Mise en page 1

advertisement
LITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGACO
ECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGACOM DEFENSIE OND
DE SPOOR BELGACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2 D
GACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB G
E ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB GROEP POLITIE FIN
EP 2 DE POST LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTER
LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE S
LITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGACO
ECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGACOM DEFENSIE OND
DE SPOOR BELGACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2 D
GACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB G
E ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB GROEP POLITIE FIN
EP 2 DE POST LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTER
LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE S
LITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGACO
ECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGACOM DEFENSIE OND
DE SPOOR BELGACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2 D
GACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB G
E ONDERWIJS
GROEP
POST
FIN
OP
EN
B2 DE
A RPOLITIE
E SLRB
EFINANCIËN
CGROEP
T O RPOLITIE
EP 2 DE POST
LRB
GROEP
RECHTER
LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE S
AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X · P409836
België - Belgique
P.B.- P.P
Brussel X
BC 9791
argument
www.vsoa.eu
MAANDBLAD VAN HET VRIJ SYNDICAAT VOOR HET OPENBAAR AMBT
5 DE J A A R G A N G · N ° 6 · J U N I 2 0 1 1 · M A A N D E L I J K S E U I T G A V E V A N H E T V S O A · O P E N B A R E S E C T O R V A N D E A C LV B
JAN VERCAMST
HERBEVESTIGD ALS VOORZITTER
VAN DE ACLVB
De in congres verzamelde
afgevaardigden hebben op
vrijdag 13 mei 2011 in
Brussel Jan Vercamst
herbevestigd als
voorzitter van de ACLVB
PAGINA 3
PAGINA 10
PAGINA’S 11-12-13
PAGINA’S 18-19
PAGINA’S 20-22
GROEP SPOOR
HET VSOA BEZOEKT
DE NMBS TRACTIEWERKPLAATS TE
SCHAARBEEK
RECHTERLIJKE ORDE
COLETTE DEWEZ,
HOOFDGRIFFIER VAN
HET VREDEGERECHT
TE NAMEN
GROEP DEFENSIE
VSOA-LRB
HOMMELES TUSSEN NATIONAAL
DEFENSIEMINISTER KANTOOR
EN DE CHEF VAN
BRUSSEL
DEFENSIE (CHOD)
WERFT AAN !
RECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGACOM DEFENSIE OND
DE SPOOR BELGACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2
GACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB G
E ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB GROEP POLITIE FI
OEP 2 DE POST LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTE
LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE S
LITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGAC
RECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGACOM DEFENSIE OND
DE SPOOR BELGACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2
GACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB G
E ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB GROEP POLITIE FI
OEP 2 DE POST LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTE
LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE S
LITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGAC
RECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGACOM DEFENSIE OND
DE SPOOR BELGACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2
GACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB G
E ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB GROEP POLITIE FI
OEP 2 DE POST LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTE
LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE S
LITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGAC
V S OA
2
inhoud
O N Z E CO Ö R D I N AT E N
INHOUD
SECRETARIAAT-GENERAAL
Lang Levenstraat 27-29 - 1050 BRUSSEL
Tel 02/549.52.00 - 02/512.91.63 - Fax 02/514.16.95
E-mail : [email protected]
GROEP SPOOR
Kantersteen16 - 1000 BRUSSEL
Tel 02/213.60.60 - Fax 02/224.66.10
E-mail : [email protected]
Nationaal Voorzitter : Roland VERMEULEN
GROEP 2 : FEDERALE GEMEENSCHAPS- EN
GEWESTADMINISTRATIES
Boudewijnlaan 20-21 (2de verd.) - 1000 BRUSSEL
Tel. : 02/201.19.77- Fax : 02/203.54.10
N.M.K.N. 145-0526116-47
E-mail : [email protected]
Nationaal Voorzitter : François FERNANDEZ-CORRALES
GROEP LOKALE EN REGIONALE BESTUREN
Vooruitgangstraat 319 - 1030 BRUSSEL
Tel 02/201.14.00 - Fax 02/201.14.34
E-mail : [email protected]
Nationaal Voorzitter : René MARTENS
GROEP ONDERWIJS
Boudewijnlaan 20-21 (1ste verd.) - 1000 BRUSSEL
Tel 02/529.81.30 - Fax 02/529.81.39
E-mail : [email protected]
Wnd. Gemeenschapsvoorzitter : Willy HENDRIKX
GROEP DE POST
Centrumgalerij 244 (3e verdieping) - 1000 BRUSSEL
Tel 02/223.00.20 - Fax 02/223.09.43
P.R. : 000-0674537-96
E-mail : [email protected]
Nationaal Voorzitter : Marc DE MULDER
GROEP BELGACOM
Prinses Elisabethplein 12 - 1030 BRUSSEL
Tel 02/245.21.20 - 02/245.12.70 - Fax 02/245.27.94
P.R. : 000-0259656-84
E-mail : [email protected]
Nationaal Voorzitter : Pierre MOTTOULLE
Blz. 1, 3 tot 7, 14 en 32 :
SECRETARIAAT-GENERAAL
ACLVB :
- Jan VERCAMST herbevestigd als Voorzitter van
de ACVLB.
- Woord van de Voorzitter, Jan EYNDELS :
Een nieuwe overheid.
Actualiteit :
- Feest van 1 mei 2011 in Geldenaken.
- Jogging te Bevekom : Het VSOA was erbij !
- Liberaal feest aan de vooravond van 1 mei
2011 te Blankenberge.
• Consumptieprijsindexen van april 2011.
Vrije tijd :
- Joeri DEPIERE, lid van de groep Belgacom,
geeft les in een hondenclud
Voordelen :
- Nieuw immobiliënagentschap voor de
ACLVB-vakantiehuizen in Barvaux en SPA.
- Korting van 15 % bij BOZAR.
Blz. 8 tot 10 : LRB
- Registratie van verpleeghulp en erkenning van
het beroep.
- Het Nationaal Secretariaat zoekt een
medewerker (M/V).
- SELOR : Digitaal taalcertificaat.
