière/world premiere)
J.P. Sweelinck (1562-1621)
Qui en la garde du haut Dieu psalm 91
Kristaps Petersons (1982)
Twilight Chants (2009)
(wereldpremière/world premiere)
pauze/intermission
Alfred Schnittke (1934-1998)
Psalms of Repentance (1988)
Dit concert wordt opgenomen door de KRO voor uitzending
op Radio op een later tijdstip/ This concert will be recorded
16 by KRO Radio to be broadcast on Radio 4 at a later date.
TOELICHTING VRIJDAG 16 OKTOBER / NOTES FRIDAY 16 OCTOBER
Santa Ratniece - Cu dal
De Letse componiste Santa Ratniece schreef voor het Lets
Radiokoor het koorwerk Saline, naar het opdrogende zoutwater
van de Dode Zee. Als geografische tegenhanger van deze
laagvlakte vond ze het zoute meer Ubsu-Nure in Mongolië, op
753 meter boven zeeniveau. Een pad loopt vanaf die plek naar
het Namtso Meer in Tibet, het hoogste zoutmeer ter wereld,
middenin het Himalaya Gebergte, met de toepasselijke bijnaam
‘Hemels Meer’. De titel van het koorwerk Cu dal is Tibetaans
voor ‘stille wateren’, als ode aan de stilte en onaanraakbaarheid
van het mystieke meer. In het midden ligt een eilandje dat door
monniken alleen ’s winters via het bevroren water te bereiken
is. Ratniece gebruikt ritmiek en rituele muziek van Tibetaanse
monniken om de sfeer van deze heilige plek in het koorwerk te
vatten.
Santa Ratniece - Cu Dal
The Latvian composer Santa Ratniece wrote the choral
work Saline for her country’s Radio Choir. Saline refers
to the evaporating salt water of the Dead Sea. As geographic counterpart to this low-lying lake Ratniece found
the freshwater lake Ubsu-Nure, 753 meters above sea
level in Mongolia. A path runs from here to the Namtso
Lake in the middle of the Tibetan Himalayas. This is the
highest freshwater lake in the world, appropriately nicknamed Heavenly Lake. Cu Dal is Tibetan for ‘still waters’,
as an ode to the serenity and inviolability of the mystical
lake. In the middle of the lake is an island that monks can
only reach by crossing the frozen water in the winter.
Ratniece uses rhythm and the ritual music of the Tibetan
monks to convey the atmosphere of this holy place.
J.P. Sweelinck - Qui en la garde du haut Dieu psalm 91*
J.P. Sweelinck - Qui en la garde du haut Dieu psalm 91*
Kristaps Petersons - Twilight Chants
De jonge Letse componist Kristaps Petersons studeerde zowel
compositie als contrabas, en volgde masterclasses aan de
conservatoria van Oslo en Enschede. Zijn muzikale fascinatie
heeft een elektronische component. Ervaring op dit gebied
kon hij opdoen bij componisten die zijn verbonden aan het
prestigieuze IRCAM in Parijs. Het hoeft dus niet te verbazen
dat Petersons ook voor Twilight Chants om elektronische
versterking vraagt. Zelf zegt de componist over dit werk:
‘De liederen vormen een fictioneel ritueel als onderdeel van
een fictionele religie. Deze religie aanbidt de schemering en
beschouwt die als het moment waarop het goddelijke zich in de
meest visuele vorm manifesteert.’ Petersons gebruikt daarbij
mystieke teksten van de 13e-eeuwse Perzische dichter Jalal
ad-Din Muhammad Balkhi-Rumi (beter bekend als soefi Roemi).
Kristaps Petersons - Twilight Chants
The young Latvian composer Kristaps Petersons studied
composition and double bass, and followed masterclasses at the Oslo and Enschede conservatories. His
musical fascination has an electronic component. He
gained experience in this area with composers allied
to the prestigious IRCAM in Paris. It should therefore
come as no surprise that Petersons calls for electronic
amplification in Twilight Chants. The composer says of
this work: ‘The songs form a fictional ritual as part of
a fictional religion. This religion worships the twilight,
regarding it as the moment when the divine manifests
itself in its most visual form.’ Petersons uses mystical
texts from the 13th century Persian poet Jalal ad-Din
Muhammad Balkhi-Rumi (better known as sufi Rumi).
* zie pagina/see page 3
17
TOELICHTING VRIJDAG 16 OKTOBER / NOTES FRIDAY 16 OCTOBER
Alfred Schnittke - Twelve Psalms of Repentance
Listening to the sober Twelve Psalms of Repentance by
Alfred Schnittke, it is hard to imagine that they came
from the same pen that produced crazy neo-baroque,
mathematical serialism and cartoon-like avant-garde.
But it is also precisely the reason why these twelve
psalms fit so well into the multi style oeuvre of Schnittke.
After decades as provocateur he converted to Roman
Catholicism in 1982. There is also the influence of the
Russian Orthodox church tradition, discernible in such
compositions as the Concerto for Mixed Choir (1985).
This is also the case with the masterly Twelve Psalms
of Repentance, which were premiered on Boxing Day
in 1988 to celebrate a thousand years of the Christian
church in Russia. By then Schnittke had already suffered
his first stroke.
The fifth psalm centres on the Svjatopolk’s fratricide of
Boris and Gleb; here the musical tension could be cut
with a knife. The surrounding psalms deal with related
themes such as sin and the longing for salvation, expressed in stringent and austere music. The last psalm
is wordless - the basses hum bocca chiusa, with closed
mouth from the diaphragm - and the mysterious music
finally dies out in a restless oscillation.
18
Alfred Schnittke - Twaalf Boetepsalmen
Wie naar de sobere Twaalf Boetepsalmen van Alfred Schnittke
luistert, kan zich nauwelijks voorstellen dat ze geschreven
zijn door dezelfde componist die zich met knotsgekke neobarok, wiskundig serialisme en cartooneske avant-garde
inliet. Toch - en juist daarom - passen deze twaalf psalmen
zo goed binnen het polistilistische oeuvre van Schnittke.
Na decennia van provocatie bekeerde hij zich in 1982 tot
het Rooms-Katholicisme. Daarbij valt in composities als
Concerto voor gemengd koor (1985) de invloed van de Russisch
Orthodoxe kerktraditie te bespeuren. Zo ook in de meesterlijke
Boetepsalmen, die op Tweede Kerstdag 1988 in première
gingen, ter viering van de duizendjarige kerstening van Rusland.
Schnittke had zijn eerste beroerte toen reeds achter de rug.
In de vijfde psalm staat de broedermoord van Svjatopolk op
Boris en Gleb centraal, hier is de muzikale spanning dan ook
om te snijden. In de omliggende psalmen worden aanverwante
thema´s als zonde en verlangen naar verlossing behandeld,
en in strenge en spaarzame muziek gevat. De laatste psalm
is woordeloos. Hier neuriëren de bassen bocca chiusa, met
gesloten mond vanuit de diepte, en sterft de mysterieuze
muziek tenslotte uit in een onrustige pendelbeweging.
Santa Ratniece - Cu dal
J. P. Sweelinck Qui en la garde du haut Dieu psalm 91
gul-gul-gul-gul......
spyan chab char ltar `grub....
chu-dal, chu-dal....
spug tu `jug pa....
gul-gul-gul-gul....
chem-me-ba....
chu-dal, chu-dal...
dgun....
skad....
spyan chab char ltar grub...
gnam...lam lam lam lam...
chu-dal...
slowly slowly slowly slowly.........
his tears gushed forth like rain....
still water, still water....
keep on waiting....
slowly slowly slowly slowly....
silence.....
smooth stream...
winter...
voice... cry...
his tears gushed forth like rain...
heaven ... way way way way....
slow flood....
Zhing-khar dpyid-kyi dpal-yon rnam-par
bzhad-naz bjung,
chang-ma`i smyu-gu skyes-par bten-nas
byung,
khyags-bzhu`i chu-phran-rdzhes `brangs
rgyag-nas byung,
khug-rta`i gshog-rtsal-la brten lding-nas
byung.
The gladness of spring has smiled upon the
fields;
It has come on the put-forth buds of the
willow.
It has run hither along the little brook
The ice of which has just thawed
It has come flying on the wing tips of the
swallows.
Dpyid-kyi dus mdzes sa-zhing gYu-yi gdan,
blta-na sdug-pa`i me-tog rab-tu bkra,
skye-rgu`i shing-la bde-skyid re-`dun spel,
srid-mtha`i bar-du sa-steng `bral-med-kye.
The carpet of jade-green fields in the
beautiful spring season
Is a blaze with the most colourful flowers
Which are delight to look at
In the hearts of the people happy hopes are
cherished;
Oh, may spring always be here with us!
blo-gros...
gangs-ri...
rdzi-rlung `jam-po...
shog-khag...
sense....
mountain with snow...
soft breeze...
wing...
Qui en la garde du haut Dieu
Pour jamais se retire,
en ombre bonne et en fort lieu
Retiré se peut dire.
Conclu donc en l’entendement,
Dieu est ma garde seure,
Ma haute tour et fondement,
Sur lequel je m’asseure.
He that within the secret place
of God most high doth dwell,
Under the shadow of his grace
he shall be safe and well.
Thou art my hope and my strong hold,
I to the Lord will say;
My God he is, in him will I
my whole affiance stay.
Kristaps Petersons - Twilight chants
tekst/text Jalal ad-Din Muhammad Balkhi-Rumi (1207-1273)
!!!!!! Ruba’ie #177
The Fount of Life, that never dies,
Is but a sprinkling of Thy grace;
The moon, that lightens all the skies,
A pale reflection of Thy face.
‘The night is dark and long’, I said;
‘Bright, bright the moonshine that I seek’;
That night, the tresses of Thy head,
That moon, the lustre of Thy check.
Èy âb-e hayât qatreh áz âb-e rûkh-át,
V-èy mâh-e falak yek ásar áz tâb-e rûkh-át.
Ghûftam ke shab-e derâz khâham mahtâb,
An-shab shab-e zûlf-e tôst -ô- mahtâb
rûkh-át.
!!!!! Ruba’ie #118
That naked fire
Wherein thou didst expire,
Two hundred beauties were
Not half so fair.
Ân âtash-e shahvat ke chô sâf -ô- sâdehást,
Benghar che neghâr-ân ke áz ân âtash
khâst.
!!!! Ruba’ie #31
OUR barque before Love’s breath
Sailed from the bourn of death;
Love’s wine, when hearts unite,
Illuminates our night.
Wherefore with that same wine
Blest by this faith of mine
Until death’s dawn shall break
My thirst I’ll ever shake.
.Bâ èshq ravân shôd áz ádam markab-è mâ,
Rûshan ze sharâb-è vasl, dâ’em shab-è mâ.
Zân mey ke harâm nîst dar mazhab-è mâ,
Tâ subh-è ádam khushk nayâbî lab-è mâ.
That flame of Love,
The nakedness thereof-What visions of desire
Leap in its fire!
19
Ân âtash-e sâdeh ke tô râ khôrd -ô- bekast,
Ân sâdeh beh áz dô sad neghâr-e zibâ-st.
19
Alfred Schnittke - Stikhi Pokayanniye
tekst/text anon (16de eeuw/16th century)
I
Plakasya Adamo pred’ rayemo sedya:
“Rayu moï, rayu, prekrasniy moï rayu!
Mene bo radi, radyu, sotvoreno byste.
A Evvy radi, rayu, zaklyutcheno byste.
Uvi mnye, greshnomu,
Uvi-i-i bezzakonenu!
Sogreshikho, Gospodi, sogreshikho,
I bezzakonenavakho.
Uzhe azo nye vizhu raiskiya pishtcha,
Uzhe azo nye slishu
arkhangeleska glasa.
Sogreshikho, Gospodi, sogreshikho.
Bozhe milostivye, pomilui mya,
padshago.”
II
Priimi mya, pustyni,
Yako mati tchado svoye,
Vo tikhoye i bezmlevnoye
Nedro svoye, ne brani, pustynya,
Stashilishtchi svoïmi
Otobegoshago ot lukavniya
Bludnitza mira sego.
O prekrasenaya pustyni,
Veselaya dubravitza!
Vozlyubikh bo tya patche
Tzareskykh tchertog
I pozlashtchennykh polat.
I poiydu v luzekh
Po krasnomu tvoyemu vinogradu,
Razlitchnykh tzvetetz tvoïkh,
Dykhayushtche ot vozdukha
Malym vetretzem,
Dvikzhushtche oo dreves
Vetviye svoye kudryavoye.
I budu yako khud zver’
Edin skytayasya,
I begaya tchelovek,
I mnogomyatezhniya ceya zhizni
I sedya platcha i rydaya
Vo glubokom i dikom
20
Nedre tvoyem.
20
I
Adam sat weeping at the gates of paradise:
‘My paradise, my glorious paradise!
You were created for me.
Because of Eve you have been closed to me.
Woe is me, I am a sinner!
Woe, woe is me, I have trespassed!
I have sinned against my God
and I have broken the commandment.
Never again shall I see the fruits of paradise.
Never again shall I hear the voice of the
archangel.
My God, I have sinned.
Merciful God, forgive me,
I have fallen.’
II
O wilderness, gather me
to your silent and gentle lap
like a mother her child.
Do not threaten me, o wilderness,
with your monsters,
me, who flees from
the deceitful seductress of this world.
O beautiful wilderness,
o friendly forest of oaks!
You are more dear to me
than the tzar’s chambers
filled with gold.
I shall walk among the meadows
of your garden of delights
with its many flowers,
where the soft winds stir the air
swaying the twisted branches of the trees.
I shall wander around alone
like a wolf, roaming the world,
shunning Man
and life’s temptations.
Howling and crying I shall hide
in your savage lap.
O Sovereign Lord!
You have gladdened me with earthly riches.
Do not deny me your heavenly kingdom.
O Vladyko Tzaryu!
Nasladil mya yesi zemenykho blago,
I ne lishi mene
Nebesnago tzarestviya tvoyego.
III
Sego radi nishtch yesm’,
Sela ne imeyu,
Dvora svoyego ne styazhayu,
Vinograda ne kopayu,
Po moryu plavaniya ne sotvoryayu.
Z gostmi kupli ne deyu,
Knyazyu ne sluzhu, bolyarom ne totchen,
V slugakho ne potrebyen,
V knizhnom poyutchenii zabytliv,
Tzerkvi Bozhiya ne derzhusya.
Otza svoyego dukhovenago zapoved’
prestupayu,
Tem Boga prognevayu.
Na vsyakaya dyela blagaya ne pamyatliv,
Bezzakoniya ispolnen,
Grekhi svershen,
Dai zhe mi, Gospodi, prezhe konetza
pokayatisya.
III
That is why I live in poverty.
I own no land.
I have no place of my own,
no vineyard in which I labour.
I seek no gain on the seas.
I have no trade with merchants.
I serve no prince.
I am of no use to boyars.
As a servant I am useless.
I am ill-suited to book-learning.
I am not at one with God’s Church.
I scorn the dictates of my spiritual father.
Thus I bring the wrath of God upon myself.
Good deeds are not my aim.
I am filled with disgrace
and laden with sin.
Before the end, grant me, o Lord,
the chance to repent.
IV
Dushe moya, dushe moya,
Potchto vo gresekh prebyvayershi,
Tchiyu tvorishi volyu.
I bez uma myateshisya?
Vostani, ostanisya sego,
I platchisya del svoïkh gortze,
Prezhe dazhe smr’tniy tchas
Ne voskhytit’ tobye:
Togda slezy ne uspeyute.
Pomysli, dushe moya,
Gorkïy tchaso strasheniy i grozniy
I muku vetchnuyu,
Ozhidayushtchu greshnikov mutchiti.
No vospryani, dushe,
Vopiyushtche neprestaneno:
Milostivye, pomilui mya!
IV
My soul, my soul,
why are you in a state of sin?
What Will is it that you obey?
Why are you so insanely restless?
Rise up! Abandon everything
and weep bitterly over your deeds
up to the moment of your death:
for then it will be too late to shed tears.
My soul, remember
the bitter hours
of fear and horror.
Remember the eternal torment which
awaits the sinner.
But rejoice, my soul,
and cry out for evermore:
Merciful God, save me!
V
Okayanne ubogiy tchelovetche!
Vek tvoï kontchayetesya,
I konyetz priblizhayetesya,
A Sud strasheniy gotovitsya.
Gore tebye, ubogaya dushe!
Solnetze ti yest’ na zapadi,
A dene pri vetcheri
I sekira pri koreni.
Dushe, dushe,
Potchto tleyushtchumi petcheshisya?
Dushe, vostrepeshtchi,
Kako ti yavitisya sozdatelyu svoyemu,
I kako ti piti smertrenuyu tchashu,
I kako ti tr’peti smradniya efiopy
I vetcheniya muky,
Oto neya zhe, Khriste,
Molitvami rozheshaya tya
Izbavi dushe nasha.
VI
Zrya korablye naprasno pristavayema,
Vozopista prekrasenaya dva brata Boriso i
Glebo:
“Bratye Svyatopoltche, ne pogubi nayu,
Yeshtche bo yesmi velmi mlady!
Ne podrezhi lozy neplodniya,
Ne sozhni klasa nedozrelago,
Ne prolyei krovi nepovinniya,
Ne sotvori platcha materi nayu!
Polozheni yesmya v Vyshchegorodye
russkiya zemla,
Bozhe nashe, slava tebye.”
VII
Dushe moya, kako ne ustrashayeshisya,
Vidyashtche vo grobekh lezhashtchi,
Kosti obnazheny, smerdyashtchi?
Razumeï i vizhd’:
Gde knyaze, gde vladyka,
Gde bogat, gde nishtche?
Gde lepota obraza,
21
Gde veleretchiye premudrosti?
Gde gordyashtchiyesya o narodekho?
V
O Man, doomed and wretched,
your life-span is dwindling,
your end is nigh,
a fearful judgment will be upon you.
Woe upon you, wretched soul!
Your sun is setting,
daylight is fading,
a sharp axe will cut at the root.
Soul, oh soul,
why do you bemoan your mortality?
Oh Soul, tremble
before you appear in front of your Maker,
before you drink the cup of death,
before you suffer the foul-smelling Devil
and undergo everlasting torment.
Christ, free our souls
from that torment,
and hear our prayers.
Gde zlatom i biserom krasyashtchasya?
Gde kitcheniya i lyubvi?
Gde mzdoïmaniye
I sud nelitzemereno, nepravdoyu
ubystreno?
Gde gospodin ili rabo?
Ne vse li yest’ yedinako:
Prakh i zemlya i kal smerdyashtchii?
O dushe moya potchto ne uzhasayeshisya
serdtzem?
I kako ne ustrashayeshisya Strashnago
sudishtcha
I muky vetcheniya?
O ubogaya dushe!
Pomyani, kako zemnago Tzarya, tlennago
tcheloveka,
Glagola trepetno poslushayeshi
I nebesnago sozdatelya svoyego
Zapovedi ne khranishi.
VI
Zhiveshi po vsya, tchasi sogreshayushtchi
When they beheld the ship that suddenly
A knizhnoye pisaniye ni vo tchto zhe
came, the two handsome brothers Boris and vmenyayeshi,
Gleb cried out:
Yako glumleniyu predolagayeshi:
‘Oh brother Svyatopolk, do not destroy us,
O dushe moya!
we are both still very young!
