Pyotr Iljitsj Tsjaikovski (1840-1893) Pezzo Capriccioso Tsjaikovski

advertisement
Pyotr Iljitsj Tsjaikovski (1840-1893)
Pezzo Capriccioso
Tsjaikovski schreef dit stuk nadat hij op reis geweest was om afscheid te
nemen van zijn stervende vriend Kondratyev. Het is dan ook minder
luchthartig dan de titel doet vermoeden: ondanks de flitsende passages
komt het smartelijke thema in de sombere toonsoort B mineur telkens
terug.
Johan Sebastiaan Bach (1685 – 1750)
Allemande uit de 6de cellosuite
De zesde suite zou oorspronkelijk voor een vijfsnarig instrument zijn
geschreven, de violoncello piccolo of de viola da spalla. Dit is een
kleinere cello, die ongeveer gelijk is aan een 7/8 cello, met een vijfde
snaar die gestemd was op E.
Cellisten die de suite willen spelen op de “moderne” viersnarige cello
stuiten op grote moeilijkheden, vanwege de uitzonderlijk hoge posities
voor de hoge noten. Toch zijn de meeste opnames van de suite die
vandaag de dag te verkrijgen zijn, gespeeld op de viersnarige cello – en
krijgt u hem vandaag ook op een gewone cello te horen.
César Franck (1822-1890)
Sonate in A voor viool en piano, CCF 123 [1886]
Bewerking voor cello en piano
I
Allegretto ben moderato, 9/8
II Allegro
III Ben moderato: Recitative-Fantasia
IV Allegretto poco mosso
César Franck werd geboren in Luik. Hij toen hij klein was reisde hij als
pianist samen met zijn broertje, die viool speelde, door België. Later ging
hij naar Parijs om piano te studeren, en vervolgens orgel en compositie.
Uiteindelijk werd leraar op het conservatorium, en organist van l’ Église
Sainte-Clotilde. Franck schreef de vioolsonate als bruiloftsgeschenk voor
de violist Ysaÿe.
PAUZE
Sergei Prokofiev (1891-1953)
Vijf Melodiëen, op. 35bis [1925] (door Lidy bewerkt van viool/zang naar cello)
I Andante
II Lento, ma non troppo
III Animato, ma non allegro
IV Andantino, un poco scherzando
V Andante non troppo
Prokofiev schreef deze melodieen als liederen (zonder woorden), twee jaar
nadat hij de Russische Revolutie ontvlucht was en in Amerika woonde.
Later herschreef hij ze voor viool en piano.
Francis Poulenc (1899-1963)
Sonate voor cello en piano, op. 143 [1940 rev.1948]
I Allegro - Tempo di Marcia
II Cavatine
III Ballabile
IV Finale
Francis Poulenc werd in zijn tijd gezien als een componist die overal de boel
op stelten zette. Hij was lid van de ‘ Group de Six’, een groepje
componisten dat zich verzette tegen het te serieuze componeren. In die
tijd vonden veel componisten namelijk dat de klassieke tonaliteit nu maar
eens achtergelaten moest worden. Maar de componisten uit de ‘ Group de
Six’ zeiden: “l’ Art pour l’ art”. Muziek moest er zijn om mensen blij te
maken, en daar mochten best akkoorden van Schubert of Mozart voor
gebruikt worden, als dat nodig was. Poulenc omschreef zijn muziek dan
ook als ‘een nieuwe stijl, met andermans akkoorden’.
Maurice Ravel (1875-1937)
“Malaguena” uit Rhapsodie Espagnole, door Lidy bewerkt van orkest [190708]
Ravel werd door Stravinky eens omschreven als de ‘Zwitserse horlogemaker
in de muziek.’ Hij had namelijk een zeer gestructureerde geest, precisie en
oog voor detail. Ravel was een man met onberispelijke manieren, en hij
kleedde zich altijd zeer zorgvuldig. Deze eigenschappen brachten soms wel
eigenaardige gewoontes met zich mee. Als hij bijvoorbeeld op reis ging,
nam hij wel 25 pyjama’s mee in zijn koffer. Ravel was geboren in het
Baskenland, en in de Rhapsodie Espagnole gebruikt hij Baskische
volksliedjes die hij nog van vroeger kende.
Download