Dit nummer
werd samengesteld
met de
medewerking
van de
verantwoordelijken
van het
Redactiecomité
ECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGACOM DEFENSIE OND
DE SPOOR BELGACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2 D
GACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB G
E ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB GROEP POLITIE FIN
EP 2 DE POST LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTER
LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE S
LITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGACO
ECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGACOM DEFENSIE OND
DE SPOOR BELGACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2 D
GACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB G
E ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB GROEP POLITIE FIN
EP 2 DE POST LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTER
LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE S
LITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGACO
ECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGACOM DEFENSIE OND
DE SPOOR BELGACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2 D
GACOM DEFENSIE ONDERWIJS GROEP 2 DE POST LRB G
E ONDERWIJS
GROEP
POST
FIN
OP
EN
B2 DE
A RPOLITIE
E SLRB
EFINANCIËN
CGROEP
T O RPOLITIE
EP 2 DE POST
LRB
GROEP
RECHTER
LRB GROEP POLITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE S
LITIE FINANCIËN RECHTERLIJKE ORDE SPOOR BELGACO
- Colette DEWEZ, hoofdgriffier van het
vredegerecht van het 4e kanton Namen : Ik
ben voor de dialoog en communicatie.
Blz. 20 tot 24 : DEFENSIE
- AGPM : Het voorzorgscontract.
- Edito van de Voorzitter Erwin DE STAELEN :
Voor sommigen in het nooit goed.
- Vrijwillige opschorting van de prestaties (VOP) :
Meer dan 50 functies worden uitgesloten.
- Gratis logement tijdens transformatie waarom
dan een cijns (huur) betalen ?
- De medische verzorging.
- Begeleidingsmaatregelen bij de
transformatie – dienstontheffing.
- Nieuwe afgevaardigden.
- Freedom Falcon.
Blz. 25 tot 28 :POLITIE
- Syndicale actie loont !
- Prememorandum (2) :
“Veiligheid heeft zijn prijs”.
- Een reële steun garanderen in geval van
onheil.
- Onterechte klachten.
- Calog.
Blz. 14 : Groep 2
• Nieuw medewerkster : Micheline ZAMAN
vervoegd ons team.
• Regie der Gebouwen : Ontslag van Georges
CAMMAERTS.
Blz. 15 : FINANCIEN
• SELOR : Probleem met de datum van de
digitale taalcertificaten.
LRB
R. MARTENS
G. HENDRICKX
BELGACOM
P. MOTTOULLE
F. CLAUDE
SPOOR
R. VERMEULEN
R. DE THAEY
Blz. 18 tot 19 : RECHTERLIJKE ORDE
• 3de Congres UIC : “Nextstation”.
• Werkbezoek : VSOA-Spoor bezoekt de
werkplaats te Schaarbeek.
GROEP DEFENSIE
Lozenberg 2 - 1932 ZAVENTEM
Tel 02/223.57.01 - Fax 02/219.02.15
E-mail : [email protected]
Nationaal Voorzitter : Erwin DE STAELEN
GROEP POLITIE
Minervastraat 8 - 1930 ZAVENTEM
Tel 02/660.59.11 - Fax 02/660.50.97
E-mail : [email protected]
Bank : 310-0543030-13
Nationaal Voorzitter : Vincent GILLES
- Verdoken afvloeiingen bij Bpost.
- Belastingsaangifte : Vergeet uw
vrijstellingen niet !
- Rechtzetting “Verbetering van
loonvoorwaarden voor DA’ers” : De huidige
peterschapstoelage wordt vervangen door een
éénmalige coachtoelage van 150,00 € bruto en
niet 150,00 € bruto per maand.
Blz. 11 tot 13 : SPOOR
GROEP RECHTERLIJKE ORDE
Centrumgalerij - Blok 2, 4de verdieping
Kleerkopersstraat 15-17 - 1000 BRUSSEL
Tel 02/513.05.55 - Fax 02/503.25.02
E-mail : [email protected]
Nationaal Voorzitter : Jean-Marie MICHIELS
GROEP FINANCIEN
Centrumgalerij - Blok 2, 4de verdieping
Kleerkopersstraat 15-17 - 1000 BRUSSEL
Tel 02/226.41.11 - Fax 02/226.41.10
E-mail : [email protected]
Nationaal Voorzitter : Paul MONSAERT
Blz. 16 tot 17 : DE POST
DEFENSIE
E. DE STAELEN
C. WILLEM
ONDERWIJS
Wnd. W. HENDRIKX
M. HEYNDRICKX
FINANCIËN
P. MONSAERT
P. BOQUET
GROEP 2
F. FERNANDEZ-CORRALES
R. TOURLAMAIN
R. WILLEMS
POLITIE
V. GILLES
P. VANISTERBEEK
M. TIELEMANS
R. PARADE
Blz. 29 tot 31 : ONDERWIJS
- Provinciaal onderwijs blijft !
- Studiedag leerkrachtenloopbaandebat verloopt
onder grote belangstelling.
- Kandideren voor een statutaire wervingsambt
voor het schooljaar 2011-2012?
- Faq.
DE POST
M. DE MULDER
H. CLAUWAERT
RECHTERLIJKE ORDE
V. VANVAL
C. HARDY
Verantw. Uitgever:
J. EYNDELS
Beheer en Publiciteit:
H. HERMAN
Eindredactie:
B. CORNELIS
Fotoredactie:
M. SMITS
Prepress en druk
Creative Plus Production
& Nevada-Nimifi
VERSCHIJNT NIET IN JULI EN AUGUSTUS
editoriaal
ARGUMENT · JUNI 2011
3
VSOA
Woord van de voorzitter
Een nieuwe overheid
Het debat over de toekomstige rol van de overheid en haar instellingen is al een
tijd aan de gang. Als het over het veranderingsproces bij de overheid gaat, horen
we echter steevast klanken die ons niet zo best in de oren klinken: minder zelf
doen en meer laten doen. Wat men doet, beter doen en met betere mensen. Doen
wat echt noodzakelijk is en niet alles willen doen.
Het is logisch dat de rol van de overheid verandert. De samenleving verandert,
de noden van een overheid evolueren ook. Er komen uitdagingen zoals de globalisering, de vergrijzing, de armoede, het energieprobleem en de sociale uitsluiting op ons af. De overheidsbedrijven vormen zich om tot echte dienstverlenende ondernemingen waar de klemtoon op goed bestuur ligt. Het zijn domeinen
waarin de overheid een rol kan spelen. Belangrijke verschuivingen gaan in de
richting van ‘minder overheid’.