Vosplatchisya, vopiyushtche ko Khristu:
Do not cut off the saplings
Isuse, spasi mya,
which have not yet borne fruit.
Molitv radi vesekho svyatykho tvoïko
Do not cut the unripe corn.
Izbavi mya vetchnago i gorkago
Do not shed innocent blood.
mutcheniya.
Do not cause our mother sorrow.
They buried us in Vyshgorod, in Russian soil. VIII
Our God be thanked.’
Ashtche khoshtcheshi pobediti
Bezvremyannuyu petchal’,
VII
Ne opetchalisya nikogda zhe
Oh my soul, why are you not afraid
Za koyu-lyubo vremyannuyu vesh’.
at seeing the bodies in the coffins
Ashtche i byen’ budeshi,
and the bare, evil-smelling bones?
Ili obestchesten,
Behold and know:
Ili otgnan,
Where is the prince, where the ruler?
Ne opetchalisya,
Where are the rich, where the poor?
No patche raduïsya.
Where is the beauty of the face?
Togda sya tokmo petchalisya,
Where is the rhetoric of wisdom?
Yegda sogreshishi,
Where are the haughty?
No i togda v meru,
Where are those who parade their gold and
pearls?
Where are pride and love?
Where are the greedy?
Where is the true judgement
which comes the faster
the more lies are told?
Where is the ruler, where the slave?
Is it not all equal,
dust and earth and foul-smelling filth?
Oh my soul, why do you not tremble with
fear?
Why are you not afraid of the terrible
judgement and of eternal torment?
Oh miserable soul!
Remember how attentively you observed
the sayings of the earthly ruler,
who is but mortal,
yet you were deaf to the commandments
of your heavenly Creator.
You dwell in everlasting sin.
You refuse to take seriously the teaching of
the scriptures, you mock them.
Oh my soul!
Weep, cry out to Christ:
‘Jesus, save me!
Deliver me, in response to the prayers of the
saints,
from everlasting, bitter torment.’
VIII
If you wish to overcome
unending sorrow
be not sorrowful
over earthly misfortune.
If you are struck
or dishonoured
or exiled
be not sorrowful
but rejoice.
Be sorrowful only
when you have sinned,
but even then in moderation.
21
21
Da ne vpadeshi vo otchayaniye
I ne pogibneshi.
IX
Vospomyanukh zhitiye svoye kliroskoye
Az nepotrebniy,
Petchalnoye reku i skoropreselnoye,
Gladolya Uvi mnye!
Tchto sotvoryu,
Gde ubo zhivu,
I kako terplyu?
V monastyre ubo igumeni i ikonomi
I kelari i kaznatcheï.
Vkupe zhe i podkelarniki i tchashniki,
I soborniya startzy gordliviya,
Samolyubyem vsi oderzhimy,
I srebrolyubiyem ob’yashasya
I bratonenavideniyem sopletoshasya
I skupostiyu svyazashasya,
I lukavstvom pomratchishasya, okayannii,
Sami deyushtche tmami nepodobnaya,
Nam zhe o yedinom malom nekoyem
malodushiyem
Zelo zazirayushtche.
Sami ubo bezvremenno vkyshakhu
Razlitchnaya brashna,
Nas zhe i khudymi brashny
Ne khotyatu pitati.
Vino zhe i vsyakoye pitye
Vsegda piyakhu,
Sego radi prezresha nas,
Svoyeya radi bezumniya skuposti,
No vyesma obladayushtche,
Nas zhe ni yedinago kratira
spodoblyayushtche.
Ole bezumniya skuposti!
Ole nebratolyubiya!
Ne svedushtche ubo!
Yako yedina Bozhiya blagost’
I kakovo inotcheskoye obeshtchaniye.
No ubo ashtche i vedushtche,
No lukavnuyushtche vo vsyem,
22
22
Do not despair
then you will not destroy yourself.
I svoya tchrevanasyshtchayushtche
I odezhdy rasshiryayushtche.
Krasyashtchesya i gordyashtchesya.
IX
Bogatstvom patsche mirskikh,
I have reflected on my life as a monk
Strannykh zhe i nuzhnykh
as being unworthy.
No i oskorblyayushtche. No vladyko tzaryu
I am saying now something sad and insecure. nebesniy,
Woe is me!
Khriste Bozhe nash.
What things do I undertake?
Podazhd’ nam terpeniye
Where do I live?
Protivu ikh oskorbleniya
What do I endure?
I izbavi ot nasiliya ikh.
There are in the monastery abbots,
I spasi ny, Gospodi,
men responsible for property,
Yako tchelovekolyubetz.
men responsible for land and money,
and many other subordinates
X
as well as older, garrulous monks.
Pridyete, khristonosenii lyudiye,
They are all consumed by selfishness
Vospoïmo mutsheniko stradaniya.
and greed for money.
Vospoïmo mutsheniko stradaniya.
They hate their friends.
Kako po Khriste postradavoshe
Their avarice unites them.
I mnogiya muky pretr’pevoshe.
They are set in their malice, doomed.
O telesye svoyeme ne bregoshe
They never do anything abhorrent themI yedinomyslenno upovaniye imushtche ko
selves
Gospodu.
but they reproach us for minor errors.
Predo Tzari i Knyazi netchestivymi,
They have enjoyed choice foods even at
Khrista ispovedavoshe
inappropriate times,
I dusha svoya polozhisha za veru pravuyu.
but they begrudge us even a bad meal.
Tako i miy niyne druzi i bratiya
They have always drunk wine and other
spostrazhemo
drinks.
Za veru pravoslavnuyu,
They have despised us, mad with greed.
I za svyatiya obiteli,
They have more than enough of everything. I za blagovernago Tzarya nashego,
No one offered us but a single cupful.
I za vse pravoslaviye.
Insane avarice!
Stanemo soprotiv gonyashtchikh nas,
Lack of love towards the brethren!
Ne ustydimo svoyego litza.
They have not considered that godly gifts
Ne uklonimosya ubo, o voïni,
are
Poiydem na suprotivniya i bezbozhniya
intended for everyone.
agaryany,
They have forgotten their monastic vows;
Razoryayushtchikh pravoslavnuyu veru.
if they have not forgotten them,
Se niyne vremya,
they were dishonest in everything.
Somr’tiyu zhivoto kupimo,
They have filled their bellies.
Da ashtche pokhityat nas agaryany
They have piled up heaps of clothing
I proliyut krov’ nashu,
and shown them off before worldly men.
To mutchenitzy budemo Khristu, Bogu
They have not given attention to vagrants
or
poor people but even insulted them.
Christ, our God, our Lord and heavenly
master,
grant us the patience
to endure their insults and blows.
Deliver us from their power.
Save us, Lord, save us,
friend of Man!
X
Christian people, gather together!
Let us praise the sufferings of the martyrs
which mirrored Christ’s sufferings.
They disregarded their bodies,
trusting only in God.
They bore witness to Christ
before dishonourable, godless tzars and
rulers
and bestowed their souls upon the true
faith.
Now, friends and brothers,
we also suffer for the Christian faith
and for the holy kingdom,
for the tzar who has the true faith and for
Christendom.
Let us resist those who oppress us
and retain our honour.
Let us not retreat,
but confront the enemies
and the infidel
who wish to destroy our faith.
Now is the hour
to die in order to secure your eternal life.
And if the enemies capture us
and then shed our blood,
then we shall become martyrs of Christ our
God,
and we shall wear the martyr’s crown of
victory which we have received
from Christ our God and Saviour of our
souls.
nashemu,
Da venetzy pobednymi uvyazemosya oto
Khrista,
Boga i Spasa dushamo nashimo.
XI
Nago izydokho, na platch’ sei,
Mladenetz siy,
Nago i otoïdu paki.
Ubozhe, tchto truzhayusya
I smushtschayusya vsye nago,
Vedaya konyetz zhitiyu.
Divstvo, kako shestvuyem,
Vsi ravnym obrazom
Oto tmi na sveto,
Oto svyeta zhe vo tmu
Oto tcheva materenya
So platchem v miro.
Oto mira zhe petchalnago
Vo grobo.
Zatchalo i konyetz platch’,
Kaya potreba posredniimo?
Sono i senye, metchaniye
Krasota zhiteïskaya.
Uvi, uvi krasnykho
Mnogosopletennago zhitiya!
Yako tzveto, yako prakho, yako stene
prekhodyat.
XI
I entered this life of tears a naked infant.
Naked also I shall leave it.
Powerless – why complain?
Naked – why worry needlessly,
knowing that our life does not last forever?
What a wonder! We all pass in the same way
from darkness into light,
from light into darkness,
and, crying, from the mother’s womb
into the world
and from the sorrowful world
into the grave.
Tears at the beginning and tears at the end.
What fate governs our passing?
Dreams, shadows, temptation –
they are the beauty of everyday life.
Oh woe, oh woe! the magic of the manysided
life!
It passes, like flowers, like dust, like shadows.
XII
(without words)
XII
(zonder woorden)
23
AMATEURKOREN / AMATEUR CHOIRS
24
Tenso believes that new music is for everyone – for
listeners as well as singers – and therefore invites
amateur choirs to participate in the Amsterdam Tenso
Days.
Tenso gelooft dat nieuwe muziek voor iedereen is – voor
luisteraars en zangers – en nodigt daarom amateurkoren uit
om actief mee te doen aan de Tenso Dagen Amsterdam.
OPEN STAGE / Saturday 17 and Sunday 18 October
In the weekend the main hall of the Muziekgebouw aan ’t
IJ will serve as a podium for amateur choirs from across
the Netherlands, who will perform what they think is the
most important, most exciting and most beautiful
XXth century repertoire. The programme will be
announced on the day of the concert.
OPEN PODIUM / zaterdag 17 en zondag 18 oktober
In het weekend is de grote hal van het Muziekgebouw aan ’t IJ
het podium voor amateurkoren uit heel Nederland, die laten
horen wat zij de belangrijkste, spannendste of mooiste muziek
van het XXste-eeuwse repertoire vinden.
Het programma wordt op de dag zelf bekend gemaakt.
SINGALONG / Sunday 18 October 12:00
Everyone is invited to join in! In the space of an hour and
a half René Nieuwint will rehearse and conduct a work
from the canon. Tenso singers will also participate.
SINGALONG / zondag 18 oktober 12:00
Iedereen mag mee doen! Onder leiding van René Nieuwint
wordt in anderhalf uur een stuk uit de canon ingestudeerd en
uitgevoerd. Zangers van de Tenso koren doen mee.
High art and low art, solitary art and participatory art are the
subjects of the lecture (*) of author Connie Palmen.
Hoge kunst en lage kunst, alleen-kunst en samen-kunst komen aan de
orde in de lezing (*) van schrijver Connie Palmen
(*) see p. 39
(*) zie p. 39
WIN JE EIGEN CONCERT 17 OKTOBER / WIN YOUR OWN CONCERT 17 OCTOBER / 15:00
Fiori Musicali
o.l.v./cond Sietse van Wijgerden
Huygens Vocaal Ensemble
o.l.v./cond Hans Tijssen
VU-Kamerkoor
o.l.v./cond Boudewijn Jansen
Drie stukken uit de canon van de XXsteeeuwse koormuziek / Three pieces from the
canon of XXth century choir music
o.l.v./cond Risto Joost, Grete Pedersen,
Kaspars Putninš
Leo Samama (1951)
Als daar muziek voor is
(wereldpremière/world premiere)
www.fiori-musicali.nl
www.huygensmusic.nl
www.vukk.nl
Acht amateurkoren deden mee aan het concours “win je eigen
concert”. De jury, bestaande uit de artistiek leiders van de
Tenso koren, koos drie koren uit. Zij zingen - onder leiding van
hun eigen dirigent - hun favoriete stuk van de canon van de
XXste-eeuwse koormuziek. En ze geven, alledrie, de première van
een stuk van Leo Samama, dat speciaal voor deze gelegenheid is
geschreven, ditmaal onder leiding van een dirigent van de Tenso
koren.
Eight amateur choirs participated in the competition
“win your own concert”. The jury, consisting of the
artistic directors of the Tenso choirs, has chosen
three winning choirs. Conducted by their own chef, they
will sing their favourite choir work from the canon of
XXth century choir music. And all three of them will
give the premiere of a piece by Leo Samama, written
especially for this occasion, conducted by a chef of one
of the Tenso choirs.
25
CONCERT ZATERDAG 17 OKTOBER / CONCERT SATURDAY 17 OCTOBER / 20:15
Eesti Filharmoonia Kammerkoor
o.l.v./cond Daniel Reuss
J.P. Sweelinck (1562-1621)
Du fonds de ma pensee psalm 130
Arvo Pärt (1935)
Magnificat-Antiphonen 1 - 2 - 3 - 5 - 7
(1988)
Cyrillus Kreek (1889-1962)
Taaveti laulud (Psalms of David)
(1923-1932)
- Psalm 22
- Psalm 104
- Önnis on inimene (Blessed is the man)
- Psalm 141
- Psalm 121
Cyrillus Kreek (1889-1962)
Estonian religious folksongs
- Jeesus kõige ülem hää
- Armas Jeesus, sind ma palun
- Kui suur on meie vaesus
choeur de chambre accentus
o.l.v./cond Laurence Equilbey
Francis Poulenc (1899-1963)
Figure Humaine (1943)
Philippe Manoury (1952)
Inharmonies (2008)
Slova ( 2002)
Det Norske Solistkor
o.l.v./cond Grete Pedersen
J.P. Sweelinck (1562-1621)
A Dieu ma voix j’ai hausée psalm 77
Knut Nystedt
Jesus, din søte forening å smake (1961)
(folk tune)
Lasse Thoresen (1949)
Ya Káfi, Ya Sháfi! (1996)
Iannis Xenakis (1922-2001)
Nuits (1968)
Olivier Messiaen (1908-1992)
O sacrum convivium! (1937)
Dit concert wordt opgenomen door de KRO voor uitzending
op Radio op een later tijdstip/ This concert will be recorded
26 by KRO Radio to be broadcast on Radio 4 at a later date.
TOELICHTING ZATERDAG 17 OKTOBER / NOTES SATURDAY 17 OCTOBER
J.P. Sweelinck - Du fonds de ma pensee psalm 130*
J.P. Sweelinck - Du fonds de ma pensee psalm 130*
Arvo Pärt - Magnificat-Antiphonen
De muziek van Arvo Pärt is uit duizenden herkenbaar. Dat maakt
het des te moeilijker om te verklaren waarom de MagnificatAntiphonen (ook bewerkt voor cello-octet) tot zijn beste werk
behoort. Zoals bijna zijn gehele oeuvre worden de Antifonen,
gebaseerd op de katholieke liturgie voor de laatste adventsweken, gekenmerkt door een diep beleefd religieus gevoel, en
zijn ze geschreven in Pärts succesvolle Tintinnabuli- of klokjesstijl: archaïsch, eenvoudig en welluidend. Een verklaring voor
de hoge kwaliteit van deze koormuziek is wellicht de opperste
controle waarmee de componist minimale middelen gebruikt om
tot gevarieerde muziek te komen. Meditatieve sferen worden
doorsneden door subtiel bezwerende ritmiek.
Arvo Pärt - Magnificat-Antiphonen
Arvo Pärt’s music is instantly recognizable, which makes
it even harder to explain what makes the MagnificatAntiphonen (also arranged for cello octet) one of his
best works. The Antifonen, based on the Catholic liturgy
for the last weeks of advent, are - like almost all his
works – characterized by a deep religious feeling and are
written in Pärt’s successful Tintinnabuli, or clock, style:
archaic, simple and tuneful. The extraordinary quality
of this choral music can perhaps be explained by the
absolute control with which the composer uses minimal
means to achieve varied music. Meditative atmospheres
are disrupted by a subtly sinister rhythm.
Cyrillus Kreek - Psalms of David; Õnnis on inimene
Volksmuziek vormde de belangrijkste inspiratiebron voor Cyrillus
Kreek. Mede om die reden wordt hij beschouwd als één van de
belangrijkste grondleggers van de Estse professionele muziek.
Na een muziekstudie in Sint Petersburg vestigde Kreek zich in
Haapsalu in West-Estland, waar hij naast muziekleraar tevens
koordirigent was. Zijn oeuvre voor koor is dan ook aanzienlijk,
met alleen al vijfhonderd canons gebaseerd op hymnes. Zijn
muziek mag neoklassiek heten, in zoverre zij uit klare lijnen is opgebouwd en terugdeinst voor brede gebaren. Gebalanceerd en
knap geconstrueerd zijn de Psalmen van David. Psalm 22 springt
eruit: niet alleen is deze muziek negen jaar ouder dan de overige
psalmen, ook is hier sprake van een meer uitgesproken dramatiek met grote dynamische contrasten.
Cyrillus Kreek - Psalms of David; Õnnis on inimene
Folk music was Cyrillus Kreek’s most important influence.
It is partly for this reason that he is regarded as one of
the most important founders of Estonian professional
music. After studying music in St Petersburg, Kreek
settled in Haapsalu in West Estonia, where he worked as
music teacher and choir conductor. His oeuvre for choir
is therefore prodigious, with five hundred canons based
on hymns alone.
His music could be termed neoclassic, in so far that it
is constructed on clear lines and recoils from expansive
gestures. The Psalms of David are balanced and cleverly
crafted. Psalm 22 stands out: this music nine years older
than the other psalms, and a more pronounced drama
and great dynamic contrasts are discernible.
* zie pagina/see page 3
27
TOELICHTING ZATERDAG 17 OKTOBER / NOTES SATURDAY 17 OCTOBER
28
Francis Poulenc - Figure humaine
One of Francis Poulenc’s favourite poets was the surrealist Paul Éluard (1895-1952). In the middle of the
Second World War this avant-garde artist sent Poulenc
eight poems, which the composer set to music pending liberation. The verse cycle appropriately tells of
hope and despair, love and death, and works towards a
climax, which focuses on the fiercely celebrated freedom.
Poulenc chose two a cappella choirs to emphasize this
humanistic message of mankind’s resilience. The human
voice has to interpret these complex texts without the
help of an instrumental accompaniment.
The two six voice choirs are directed in an ingenious
manner, complement each other, harass each other,
and egg each other on to greater heights. The sombre
third poem, for example, is written in a desolate E flat
minor, but the last echo paves the way for the more
hopeful “Toi ma patience’. This fourth poem’s single choir
contrasts with the complex fifth, where ‘très vite et très
violent’ is indicated. The final song contains an imploring game of call-and response: the second choir sings
‘J’écris ton nom’; at the end this name is actually sung
out in radiant E major: ‘Liberté’.
Francis Poulenc - Figure humaine
Eén van de favoriete dichters van Francis Poulenc was de
surrealist Paul Éluard (1895-1952). Deze avant-gardistische
kunstenaar stuurde Poulenc midden in de Tweede Wereldoorlog
acht gedichten die de componist in afwachting van de bevrijding
op muziek zette. De dichtcyclus verhaalt toepasselijk van hoop
en wanhoop, liefde en dood, en werkt naar een climax waarin de
fel bezongen vrijheid centraal staat. Poulenc benadrukte deze
humanistische boodschap van menselijke veerkracht door te
kiezen voor de bezetting van twee a cappella koren. De menselijke stem moest deze complexe tekst vertolken zonder hulp van
instrumentale begeleiding.