Dit zijn evoluties die ons waakzaam moeten houden. De overheid blijft voor ons
in de eerste plaats een belangrijke werkgever met een sociale functie. Het boeken van winsten of de ‘vermarkting’ van overheidstaken kan voor ons niet.
Dat er betere mensen moeten komen, lijkt evident, maar ook daar heeft de overheid al veel veranderingen doorgevoerd en leverde de ambtenaar
al voldoende prestaties. De overheid blijft overigens een aantrekkelijke werkgever voor jonge
mensen. Dat kan afgeleid worden uit het stijgend
aantal sollicitaties bij de overheidsinstellingen.
De diepe financiële en economische crisis die we
nu doormaakten, bracht duidelijk aan het licht dat
de overheid dé waarborg is en blijft voor het
behoud van de rechten en zekerheden van de burgers, van de werknemers. De overheid is een
belangrijke werkgever in ons land.
De overheid is ook een dam tegen het oprukkende individualisme en nationalisme. Extremisten zetten gemeenschappen tegen elkaar op, in heel Europa heerst
er een trend van regionalisme en separatisme. Staten plooien op zichzelf terug,
er wordt opnieuw gepleit voor het invoeren van grenscontroles. Het samenleven
van verschillende culturen wordt moeilijker. Hier kan de overheid optreden om
de sociale samenhang te bewaren door de democratie en het bestuur zo goed
mogelijk te bewaken en te organiseren. De overheid moet er over waken dat de
basisrechten niet geschonden zijn: recht op waardig werk, recht op een dak
boven het hoofd en een kwalitatieve leefomgeving, recht op toegankelijke
gezondheidszorg, veiligheid, welzijnsvoorzieningen en onderwijs en natuurlijk
het recht op een inkomen.
“Onze nieuwe website wordt een speerpunt
voor onze communicatie”.
De vakbond is in deze een belangrijke bondgenoot van de overheid. VSOA verdedigt zijn leden in de administraties en zorgt
ervoor dat zij op een goede manier geïnformeerd
worden. Om onze communicatie nog te verbeteren starten we nu met een nieuwe website (*).
Een gebruiksvriendelijke, actuele en informatieve
website is vandaag een onmisbaar communicatiemiddel geworden en een service voor onze
leden. Naast ons ledenmagazine ‘Argument’
wordt de nieuwe website een belangrijk speerpunt van onze communicatie met onze leden en
met de buitenwereld in zijn geheel.
Wij willen het VSOA blijven profileren als een
jonge, moderne en toekomstgerichte organisatie.
Jan Eyndels
Algemeen voorzitter
(*) www.vsoa.eu
ACLVB
Jan Vercamst herbevestigd als voorzitter van de ACLVB
De in congres verzamelde afgevaardigden hebben op
vrijdag 13 mei in Brussel na kennis te hebben genomen van het verslag der werkzaamheden Jan
Vercamst bevestigd als voorzitter van de ACLVB. Zij
hebben zich een beeld kunnen vormen van de weg die
tijdens zijn eerste mandaat werd afgelegd, met als
motto: duurzame groei en ontplooiing.
Steeds meer
In vier jaar tijd is de ACLVB gegroeid. Het aantal aangesloten leden nam toe met 18%; meer dan een
kwart miljoen werknemers en sociaal verzekerden
vinden zich terug in onze visie op de samenleving.
Naar aanleiding van de sociale verkiezingen van 2008,
heeft de ACLVB zijn aanwezigheid in de overleg- en
onderhandelingsorganen van de ondernemingen zien
toenemen. De ACLVB beschikt sedert vorig jaar over
twee mandaten in de Nationale Arbeidsraad en de
Centrale Raad voor het Bedrijfsleven; dit zijn twee
wezenlijke instanties in het Belgisch maatschappelijk en economisch leven. Het aantal medewerkers
van de ACLVB is eveneens aanzienlijk toegenomen om
het hoofd aan deze toegenomen werklast te kunnen
bieden.
Laten we eraan herinneren dat de bevraging heeft
aangetoond dat de leden bijzonder tevreden zijn over
de dienstverlening, zowel door de plaatselijke secretariaten als door de centrale diensten.
actualiteit
V S OA
4
ARGUMENT · JUNI 2011
1 mei in Geldenaken
© SMITS
De nieuwe editie van de 1 mei viering in Geldenaken
volgens de beproefde formule in 2010 is een groot succes
geworden dankzij de smakelijke verwennerijen en de
warme ontvangst.
De gasten mochten proeven van een mooi bord
streekproducten (aardbeien van Wépion, druiven van
Overijse en Brusselse wafels) geserveerd met slagroom
en overgoten met heerlijke chocolade uit twee fonteinen.
Een lekkere champagne daarbij en alles was in orde!
De versiering van onze stand was ook de moeite waard :
mooi verlichte tafels en een prachtige ijssculptuur waren
de blikvangers.
Na zoveel bijval zullen de organisatoren wel vlug opnieuw
rond de tafel zitten om de uitgave 2012 in elkaar te
zetten!
actualiteit
ARGUMENT · JUNI 2011
5
VSOA
Jogging te Bevekom
Het VSOA was erbij !
Eind april vond onze eerste deelname
plaats aan de jogging in Bevekom
voor een aflevering van de ‘Challenge
du Brabant Wallon’ die in totaal
11.600 km bedroeg. Wij hadden een
heel aangename ontmoeting met al
onze ‘vrienden joggers’ van de
verschillende VSOA-Groepen,
politiemensen, militairen, be-post,
Vivaqua, LRB en hun begeleiders. Ze
verrasten ons aangenaam met hun
mooie prestaties.
© SMITS
Alle vrijwilligers van onze organisatie ontpopten
zich meteen tot warme supporters voor de atleten die ons een mooie les in volharding en zelfoverwinning gaven. Het parcours tussen de velden en de warme zon konden alle deelnemers
bekoren. Marc Timmermans, de eerste die zijn
naam voor onze organisatie op het palmares van
de wedloop schrijft, eindigde met een eervolle
chrono van 51,05’. De hele ploeg was tevreden,
opgetogen en voldaan. De eerst stap is gezet, nu
is het aan ons om in die richting verder te gaan
en activiteiten voor te stellen die zoveel mogelijk deelnemers zullen aantrekken. Wij hebben
al ideeën bij de vleet voor een tweede editie.
Brigitte COLLIN
Voorzitster LRB- BRUSSEL
Liberaal feest aan de vooravond van 1 mei te Blankenberge
Al van kort na de Tweede Wereldoorlog stappen alle
liberale verenigingen aan de vooravond van 1 mei
samen op door de straten van Blankenberge. Deze
optocht werd destijds georganiseerd door de toenmalige Vriendenkring Liberale vak- en ziekenbond. Sinds
enkele jaren is de organisatie in handen van Open Vld
in samenwerking met de Blankenbergse Liberale
Nevenafdelingen.
In de loop der jaren is Meiavond uitgegroeid tot een
groot Blankenbergs Liberaal feest. Open Vld, VLD
Vriendenkring 35-60’ ers, LVSW, LBG, LZB, Jong Vld, de
Open Vld kaarters, Liberale Mutualiteit, ACLVB en VSOA
stapten samen op in een muzikale vlaggenoptocht.
De avond werd afgesloten met een BBQ en een gastspreker, dit jaar kreeg Open Vld-Senator Bart
Tommelein het woord.
Het VSOA was aanwezig met o.a. de Groep LRB (Lokale
en Regionale Besturen), alsook een delegatie van
VSOA-Defensie.
actualiteit
V S OA
6
ARGUMENT · JUNI 2011
CONSUMPTIEPRIJSINDEXEN
April 2011
In de loop van de maand april 2011 verminderde de inflatie tot 3,41%. In de praktijk zijn de prijzen van benzine,
diesel, stookolie en elektriciteit fors gestegen. Energie verhoogde het laatste jaar met 16 %.
De gezondheidsindex (G.I.) verhoogde tot 115,57 in april 2011. De consumptieprijsindex voor april 2011 bedraagt 117,20.
De spilindex (114,97) werd overschreden in april 2011 met verhoogde uitkeringen in mei 2011 (sociale uitkeringen) en juni 2011
(wedden openbare diensten). Volgende spilindex 117.27.
MAAND
G.I.
GEM. LAATSTE 4 MAANDEN
ALGEMENE INDEX C.P.I.
INFLATIE
05.2011
04.2011
115.57
115.10
117.20
3,41 %
03.2011
115,39
114,67
116,91
3,52 %
02.2011
115,05
114,21
116,33
3,39 %
01.2011
114,38
113,81
115,66
3,22 %
12.2010
113,84
113,54
115,00
3,10 %
11.2010
113,55
113,31
114,55
2,86 %
10.2010
113,46
113,14
114,41
3,01 %
09.2010
113,29
112,96
114,25
2,91 %
08.2010
112,94
112,82
113,89
2,32 %
07.2010
112,86
112,67
113,82
2,57 %
06.2010
112,74
112,48
113,77
2,46 %
05.2010
112,72
112,27
113,78
2,27 %
04.2010
112,34
111,93
113,33
1,80 %
Voor de verhoging van de wedden van de
openbare diensten dient men rekening te
houden met de gezondheidsindex (G.I.).
Gem. v.d. 4 laatste maanden – incl.
sociale uitkeringen en pensioenen.
De eerstvolgende spilindex dient overschreden te worden.
3 Omrekeningen G.I.
Om de huidige G.I. (2004) om te rekenen
naar G.I. (1996) moet men vermenigvuldigen met 1,1377.
Voor de omrekening naar G.I. (1988) moet
men vermenigvuldigen met 1,13717.
3 Omrekeningen Algemene INDEX
Om de huidige algemene INDEX (2004)
om te rekenen naar de algemene index
(1996) moet men vermenigvuldigen met
1,1493 voor de omrekening naar
3 basis 1988 X 1,4105
3 basis 1981 X 1,9082
3 basis 74/75 X 2,9388
3 basis 71 X 4,0261
3 basis 66 X 4,7866
3 basis 53 X 6,2187
ROGER WILLEMS, GROEP 2 | BRON – FOD ECONOMIE – AD STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE
vrije tijd
ARGUMENT · JUNI 2011
7
VSOA
Joeri Depiere geeft les in een hondenclub
“Een hond moet worden opgevoed
anders loopt het verkeerd”
Joeri Depiere geeft les in een hondenclub. Hij volgde twee jaar cursus voor
hondeninstructeur bij Syntra-West en behaalde er zijn diploma.
oeri is 41 jaar en werkt als bediende bij
Belgacom. Hij woont in Assebroek. Joeri
is lid sinds mei 1990. Momenteel is hij
voorzitter van VSOA-Belgacom voor
West- en Oost-Vlaanderen. Hij is afgevaardigde
sinds mei 1990 en voorzitter sinds 1 mei 2011.
J
Golden Retriever
“In 2004 heb ik mijn vrouw zover gekregen dat ze
een hond wou en hebben we een golden Retriever
in huis gehaald”, zo vertelt hij over zijn speciale
hobby. “Ik was al langer hondenliefhebber en met
de aanschaf van de hond besliste ik ook om les
te volgen in een hondenclub. Daar heb ik dan de
spreekwoordelijke microbe opgelopen en na
korte tijd ben ik dan zelf les beginnen geven en
heb dan besloten om de cursus te volgen”.
dan na enkele weken de dankbaarheid van de
mensen ziet, die dankzij de lessen een oplossing
hebben gevonden voor hun problemen met hun
hond. Daar doe je het voor. Daarnaast organiseren
we ook andere activiteiten voor de leden met de
bedoeling dat de mensen met elkaar in contact
komen en met elkaar praten over hun hond en zo
van elkaar leren. Maar ook om elkaar als mens
beter te leren kennen en er zo nieuwe vriendschappen ontstaan. We organiseren ook activiteiten zoals een quiz, een barbecue, dogrally, dogtrekking, een uitstap en een fietstocht”.