De twee zesstemmige koren worden op ingenieuze wijze aangestuurd, vullen elkaar aan, bestoken elkaar, jagen elkaar op
tot grote hoogten. Het duistere derde gedicht bijvoorbeeld
heeft als toonsoort een troosteloos es-klein, maar de laatste
echo bereidt de weg voor het hoopvollere ‘Toi ma patience’. De
enkele koorbezetting van dit vierde gedicht contrasteert met
het complexe vijfde, dat de aanwijzing ‘très vite et très violent’ heeft meegekregen. Het laatste lied tenslotte kent een
bezwerend vraag-en-antwoordspel: ‘J’écris ton nom’, zingt het
tweede koor, en aan het slot wordt deze naam in stralend Egroot daadwerkelijk uitgezongen: ‘Liberté’.
Philippe Manoury - Inharmonies and Slova
The music of the French composer Philippe Manoury has
something in common with Jackson Pollock’s paintings.
Just as the painter produces abstract and wild colourscapes through seemingly random drip techniques, so
do Manoury’s pointillist passages and distorted masses
of sound result in amazing abstract compositions. The
sound masses are reminiscent of Xenakis, who has had a
strong influence on Manoury.
Inharmonies for 24 voices, which employs techniques
Philippe Manoury - Inharmonies en Slova
De muziek van de Franse componist Philippe Manoury heeft
wel iets weg van de schilderijen van Jackson Pollock. Zoals bij
die schilder via schijnbaar willekeurige druiptechnieken een
abstract en woest kleurenlandschap ontstaat, zo vormen bij
Manoury pointillistische passages en vervormde klankmassa’s
wonderbaarlijk abstracte composities. Die klankmassa’s herinneren aan het werk van Xenakis, door wie Manoury dan ook zeer
is beïnvloed.
Inharmonies voor 24 stemmen behoort tot zijn meest experi-
TOELICHTING ZATERDAG 17 OKTOBER / NOTES SATURDAY 17 OCTOBER
mentele werk, waarbij hij gebruik maakt van technieken uit de
elektronische muziek. Zoals de titel verraadt gaat het hier om
‘inharmonicité’, waarbij een geluidsfrequentie wordt ingedikt of
juist uitgerekt. Het is een intellectuele benadering van zo iets
emotioneels als muziek, onder het motto ‘La musica é una cosa
mentale’ (naar Leonardo da Vinci’s uitspraak ‘La pintura é una
cosa mentale’).
Slova is een driedelige cyclus voor gemengd koor op teksten van
Daniela Langer. Dat de keuze op de Tsjechische taal is gevallen
heeft onder andere te maken met ‘sonoriteit’: het Tsjechisch
is uitermate rijk aan medeklinkers en vormt daarmee een zeer
vruchtbaar onderzoeksgebied. Tijdens experimenten die Manoury heeft verricht aan het IRCAM (Institut de Recherche et
Coordination Acoustique/Musique) heeft hij nieuwe klankideeën
ontwikkeld, zoals ‘balans’ tussen stemhebbende en stemloze
klanken, incidentele verlengingen, het uit elkaar trekken van
klinkers en medeklinkers. Alle technieken die Manoury heeft
uitgewerkt op het gebied van de spraaksynthese in een experimentele omgeving krijgen in Slova hun beslag in de vorm van
een compositie voor een waar, menselijk koor. Het geheel is een
verre herinnering aan enkele Mahleriaanse symfonieën, met een
lang eerste deel, een scherzando in het midden en ten slotte
een adagio.
from electronic music, is one of his most experimental
works. Centring on ‘inharmonicité’, whereby a frequency
is compressed or stretched, this is an intellectual approach to something as emotional as music, under the
motto ‘La musica é una cosa mentale’ (a reference to
Leonardo da Vinci’s pronouncement ‘La pintura é una
cosa mentale’).
Slova is a three-part cycle for mixed choir with texts by
Daniela Langer. The choice for Czech was partly due to
its ‘sonority’: it is extremely rich in consonants and thus
offers a fertile field of research. During experiments
at the IRCAM (Institut de Recherche et Coordination
Acoustique/Musique) Manoury developed new ideas such
as ‘balance’ between voiced and voiceless sounds, incidental extension of sound, and the separation of vowels
and consonants. All the techniques revolving around vocal synthesis, which Manoury developed in an experimental setting, find expression in Slova, a composition for a
real, human choir. The whole is a far reminder of some
of Mahler’s symphonies, with a long first movement, a
scherzando in the middle and an adagio as conclusion.
J.P. Sweelinck - A Dieu ma voix j’ai hausée psalm 77*
Knut Nystedt - Jesus, din søte forening å smake (folk tune)
He is now 94: Knut Nystedt, the eminent Norwegian
musician, was born so long ago that his city of birth still
had the name Kristiania instead of Oslo. He studied with
the American composer Aaron Copland among others,
but his most important musical influences came from
home. A sound Christian upbringing brought Nystedt into
contact with hymns, Gregorian chant and the music of
Palestrina, which is apparent in his own work. He gained
respect as choir conductor in 1950 with the founding
Knut Nystedt - Jesus, din søte forening å smake (folk tune)
Inmiddels is hij 94: Knut Nystedt, de eminente Noorse musicus,
kwam zo lang geleden ter wereld dat zijn geboortestad nog de
naam Kristiania droeg in plaats van Oslo. Hij studeerde onder
meer bij de Amerikaanse componist Aaron Copland, maar de
belangrijkste muzikale invloeden kreeg hij van huis uit mee. Een
degelijke christelijke opvoeding bracht Nystedt al vroeg in aanraking met hymnes, Gregoriaanse gezangen en de muziek van
* zie pagina/see page 3
J.P. Sweelinck - A Dieu ma voix j’ai hausée psalm 77*
29
TOELICHTING ZATERDAG 17 OKTOBER / NOTES SATURDAY 17 OCTOBER
of Det Norske Solistkor. He was attached to a church in
Oslo as organist, and taught choir conducting for more
than twenty years at the university of that city. Reason
enough for the king of Norway to knight Nystedt in the
Order of Saint Olav, named after the ruler who converted the country to Christianity in the eleventh century.
Lasse Thoresen - Yá Káfi, Yá Sháfi! The Long Healing
Prayer
Unity in diversity. In the Middle East of the mid nineteenth century the Bahá’i movement presented an
alternative to exclusive religious communities under that
motto. The Bahá’i looked beyond the barriers of race and
belief, and searched for a more universal
path to enlightenment, although they did use tested
methods like prayer and meditation. Music was regarded
as a ladder, which the soul could ascend to attain a
higher state of being. No wonder that the Norwegian
Lasse Thoresen saw music as the best medium in his
attempts to combine Western culture with Bahá’i values.
According to Thoresen music is not an abstract organization of sound, but a concrete way of conveying human
ideas and emotions.
Yá Káfi, Yá Sháfi! The Long Healing Prayer is a plea for
healing. In Arabic, God is addressed by various titles, after which the soloist intones the actual prayer in english.
30
Palestrina, hetgeen in zijn eigen werk goed is terug te horen.
Aanzien als koordirigent verwierf hij vanaf 1950 met de oprichting van Det Norske Solistkor. Als organist was hij verbonden
aan een kerk in Oslo, aan de universiteit aldaar doceerde hij ruim
twintig jaar koordirectie. Redenen genoeg voor de Koning van
Noorwegen om Nystedt te ridderen in de Orde van Sint Olav,
genoemd naar de heerser die het land in de elfde eeuw definitief
tot het Christendom bekeerde.
Lasse Thoresen - Yá Káfi, Yá Sháfi! The Long Healing Prayer
Eenheid in diversiteit. Onder dat motto presenteerde de Bahá´i
beweging halverwege de negentiende eeuw in het Midden Oosten een alternatief voor exclusieve religieuze gemeenschappen.
Er werd voorbij de grenzen van ras en geloof gekeken, en gezocht naar een universele manier om tot verlichting te komen al werd daarbij gebruik gemaakt van geijkte methodes als gebed
en meditatie. Muziek werd gezien als een ladder, langs welke de
ziel omhoog kon klimmen om een hogere staat van zijn te bereiken. Geen wonder dat de Noorse componist Lasse Thoresen,
in een poging Westerse cultuur met de waarden van Bahá´i te
combineren, muziek als het juiste middel daartoe zag. Muziek is
volgens hem ook geen abstracte organisatie van geluid, maar
een concrete manier om menselijke ideeën en emoties over te
brengen.
Yá Káfi, Yá Sháfi! The Long Healing Prayer is een verzoek om genezing. In de cadans van het Arabisch wordt God met uiteenlopende titels aangesproken, waarna de solist in het Engels het
daadwerkelijke gebed aanheft.
TOELICHTING ZATERDAG 17 OKTOBER / NOTES SATURDAY 17 OCTOBER
Iannis Xenakis - Nuits
Een canon van twintigste-eeuwse koormuziek is niet compleet zonder Iannis Xenakis. Als leerling van Messiaen werd hij
onderwezen in de analytische benadering van muziek, hetgeen
bij de Griekse componist in goede aarde viel. Hij bleek compromisloos in het gebruik van ingewikkelde wiskundige modellen, die
paradoxaal genoeg resulteerden in werken van grote primitieve
kracht. Zo ook Nuits voor 12 stemmen, geschreven ter morele
ondersteuning van gevangenen die op politieke gronden vastzitten. Het pleidooi is des te krachtiger door het achterwege laten
van woorden: (on)aards gejammer voert de boventoon.
Iannis Xenakis - Nuits
A canon of twentieth century choral music would not be
complete without Iannis Xenakis. As student of Messiaen
he learnt the analytical approach to music, which struck
a chord with the Greek composer. He turned out to be
uncompromising in his use of complicated mathematical models, which paradoxically enough produced works
of enormous primitive power. This is also the case with
Nuits for 12 voices, written in moral support of political
prisoners. The lack of words only serves to strengthen
the plea: (un)earthly wailing predominates.
Olivier Messiaen - O Sacrum convivium!
De zwaar religieuze Olivier Messiaen heeft nooit een mis of
cantate geschreven waarin teksten uit de liturgie op formele
wijze worden uitgedrukt. Hij was eerder uit op een muzikaal
eigenzinnige weergave van katholieke begrippen en symbolen,
die hij soms in een grotere context van universeel spiritualisme
plaatste. Hij bleef zijn religieuze inborst trouw, maar beperkte
zich niet tot de voorgeschreven verzen.
Een uitzondering hierop is O Sacrum convivium! Dit motet bestaat geheel uit de liturgische verzen die de heilige communie
begeleiden. Het relatief vroege werk uit 1937 is geschreven voor
vier zangstemmen, met een glansrol voor de sopranen. Er wordt
reeds vooruit gewezen naar een aantal muzikale technieken, die
Messiaen tijdens en na de Tweede Wereldoorlog tot in de finesses zou uitwerken. Zo is er sprake van asymmetrische ritmiek:
in plaats van een standaard maatsoort gebruikt Messiaen het
complexe ritme van de eerste twee maten, 3+2+2+2, 2+1+4 (‘Osa-crum-con vi-vi-um’), als uitgangspunt.
Olivier Messiaen - O Sacrum convivium!
The deeply religious Olivier Messiaen never wrote a mass
or cantata in which the liturgy is formally expressed
in the text. Rather he aimed for an individual musical
reflection of Catholic concepts and symbols, which he
sometimes placed within a larger context of universal
spiritualism. He stayed true to his religious nature, but
didn’t confine himself to existing verses.
O sacrum convivium! is the exception. This motet is
entirely composed of the liturgical verses accompanying the Holy Communion. A relatively early work from
1937, it is written for four voices, with a starring role for
the sopranos. The work already heralds various musical
techniques that Messiaen would later perfect during and
after the Second World War. An example is asymmetrical
rhythms: instead of a standard time signature Messiaen
uses the complex rhythm of the first two bars as starting point - 3+2+2+2, 2+1+4 (‘O-sa-crum-con vi-vi-um’).
31
J.P. Sweelinck - Du fonds de ma pensee
psalm 130
Du fonds de ma pensee
Au fonds de tous ennuis
A toy s’est adressee
Ma clameur jours et nuicts
Enten ma voix plaintive
Seigneur, il est saison:
Ton oreille ententive
Soit à mon raison
Arvo Pärt - Magnificat-Antiphonen
O Weisheit, hervorgegangen aus dem Munde
des Höchsten
die Welt umspannst du von einem Ende zum
andern,
in Kraft und Milde ordnest du alles:
O komm und offenbare uns den Weg der
Weisheit und der Einsicht.
O Adonai, der Herr und Führer des Hauses
Israel,
im flammenden Dornbusch bist du dem
Mose erschienen,
und hast ihm auf dem Berg das Gesetz
gegeben:
o komm und befreie uns mit deinem starken
Arm.
O Sproß aus Isais Wurzel, gesetzt zum
Zeichen für die Völker,
vor dir verstummen die Herrscher der Erde,
dich flehen an die Völker: o komm und
errette uns
erhebe dich, säume nicht länger.
O Morgenstern, Glanz des unversehrten
Lichtes.
Der Gerechtigkeit strahlende Sonne:
o komm und erleuchte, die da sitzen in
Finsternis und im Schatten des Todes.
O Immanuel, unser König und Lehrer,
du Hoffnung und Heiland der Völker:
32
o komm, eile und schaffe uns Hilfe,
du unser Herr und unser Gott.
Cyrillus Kreek - Taaveti laulud
(Psalms of David )
Lord, unto thee I make my moan,
when dangers me oppress;
I call, I sigh, complain, and groan,
trusting to find release
Hearken, O Lord, to my request,
unto my suit incline,
And let thine ears, O Lord, be pressed
to hear this prayer of mine.
Taaveti laul 22
Mu Jumal, mikspärast oled sa mind maha
jätnud?
Päeval hüüan mina, aga sa ei vasta!
Ja ööselgi ei ole mina mitte vait.
Kõik, kes mind näevad, hirvitavad mind;
Nemad ajavad suu ammuli ja vangutavad
pead.
Palju värsa on mu ümber tulnud,
Paasani sõnnid on mu ümber piiranud.
Mu rammu on kui potitükk ära kuivanud
ja minu keel on mu suulae küljes kinni
ja sa paned mind surma põrmu.
Aga sina, Jehoova, mu Jumal, päästa mu hing
ja ära ole mitte kaugel.
Päästa mu hing, mis üksik on.
Psalm 22
My God, why hast thou forsaken me?
O my God, I cry in the day-time but thou
dost not answer
in the night I cry nut get no respite.
All who see me jeer at me,
make mouths at me and wag their heads:
a herd of bulls surrounds me,
great bulls of Bashan beset me.
My mouth is dry as a potsherd,
and my tongue sticks to my jaw;
I am laid low in the dust of death.
But do not remain so far away, o Lord;
O my help, hasten to my aid.
Taaveti laul 104
Kiida, mu hing, Issandat!
Kiidetud oled Sina! Issand, mu Jumal,
Sa oled suur.
Kui suured on Sinu teod Issand!
Sa oled kõik targasti teinud.
Au olgu Isale, Pojale, Pühale Vaimule nüüd ja
igavest. Aamen.
Psalm 104
Bless the Lord, my soul:
O Lord, my God, thou art great indeed /…/
Countless are the things thou hast made,
O Lord.
Thou hast made all by thy wisdom, /…/
Glory to the Father, the Son and the Holy
Spirit. Amen.
Õnnis on inimene
Õnnis on inimene,
kes ei käi õelate nõu järele.
Sest Issand tunneb õigete teed,
aga õelate tee läheb hukka.
Teenige Issandat kartusega
ja olge rõõmsad värisemisega.
O Morning star, incandescence of pure light, Väga õndsad on kõik, kes Tema juurde
kipuvad.
Radiant sun of righteousness;
Tõuse üles, Issand, päästa mind, mu Jumal.
O come and enlighten
Those who sit there in darkness and in the Au olgu Isale, Pojale ja Pühale Vaimule, nüüd
ja igavest. Aamen.
shadow of death.
Blessed is the man
Blessed is the man
who does not take the wicked for his guide.
Alleluja!
The Lord watches over the way of the
righteous,
but the way of the wicked is doomed.
Worship the Lord with reverence,
tremble, and kiss the king.
Blessed are all who find refuge in him.
Rise up, Lord, save me, O my God.
Glory to the Father, the Son and the Holy
Spirit,
Now and for ever. Amen.
O Wisdom, proceeding from the mouth of
the Most High,
Thou encirclest the world from one end to
the other,
Thou orderest all things with might and
mercy:
O come to us and reveal the way of wisdom
and of understanding
O Adonai, the Lord and leader of the house
of Israel,
In the burning bush hast thou appeared
unto Moses
And given him the law upon the mountain:
O come and deliver us with thy powerful arm
O Scion of Isaiah’s Line, predestined to be a
sign for The nations,
The rulers of the earth fall silent before
thee,
The Nations cry unto thee:
O come and save us, bestir thyself, delay no
longer
O Emmanuel, our king and counselor,
Thou hope and saviour of the nations:
O come, make haste to help us,
Thou our Lord and our God, our God
Cyrillus Kreek Estonian Religious Folksongs
Taaveti laul 141
Issand, ma hüüan Su poole, kuule mind!
Kuule mu palve häält, kui ma Su poole hüüan.
Olgu mu palve kui suitsetamise rohi Su palge
ees,
mu käte ülestõstmine kui õhtune ohver.
Kuule Sa mind, oh Issand!
Taaveti laul 121
Päeval ei pea päikene sind vaevama,
ega öösel kuu.
Ma tõstan oma silmad üles mägede poole,
kust minu abi tuleb.
Mu abi tuleb Jehoova käest,
kes kõik taeva, maa on teinud.
Päeval ei pea päikene sind vaevama,
ega öösel kuu.
Psalm 141
O Lord, I call to thee, come quickly to my aid;
listen to my cry when I call to thee.
Let my prayer be like incense duly set
before thee
and my raised hands like the evening
sacrifice.
Listen to my cry…
Psalm 121
The sun will not strike you by day
nor the moon by night.
If I lift up my eyes to the hills,
where shall I find help?
Help comes only from the Lord,
maker of heaven and earth.
The sun will not strike you by day,
nor the moon by night.
Armas Jeesus, Sind ma palun,
päev on looja minemas, öö on pääle tulemas,
siis Su palge ette tulen,
võta puhastada keelt, südant, käsi,
mõtteid, meelt.
Nüüd on päev ju läinud mööda, pime öö on
tulnud ju,
mulle oma valgust too,
Sul on minu häda teada:
armas sõber, ole Sa pimedas mu valgus ka.
Dear Jesus, I pray to You.
The day is passing and night is coming soon.
I come in front of You,
Please purify my tongue, my heart, and my
hands,
My thoughts and my mind.
Now the day is passed and dark night has
begun.
Please bring me your light.
You know my troubles:
Dear friend, please be my light in the
darkness.
Jeesus kõige ülem hää,
hingamist toob hingele.
Mis ma iial himustan, seda mina temalt saan.
Siis tahan ma Sind armasta.
Sinust, armas Jeesuke saab ju küll mu
hingele!
Jesus is the best of all good things,
He will bring relief to my soul.