Baas spelen
Het moeilijkste aan de hobby is de mensen overtuigen dat zij het zijn die de hond moeten opvoeden en niet de instructeur. Joeri: “Veel mensen
vergelijken dit met hun kinderen. Als de meester
het hen uitlegt , leren ze het ook. Een hond zal
ook van de instructeur iets leren, maar daarom
doet hij het nog niet als zijn werkelijke baas het
hem vraagt. We leren eigenlijk de mensen hoe ze
baas moeten zijn over hun hond. Dit is niet altijd
even eenvoudig en de mensen snappen dit niet
altijd. Een hond moet worden opgevoed anders
loopt het verkeerd”.
“Ik doe niet echt mee aan wedstrijden. Ik geef
niet alleen les, ik volg ook nog les. De club had
vroeger wel wedstrijdspelers en een van onze
leden is ooit Belgisch kampioen geweest”,
besluit Joeri.
B.C.
Joeri organiseert zelf lessen in agility (behendigheid) en gehoorzaamheid. “We proberen aan de
mensen uit te leggen hoe ze hun hond moeten
opvoeden zodat ze een hond hebben die sociaal is
en waarmee ze onder de mensen kunnen komen
en onder andere honden. Het speciale is dat er bij
ons soms mensen toekomen die ten einde raad
zijn. Hun hond luistert niet, bijt van alles kapot,
plast in huis, gromt, rent achter kinderen of fietsers enzovoort. Het is een zeer goed gevoel als je
Hebt u ook speciale hobby’s ?
Laat het snel weten aan
[email protected]
Misschien bent u volgende keer wel onze
gast in ‘Vrije Tijd’.
lrb
V S OA
8
Lokale en Regionale Besturen
ARGUMENT · JUNI 2011
Zorgkundigen
Registratie van zorgkundige
en erkenning van het beroep
VERLENGD TOT 30.06.2012 !!!
Er is beslist om een laatste keer de periode te verlengen waarin de dossiers voor voorlopige registratie als
zorgkundige kunnen ingediend worden ( tot 30 juni
2012).
Dit is alleen van toepassing voor de personen die voldoen aan de voorwaarden van het K.B van 12 januari
2006 (bekwamingen en beroepservaring).
In het Staatsblad van 3 februari 2006 zijn twee koninklijke besluiten verschenen (datum KB 12 januari 2006)
betreffende de zorgkundigen.
- Het eerste (besluit <activiteiten>) is de vaststelling
van de verpleegkundige activiteiten die de verpleegkundigen mogen uitvoeren en de voorwaarden
waaronder zij deze handelingen mogen stellen.
- Het tweede (besluit <registratie>) is de vastelling
van de nadere regels om geregistreerd te worden
als zorgkundige.
De omzendbrief van 8 november 2006 (2) en het K.B.
van 23 februari 2011(3) die de registratieperiode wijzigt, is gericht aan de personen die wensen geregistreerd te worden als zorgkundige.
Deze omzendbrief verduidelijkt bepaalde situaties en
regels om geregistreerd te worden.
Goed om weten is dat de voorlopige registratie
zal moeten omgezet worden in een definitieve
registratie en dit door een bijkomende opleiding
te volgen van 120 uur.
De aanvraag om een registratie om te zetten in
een definitieve registratie moet gebeuren ten
laatste op 31 december 2015.
Samenvatting
Zie schema:
Zorgkundigen: FAQ: hierna enkele Frequently
Asked Questions (versie 14/03/2011)
(Op de website van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid
van de Voedselketen en Leefmilieu vindt u alle vragen
en antwoorden en alle informatie over de registratie
van zorgkundigen: www.health.belgium.be)
3. Wat is het verschil tussen een voorlopige en definitieve registratie?
Een voorlopige registratie bleef oorspronkelijk slechts
5 jaar geldig (tot 13 februari 2011). De geldigheid werd
onlangs verlengd tot en met 30 juni 2016.
Een definitieve registratie is geldig voor onbeperkte
duur
8. Welke diploma’s, brevetten en/of getuigschriften
geven recht op een definitieve registratie?
- Ofwel een bewijs van slagen in het eerste jaar verpleegkunde (bachelor, gegradueerd of gebrevetteerd);
- Ofwel een bewijs van slagen in de opleiding tot zorgkundige, wat een opleiding is die, in het kader van
voltijds onderwijs of het gelijkwaardig in het onderwijs voor sociale promotie, één studiejaar omvat;
- Ofwel een getuigschrift van sociale promotie of van
beroepsopleiding dat een opleiding bekroont die,
aanvullend op de elders verworven bekwamingen,
door de bevoegde instanties gelijkgesteld is aan de
opleiding van zorgkundige van één studiejaar
De Gemeenschappen zijn bevoegd om deze opleiding
tot zorgkundige in te vullen. U kunt zich tot hen wenden om hierover meer informatie te verkrijgen.
9. Wanneer kan men een definitieve registratie aanvragen bij wijze van overgangsmaatregel?
- U was op 13 februari 2006 tewerkgesteld als verzorgingspersoneel in een Verzorgingsinstelling en u
bent:
- ofwel in het bezit van een diploma vermeld in bijlage 1 van de Omzendbrief ‘Zorgkundigen’;
- ofwel NIET het bezit van dergelijk diploma maar u
was op 13 februari 2006 reeds minstens 5 jaar voltijds of equivalent aan het werk als verzorgingspersoneel in een verzorgingsinstelling (niet noodzakelijk in één periode).
lrb
Lokale en Regionale Besturen
ARGUMENT · JUNI 2011
10. Tot wanneer kan ik een voorlopige registratie aanvragen?
OF
U hebt GEEN diploma vermeld in bijlage 1 van de
Omzendbrief ‘zorgkundigen’, maar u was op 13 februari 2006 tewerkgesteld als verzorgingspersoneel in een
verzorgingsinstelling, en dit minder dan 5 jaar voltijds
of equivalent. U doet de aanvraag tot registratie vóór 1
juli 2012.
12. Hoe lang blijft een voorlopige registratie geldig?
Een voorlopige registratie is geldig tot en met 30 juni
2016.
13. Hoe kan een voorlopige registratie omgezet worden
in een definitieve registratie?
Een voorlopige registratie kan worden omgezet in een
definitieve indien u kunt aantonen dat u ten laatste op
31 december 2015 een bijkomende opleiding van 120
uur heeft gevolgd, die verband houdt met de activiteiten die een zorgkundige kan verrichten.
Voorafgaande opleidingen die verband houden met de
activiteiten die een zorgkundige kan verrichten, kunnen in rekening worden gebracht om aan de vereiste
120 uur te komen.
De aanvraag dient ten laatste op 31 december 2015
opgestuurd worden.
14. Wordt mijn diploma vermeld in bijlage 1 van de
omzendbrief? Komt mijn diploma in
aanmerking voor de overgangsmaatregelen?
Zie de volledige lijst van opleidingen in bijlage 1 van
de omzendbrief; bij twijfel zal de erkenningscommissie hierover oordelen.
VSOA
Bezoekuren :
Aandacht : vanaf maandag 17 januari 2011,
Alleen op maandag van 10u tot 12u (gelijkvloers)
Een voorlopige registratie moest oorspronkelijk aangevraagd worden voor 31 december 2008. De Minister
van Volksgezondheid en Sociale Zaken heeft echter
deze termijn verlengd; de aanvraag voor een voorlopige registratie dient op heden te gebeuren voor 1 juli
2012. Een aanvraag voor definitieve registratie kan
ook nog na 1 juli 2012 worden ingediend.
11. In welke gevallen kan je een voorlopige registratie
verkrijgen?
U hebt een diploma vermeld in bijlage 1 van de
Omzendbrief ‘Zorgkundigen’, en u bent uiterlijk op 31
december 2008 tewerkgesteld als verzorgingspersoneel in een verzorgingsinstelling. U doet de aanvraag
tot registratie vóór 1 juli 2012.
9
Contact Center :
+32 (0)2 524 97 97
Website: www.health.belgium.be
E-mail: [email protected]
15. Welke zijn de verzorgingsinstellingen waarvan
sprake in het Koninklijk Besluit van
12 januari 2006 ‘tot vaststelling van de nadere regels
om geregistreerd te worden als
zorgkundige’?
- ziekenhuizen
- ziekenhuisdiensten die afhangen van een associatie
van ziekenhuizen
- rust- en verzorgingstehuizen (erkend)
- psychiatrische verzorgingstehuizen (erkend)
- centra voor dagverzorging (erkend)
- rustoorden voor bejaarden (erkend)
- centra voor kortverblijf (erkend)
- instellingen die zonder als rustoord te zijn erkend,
de gemeenschappelijke woon- of verblijfplaats van
de bejaarden uitmaken, en die beantwoorden aan de
door de Koning bepaalde voorwaarden.
Nog vragen?
Neem contact met:
Mevrouw Ingrid DAVELOOSE,
Nationaal Penningmeester en
Zone verantwoordelijke West-Vlaanderen
VSOA groep LRB
GSM: 0495/68.00.44
E-mail: [email protected]
Registratie Zorgkundigen
Contact FOD Volksgezondheid:
FOD Volksgezondheid
Erkenningscommissie van de Nationale Raad voor
Verpleegkunde
Victor Hortaplein 40, bus 10, blok D 2de verd.
1060 Brussel
(1) 12 januari 2006. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de nadere regels om geregistreerd te worden
als zorgkundige, BS 03/02/2006.
12 januari 2006. - Koninklijk besluit tot vaststelling
van de verpleegkundige activiteiten die de zorgkundigen mogen uitvoeren en de voorwaarden waaronder de
zorgkundigen deze handelingen mogen stellen, BS
03/02/2006.
(2)Federale Overheidsdienst Volksgezondheid,
Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu
[C − 2006/23183]
8 november 2006. — Ministeriële omzendbrief betreffende de koninklijke besluiten van 12 januari 2006 tot
vaststelling van de nadere regels om geregistreerd te
worden als zorgkundige en tot vaststelling van de verpleegkundige activiteiten die de zorgkundigen mogen
uitvoeren en de voorwaarden waaronder de zorgkundigen deze handelingen mogen stellen. Deze omzendbrief richt zich in het bijzonder tot de personen die zich
als zorgkundige willen laten registreren, tot de verschillende instellingen die bij die registratie betrokken zijn, alsook tot de verzorgingsinstellingen.
Opmerkingen
De aanvrager die zijn aanvraag heeft ingediend en
bevestiging van ontvangst van zijn aanvraag tot registratie heeft ontvangen, mag de handelingen stellen in
afwachting van de bevestiging van zijn registratie.
Eenmaal geregistreerd moet de zorgkundige zoals
andere beoefenaars van gezondheidszorgberoepen een
visumaanvraag indienen bij de geneeskundige commissie van de provincie waar de persoon zijn beroep
wil uitoefenen. Het visum zal aangebracht worden op
het origineel dat aantoont dat de registratie als zorgkundige door de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van
de Voedselketen en Leefmilieu.
Brussel, 8 november 2006.
R. Demotte
BS 14/12/2006
(3) K.B. van 23 februari 2011 wijzigt enkele bepalingen
met betrekking tot de registratieperiode, BS
08/03/2011.
Bron: FOD Volksgezondheid
VSOA groep LRB
lrb
V S OA
10
Lokale en Regionale Besturen
ARGUMENT · JUNI 2011
Het Nationaal Secretariaat van de GROEP LRB zoekt :
EEN MEDEWERKER (M/V)
Binnenkort gaat één van onze medewerksters op welverdiende rust.
Om deze reden is onze groep op zoek naar een administratief medewerker
om te functioneren op ons Nationaal Secretariaat
gelegen Vooruitgangstraat 319 te 1030 Brussel (dichtbij het Noord station).
Om in aanmerking te komen dien je werkzaam te zijn als contractueel of
statutair medewerker in een openbaar bestuur.
WIE ZOEKEN WIJ ?
INTERESSE ?
-
- stuur je motivatiebrief en een CV naar de Nationaal
Secretaris van de Groep Lokale en Regionale Besturen
- t.a.v. Dhr. Paul Vereecke, Nationaal Secretaris VSOA,
Vooruitgangstraat 319 te 1030 Brussel.
M/V tweetalig (NL moedertaal)
Kennis van informatica (WORD – Excel enz.)
Telefoonbeheer
Instaan voor briefwisseling
Enz…
Kandidaturen worden verwacht ten laatste op 15 juli 2011
Wij nemen contact met u op voor een afspraak.
Voor meer informatie kun je ook bellen naar 02/201 14 00
of via e-mail naar [email protected].