What ever I need, I will get from him.
I want to love You, and You alone.
O, Jesus, that’s enough for my soul.
Kui suur on meie vaesus, veel suurem
õnnistus.
Patustepõlve seisus ei tee meid kartlikuks.
See püha Jeesu veri, see katab meid kui
meri,
ta külje haavusse.
Meid hinge surmast Issand nüüd armust
ärata.
Ja meie kurja südant Sa ise sureta.
Uut elu anna jälle, et südame ja meele
Su poole tõstame.
Whilst great our penury, still greater our
blessing.
Sinful life will not lead to piety.
But Jesus’ holy blood shall shelter us like
sea,
flooding from his wounds.
Let Grace of Yours awake our souls,
and deem our evil hearts.
Rewake our lives to help our hearts
and minds towards you ascend.
33
33
Francis Poulenc - Figure Humaine
tekst/text Paul Éluard (1895-1952)
I
De tous les printemps du monde
Celui-ci est le plus laid
Entre toutes mes façons d’être
La confiante est la meilleure
I
Of all spring times of the world
Never was there one so vile
I may have many ways of the being
But the best is the most trusting
L’herbe soulève la neige
Comme la pierre d’un tombeau
Moi je dors dans la tempête
Et je m’éveille les yeux clairs
See how the grass lifts the snow
As if it were a grave yard stone
I myself sleep in the tempest
And I awake with undimmed eyes
Le lent le petit temps s’achève
Où toute rue devait passer
Par mes plus intimes retraites
Pour que je rencontre quelqu’un
Je n’entends pas parler les monstres
Je les connais ils ont tout dit
Je ne vois que les beaux visages
Les bons visages sûrs d’eux-mêmes
Sûrs de ruiner bientôt leurs maîtres.
Slow moving time comes to an end
Where all streets had to pass
Traversing all my most secret places
So that I could meet someone
II
En chantant les servantes s’élancent
Pour rafraîchir la place où l’on tuait
Petites filles en poudre vite agenouillées
Leurs mains aux soupiraux de la fraîcheur
Sont bleues comme une expérience
Un grand matin joyeux
Faites face à leurs mains les morts
Faites face à leurs yeux liquides
C’est la toilette des éphémères
La dernière toilette de la vie
Les pierres descendent disparaissent
Dans l’eau vaste essentielle
La dernière toilette des heures
A peine un souvenir ému
Aux puits taris de la vertu
Aux longues absences encombrantes
Et l’on s’abandonne à la chair très tendre
Aux prestiges de la faiblesse.
34
34
I do not hear the monsters talking
I know them well all that they say
But I see only lovely face
Good faces beautiful
Sure soon to ruin their masters.
II
As they sing see the maids rushing forward
To tidy up the place where blood has flowed
And little girls in their powder quickly
kneeling downthere
Their hands held out towards the fresher air
Are blue like a new sensation
on some great joyous day
Face their hands, O ye dead
And their eyes that are liquefying
This is the toilet the mayflies’ toilet
The final toilet of this mortal life
Down go the stones sinking disappearing
In the waters primal waters
For the ultimate toilet of time
No poignant memory remains
At those dry wells devoid of virtue
At long absences which we find awkward
Yet we surrender all
To the spell of our human weakness
III
Aussi bas que le silence
D’un mort planté dans la terre
Rien que ténèbres en tête
III
Hushed and still in silence wrapt
Like a corpse that lies in the earth
Its head full of darkness and shadows
Aussi monotone et sourd
Que l’automne dans la mare
Couverte de honte mate
As deaf and monotonous
As autumn in the pond
Covered with dull sham
Le poison veuf de sa fleur
Et de ses bêtes dorées
Crache sa nuit sur les hommes
Poison bereft of its flowers
And of its golden monsters
Spits out its night over all men
IV
Toi ma patiente ma patiente ma parente
Gorge haut suspendue orgue de la nuit
lente
Révérence cachant tous les ciels dans sa
grâce
Prépare à la vengeance un lit d’où je naîtrai.
IV
Thou patient one thou O my patience O my
parent
Throat held high, proudly carried slow night’s
resounding organ
Curt sey hiding all heav’n in its grace
Prepare for vengeance a bed where I’ll be
born
V
Riant du ciel et des planètes
La bouche imbibée de confiance
Les sages
Veulent des fils
Et des fils de leurs fils
Jusqu’à périr d’usure
Le temps ne pèse que des fous
L’abîme est seul à verdoyer
Et les sages sont ridicules
VI
Le jour m’étonne et la nuit me fait peur
L’été me hante et l’hiver me poursuit
Un animal sur la neige a posé
Ses pattes sur le sable ou dans la boue.
Ses pattes nues plus loin que mes pas
Sur une piste où la mort
A les empreintes de la vie
V
With laughter for the sky and planets
With mouths soaked in confidence and
courage
Men
Wise men wish for sons
And for sons for their sons
until they waste away and perish
The mad alone are weighed by time
The only green is in the void
And the wise men are only foolish
VI
Surprised by day and by night made afraid
The summer haunts me and winter pursues
me
An animal on the snow has placed
Its paws upon the sand or in the mire
Paws that came further than my steps
Upon a track where on death
with life’s own hall mark is imprinted
VII
La menace sous le ciel rouge
Venait d’en bas les mâchoires
Des écailles des anneaux
D’une chaîne glissante et lourde
VII
Came the dark threat beneath the red sky
From under neath gaping jaws
and scales and links the dark threat came
Of a chain slippery and heavy
VIII Liberté
Sur mes cahiers d’écolier
Sur mon pupitre et les arbres
Sur le sable sur la neige
J’écris ton nom
On images bright and shining
On the arms of warriors
And on the crown of the Kings
I write your name
La vie était distribuée
Largement pour que la mort
Prît au sérieux le tribut
Qu’on lui payait sans compter
Life was distributed
Widely and far just so that death
Took seriously the tribute
Paid to it without out stint
Sur toutes les pages lues
Sur toutes les pages blanches
Pierre sang papier ou cendre
J’écris ton nom
On the jungle and the plains
On the nests upon the broom
On the echo of my childhood
I write your name
La mort était le Dieu d’amour
Et les vainqueurs dans un baiser
S’évanouissaient sur leurs victimes
La pourriture avait du cœur
But death was the god of love
And in a kiss the conquerors
Swooned heavily upon their victim
And putrefaction grew bold
Sur les images dorées
Sur les armes des guerriers
Sur la couronne des rois
J’écris ton nom
Upon the wonders of nights
And on the bread white each morning
Upon on the seasons united
I write your name
Et pourtant sous le ciel rouge
Sous les appétits de sang
Sous la famine lugubre
La caverne se ferma
Yet beneath the reddened sky
Beneath the appetites for blood
Under the baleful famine
The cavern closed its mouth
Sur la jungle et le désert
Sur les nids sur les genêts
Sur l’écho de mon enfance
J’écris ton nom
On all my azure rags
On the pond where suns decay
On the lake where moonlight quivers
I write your name
La terre utile effaça
Les tombes creusées d’avance
Les enfants n’eurent plus peur
Des profondeurs maternelles
The useful earth covered up
The graves dug in preparation
And the children lost their fear
Their fear of mysteries maternal
Sur les merveilles des nuits
Sur le pain blanc des journées
Sur les saisons fiancées
J’écris ton nom
On the fields on distant skies
On the wings of little birds
And on ev’ry shadow pattern
I write your name
Et la bêtise et la démence
Et la bassesse firent place
And madness and stupidity gave place
Baseness too gave place
A des hommes frères des hommes
Ne luttant plus contre la vie
A des hommes indestructibles.
To men brothers of men
No longer striving against living
Men who will for ever be immortal
Sur tous mes chiffons d’azur
Sur l’étang soleil moisi
Sur le lac lune vivante
J’écris ton nom
On mists rising as the day breaks
On the sea and on the ships
On mountains wild and demented
I write your name
VIII Liberté
Sur mes cahiers d’écolier
Sur mon pupitre et les arbres
Sur le sable sur la neige
J’écris ton nom
VIII
Upon my exercise books
Upon my desk on trees
And on the sand and on the bright snow
I write your name
Sur les champs sur l’horizon
Sur les ailes des oiseaux
Et sur le moulin des ombres
J’écris ton nom
On the clouds on trailing vapours
On the sweat of storms and tempests
On the raindrops thick and tasteless
I write your name
Sur chaque bouffée d’aurore
Sur la mer, sur les bateaux
Sur la montagne démente
J’écris ton nom
On all scintillating figures
On the bells of ev’ry hue
On the truths nature’s being
I write your name
Sur la mousse des nuages
Sur les sueurs de l’orage
And on the paths keeping watch
On the roads spread out unending
Sur toutes les pages lues
Sur toutes les pages blanches
Pierre sang papier ou cendre
35
J’écris ton nom
On all pages that I’ve studied
On all empty pages
Stone or blood, or ash or paper
I write your name
35
35
Sur la pluie épaisse et fade
J’écris ton nom
On all thronged and busy places
I write your name
Sur les formes scintillantes
Sur les cloches des couleurs
Sur la vérité physique
J’écris ton nom
On the lamp whose flame is kindled
On the lamp whose flame goes out
On my reunited houses
I write your name
Sur les sentiers éveillés
Sur les routes déployées
Sur les places qui débordent
J’écris ton nom
On the fruit cut into two
Of the mirror and my chamber
On my bed empty seashell
I write your name
Sur la lampe qui s’allume
Sur la lampe qui s’éteint
Sur mes maisons réunies
J’écris ton nom
On my dog greedy and gentle
And on his ears pricked and eager
On his paw so big and clumsy
I write your name
Sur le fruit coupé en deux
Du miroir et de ma chambre
Sur mon lit coquille vide
J’écris ton nom
On the springboard of my door way
On familiar things I love
On the flood of blessed fire
I write your name
Sur mon chien gourmand et tendre
Sur ses oreilles dressées
Sur sa patte maladroite
J’écris ton nom
On all harmonious bodies
On the forehead of my friends
On every proffered hand
I write your name
Sur le tremplin de ma porte
Sur les objets familiers
Sur le flot du feu béni
J’écris ton nom
On the window panes of wonder
On the lips that seem attentive
Passing the regions of silence
I write your name
Sur toute chair accordée
Sur le front de mes amis
Sur chaque main qui se tend
J’écris ton nom
On ev’ry refuge destroyed
On my crumbling lighthouses
On the walls of my ennui
I write your name
Sur la vitre des surprises
Sur les lèvres attentives
Bien au dessus du silence
36
J’écris ton nom
36
36
On absence with out desire
And on naked solitude
On the steps that lead to death
I write your name
Sur mes refuges détruits
Sur mes phares écroulés
Sur les murs de mon ennui
J’écris ton nom
On health regained strength recovered
On the risk that disappears
And on hope from mem’ry free
I write your name
Sur l’absence sans désir
Sur la solitude nue
Sur les marches de la mort
J’écris ton nom
And through power of a word
I learn again how to live
I am born to know you
And call your name
Sur la santé revenue
Sur le risque disparu
Sur l’espoir sans souvenir
J’écris ton nom
Liberty
Et par le pouvoir d’un mot
Je recommence ma vie
Je suis né pour te connaître
Pour te nommer
Liberté
Philippe Manoury - Slova
tekst/text Daniela Langer (1972)
Slova
Ten pán,
Kdo je ten pán ?
Divnej blázen, slyšíš ?
Poslouchej, ješte poslouchej
Jak mužeš mlcet ?
Kricí ! Nesnesitelne, nesmiritelne
Jablko nedopadne nikdy
do zhroucenych zámku
Mátožne vlácí za sebou svuj stín
Nechápeš ozvenu vet
Klobouk už smekáš
do prázdných zdí
posledních židlí
dlouhou chodbou
nekonecnou
za svetem štvanou zverí
smírit se musíš
clovece
s marností svých pláštu
s kovem masa
s provazem na konci
zacátku
Ententýky
Hraj si, hlavicko, hraj…
Slova ze sebe soukej
Svou písnicku si broukej
Hraj si, hlavicko, hraj…
« Ententýky dva špalíky »
Svetem se toulej
Svuj ohen si chran
Tichu naslouchej
A stromum se klan
Hraj si, hlavicko, hraj…
Unikej krivým
Hlupcum se bran
Jen tulákum snivým
otvírej dlan
Hraj si, hlavicko, hraj
« Ententýky dva špalíky cert vyletvl z
elektriky »
poselství vysílej
37
do cerných mraku
Slova
This man,
Who is this man?
A strange madman, do you hear him?
Listen, listen again
How can you be quiet?
He cries! Intolerably, relentlessly
The apple will never fall
Within the castles in ruins
While sleepwalking, he drags his shadow
You don’t understand the echo of your
sentences
Already, you take off your hat
To the forsaken walls
Last chairs
Through a long hallway
Never-ending
Towards the beasts stalked by the world
You must accept
Man
The vanity of your cloaks
The metal of your flesh
The rope at the end
Of the beginnings
Ententyky
Play, little head, play..
Unwind the words from you,
Hum your song
Play, little head, play
« Ententyky, two logs, »
Vagabond throughout the world
Watch your fire
Listen to the silence
Give hommage to the trees
Play, little head, play
Run from the false-hearted
Protect yourself from loggerheads
To vagabond dreamers only
Open your hand
Play, little head, play
« Ententyky, two logs,
The Devil has fallen from the tramway »
Throw the messages
hrady si skládej
jen ze vzácných vraku
Hraj si, hlavicko, hraj…
« Ententýky.. bez klobouku bos natloukl si
nos »
andelum obetuj
sviním hrách dej
proc peklo ráj není?
Nic se neptej
panáka skákej
pak mincí si hod’
jen nenech si uplout
tu poslední lod’
Hraj si hlavicko, hraj…
« Ententýky…byla boule veliká jako celá
Afrika »
odjed’ radši do Afriky
neptej se proc
z kruhu vyskoc
« Ententýky dva špalíky
cert vyletel z elektriky
bes klobouku bos
natloukl si nos
byla boule veliká
jako celá Afrika
certi pro nej plakali
Hrobecek mu kopali »
Hraj si, hlavicko, hraj…
Úzkost
Jak zrádnou, kalnou rekou ses brodila,
ženo volných, podivných mravu.
Svou horkou touhou ses mámila,
A krikem hloupých davu
Tak sám, nehybný, tak vytrvale nemý,
Tajemstvím nocí, mlhou úsvitu zahalený
Blikal tvuj koráb, tvuj vor
poslední…
Ted’- zdá se- své plachty rozvíjí a morem
chladným,
Vecerním jasem rozzáreným
Burácí a zvolna k brehum tvým. (uhrancive)
Se blíží !
To the black clouds
build your castles
Only with precious wrecks
Play, little head, play...
« Ententyky… no hat, bare feet, he broke
his nose »
Make sacrifice to the angels
Give jam to the pigs
Why isn’t hell a paradise?
Don’t ask that question
Play hopscotch
Then: heads or tails
Above all, don’t miss
The last boat
Play, little head, play...
« Ententyky… gave himself a bump
the size of the entire continent of Africa »
Go, rather, to Africa
Don’t ask yourself why
Jump out of the circle
« Ententyky, two logs,
The Devil has fallen from the tramway,
No hat, bare feet,
He broke his nose
He gave himself a bump
the size of the entire continent of Africa
The devils have cried for him
They dug his grave »
Play, little head, play...
Anxiety
How many traitors, murky are the waters in
which you wade,
Woman of loose, strange morals,
Your burning desire rocked you,
And the clamor from foulish crowds…
So alone, immobile, so regularly mute
By the mysteries of the nights and the
mists of the veiled dawns
Your boat blinked… your raft Ultime
Now, it seems to hoist its sails and by the
icy sea
That the nightsweats illuminated
It growls and slowly towards your shores…
37
It approaches (captivating)
LasseThoresen - Yá Káfi ,Yá Sháfi!
The Long Healing Prayer
tekst/text Bahá ´u´llah (1817-1892)
J. P. Sweelinck À Dieu ma voix j’ai hausée psalm 77
A Dieu ma voix j’ay haussee,
Et ma clameur addressee,
A Dieu ma voix a monté,
Et mon Dieu m’a escouté.
I with my voice to God did cry,
who lent a gracious ear;
My voice I lifted up on high
and he my suit did hear.
Au jour de ma grand’destresse
Dieu a esté mon addressee,
Et du soir au lendemain
Je luy ay tendu la main.
In time of grief I sought to God,
by night no rest I took;
But stretched my hand to him abroad,
my soul comfort forsook.
Knut Nystedt (arr) - Jesus din søteforening
å smake Noors volkslied/Norvegian folksong
uit/from Ryfylke
Jesus, din søte forening å smake lenges og
trenges mitt hjerte og sinn:
riv meg fra alt det meg holder tilbake drag
meg i deg, min begynnelse, inn!
Vis meg rett klarlig min jammer og møye, vis
meg fordervelsens avgrunn i meg,
At seg naturen til døden kan bøye ånden
alene må leve for deg!
O Jesus, my heart and mind yearn to taste
your sweet communion:
tear me away from all that withholds
me,draw me in to you, my beginning!
Show me clearly my woe and my misery,
show me the abyss of decay within me.
To bend the will of death my spirit must live
for you alone!
Ånden som kunne det ene kun lære seg å
oppofre med hjerte og hu!
Å, måtte Jesus mitt allting kun være, jeg er
dessverre langt borte ennu!
Jesus som ga meg et hørende øre. Rekk
meg tillike din kraftige hand
At jeg heretter min vandring må føre rett
som en Kristen I hellighets ånd!
O he that might learn to give you his heart
and his mind!
Might Jesus be my all; I am still far from
that goal!
Jesus taught me to listen. Reach out for me
with your strong arm
so that I may walk the straight way as a
Christian in sacred spirit!
.
38
38
He is the Healer, the Sufficer, the Helper,
The All-Forgiving, the All-Merciful.
I call on Thee O Exalted One, O Faithful One,
O Glorious One!
Thou the Sufficing, Thou the Healing, Thou
the Abiding, O Thou Abiding One!
I call on Thee O Sovereign, O Upraiser, O
Judge!
Thou the Sufficing, Thou the Healing, Thou
the Abiding, O Thou Abiding One!
I call on Thee O Peerless One, O Eternal One,
O Single One!
Thou the Sufficing, Thou the Healing, Thou
the Abiding, O Thou Abiding One!
I call on Thee Most Praised One, O Holy One,
O helping One!
Thou the Sufficing, Thou the Healing, Thou
the Abiding, O Thou Abiding One! (etc)
O Sufficer, I call on Thee, O Sufficer!
O Healer, I call on Thee, O Healer!
O Abider, I call on Thee, O Abider!
Thou the Ever-Abiding, O Thou Abiding One!
Sanctified art Thou, O my God! I beseech
Thee by Thy generosity, whereby the portals
of Thy bounty and grace were opened wide,
whereby the Temple of Thy Holiness was
established upon the throne of eternity;
and by Thy mercy whereby Thou didst
invite all created things unto the table of
Thy bounties and bestowals; and by Thy
grace whereby Thou didst respond, in Thine
own Self with Thy word “Yea!” on behalf of
all in heaven an earth, at the hour when
Thy sovereignty and Thy grandeur stood
revealed, at the dawn-time when the might
of Thy dominion was made manifest. And
again do I beseech Thee, by these most
beauteous names, by these most noble
and sublime attributes, and by Thy most
Exalted Remembrance, and by Thy pure and
spotless Beauty, and by Thy hidden Light in
the most hidden Pavilion, and by Thy Name,
cloaked with the Garment of affliction very
morn and eve, to protect the bearer of his
blessed Tablet, and who so recited it, and
who so cometh upon it, and who so passeth
around the house wherein it is.