SELOR / TAALTEST / NIEUWS
DIGITAAL TAALCERTIFICAAT
Vanaf 1 maart heeft Selor het papieren taalcertificaat
vervangen door een digitale versie. Als je je taaltest(en) met succes afrondt, krijg je automatisch een
digitaal taalcertificaat in je online-dossier Mijn Selor.
Dit digitaal taalcertificaat is rechtsgeldig. Het bevat
de digitale handtekening van de afgevaardigd bestuurder van Selor. Heb je het behaald in het kader van
de uitoefening van je job of om een taalpremie te ontvangen, dan bezorg je dit document digitaal aan je
personeelsdienst. Als je het document uitprint, verliest het zijn juridische waarde.
Selor heeft alle stappen ondernomen om de rechtsgeldigheid van het digitaal certificaat en de digitale
handtekening te onderzoeken.
Het certificaat wordt afgeleverd door GlobalSign en
het systeem van elektronische datering komt van
Fedict. We zien deze digitalisering als een stap vooruit in paperpoor communicatie en automatisering
van de processen.
Bron: Selor
Voor inschrijving en info:
Website: www.selor.be
Vragen over de taaltesten per e-mail: [email protected]
Gratis infonummer 0800/505 54
Selor
Bischoffsheimlaan 15
1000 Brussel
Ons kantoor in Eupen :
Ministerium der Deutschsprachigen Gemeinschaft
Gosperstrasse 1
4700 Eupen
spoor
ARGUMENT · JUNI 2011
11
VSOA
Congres UIC
« NEXTSTATION »
WELKE LESSEN KUNNEN WIJ
HIERUIT TREKKEN?
Het station moet open zijn
Het station is niet langer meer alleen een plek
waar we gewoon een vervoerbewijs komen
kopen of waar we de trein nemen, maar een
levendige ontmoetingsplaats, een doorgangsoord centraal gelegen in een stedelijke locatie.
Concreet moet het station zich van zijn slecht
imago en negatieve associaties ontdoen. Men
vindt er dus de handelszaken, de hotels, de restaurants en het is ook een businesscenter. Het
station is ook een motor van de socio-economische ontwikkeling (zie Brugge, waar het nieuwe
complex 3000 werkplaatsen creëert).
Dit concept is uiteraard ook van toepassing voor
grote stations met een groeipotentieel. Deze
moeten worden beschouwd als kleine luchtha-
vens waar tijdens het wachten op de trein, je er
ook kan winkelen, eten of gewoon flaneren.
Voor architect Calatrava, die belast werd met de
bouw van een station in Manhattan op Ground
Zero in de VS, "moet men de voldoening aan reiziger teruggeven, de deugd van een gebouw binnen te gaan dat voor hem werd ontwerpen.
Het station moet multimodaal zijn
Het station ligt in het centrum van een mobiliteitsnetwerk. Alle soorten vervoer moeten er
kunnen convergeren naar het station, waarbij
men rekening moet houden met allerlei soorten
reizigers. De bus, de tram, de fiets, de auto, de
huurauto, de taxi, de metro moet een complementaire plaats vinden in het station.
Het station moet rendabel zijn
We mogen het station niet meer zien als een kostenpost, maar een winstgevend centrum die verschillende huurinkomsten genereert.
© PROJECT GENT-SINT-PIETERS
Op 17 en 18 maart organiseerde het
UIC zijn derde congres over het thema
het station. Na Rome (2005) en Parijs
(2007), was het de beurt aan Brussel,
waarbij dit evenement werd
voorbereid door de NMBS Holding. Dit
symposium bracht vele deskundigen
en spoorwegambtenaren samen uit
de 4 windstreken van Europa om te
debatteren over de toekomstige rol
van het station.
In de toekomst moet men twee soorten voorzieningen hebben: de belangrijke treinstations, die
maximaal reizigers aan- en afvoeren, die tegelijk
talrijke diensten verstrekt en de andere stations
die geleidelijk getransformeerd worden in stopplaatsen met geïnformatiseerde basisdiensten.
In België, is het beheer van de 37 grootste stations in de handen van de NMBS-Holding, die opereert via haar twee dochterondernemingen
Eurogarant en Eurostation.
Twee derde van de totale NMBS - klanten passeren in deze stations. De resterende 500 stations
van minder belang worden beheerd door de NMBS.
De groep spendeert ongeveer 150 miljoen euro
per jaar (een tiende van de investeringen) aan
het onthaal van de reizigers.
Met welke visie? Voor de gedelegeerde bestuurder van de NMBS Holding: "Het is altijd belangrijk om dergelijke plaatsen in de buurt te hebben, geen kleine stations meer, meer toegankelijke en tegelijkertijd stations die zich als dienstencentra profileren met een socio-economische motor.
spoor
V S OA
12
ARGUMENT · JUNI 2011
Werkbezoek
Vsoa-Spoor bezoekt de
werkplaats te Schaarbeek
Na het bezoek aan onze leden van de Centrale
Werkplaats van Cuesmes eind november, hebben
Filoteo Africano en Jacques Joie begin april de
installaties bezocht van de Tractiewerkplaats van
Schaarbeek waar ze werden ontvangen door de
heer Yougnès Ouama, de leider van de werkplaats.
Schaarbeek, een vertrouwde naam die vele
spoorwegbedienden kennen omdat zij er hun
eerste spoorwegstappen hebben gezet, maar ook
gekend bij talrijke pendelaars door hun passage op
weg naar Brussel. Maar welke activiteiten hebben
plaats in deze werkplaats?
Filoteo Africano en Jacques Joie in gezelschap van De Heer Yougnès Ouama, verantwoordelijke van de werkplaats.
e site van TW Schaarbeek beslaat
een groot grondgebied dat oorspronkelijk werd gevormd door drie componenten: een reizigersstation, een
rangeerstation voor goederentreinen en een
werkplaats voor het onderhoud.
D
Ondanks een monumentaal historisch gebouw
werd het station, door het verlies van de “autocouchettes”, beperkt tot een doorgangstation
waar gelukkig nog een aantal reizigerstreinen
hun halte hebben. Ook een spoorwegmuseum
zal er binnenkort worden ingericht.
Het rangeerstation heeft de rekening betaald
van de herstructurering van het binnenlands
goederenvervoer en is het slachtoffer geworden
van de "strategische" herschikking van de goederenladingen.