Heal Thou, then, by it every sick, diseases
and poor one, from every tribulation and
distress from every loathsome affliction
and sorrow, and guide Thou by it whosoever
desired to enter upon the paths of Thy
guidance, and the ways of Thy forgiveness
and grace.
Thou art verily the Powerful, the AllSufficing, the Healer, the Protector, the
Giving, the Compassionate, the All-Generous,
the All-Merciful.
Iannis Xenakis - Nuits
zonder woorden/without words
Olivier Messiaen O sacrum Convivium
tekst/text Thomas Aquinas (1225-1274)
O sacrum convivium
in quo Christus sumitur
recolitur memoria passionis eius.
Mens impletur gratia et
futurae gloriae nobis pignus datur.
O sacred banquet at which Christ is
received
the memory of his passion is renewed,
our souls are filled with grace,
and a pledge of future is given to us.
INLEIDINGEN, LEZINGEN en GESPREKKEN / INTRODUCTIONS, LECTURES and DISCUSSIONS
zaterdag 17 oktober 16:00
Connie Palmen SOLO
over hoge kunst, eenzame kunst, bevlogen kunst
gevolgd door een gesprek met het publiek
Saturday 17 October 16:00 hrs
Connie Palmen SOLO / Dutch spoken
on high art, solitary art, inspired art
followed by a discussion with the public
zondag 18 oktober 13:30 / English spoken
Arthur Sonnen
over canon en canons in internationaal perspectief
gevolgd door een gesprek met het publiek
Sunday 18 October 13:30 hrs
Arthur Sonnen
on the phenomenon of the ‘canon’ from an international
perspective followed by a discussion with the public
inleidingen op de concertprogramma’s worden gegeven door:
introductions to the concert programmes are given by:
donderdag 15 oktober 19:30 Roeland Hazendonk
vrijdag 16 oktober 19:30 Paul de Kok
zaterdag 17 oktober 14:30 Roeland Hazendonk
zaterdag 17 oktober 19:30 Michel Khalifa
zondag 18 oktober 14:30 Thea Derks
Thursday 15 October 19:30 Roeland Hazendonk
Friday 16 October 19:30 Paul de Kok
Saturday 17 October 14:30 Roeland Hazendonk
Saturday 17 October 19:30 Michel Khalifa
Sunday 18 October 14:30 Thea Derks
zaterdag & zondag :
doorlopende vertoning van concertregistraties en
documentaires over koren en componisten,
op de foyer decks
Saturday & Sunday :
continuous showing of concert registrations and
documentaries about choirs and composers, on the
foyer decks
de repetities in de grote zaal zijn toegankelijk voor het publiek
voertaal Engels
the rehearsals in the main hall are open to the public
English spoken
39
CONCERT ZONDAG 18 OKTOBER / CONCERT SUNDAY 18 OCTOBER / 15:00
Eesti Filharmoonia Kammerkoor
o.l.v./cond Daniel Reuss
Cappella Amsterdam
o.l.v./cond Daniel Reuss
Arvo Pärt (1935)
Magnificat (1989)
György Ligeti (1923-2006)
Drei Phantasien nach Friedrich Hölderlin
1 & 2 (1982)
Det Norske Solistkor
o.l.v./cond Grete Pedersen
Nederlands Kamerkoor
o.l.v./cond Risto Joost
Bent Sørensen (1958)
Benedictus (2008)
Dmitri Sjostakovitsj (1906-1975)
Tien gedichten/Ten poems opus 88
selectie/selection (1951)
Latvijas Radio Koris
o.l.v./cond Sigvards Klava
Peteris Vasks (1946)
Ziles zina (1981)
Dit concert wordt opgenomen door de KRO voor
uitzending op 26 november on Radio 4./This concert
will be recorded by KRO Radio to be broadcast on
40 26 November on Radio 4
TENSO KOREN
o.l.v./cond Daniel Reuss
Arnold Schönberg (1874-1951)
Friede auf Erden, opus 13 (1907)
TOELICHTING ZONDAG 18 OKTOBER / NOTES SUNDAY 18 OCTOBER
Arvo Pärt - Magnificat
Pärt baseerde het Magnificat op een dankgebed van Maria. Ook
deze muziek wordt gekenmerkt door de klokjestechniek, waarbij
tweestemmig en tutti-gezang telkens afwisselen. In het eerste
geval wordt een eenvoudige melodielijn afgezet tegen een op
één noot repeterende stem. De tutti-passages staan met die
delicate tweestemmigheid in contrast; hier klinkt de muziek
juist vol en meer verzadigd. Hoewel de toonsoort f-klein nooit
ter discussie staat, laat Pärt voortdurend milde dissonanten
doorklinken die blijven zweven in de etherische atmosfeer.
Arvo Pärt - Magnificat
Pärt based the Magnificat on a prayer of thanks to
Maria. This music is also characterized by the clock
technique, where two part and unison singing alternate.
In the former a simple melody line is set against a single
repeating note. The full and more saturated unison passages contrast with the delicate two part sections. Even
though the f minor key signature is never in doubt, Pärt
constantly introduces dissonants that remain floating in
the ethereal atmosphere.
Bent Sørensen - Benedictus
De Deen Bent Sørensen ziet zijn latere werken graag als kunst
in beginnende staat van ontbinding. Schoonheid wordt gecompromitteerd door afbladderende verf of scheurtjes in het stucwerk. In het geval van Sørensens muziek betreft het mineur- en
majeurdrieklanken die door microtonen worden aangetast, en
glissandi die de harmonieën doen vervagen. Daarnaast speelt
volksmuziek een rol, en in het geval van Benedictus natuurlijk
ook de religie. Zoals de componist het zelf uitlegt: ‘Benedictus
laat de luisteraar luisteren naar de wereld middels een sluier
van stemmen, die stevig om de luisteraar is gebonden. Luisteren naar de wereld staat gelijk aan innerlijk luisteren - “Denk na
voordat je luistert”!’
Bent Sørensen - Benedictus
The Dane Bent Sørensen likes to regard his recent work
as art in the first stages of decomposition. Beauty is
compromised by flaking paint or cracks in the plasterwork. In the case of Sørensen’s music it is about minor
and major triads that are corroded by microtones, and
glissandi that blur harmonies. Folk music also plays a role,
as does religion in the case of Benedictus. As the composer himself explains: ‘Benedictus permits the listener
to listen to the world through a veil of voices, which is
tied firmly around the listener. Listening to the world is
the same as inner listening – “Think before you listen!”’
Peteris Vasks - Ziles zina
De muziek van de Letse componist Peteris Vasks heeft een onmiskenbaar spirituele lading, vergelijkbaar met die van zijn Estse
collega Arvo Pärt. Maar daar waar Pärt zich concentreert op
religieuze werken, in archaïsche toonschalen gegoten, daar
deinst Vasks voor moderne compositietechnieken als aleatoriek (een vorm van toevalsmuziek) niet terug. Toch kan Vasks’
oeuvre zeker als neoromantisch worden bestempeld, waarbij de
componist teruggrijpt op welluidende tonaliteit en oude muziek
uit Letland.
Peteris Vasks - Ziles zina
The music of the Latvian composer Peteris Vasks has an
unmistakable spiritual charge, comparable to that of his
Estonian colleague Arvo Pärt. But where Pärt concentrates on religious works, set in archaic modes, Vasks
is not averse to modern compositional techniques like
aleatoric (a type of chance music). Nevertheless Vasks’
oeuvre can be classified as neoromantic, with the composer falling back on euphonious tonality and old Latvian
music.
41
TOELICHTING ZONDAG 18 OKTOBER / NOTES SUNDAY 18 OCTOBER
42
The choral work Ziles Zina, ‘The Message from the
Tomtit’ is based on a text by a fellow Latvian of the same
generation, Uldis Berzinš. Early in the morning a tomtit
comes to tell which young men will be sent to the front,
to draw arms on the orders of other nations. Vasks:
‘Latvian history has often been written by other nations, while Latvian men left for the front under foreign
pretexts and foreign flags. This is a fragment of our not
so fine history.’
Het koorwerk Ziles zina, ‘De boodschap van de Mees’ is gebaseerd op een tekst van land- en generatiegenoot Uldis Berzinš.
In de vroege ochtend komt een mees vertellen welke jonge
mannen richting het front worden gestuurd, om op bevel van
andere volken het zwaard te trekken. Vasks: ‘De Letse geschiedenis werd vaak geschreven door andere naties, terwijl Letse
mannen naar het front vertrokken onder vreemde voorwendselen en vreemde vlaggen. Dit is een fragment van onze niet zo
fraaie historie.’
György Ligeti - Drei Phantasien nach Friedrich Hölderlin
György Ligeti’s hallucinatory sound masses have become
famous, in part thanks to Stanley Kubrick’s 2001: a Space
Odyssey. Scores of different voices and miniscule musical intervals make for a seemingly amorphous cloud of
sound, with oppressive force and lacking any noticeable
use of rhythm. Lux aeterna (1966) is a prime example
of such micro polyphony. However the Hungarian Ligeti
was a constant innovator, and after such controversial micro polyphonic orchestral works as Atmosphères
and Lontano it was time for something new. For Drei
Phantasien nach Friedrich Hölderlin (1982) the composer not only used poetry as inspiration for the first
time since his student days, he also wrote a very explicit
choral work, with a (spasmodically) intelligible text that
interacts more discernibly with the music. Ligeti used
rhythm to dramatic effect, while the agitated passion of
the Romantic poet Hölderlin is an invitation to poignant
lamentations.
György Ligeti - Drei Phantasien nach Friedrich Hölderlin
Beroemd geworden, mede dankzij Stanley Kubricks 2001: a
Space Odyssey, zijn György Ligeti’s hallucinerende klankmassa’s.
Door tientallen verschillende stemmen voor te schrijven evenals
piepkleine muzikale afstanden, ontstaat er een op het eerste
gehoor vormeloze wolk van geluid, met beklemmende werking
en zonder merkbaar gebruik van ritmiek. Lux aeterna (1966) is
bij uitstek zo’n voorbeeld van micropolyfonie. Maar de Hongaar
Ligeti was een constant vernieuwer, en na spraakmakende
micropolyfonische orkestwerken als Atmosphères en Lontano
was het tijd voor iets nieuws. In Drei Phantasien nach Friedrich
Hölderlin (1982) baseerde de componist zich niet alleen voor
het eerst sinds zijn studietijd op poëzie als inspiratiebron, het
werd bovendien een zeer concreet koorwerk, waarbij de tekst
(bij vlagen) verstaanbaar is en met de muziek een duidelijkere
interactie aangaat. Ligeti zette de ritmiek in als middel tot
dramatische effecten, waarbij de gejaagde hartstochten van
de romantische dichter Hölderlin tot indringende klaagzangen
uitnodigen.
Dmitri Shostakovich
Ten Poems by Revolutionary poets, opus 88
On January 9 1905 a peaceful crowd marched to the
Winter Palace of Tsar Nicholas II to hand over a petition
Dmitri Sjostakovitsj
Tien Gedichten van Revolutionaire dichters, opus 88
Op 9 januari 1905 marcheerde een vreedzame mensenmenigte
naar het Winterpaleis van Tsaar Nicolaas II, om een petitie om
TOELICHTING ZONDAG 18 OKTOBER / NOTES SUNDAY 18 OCTOBER
brood en hervormingen in te dienen. De zenuwachtige tsaar liet
het vuur openen, waarbij volgens officieuze schattingen duizenden doden vielen. Een op lange termijn fatale gebeurtenis: het
vertrouwen van het volk was ondermijnd, en de kiem was gelegd
voor de revolutie van het jaar 1917.
Geen wonder dat de latere Sovjet-autoriteiten de ‘bloedige
zondag’ van 1905 voor propaganda-doeleinden gebruikten. Ook
de gevierde en verguisde componist Dmitri Sjostakovitsj droeg
daaraan bij. In 1951 verscheen zijn allereerste werk voor a cappella koor, de Tien koren opus 88, gebaseerd op de juist verschenen Anthologie van revolutionaire gedichten. De teksten zijn
vervuld van tragiek en optimisme: na een lange lijdensweg zal de
verlossing volgen, als ware het de Dag des Oordeels. Een deel
van de muziek hergebruikte Sjostakovitsj een paar jaar later in
zijn Elfde Symfonie ‘het jaar 1905’.
calling for bread and reforms. The nervous tsar gave
the order to open fire, resulting in thousands of deaths
according to official estimates. In the long run a fatal
event: the people’s trust was undermined, and the seed
was sown for the revolution of 1917.
No wonder that later Soviet authorities used the ‘bloody
Sunday’ of 1905 for propaganda purposes. The celebrated and maligned composer Dmitri Shostakovich also
made his contribution. In 1951 his first work for a cappella choir appeared, the Ten Choirs opus 88, based on
the just released Anthology of Revolutionary Poems. The
texts are full of tragedy and optimism: after long suffering will come salvation, just as in the Day of Judgement.
Sjostakovitsj recycled part of the music a year later in
his Eleventh Symphony ‘ the year 1905.’
Arnold Schönberg - Friede auf Erden
Vrede op aarde. Het is een naïeve, kinderlijke wens, die door
dichter Conrad Ferdinand Meyer dan ook met gepaste omzichtigheid werd geuit. Immers, in zijn gedicht ‘Friede auf Erden’
onderkent hij dat er sinds de hemelse belofte van wereldvrede,
door engelen verkondigd bij Christus’ geboorte, heel wat bloed
is vergoten. Toch volhardt hij in de ‘ewger Glaube’ dat er ooit
een vredelievend koninkrijk op aarde zal verschijnen.
Die voorzichtig hoopvolle boodschap zette Arnold Schönberg
in 1907 op muziek. Zoals in het gedicht de extase van Schillers ‘Ode an die Freude’ ontbreekt, zo vermeed Schönberg de
juichstemming van Beethovens Negende symfonie. Een doorwrocht, gespannen notenbeeld geeft vooral weer hoe lang de
weg naar het eind van de tunnel is. Het resultaat is zeer moeilijk
te zingen muziek: Schönberg zag zich aanvankelijk genoodzaakt
een instrumentale begeleiding te schrijven, die overigens zelden
nodig bleek. Na de Eerste wereldoorlog bekende hij in een brief:
‘Friede auf Erden ist eine Illusion, wie ich heute weiss’.
Arnold Schönberg - Friede auf Erden
Peace on earth. It is a naive and childish wish, and thus
expressed by the poet Conrad Ferdinand Meyer with the
necessary circumspection. In his poem ‘Friede auf Erden’
he acknowledges that a lot of blood has been shed since
the heavenly promise of world peace, announced by
the angels at Christ’s birth. Nonetheless, in the ‘ewger
Glaube’ he maintains that a peaceful kingdom will one day
appear on earth.
Arnold Schönberg set this cautiously hopeful message
to music in 1907. Just as the ecstasy of Schillers “Ode
an die Freude’ is missing in the poem, so has Schönberg
avoided the celebratory tone of Beethoven’s Ninth Symphony. An elaborate, tense notation reflects just how
long the road to the end of the tunnel is. The result is
extremely difficult to sing: Schönberg originally felt compelled to write an instrumental accompaniment, which
incidentally turned out to be rarely necessary. After the
First World War he admitted in a letter: Friede auf Erden
ist eine Illusion, wie ich heute weiss’.
43
Arvo Pärt - Magnificat
Magnificat anima mea Dominum,
et exultavit spiritus meus in Deo salutari
meo;
quia respexit humilitatem ancillae suae,
ecce enim ex hoc beatam me dicent omnes
generationes.
My soul doth magnify the Lord.
And my spirit hath rejoiced in God my Saviour
Because he hath regarded the humility of
his handmaid:
for behold from henceforth all generations
shall call me blessed.
Quia fecit mihi magna,
qui potens ets
et sanctum nomen eius,
et misericordia eius a progenie in progenies
timentibus eum.
Because he that is mighty
hath done great things to me:
and holy is his name.
And his mercy is from generation unto
generations, to them that fear him.
Fecit potentiam in brachio suo,
dispersit superbos mente cordis sui
deposuit potentes de sede
et exaltavit humiles,
esurientes implevit bonis,
et divites dimisit inanes.
Suscepit Israel, puerum suum,
recordatus misericordiae suae
sicut locutus est ad patres nostros,
Abraham et semini eius in saecula.
Magnificat anima mea Dominum.
Bent Sørensen - Benedictus
Benedictus qui venit in nomine Domini
Peteris Vasks - Zeles zila
tekst/text Uldis Berzinš (1944)
Kas sit pie vartiem šorit gulet gribu
Aizraudatas acis lec saule
makonos lai mazais bralis
jaj, lai kumelam nav gruti.
Ne smejas kara kungs.
Un tik vien paliek: metelis to auzu skaru ta cepure to zirnu ziedu paiet
44
gadu daudz.
44
György Ligeti - Drei Phantasien nach
Friedrich Hölderlin
tekst/text Friedrich Hölderlin (1770-1843)
I Hälfte des Lebens
Mit gelben Birnen hänget
und voll mit wilden Rosen
das Land in den See,
ihr holden Schwäne,
und trunken von Küssen
[Tunkt ihr das Haupt
Ins heilignüchterne Wasser.]
Weh mir, wo nehm’ ich, wenn
es Winter ist, die Blumen, und wo
den Sonnenschein,
He hath shewed might in his arm:
he hath scattered the proud in the conceit und Schatten der Erde?
Die Mauern stehn
of their heart.
He hath put down the mighty from their seat sprachlos und kalt, im Winde
klirren die Fahnen.
and hath exalted the humble.
He hath filled the hungry with good things:
II Wenn aus der Ferne…
and the rich he hath sent empty away.
Wenn aus der Ferne, da wir geschieden sind,
ich dir noch kennbar bin, [...]
He hath received Israel his servant,
being mindful of his mercy.
So sage, wie erwartet die Freundin dich?
As he spoke to our fathers:
In jenen Gärten, da nach entsetzlicher
to Abraham and to his seed for ever.
und dunkler Zeit wir uns gefunden? […]
My soul doth magnify the Lord
Wie flossen Stunden dahin, wie still
war meine Seele über der Wahrheit dass
ich so getrennt gewesen wäre? […]
Blessed is he that cometh in the name of
the Lord
War’s Frühling? war es Sommer? die
Nachtigall
mit süssem Liede lebte mit Vögeln, die
nicht ferne waren im Gebüsche
Who is knocking at the gate at the morning und mit Gerüchen umgaben Bäum’ uns. […]
I feel sleepy.
Grünte der Epheu, grünt’
An eye swollen with tears the sun is rising
ein seelig Dunkel hoher Alleen. Oft
in clouds
des Abends, Morgens waren dort wir
let the youngest brother ride to spare
redeten manches und sahn uns froh an. […]
the horse.
No, the warlord laughs.
And that is all that remains: the coat of oat
panicles,
the hat of pea blossoms many years go by.
I The middle of life
With yellow pears
and full of wild roses,
the land hangs over the lake,
you fair swans,
and drunk with kisses
you dunk your heads into the sacred,
neutral water.
Woe is me! where, when
it is winter, will I get flowers,
and where the sunshine,
and the shade of the earth?
The walls stand
mute and cold; in the wind
the weathervanes rattle.
II If from a distance
If from a distance, now we are parted,
you still recognize me, […]
So tell me, how does she await you?
in those gardens, where after a terrible
and dark time we found each other? […]
How the hours passed, how tranquil
was my soul before knowing
that I would be so broken apart? […]
Was it spring? Was it summer? The
nightingale
with its sweet song dwelt with birds
not far off, in the bushes, and the trees
surrounded us with fragrance. […]
the ivy was greening, there greened
a delightful darkness of tall avenues. We
were often there morning and evening,
talking of many things and looking at one
another with joy. […]
Ach! wehe mir!
Es waren schöne Tage. Aber
Traurige Dämmerung folgte nachher. […]
Oh! Woe is me!
They were lovely days. But
A gloomy dusk followed after. […]
[…] = tekst weggelaten door Ligeti
[…] = text omitted by Ligeti
III Abendphantasie
Am Abendhimmel blühet der Frühling auf;
unzählig blühn die Rosen und ruhig scheint
die goldne Welt; o dorthin nimmt mich
purpurne Wolken! und möge droben.
III Evening fantasy
Before his cottage, in the shade,
the contented ploughman sits, his hearth
smoking.
The welcoming evening bells greet a traveler
into the peaceful village.
Now the boatmen turn too toward the
harbor,
and in far-off towns the merry noise and
bustle of the marketplace
die down; in the quiet grove
glitters a comradely meal for the friends.
Where then shall I go? Do not mortals live
by wages and work? alternating labor with
rest
makes everything well; why then will
the sting of this thorn in my breast never
sleep?
Up in the evening sky a token of Spring
blossoms;
infinite roses blossom and the golden world
seems
at peace; o take me there,
purple clouds! and up there
into light and air may my love and grief melt
away!
But, as if my silly plea had scared it away,
the magic flees; it grows dark. Alone
beneath the sky I stand, as always.
Come now, mild slumber! too much does the
heart demand;
but finally, youth will burn itself out,
you restless, dreamy thing!
and my old age will be peaceful and serene.
In Licht und Luft zerrinnen mir Lieb’ und
Leid’! Doch, wie verscheucht von törichter Bitte,
flieht
Der Zauber; dunkel wird’s und einsam
[Unter dem Himmel, wie immer, bin ich -]
Komm du nun, sanfter Schlummer! zu viel
begehrt
Das Herz; doch endlich, Jugend! verglühst
du ja,
Du ruhelose, träumerische!
Friedlich und heiter ist dann das Alter.
Arnold Schönberg - Friede auf Erden
tekst/text
Conrad Ferdinand Meyers (1825-1828)
Da die Hirten ihre Herde
Ließen und des Engles Worte
Trugen durch die niedre Pforte
Zu der Mutter mit dem Kind,
Fuhr das himmlische Gesind
Fort im Sternenraum zu singen,
Fuhr der Himmel fort zu klingen:
“Friede, Friede! auf der Erde!”
There the shepherds their herds
left and the angel’s words
carried by the lowly gate
to the mother with the child,
led the heavenly followers
away in the starry space to sing,
continued the sky sounding:
“peace, peace! on the earth!”
Seit die Engel so geraten,
O wie viele blut’ge Taten
Hat der Streit auf wildem Pferde,
Der geharnischte vollbracht!
In wie mancher heiligen Nacht
Sang der Chor der Geister zagend,
Dringlich flehend, leis verklagend:
“Friede, Friede... auf der Erde!”
Since the angels thrive so,
O like many bloody acts
had the struggle on wild horses,
the armor-clad fully-plowed!
In like some holy night
sang the Choir of Spirits fearing,
urgently imploring, sofly accusing:
“peace, peace... on the earth!”
Doch es ist ein ewiger Glaube,
Dass der Schwache nicht zum Raube
Jeder frechen Mordgebärde
Werde fallen allezeit:
Etwas wie Gerechtigkeit
Webt und wirkt in Mord und Grauen
Und ein Reich will sich erbauen,
Das den Frieden sucht der Erde.
But it is an eternal faith
that the weaklings not to the robbers
from each shameless murder-gesture
will to-fall always:
Something like justice
wove and produced in murder and dread
and a realm wants to be pleased,
that the peace sought the earth.
Mählich wird es sich gestalten,
Seines heiligen Amtes walten,
Waffen schmieden ohne Fährde,
Flammenschwerter für das Recht,
Und ein königlich Geschlecht
Wird erblühn mit starken Söhnen,
Dessen helle Tuben dröhnen:
Friede, Friede auf der Erde!
Gradually will it be taken-shape,
govern themselves its holy office,
weapons to forge without danger,
flame-swords for the right,
and a royal species
begins to blossom with strong sons,
whose bright pipes roar:
Peace, peace on the earth!
[Translated 1999 © Joe Monzo]
45
45
DE COMPONISTEN / THE COMPOSERS
André Jolivet (1905-1974) was a student of Edgard Varèse, who taught
Jolivet the basics of dodecaphony
before moving to the USA. Jolivet
himself stayed in France - he was a
passionate advocate of everything
French and became an important
figure in French cultural life. His music
often has an incantational quality;
Jolivet frequently uses texts and
melodies from shamanistic rituals and
other spiritual and religious sources
in his search for a humanistic, less
abstract way of composing.
extensively in Indonesia, Japan, India
and other Asian countries to research
the local art music. De Leeuw was on
the teaching staff of the ethnomusicological department in Amsterdam
and was also head of the electronic
music department. He later became
director of the Amsterdam Sweelinck
Conservatorium.
György Ligeti (1923-2006) was born
in Transylvania into a Jewish Hungarian family. After WW II and the
take-over of Eastern Europe by the
Soviet Union, Ligeti, like many of his
Cyrillus Kreek (1889–1962) lived
colleagues, was cut off from musical
almost all his life in Haapsalu, a small
developments in Western Europe.
city in western Estonia, where he
He fled to Vienna in 1956, where he
worked as a music teacher, conducted became acquainted with the music
choirs and promoted local concert
of Stockhausen and others who were
life. The inspiration for his work was
experimenting in electronic music,
folk music – secular songs, folk tunes a direction that Ligeti never pursued,
and folk hymns that he eagerly colbut which deeply influenced his sound.
lected and researched. His music is
only recently becoming better known Philippe Manoury (1952) studied comoutside the Baltic states.
position in Paris, where he joined the
renowned IRCAM (Institut de Recherche et Coordination Acoustique/MuTon de Leeuw (1926-1996) studied
sique) in 1980. His work often makes
composition with Henk Bading and
Olivier Messiaen, and ethnomusicology use of ‘computer-assisted composition’ and incorporates spatial effects.
at the then newly founded department of the Universiteit van Amster- Manoury was one of the first to utilize
real-time audio signal processing in
dam. He was an influential thinker,
composing. He is currently on the
teacher and writer with a distinctly
teaching staff of the University of
cosmopolitan outlook, who travelled
46
California.
46
Olivier Messiaen (1908-1992) is
regarded by many as the greatest
French composer of the XXth century.
He was deeply religious, and the
majority of his works aim to reproduce the divine, or as he phrased it
“the marvellous aspects of the faith”.
His great love for birds and birdsong
influenced his work profoundly. He
wrote only two works for a cappella
chamber choir, both of which will
be performed during Tenso Dagen
Amsterdam.
Knut Nystedt (1915) worked most
of his life in Oslo (then Christiana).
He studied with the American neoclassical composer Aaron Copland,
before returning to Norway where he
was organist and later taught choir
conducting. He founded Det Norske
Solistkor in 1950, and was their principal conductor until 1990. His many
vocal compositions are often based
on Christian themes and texts from
the bible.
written many pieces for choir, most
of them based on liturgic or religious
texts.
Kristaps Petersons (1982) was born
in Valmiera in Latvia. He studied double bass and composition in Riga, and
followed masterclasses at the Norges
musikkhøgskole in Oslo and the Artez
Hogeschool voor de Kunsten in Enschede (NL). He is the youngest composer whose work is to be performed
during the Tenso Dagen Amsterdam,
where the Latvijas Radio Koris will give
the world premiere of his first piece
for mixed choir.
Francis Poulenc (1899-1963) was a
French composer who started out
as a member of the Groupe des
Six, embracing influences from the
music-hall, Dada and other nonmusical sources. He soon found his
very own, highly recognizable and
rather Parisian style, with apparently
simple harmonies, radiant colours and
unexpected rhythms. The death of a
Arvo Pärt (1935) was born in Estland. friend in the early 30’s caused a ‘lifechanging transformation’; he is now
With his tintinnabuli-technique he is
known as one of the greatest religious
often seen as a representative of
musical minimalism, but also as one of composers of the twentieth century.
the forerunners of the New Spiritualism. He has extensively researched
Peter van Onna (1966) studied
the roots of European music, going
composition with Theo Loevendie and
back to folk music, Gregorian plainLouis Andriessen. He wrote a series
chant and early polyphony. He has
of works on the interaction of music
and painting, where his compositions
enter into a dialogue with well-known
pictures. In his recent works he takes
his inspiration from literature, using
a specific technique from the fine
arts, imbroglio (deception), to emulate
literary ambiguity in musical material.
Santa Ratniece (1977) is the only
female composer being performed
during the Tenso Dagen Amsterdam. She studied at the J. Vitols
Music Academy in Riga and took her
masters degree in Tallinn with the
Estonian composer Helena Tulve.
Her works have been performed all
over Europe by prominent musicians
and ensembles (e.g. the Nederlands
Kamerkoor). The Latvijas Radio Koris
premieres her work Cu Dal during the
Tenso Dagen Amsterdam.
Arnold Schönberg (1874-1951) has
become famous as the ‘father’ of
the second Viennese school and the
founder of the twelve-tone compositional technique, which he developed
in the early 1920s as a way to escape
from the harness of tonality and the
lack of rules in free atonality. Together with Debussy (who remained within
tonality) he changed the landscape of
music. Schönberg was also a prolific
music theorist, and wrote influential
works on classical harmony and music
analysis. He fled to the US after the
Anschluss and remained there after
the war.
Dmitri Shostakovich (1906-1975) had
a complex relation with the Soviet
regime under which he lived. During
his life he was seen in the West as an
obedient party follower - which did
not mean that he and his works were
Alfred Schnittke (1934-1998) lived
immune from being banned from time
most of his life in the Soviet Union
(later Russia), except for an influential to time. The debate about whether or
period as a teenager in Vienna directly not he outwitted Soviet censorship
in his symphonic works, which supafter WWII, and after 1990 when he
posedly contained coded messages,
moved to Hamburg. The influence of
continues to this day.
Shostakovich can be clearly heard in
his early works, but he soon developed
Bent Sørensen (1958): “It reminds
his own style, dubbed “polystylism”.
me of something I’ve never heard.”
In his later years he converted to
Christianity in a curiously mixed form Such was the spontaneous reaction
of Catholicism and Russian orthodoxy, of the Norwegian composer Arne
and his later music is more sober and Nordheim upon hearing a work by
47
Bent Sørensen. It is difficult to imintrovert.
agine a more strangely to-the-point
description of the ambiguous, almost
paradoxical expressive idiom of this
unique composer, who is without
doubt the leading Danish composer of
his generation.
Lasse Thoresen (1949) claims that
his music is influenced by Norwegian
folk music, French spectral music and
Harry Partch’s tonal system ‘Just
Intonation’, as well as by his ethnomusical studies of the folk music
of his own country and of Asia. He
is professor of composition at the
Norwegian State Academy of Music,
and the artistic leader of the Concrescence project on microtonality
in vocal music. In that capacity he will
give workshops to singers during the
Tenso Dagen Amsterdam.
Toivo Tulev (1958) is an Estonian
composer. His teachers have included
Eino Tamberg and the Swedish composer Sven-David Sandström. He also
studied electro-acoustic music at the
Cologne Hochschule der Musik. Tulev
acknowledges the strong musical influence and encouragement of people
such as Tõnu Kaljuste and Erkki-Sven
Tüür, and the experience of singing in
various early music vocal ensembles.
In the 1980s, he was a singer in the
Estonian Philharmonic Chamber Choir.
Peteris Vasks (1946) is a Latvian-born
composer, who started out as double
bass player before moving to Vilnius in
Lithuania to study composition. Vasks
has become one of the most influential and praised European contemporary composers. His work cannot
easily be classed in a style or school;
neoromanticism is clearly sensed in
Vasks’ works as well as an echo of a
new expression of the
spiritual aesthetic.
Daan Verlaan (1978) studied classics
in Leiden before switching to composition. He plays cello and harp, and is
active in a pop band, which was one
of the five finalists for the Grote Prijs
van Nederland in 1997. He uses literary
sources as ‘structural musical building blocks’, and has written several
pieces on the theme of katabasis,
downward movement.
Iannis Xenakis (1922-2001) was born
in Greece but spent most of his life
in France. He was a pupil of Messiaen
and co-worker of the famous architect Le Corbusier. Xenakis pioneered
electronic music and based many of
his compositions on mathematical and
architectural models, as well as developing influential theories on music
and composition.
47
CHŒUR DE CHAMBRE ACCENTUS | www.accentus.fr
choeur de chambre accentus (France)
was founded by Laurence Equilbey in 1991.
The choir presents more than 60 concerts yearly to an ever growing public. It
performs the established choir repertoire
and also regularly commissions works
for chamber choir, resulting in premieres
of Pascal Dusapin, Philippe Manoury and
Bruno Mantovani among others.
accentus is an active participant in festivals in France and beyond. The choir works
regularly with renowned conductors and
orchestras, and is ensemble in residence
for the orchestra of the Opéra de Rouen.
accentus, together with Laurence Equilbey, will debut in 2010 as artiste associée
of the Ensemble Orchestral de Paris.
choeur de chambre accentus (Frankrijk) is in 1991 opgericht door Laurence Equilbey. Het koor geeft meer dan
60 concerten per seizoen, voor een groeiend publiek. Het
voert het grote koorrepertoire uit en geeft daarnaast
regelmatig opdrachten voor nieuwe werken voor kamerkoor. Zo verzorgde het koor vele premières van onder
andere Pascal Dusapin, Philippe Manoury
en Bruno Mantovani.
foto/photo : Anton Solomoukha
accentus neemt actief deel aan het festivalleven in Frankrijk en daarbuiten. Het
koor werkt regelmatig samen met vooraanstaande dirigenten en orkesten, en is
ensemble in residence bij het orkest van
de Opera van Rouen. accentus zal in 2010,
samen met Laurence Equilbey, debuteren
als artiste associée bij het Ensemble Orchestral de Paris.
Een van de belangrijkste artistieke doelen van het koor
is het vernieuwen van de traditionele concertvorm door
One of the choir’s most important aims
middel van boventiteling, mise-en-place, kostuums en
is innovation of the traditional concert
setting, with attention to overhead titling, belichting.
mise en place, costumes and lighting.
De cd Transcriptions, met meer dan 100.000 verkochte
Critically acclaimed ever since its release exemplaren, is lovend door de pers ontvangen, kreeg een
Grammy Award nominatie in 2004, en ontving in januari
the CD Transcriptions, which has sold
more than 100,000 copies, was a Grammy 2008 een gouden plaat. Een cd met werken van Strauss,
samen met het Letse Radio Koor opgenomen, wordt in
Award nominee in 2004, and received a
Disque d’Or in January 2008. The Strauss november 2009 uitgebracht.
CD release with the Latvian Radio Choir is
accentus is het eerste ensemble dat gebruik maakt van
planned for November 2009.
de e-tuner
accentus is the first ensemble to use the
accentus receives aid from the Direction Régionale des Affaires Culturelles d’Île-de-France of the French Ministry of Culture and
electronic tuning system e-tuner.
Communication. It is subsidized by the City of Paris and the Ile-de-France Region, and also receives support from SACEM. accentus
receives aid from the Orange Foundation for the singers e-tuners. The cercle des mécènes d’accentus accompanies the ensemble’s
development. Mécénat Musical Société Générale is the principal patron of accentus.
48
CAPPELLA AMSTERDAM | www. cappellaamsterdam.nl
Cappella Amsterdam werd in 1970 opgericht door Jan
Boeke en staat sinds 1990 onder artistieke leiding van
Daniel Reuss. Cappella Amsterdam besteedt in het
bijzonder aandacht aan Nederlandse componisten. Zo
staan regelmatig werken van Sweelinck en Lassus op
het programma en worden daarnaast moderne, vaak
speciaal voor het ensemble geschreven composities
uitgevoerd van onder meer Ton de Leeuw, Robert
Heppener, Klaas de Vries, Boudewijn Tarenskeen.
Cappella Amsterdam werkt regelmatig mee aan
operaproducties zoals Les Indes Galantes van Rameau
met het Orkest van de Achttiende Eeuw, Thyeste van
Jan van Vlijmen en Marco Polo van Tan Dun. Het koor is
een graag geziene gast op nationale en internationale
festivals.
De veelzijdigheid van het koor komt tot uitdrukking
in de regelmatige samenwerking met verschillende
instrumentale ensembles, orkesten en koren. In
november 2008 verscheen bij Harmonia Mundi een cd
met werken van Ligeti en Heppener. Deze cd is bekroond
met Diapason d’Or Arte (édition de décembre 2008). Een
cd met werken van Sweelinck zal eind 2009 verschijnen.
foto/photo : Marco Borggreve
Cappella Amsterdam was founded in
1970 by Jan Boeke and has been under
the artistic direction of Daniel Reuss
since 1990. Cappella Amsterdam focuses
particularly on Dutch composers: works
by Sweelinck and Lassus appear regularly
on the programme, next to commissioned
works by Ton de Leeuw, Robert Heppener,
Klaas de Vries, Boudewijn Tarenskeen and
others.
Cappella Amsterdam regularly takes part
in opera productions, both in baroque
(Rameau’s Les Indes Galantes with the
Orkest van de Achttiende Eeuw) and
contemporary productions (Thyeste
by Jan van Vlijmen, Marco Polo by Tan
Dun). The choir is a regular guest at
international festivals.
The choir’s versatility comes to the
fore in its collaborations with various
instrumental ensembles, orchestra and
choirs. In November 2008 a CD with works
by Ligeti and Heppener was released
on Harmonia Mundi; it was awarded the
Diapason d’Or Arte (édition de décembre
2008). A cd with music of Sweelinck will
appear later this year.
Cappella Amsterdam is supported by the Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+ and Gemeente Amsterdam
49
EESTI FILHARMOONIA KAMMERKOOR | www.eepc.ee
The Eesti Filharmoonia Kammerkoor was
founded in 1981 by Tonu Kaljuste, who was
its chief conductor and artistic leader
for 20 years. Paul Hillier fulfilled these
functions between 2001 and 2007. Daniel
Reuss has been chief conductor and
artistic director of the EFK since 2008.
EFK gives 60 to 70 concerts per
season and tours regularly in Europe,
America, Canada and Japan. The choir
has performed with such renowned
conductors as Claudio Abbado, Helmuth
Rilling, Stephen Layton, and Marc
Minkowski, and has worked together
with orchestras and ensembles from
all over the world. The choir has been
invited to many famous festivals and
venues, including the BBC Proms, Salzburg
Festival, and the Edinburgh International
Festival.
The project Baltic Voices, initiated by
EFK together with Harmonia Mundi,
investigates the breadth and depth of
the choral music of the countries around
the Baltic Sea. It has resulted in three
internationally successful CDs. The CD
Da Pacem with works of Arvo Pärt under
Paul Hillier won a Grammy Award in 2007
for Best Choral Performance. The choir
has Diapason d’or, Preis der Deutschen
Schallplattenkritik, eight Grammy
nominations and many more prizes to
their name.
50
Het Eesti Filharmoonia Kammerkoor (Estland) werd in
1981 opgericht door Tonu Kaljuste, die twintig jaar chefdirigent en artistiek leider van het koor was. Van 2001
tot 2007 werden deze functies vervuld door Paul Hillier.
Sinds september 2008 is Daniel Reuss de chefdirigent
en artistiek leider van het EFK.
Het EFK geeft zo’n 60 tot 70 concerten per seizoen
en gaat regelmatig op tournee door Europa, Amerika,
Canada en Japan. Het koor verzorgde optredens met
vooraanstaande dirigenten als Claudio Abbado, Helmuth
Rilling, Stephen Layton en Marc Minkowski, en werkt veel
samen met orkesten en ensembles over de hele wereld.
Het koor is een graag geziene gast op bekende festivals,
zoals de BBC Proms, het Salzburg Festival en het Edinburgh International Festival.
Het project Baltic Voices, waarin de breedte en diepte
van koormuziek van landen rond de Baltsiche zee centraal staat, mondde uit in drie wereldwijd goed ontvangen cd’s. De cd Da Pacem, met werken van Arvo Pärt
onder leiding van Paul Hillier, won in 2007 een Grammy
Award voor Best Choral Performance. Het koor heeft
een Diapason d’Or, Preis der Deutschen Schallplattenkritik, acht Grammy nominaties en vele andere prijzen op
zijn naam staan.
koormeester/choirmaster Mikk Üleoja
foto/photo : Kaupo Kikkas
LATVIJAS RADIO KORIS | koris.radio.org.lv
foto/photo : Ali Haydar Yesilyurt
Het Latvijas Radio Koris (Letland) is opgericht in
1942. Het repertoire van het koor strekt zich uit van
de Renaissance tot hedendaagse muziek, met als
onomstreden hoogtepunt de uitvoeringen
van werk van hedendaagse componisten.
Het koor staat open voor creatieve
experimenten en neemt regelmatig deel
aan multimedia projecten en scènische
uitvoeringen van hedendaagse muziek.
De focus van het LRK ligt op het bestuderen
van de capaciteiten van de menselijke stem:
het onderzoeken van mogelijkheden en
opzoeken van grenzen. Ook zoekt het naar
nieuwe vormen en manieren van uitvoeren.
Het koor geeft regelmatig compositieopdrachten aan Letse componisten en een
groot deel van het koorrepertoire bestaat uit werken
van 20ste- en 21ste-eeuwse componisten.
Het Latvijas Radio Koris werkte recentelijk samen met
Stephen Layton, Tõnu Kaljuste, Laurence Equilbey, Lars
Ulrik Mortensen, Esa-Pekka Salonen en vooraanstaande
Europese orkesten. Het koor treedt regelmatig op
tijdens muziekfestivals als Montpellier Radio Festival
in Frankrijk, Jauna Muzika in Lithuanië, Klangspuren
Festival in Oostenrijk, Baltic Sea Festival in Zweden en de
Koorbiënnale in Haarlem.
The Latvijas Radio Koris (Latvia) was
founded in 1942. The choir’s repertoire
extends from the Renaissance to
contemporary music, unequivocal
highlights being their performances of
contemporary composers. The choir is
open to creative experiments and often
participates in multimedia projects and
staged performances of contemporary
music.
The LRK focuses on the study of the
human voice’s capabilities, possibilities
and limits. It also investigates new
ways of performing and new forms of
performance. The Choir commissions
works from Latvian composers on a
regular basis, and a large part of the
choir’s repertoire consists of works by
20th and 21st century composers.
Recently the Latvijas Radio Koris has
collaborated with Stephen Layton, Tõnu
Kaljuste, Laurence Equilbey, Lars Ulrik
Mortensen, Esa-Pekka Salonen and
leading European orchestras. The Choir
frequently performs at music festivals
such as Montpellier Radio Festival
in France, Jauna Muzika in Lithuania,
Klangspuren festival in Austria, Baltic Sea
Festival in Sweden and Koorbiënnale in
Haarlem, the Netherlands.
51
NEDERLANDS KAMERKOOR | www.nederlandskamerkoor.nl
The Netherlands Chamber Choir, founded
by Felix de Nobel in 1937, is an independent
vocal ensemble that concentrates on a
cappella repertoire from the early middle
ages to the present day. Recently the
press has enthusiastically received world
premières of commissioned works by Sir
John Tavener, James MacMillan, Edith
Canat de Chizy, Gija Kancheli, Mauricio
Kagel, Peter-Jan Wagemans, Karin
Rehnqvist, Elmer Schönberger and Sir
Harrison Birtwistle, among many others.
The Netherlands Chamber Choir works
with conductors who are specialized in
different music periods. In 2005 Peter
Dijkstra became permanent guest
conductor and the Flemish old music
specialist Paul Van Nevel honorary guest
conductor. In the same year conductor
Klaas Stok was appointed choir leader.
The Nederlands Kamerkoor also works
regularly with conductors Marcus Creed,
Ed Spanjaard, Reinbert de Leeuw, Kaspars
Putninš, Grete Pedersen and Roland
Hayrabedian.
The Nederlands Kamerkoor has released
some seventy CDs, several of which have
been awarded an Edison. The most recent
releases are Bach’s Motets (cond. Peter
Dijkstra), and a cappella choral works by
Jan Vriend (cond. Klaas Stok).
52
Het Nederlands Kamerkoor, opgericht door Felix de
Nobel in 1937, is een zelfstandig vocaal ensemble dat
zich richt op het a cappella repertoire van de vroege
Middeleeuwen tot heden. In de afgelopen jaren heeft
het Nederlands Kamerkoor an verschillende componisten opdrachten verleend. Wereldpremières van opdrachtwerken van onder meer Sir John Tavener, James
MacMillan, Edith Canat de Chizy, Gija Kancheli, Mauricio
Kagel, Peter-Jan Wagemans, Karin Rehnqvist, Elmer
Schönberger en Sir Harrison Birtwistle werden door de
pers met enthousiasme ontvangen.
Het Nederlands Kamerkoor werkt samen met dirigenten
die gespecialiseerd zijn in verschillende muziekperioden. In 2005 werd Peter Dijkstra vaste gastdirigent
en de Vlaamse oude-muziekspecialist Paul Van Nevel
ere-gastdirigent van het koor. Dirigent Klaas Stok is in
datzelfde jaar benoemd tot koorleider. Verder werkt het
Nederlands Kamerkoor regelmatig samen met de dirigenten Marcus Creed, Ed Spanjaard, Reinbert de Leeuw,
Kaspars Putninš, Grete Pedersen en Roland Hayrabedian.
Het Nederlands Kamerkoor heeft inmiddels zo’n zeventig
cd’s uitgebracht, waarvan verscheidene een Edison hebben gekregen. De meest recente cd-uitgaven betreffen
de zes Motetten van J.S. Bach (dir. Peter Dijkstra), en a
cappella koorwerken van Jan Vriend (dir. Klaas Stok).
koormeester/choirmaster Klaas Stok
The Nederlands Kamerkoor is supported by the Nederlands Fonds voor Podiumkunsten+.
foto/photo : Marleen Sleeuwits
DET NORSKE SOLISTKOR | www.solistkoret.no
foto/photo : C.F. Wesenberg
De peilers waar de activiteiten van het Det Norske
Solistkor op rusten zijn een hoge muzikale standaard,
een sterk bewustzijn van traditie, en een even sterke
muzikale nieuwsgierigheid. Het koor is in 1950
opgericht door de Noorse Solistenvereniging
met als doel een elite-ensemble te vormen
dat koormuziek op het hoogst mogelijke
niveau kan uitvoeren. Het koor vervult een
unieke positie in het Noorse muziekleven en
heeft al meer dan tweehonderd premières
gepresenteerd, waaronder zeventig van
Noorse componisten.
The activities of Det Norske Solistkor
derive from high musical standards, a
strong awareness of tradition, and an
equally strong musical inquisitiveness.
The choir was established in 1950 by the
Norwegian Solistforbund with the aim
of forming an elite ensemble to perform
choir music at the highest possible level.
The choir occupies a unique position in
Norwegian musical life and has presented
more than two hundred premieres,
seventy from Norwegian composers.
De eerste dirigent was Knut Nystedt, die het koor
veertig jaar leidde. Sinds 1990 wordt het koor door
Grete Pedersen geleid, die tegenwoordig de positie
van artistiek directeur bekleedt. De leden van DNS zijn
professioneel geschoolde, zorgvuldig geselecteerde
zangers, allen potentiële solisten in hun respectievelijke
genres.
The first conductor was Knut Nystedt,
who led the choir for forty years. Since
1990 the choir has been led by Grete
Pedersen, who now holds the position of
artistic director. The members of the DNS
are professionally trained, hand-picked
singers, all of them potential soloists in
their respective genres.
Het koor treedt op in Noorwegen en het buitenland,
in lokaties variërend van concertzalen en kerken tot
balzalen en busstations. Het behoudt zijn jeugdig profiel
met de bevlogen uitvoeringen van nieuw geschreven
werken, terwijl het tegelijkertijd zijn basis houdt in de
klassieke werken van het Noorse en internationale
koorrepertoire.
The choir performs in Norway and
overseas, in settings varying from concert
halls and churches to ballrooms and bus
stations. It maintains its youthful profile,
receptive to, and willing to perform, newly
written works, at the same time retaining
classical works from the Nordic and
international choral repertoire.
Det Norske Solistkor is supported by the Norwegian Ministry of Foreign Affairs
and the Music Information Centre Norway
53
DE DIRIGENTEN / THE CONDUCTORS
Risto Joost studeerde zowel zang als
koor- en orkestdirectie aan de Estse
Academie voor Muziek, en vervolgde
zijn studie aan de Universiteit voor
Muziek en Podiumkunsten in Wenen.
In 2008 studeerde Risto Joost af aan
de Koninklijke Academie voor Muziek in
Stockholm.
Risto Joost studied singing as well as
choral and orchestral conducting at
the Estonian Academy of Music, and
received further training at the University for Music and Performing Arts
in Vienna. In spring 2008 Risto Joost
graduated from the Royal College of
Music in Stockholm.
In 1999 richtte Joost het kamerkoor
Voces Musicales op, en drie jaar later
het Ensemble Voces Musicales dat
zich toelegt op de uitvoering van
De laatste jaren profileert ze zich ook In recent years, she has been increas- barok- en hedendaagse muziek. Op
jonge leeftijd heeft hij al vele bekende
als operachef: zo dirigeerde ze Rosingly active as opera chef: she has
koren en orkesten gedirigeerd. In juni
sini’s Cenerentola in Aix-en-Provence, conducted for instance Rossini’s
2007 debuteerde hij bij de Estse NaMedea material van Pascal Dusapin
Cenerentola in Aix-en-Provence,
tionale Opera met Errki-Sven Tüür’s
in Straatsburg, en Mozart’s Bastien
Medea material by Pascal Dusapin in
opera “Wallenberg”.
et Bastienne, Britten’s Albert Herring Strasbourg, and Mozart’s Bastien et
in de Opéra Comique en vele andere
Bastienne, Britten’s Albert Herring at
Risto Joost neemt regelmatig deel
werken in de opera van Rouen.
the Opéra Comique and many other
aan de Estse Muziekdagen en het
works in the Opéra de Rouen.
Nydd Festival, waar hij tot op heden
Laurence Equilbey heeft de educatieongeveer 50 wereldpremières van
ve afdeling van accentus in het leven Laurence Equilbey has founded the
verschillende componisten heeft
geroepen, die vorm heeft gekregen in pedagogical branch of accentus, the
de afdeling voor jonge zangers en le
department for young singers and le gedirigeerd.
jeune choeur de paris aan het regio- jeune choeur de paris at the regional
Hij maakt bovendien een solo-carrière
nale conservatorium van Parijs.
conservatory of Paris.
als countertenor, en heeft overal in
Europa opgetreden. Zijn solo reper> www.laurenceequilbey.com
> www.laurenceequilbey.com
toire omvat muziek uit de Renaissance en Barokperiode maar ook uit
de 20ste eeuw.
In 1999 Joost founded the chamber
choir Voces Musicales and three years
later, the Ensemble Voces Musicales,
focused on performing Baroque and
contemporary music. Though young,
he has already conducted many
well-known choirs and orchestras. In
June 2007, he made his debut in the
Estonian National Opera conducting
Erkki-Sven Tüür’s opera “Wallenberg”.
In 1991 richtte Laurence Equilbey het
kamerkoor accentus op, nu een van
de meest vooraanstaande koren in
Europa, waarmee ze in heel Europa
optreedt en vele prijswinnende cd’s
heeft opgenomen. Ze is ook succesvol
als orkestdirigent – in het komende
seizoen zal ze onder meer samenwerken met de Philharmonie van Brussel,
het Orchestre National de France, de
orkesten van Cannes en Rouen, en het
Ensemble Orchestral de Paris.
54
In 1991, Laurence Equilbey founded
chamber choir accentus, now one of
the most prestigious choirs in Europe,
with whom she performs all over
Europe and has recorded many prizewinning CDs. She is also successful as orchestra conductor: in the
coming season, she will work with the
Brussels Philharmonic, the Orchestre
National de France, the orchestras
of Cannes and Rouen, the Ensemble
orchestral de Paris, etc.
Joost maakt zijn Nederlandse debuut
tijdens de Tenso Dagen Amsterdam.
Risto Joost participates regularly in
the Estonian Music Days and Nyyd
Festival, until now conducting approximately 50 première performances commissioned from various
composers.
Risto Joost also pursues an active
solo career as a counter-tenor, and
has given performances all over
Europe. His solo repertoire includes
music from Renaissance and Baroque
as well as from the 20th century.
Joost makes his Dutch debut during
the Tenso Dagen Amsterdam.
Sigvards Klava werkt sinds 1987 voor
het Letse Radio Koor. Hij werd in 1992
chefdirigent en artistiek leider van
het ensemble, en heeft sindsdien met
het LRK vele nieuwe werken van Letse
componisten uitgevoerd. Daarnaast
staat werk uit andere landen en perioden op het repertoire. Hij heeft met
het LRK meer dan 20 cd’s opgenomen.
Sigvards Klava started working for
the Latvian Radio Choir in 1987, and
was appointed its chief conductor
and artistic leader in 1992. With the
LRC, Sigvards Klava has performed
many new works created by Latvian
composers as well as music from
other countries and eras; together
they have recorded over 20 CDs.
Grete Pedersen studeerde aan de
Noorse Muziekacademie in Oslo, waar
ze in 1988 afstudeerde in koordirectie. Sinds 1995 geeft ze er zelf
directieles. Pedersen is dirigent van
het Oslo Kamerkoor dat ze in 1984
oprichtte. In 1990 volgde ze Knut
Nystedt op als artistiek leider van Det
Norske Solistkor.
Klava is een van de initiatiefnemers
van en lid van de artistieke raad van
het Arena Festival voor nieuwe muziek. Hij geeft les aan jonge dirigenten
bij de Koorafdeling van de Letse Muziekacademie en aan het Koor College
van de Lutherse Kathedraal in Riga.
Sigvards Klava is als chefdirigent verbonden geweest bij een aantal Letse
Nationale Zang en Dans festivals en
Noordelijke zangfestivals.
He is one of the initiators and member of the artistic council of the
Arena Festival of new music. Sigvards
Klava also teaches young conductors at the Choral Department of
the Latvian Academy of Music and at
the Choral College of Riga Lutheran
Cathedral. Sigvards Klava has acted
as Chief conductor for a number of
Latvian National Song and Dance festivals and Nordic song festivals.
Sigvards Klava ontving de Letse
Grand Prix of Music voor zijn interpretatie van de muziek van Alfred
Schnittke, en een Letse ministeriële
onderscheiding voor zijn internationale promotie van Letse muziek.
Sigvards Klava has received the
Latvian Grand Prix of Music for his
interpretation of music by Alfred
Schnittke and a Latvian Cabinet of
Ministers Award for great success in
the promotion of Latvian music.
Pedersen is een van Noorwegens
toonaangevende, meest veelzijdige dirigenten, en wordt geroemd om haar
stilistisch zelfverzekerde en muzikaal
overtuigende uitvoeringen. Haar
repertoire strekt zich uit van hedendaags tot volksmuziek, en regelmatig
werkt zij ook samen met jazzmusici
en acteurs en dirigeert verschillende
grote werken voor koor en orkesten.
Pedersen is als gastdirigent werkzaam bij koren als het Nederlands
Kamerkoor, het Groot Omroepkoor en
het Zweedse Radiokoor.
Grete Pedersen studied at the Norwegian State Academy of Music in
Oslo where she took her exam in choir
conducting in 1988; since 1995 she
is appointed there as teacher in the
same subject. She is the conductor
of the Oslo Chamber Choir which she
founded in 1984. In 1990, she succeeded Knut Nystedt as the artistic
director of Det Norske Solistkor.
Grete Pedersen has gained a reputation as one of Norway’s leading and
most versatile conductors, praised
for her stylistically and musically convincing performances. She has been
in charge of productions of contemporary music as well as folk music, has
co-operated with jazz musicians and
actors and conducted several major
works for choir and orchestra. Pedersen is working as guest conductor for
choirs like the Netherlands Chamber
Choir, Netherlands Radio Choir and
the Swedish Radio Choir.
55
DE DIRIGENTEN / THE CONDUCTORS
Kaspars Putninš is sinds 1992
dirigent bij het Lets Radio Koor.
In 1994 richtte hij de Letse Radio
Koor Zangers op, een ensemble van
solisten afkomstig uit het LRK. Hij
treedt regelmatig op als gastdirigent
bij andere vooraanstaande Europese
koren.
Kaspars Putninš has been conductor of the Latvian Radio Choir since
1992. In 1994, he formed the Latvian
Radio Chamber Singers, an ensemble
of soloists formed from the members
of Latvian Radio Choir. He regularly
appears as a guest conductor with
other leading European choirs.
Alhoewel Putninš werk een grote
verscheidenheid aan koorrepertoire
omvat, van de polyfonie van de Renaissance tot werken uit de Romantische periode, is zijn belangrijkste doel
het promoten van excellente nieuwe
koormuziek. Dit nieuwe repertoire
stelt zijn zangers voor uitdagingen en
het ontwikkelen van hun capaciteiten, en brengt hun vocale geluid naar
onbekende gebieden.
Whilst Putninš’ work encompasses a
wide range of choral repertoire, from
the polyphony of the Renaissance
period to works from the Romantic
era, his foremost goal has always
been that of promoting outstanding
new choral music. This new repertoire
challenges and develops the abilities
of his performers and takes their
vocal sound to entirely uncharted
territories.
Kaspars Putninš ontving de BBC
Silver Rose Bowl en de Letse Council
of Ministers onderscheiding voor zijn
prestaties in cultuur en wetenschap.
Kaspars Putninš is the recipient
of the BBC Silver Rose Bowl and
has received the Latvian Council of
Ministers Award for Achievements in
Culture and Science.
56
Daniel Reuss werd in 1990 chefdirigent van Cappella Amsterdam,
en heeft het koor tot het fulltime
professioneel ensemble gevormd dat
het vandaag de dag is. Van 2003 tot
2006 was hij chefdirigent van het
RIAS Kammerchor in Berlijn. Met dit
koor nam hij de cd op met muziek van
Martin en Messiaen (uitgebracht door
Harmonia Mundi), die de “Diapason
d’or de l’année 2004” ontving en de
“Preis der Deutschen Schallplattenkritik”. In 2007 maakte Daniel Reuss
zijn debuut bij de English National
Opera met Agrippina van Händel.
Sinds 2008 combineert Reuss zijn
werkzaamheden als artistiek leider
van Cappella Amsterdam met het
chef-dirigentschap van het Estonian
Philharmonic Chamber Choir. In zijn
eerste seizoen voerden zij werken uit
van Kreek en Pärt, evenals motetten van Bach en oratoria van Händel,
en maakten – samen met Cappella
Amsterdam – een opname van Frank
Martin’s Golgotha.
Daniel Reuss became chief conductor
of Cappella Amsterdam in 1990, and
turned it into the full-time professional ensemble that it is today. From
2003 to 2006, he was chief conductor
of the RIAS Kammerchor in Berlin.
Their CD with works by Martin and
Messiaen won both the “Diapason
d’or” and the “Preis der Deutschen
Schallplattenkritik”. In 2007, Daniel
Reuss made a successful debut at
the English National Opera with
Händel’s Agrippina.
Since 2008, Reuss is the artistic
director and chief conductor of the
Estonian Philharmonic Chamber Choir.
In his first season, they performed
works by Kreek and Pärt as well as
Bach motets and Händel oratoria, and
- together with Cappella Amsterdam
- made a recording of Frank Martin’s
Golgotha.
Daniel Reuss gives frequent courses
and master classes abroad, including
a recent visit to the Parisian Choir
Biennale in Cité de la Musique in Paris,
Daniel Reuss geeft regelmatig curthe Conductors Workshop in Berlin
sussen en masterclasses in het buiand the invitation by Pierre Boulez for
tenland, waaronder een bezoek aan de the Luzern Festival Academy.
Koorbiënnale Parijs in Cité de la Musique, de Dirigenten Workshop in Berlijn
en de uitnodiging van Pierre Boulez
voor de Luzern Festival Academy.
DE WORKSHOPLEIDERS / THE WORKSHOP LEADERS
Lasse Thoresen (1949) is a professor of composition at the Norwegian
State Academy of Music where he has
taught composition, electro-acoustic
music, and sonology since 1975. From
1988 to 2000 Thoresen occupied the
principal chair of composition at the
Norwegian Academy of Music in Oslo.
Chamber Choir (1981) and led the
group until 2007. During this period
he was also professor of percussion
at Darmstadt, founder and director
of the Centre for Microtonal Music
in London and its ensemble, Critical
Band, whilst remaining prolific as a
composer.
His pioneer work on musical analysis
has attracted international attention, and he has lectured extensively on his music and his method
of musical analysis. Lasse Thoresen
is the artistic leader of the project
Concrescence, which investigates microtonality in Scandinavian and Baltic
folk music and combines influences
from sources as varied as Mongolian
‘diphonic’ chant, Musique concrète
and Scandinavian kvedng singing in
new vocal works.
Since the mid-1990s he has focussed
more on composition and conducting, working with ensembles such
as musikFabrik, London Sinfonietta,
Ensemble InterContemporain and
Champ d’Action. As a composer he
has written for almost every conceivable genre, and is especially known for
his percussion music, his designing
and building of new instruments, and
for his work in electronics. As a choral
conductor he works regularly with
most of Europe’s leading chamber
choirs in repertoire from 15th Century to the present day.
James Woods (1953)
Conductor, composer, instrument
designer, musicologist and formerly
virtuoso percussionist, organist and
cellist, James Wood’s multi-faceted
career has led him into an extraordinarily broad spectrum of musical
activities. Born in 1953 he studied
composition with Nadia Boulanger in
Paris. For the next twenty years he
pursued a triple career as composer,
conductor and solo percussionist. He founded the New London
57
DE TENSO ZANGERS / THE TENSO SINGERS
choeur de chambre accentus
sopranen/sopranos
Marie Griffet*
Laurence Favier Durand*+
Kristina Vahrenkamp*
Claire Henry Desbois*
Sylvaine Davené*,Céline Boucard*
Anne-Marie Jacquin
Isabelle Sauvageot
Geneviève Boulestreau
Caroline Chassany*
Angéline Danel
alten/altos
Violaine Lucas*+
Valérie Rio*
Emmanuelle Biscara*
Isabelle Dupuis Pardoel*
Anne Gotkovsky*
Catherine Hureau
Marie-Georges Monet*
Sacha Hatala
Brigitte Le Baron
tenoren/tenors
Bruno Renhold
Arnaud Le Du
Maurizio Rossano
Laurent David*+
Stéphane Bagiau*
Nicolas Kern*
Romain Champion*
David Lefort*
Maciej Kotlarski*+
Samuel Husser
Nicolas Maire*
58
58
bassen/basses
Pierre Corbel*
Grégoire Fohet-Duminil*+
Laurent Slaars*
Pierre Jeannot
Guillaume Perault
Jean Christophe Jacques*
Rigoberto Marin-Polop
Virgile Ancely*
Claude Massoz
Fabrice Chomienne
Marc Fouquet*
Jean Baptiste Alcouffe*
Guido Groenland*
Gerben Houba*
Michiel ten Houte de Lange
(*) = Inharmonies
(+) = solo in Slova
Eesti Filharmoonia Kammerkoor
sopranen/sopranos
Kaia Urb
Kädy Plaas
Vilve Hepner
Hele-Mai Poobus
Karoliina Kriis
Maarja Kukk
Hele-Mall Leego
Cappella Amsterdam
sopranen/sopranos
Andrea van Beek
Marijke van der Harst*
Astrid Lammers
Leenke de Lege,
Simone Manders*
Marjo van Someren*
alten/altos
Petra Ehrismann
Sabine van der Heyden*
Mieke van Laren*
Inga Schneider*
Suzanne Verburg
Desirée Verlaan
tenoren/tenors
Kevin Doss
Ross Buddie
Jon Etxabe-Arzuaga*
bassen/basses
Erks Jan Dekker
Martijn de Graaf Bierbrauwer*
Jan Hoffmann
Bart Oenema
Michel Poels*
Hans Pootjes*
(*) = Car nos Vignes
alten/altos
Marianne Pärna
Helis Naeris
Merili Kristal
Ave Hännikäinen
Karin Salumäe
Iris Oja
tenoren/tenors
Tiit Kogerman
Martin Lume
Kaido Janke
Toomas Tohert
Raul Mikson
Vladislav Horuženko
bassen/basses
Henry Tiisma
Allan Vurma
Aarne Talvik
Märt Krell
Tõnu Tormis
Rainer Vilu
Hideyuki Nishimura
Latvijas Radio Koris
sopranen/sopranos
Kristine Barkovska
Ieva Ezeriete
Elina Libauere
Inga Martinsone
Iveta Romancane
Inita Vindava
alten/altos
Ilze Berzina
Antra Drege
Santa Kokina
Gundega Krumina
Inga Rutentale
Dace Strautmane
Inga Žilinska
tenoren/tenors
Egils Jakobsons
Normunds Kirsis
Ferijs Millers
Egils Norbuts
Aigars Reinis
Karlis Rutentals
DE SPREKERS / THE SPEAKERS
bassen/basses
Aldis Andersons
Karlis Bimbers
Gundars Dzilums
Janis Kokins
Ainars Rubikis
Arijs Škepasts
Nederlands Kamerkoor
sopranen/sopranos
Heleen Koele
Sabine Wühtrich
Barbara Borden
Margriet Stok
Helena van Heel
alten/altos
Dorien Lievers
Nine van Strien
Karin van der Poel
Marleene Goldstein
Kathrin Pfeiffer
tenoren/tenors
Marc van Heteren
Albert van Ommen
Stefan Berghammer
Alberto ter Doest
Robert Coupe
bassen/basses
Peter Dijkstra
Kees Jan de Koning
Jasper Schweppe
Gilad Nezer
Nicolas Boulanger
Det Norske Solistkor
sopranen/sopranos
Runa Hestad Jenssen
Berit Elisabeth Norbakken
Solset
Ingeborg Dalheim
Live Danielsson
Eli Stange Synnes
Camilla Wiig Revholt
alten/altos
Astrid Thorstensen
Marit Sehl
Jorunn Lovise Husan
Lise Davidsen
Anne Margrethe Krohn
Eva Landro
tenoren/tenors
Roar Berg
Thomas Flodin
Oddgeir Kjetilstad
Are Frode Søholt
Håvard Gravdal
Connie Palmen (1955), who studied
Dutch and philosophy, rose to instant
fame with her first novel, De wetten
(The Laws, 1991). Her next two novels,
De vriendschap (The Friendship, 1995)
and I.M. (1998), also turned out to be
best-sellers. She went on to publish
Geheel de uwe (Sincerely Yours, 2004)
and Lucifer (2007), her latest novel to
date. Palmen has also published several collections of essays: Het weerzinwekkende lot van de oude filosoof
Socrates (The Revolting Fate of the
Old Philosopher Socrates, 1992), Echt
contact is niet de bedoeling (Personal
Contact is not Desired, 2000) and Een
kleine filosofie van de moord (A Short
Philosophy of Murder, 2004). She was
awarded the AKO Literature Prize for
De vriendschap. Her work has been
translated into 20 languages.
Arthur Sonnen (1946) studied Dutch
literature and theatre studies. From
1979 to 1991, he was head of theatre
programming of the Holland Festival. In 1987, he founded the Theater
Festival and was its director until
2004. He works as dramaturge at the
Toneelacademie of Maastricht and
as senior consultant for SICA (centre
for international cultural activities).
He is secretary of EUNIC Netherlands,
the Dutch branch of the European
network of National Institutes for
Culture.
bassen/basses
Arild Bakke
Peder Arnt Kløvrud
Henrik Sand Dagfinrud
Olle Holmgren
Halvor F. Melien
Svein Korshamn
59
59
Muziekgebouw aan ‘t IJ is hét concertpodium voor
hedendaagse muziek in Nederland. Het gebouw is een
architectonisch en akoestisch meesterstuk, waar in seizoen
2009-2010 ruim 200 concerten te horen zijn, waaronder 42
wereldpremières en 52 Nederlandse premières.
Muziek van topensembles en toonaangevende componisten
uit binnen- en buitenland.
Voor concertprogramma zie www.muziekgebouw.nl.
60
60
TENSO NETWORK EUROPE / www.tenso-vocal.eu
TENSO NETWORK EUROPE
Opgericht in 2003 voor de uitwisseling van repertoire en expertise tussen professionele kamerkoren. Tenso organiseert ieder
jaar een festival in een stad in Europa: in de afgelopen jaren
waren dat de Tenso Dagen in Parijs, Riga en Berlijn. In 2010 zal
de volgende editie in Oslo worden georganiseerd, in samenwerking met het Ultima Festival.
Members of the Tenso Network Europe are:
chœur de chambre accentus / Parijs (FR)
Cappella Amsterdam / Amsterdam (NL)
Latvijas Radio Koris / Riga (LV)
Nederlands Kamerkoor / Amsterdam (NL)
RIAS Kammerchor / Berlijn (DE)
Det Norske Solistkor / Oslo (NO)
TENSO NETWORK EUROPE
Founded in 2003 to promote the exchange of repertoire and expertise among professional chamber choirs.
Tenso organizes a festival in a European city every year.
In previous years the network has organised Tenso Days
in Paris, Riga and Berlin. Oslo will host the 2010 edition,
together with the Ultima Festival.
Eesti Filharmoonia Kammerkoor / Tallinn (EE) associate member
SWR Vokalenensemble / Stuttgart (DE) associate member
Musicatreize / Marseille (FR) associate member
De activiteiten van Tenso Network Europe worden ondersteund door
het Cultuur Programma van de EU/The activities of Tenso Network
Europe are supported by the Culture Programme of the EU
PROFESSIONALS DAY
Op vrijdag 16 oktober organiseert Tenso Network Europe een
symposium voor professionals die werkzaam zijn in de (koor)
muziek, hedendaagse muziek, muziekeducatie, cultuurbeleid en
anderen. De workshops die in de middag plaatsvinden zijn toegankelijk voor publiek.
PROFESSIONALS DAY
On Friday 16 October Tenso Network Europe organizes a
symposium for professionals in the fields of (choir) music, contemporary music, music education, music writing,
cultural policy and others. The workshops in the afternoon are open to the public.
STICHTING TENSO NEDERLAND
Tenso Nederland brengt het jaarlijkse Tenso Festival dit jaar
naar Amsterdam. Tenso Nederland is opgericht door het Nederlands Kamerkoor en Cappella Amsterdam, om de uitwisseling
tussen beroepskoren, amateurzangers, componisten en het
publiek te stimuleren - nu en in de toekomst.
FOUNDATION TENSO NEDERLAND
Tenso Nederland brings the annual Tenso festival to
Amsterdam! Tenso Nederland was founded by the Nederlands Kamerkoor and Cappella Amsterdam, in order to
give an impulse to the exchange between professional
choirs, amateur singers, composers and the public - now
and in future years.
Tenso : de naam van een stijlfiguur bij de troubadours, waarbij de één
voortborduurt op de tekst en melodie van de ander; en de naam van
het Europese netwerk voor professionele kamerkoren.
Tenso : the name of a style device in the occitan troubadour tradition,
where one singer elaborates on the text and melody of the other; and
the name of the European network for professional chamber choirs.
61
PROGRAMMA OVERZICHT / PROGRAMME OVERVIEW
DONDERDAG 15 OKTOBER / THURSDAY 15 OCTOBER
17:00 (ca) grote zaal/main hall generale repetitie/rehearsal
19:30 foyerdeck 1 inleiding/introduction
20:15 grote zaal/main hall openingsconcert/opening concert
opening door/by Job Cohen
Nederlands Kamerkoor o.l.v./cond Risto Joost
Cappella Amsterdam o.l.v./cond Daniel Reuss
VRIJDAG 16 OKTOBER / FRIDAY 16 OCTOBER
10:00 - 17:00 Tenso Professionals Day
(besloten/by invitation only)
13:00 studio 1 workshop componeren voor koor/composing
for choir
15:30 bamzaal workshop de noten waar de klassieke muziek niet
meer van houdt/the pitches that classical music has learned to
hate
17:00 (ca) grote zaal/main hall generale repetitie/rehearsal
19:30 foyerdeck 1 inleiding/introduction
20:15 grote zaal/main hall concert Tenso koor/choir
Latvijas Radio Koris o.l.v./cond Sigvards Klava
voor de concerten in de grote zaal wordt een entreeprijs gerekend,
de overige activiteiten zijn gratis
voor alle activiteiten is het nodig een kaartje te halen,
ook als deze gratis zijn
there is a charge for the concerts in the main hall; the other activities
are free of charge,
all activities require an admission ticket, even if they are free of charge
wijzigingen voorbehouden/programme subject to change
62
ZATERDAG 17 OKTOBER / SATURDAY 17 OCTOBER
12:00 - 18:00 entreehal/entrance open podium/open stage
amateurkoren/amateur choirs
12:00 - 20:00 foyerdecks videopresentaties/video presentations
13:00 bamzaal workshop de noten waar de klassieke muziek niet
meer van houdt/the pitches that classical music has learned to
hate
14.30 foyerdeck 1 inleiding/introduction
15:00 grote zaal/main hall win je eigen concert/win your own
concert
amateurkoren/amateur choirs o.l.v./cond Grete Pedersen (NO),
Kaspars Putninš (LV), Risto Joost (EE)
15:30 studio 1 workshop componeren voor koor/composing
for choir
16:00 bamzaal lezing/lecture Connie Palmen - Solo
17:00 (ca) grote zaal/main hall generale repetitie/rehearsal
19:30 foyerdeck 1 inleiding/introduction
20:15 grote zaal/main hall concert Tenso koren/choirs
Eesti Filharmoonia Kammerkoor o.l.v./cond Daniel Reuss
choeur de chambre accentus o.l.v./cond Laurence Equilbey
Det Norske Solistkor o.l.v./cond Grete Pedersen
ZONDAG 18 OKTOBER / SUNDAY 18 OCTOBER
12:00 - 13:30 entreehal/entrance singalong
12:00 - 15:00 foyerdecks videopresentaties/video presentations
13:30 foyerdeck 1 lezing/lecture Arthur Sonnen - Canon
13:30 - 15:00 entreehal/entrance open podium/open stage
amateurkoren/amateur choirs
14.30 bamzaal inleiding/introduction
15:00 grote zaal/main hall slotconcert/closing concert
alle/all Tenso koren/choirs
SPONSORS
Tenso Dagen Amsterdam zijn een initiatief van/are an intiative of
Anna Becker – Cappella Amsterdam, en/and
Leo Samama – Nederlands Kamerkoor, samen met/together with
Tenso Network Europe – www.tenso-vocal.eu
en kwamen tot stand dankzij bijdragen van/
and was made possible thanks to the support of
63
COLOFON / COL0PHON
Tenso Dagen Amsterdam worden georganiseerd door
Stichting Tenso Nederland, in opdracht van het Nederlands Kamerkoor en Cappella Amsterdam, in co-productie met het Muziekgebouw
aan ‘t IJ /Tenso Dagen Amsterdam have been organized by Stichting
Tenso Nederland, commissioned by the Nederlands Kamerkoor and
Cappella Amsterdam, in co-production with the Muziekgebouw aan ‘t IJ.
Artistieke leiding/artistic directors
Daniel Reuss en/and Leo Samama
Producent/general manager
Babette Greiner
Publiciteit/publicity
Winnie Boegborn
Coördinatie amateurkoren/coordination amateur choirs
Erik Onnink
Bestuur Stichting Tenso Nederland
Board of Tenso Nederland Foundation
Lo Breemer, Frans Brouwer, Paul de Kok
Toelichtingen concerten/notes concert programme
Floris Don
Vertalingen/translations
Carolyn Muntz
Eindredactie/editor
Babette Greiner
Vormgeving/design
Gabrielle Marks | remarksfromhome.com
Drukwerk/printing
Drukkerij Heijt
64
De concerten worden opgenomen door de KRO voor rechtstreekse
uitzending (do 17 okt) of uitzending op een later tijdstip (overige concerten)/The concerts will be recorded by KRO Radio to be broadcast
directly (Thu 17 Oct) or at a later date (other concerts).
Dank aan/thanks to
Nyla Aalders • Sonja Heimann • Holland Festival • KRO
Kunstfactor • Megatravel • Jonathan Reeder • Michael van Schaik
Cas Smithuijsen
Download