Op deze site blijven nu nog slechts – op een
strategische locatie – de activiteiten over die tot
de directie B-Technics behoren en die werkgelegenheid biedt aan meer dan 400 mensen.
Wordt de site op termijn bedreigd door een
aantal overijverige vastgoedmakelaars die
de toekomst, de bedrijvigheid en de werkgelegenheid in gevaar brengen?
In België kan niemand 100% zeker zijn van wat dan
ook, maar de "ontsluiting" via het Diabolo-project
spoor
ARGUMENT · JUNI 2011
SINDS 2006 IS DE
WERKPLAATS MET EEN ISO
9001:2000 GECERTIFICEERD,
DIE MOET TOELATEN OM
BETER TE CONCURREREN.
(waarvan de werkplaats deel uitmaakt door de
doorgang van de spoorlijnen naar Antwerpen en
Luik en een natuurgebied), laat hopen op een
blijvende voortzetting van de activiteiten.
De dieseltractie werkplaats
3 Preventief onderhoud van de
elektrische- en diesellocomotieven;
3 Correctief onderhoud;
WAT IS DE HUIDIGE STRUCTUUR
VAN DE TRACTIE WERKPLAATS
IN SCHAARBEEK?
¾ van de werken zijn verbeteringswerken en ¼ is preventief.
Gerelateerde activiteiten, die heel belangrijk
zijn:
3 Een car-wash voor het reinigen van het
koetswerk van de rijtuigen;
3 Een draaibank voor het afdraaien van de
wielassen;
3 Een hersporingstrein met hijskraan voor bijstand te velde bij ontsporingen (bvb.
Buizingen);
3 De laatste bedrijfsklare stoomlocomotief
en de Koninklijke trein is er gestationeerd
en worden er ook onderhouden.
Het is opgedeeld in drie delen:
Elektrische tractiewerkplaats
3 Preventief onderhoud van motorstellen;
3 Correctief onderhoud;
3 Het reinigen van het interieur van
motorstellen;
3 Het machinaal bewerken van wielassen en
vervangen van remschijven;
De onderhoudspost
3 Preventief onderhoud van de rijtuigen;
3 Correctief onderhoud;
3 Het reinigen van het interieur van de rijtuigen;
Tevens werden er een rist verbeteringen aangebracht aan de gebouwen om de werf perfomanter te maken, ze te beveiligen en de werkomstandigheden te verbeteren.
De bundelsporen en de toegangssporen tot de
werkplaats zullen binnenkort afzonderlijk uitgerust worden met afstandsbediening voor de
wissels. Alles wijst er dus op dat de hogere
directie een groot vertrouwen heeft in de toekomst van Schaarbeek en we troffen er ook een
management aan met een sociale inslag die
zich inzet voor het bedrijf.
Spijtig genoeg hebben wij bij het overlopen van
de cijfers, ons door de onmiddellijke chef overhandigd (wat ook gebeurt in andere werkplaatsen) dat de gemiddelde leeftijd van het personeel oploopt (49 jaar) en dat het uiterst moeilijk is om technisch geschoold personeel te
rekruteren.
Inderdaad, ondanks de gedane inspanningen
(bv. bezoeken aan technische scholen, opendeurdagen...) om nieuwe bedienden aan te
trekken moeten we vaststellen dat een resem
posten niet kunnen worden aangevuld (het verschil tussen kader/effectief is ruimschoots
negatief).
Bijkomende handicap voor een goed beheer is
de woonplaats van de bedienden (er is slechts
5% van de werknemers afkomstig uit de agglomeratie Brussel), wat uiteraard geen stabiliserende factor is daar nieuwe bedienden snel een
overplaatsing vragen. Na dit kort overzicht mag
worden besloten dat de werkplaats van
Schaarbeek over talrijke troeven beschikt om
een belangrijke rol te spelen in de ontwikkeling
van de spoorweg van de toekomst, op voorwaarden dat door de beleidsmakers oplossingen worden gevonden voor de problemen door
te vertrouwen op de competentie van zowel de
werknemers als van het management.
13
VSOA
groep 2
V S OA
14
ARGUMENT · JUNI 2011
Nieuwe medewerkster
Micheline Zaman vervoegd ons team
Mijn naam is Micheline Zaman en ben reeds lid
van 1999. Na mijn studies secretariaat-talen is
mijn carrière van start gegaan bij de Nationale
Maatschappij voor Krediet aan de Nijverheid.
Gedurende 3 jaar heb ik daar heel veel geleerd
bij de verschillende diensten. Daarna heb ik
gewerkt bij Olivetti.
In 1989 werd ik opgeroepen om als vast
benoemd ambtenaar bij de Regie der Gebouwen
te werken. Bij de Brusselse Buitendiensten
Sectie 2 was het leuk werken. In 1990 werd ik
gevraagd om bij het Hoofdbestuur Brusselse
Buitendiensten het secretariaat te versterken.
In 1999 ben ik gaan werken op het ministerieel
kabinet - Cel Regie der Gebouwen. Tot het einde
van 2007 heb ik daar ingestaan voor de dossiers
van de Regie der Gebouwen.
Terug bij de administratie in 2008 - Interne
Dienst voor Preventie en Bescherming op het
Werk - ging onze voorzitter van het Comité Regie
der Gebouwen binnen het VSOA met pensioen en
werd de fakkel overgedragen aan mij. Sindsdien
sta ik in voor onze leden en doe zoveel mogelijk
mijn best om hen te helpen. De afgevaardigden
hebben, en nog steeds, mij goed bijgestaan om
alles tot een goed einde te brengen.
Sinds 1 februari 2011 werk ik nu voor het secretariaat van het VSOA – Groep 2 om daar nog
beter de leden te kunnen bijstaan en voor onze
belangen op te komen.
COMITÉ REGIE DER GEBOUWEN : ONTSLAG VAN GEORGES CAMMAERTS
Met heel veel spijt in het hart
deel ik dan ook mee dat Georges
Cammaerts zijn ontslag heeft
ingediend binnen het Comité
Regie der Gebouwen. Zijn fakkel
is overgedragen aan Leloux
Pascal.
VOORDELEN VSOA
Georges Cammaerts is sinds 1997 lid van
onze vakbond en heeft als penningmeester gezeteld in het Comité Regie der
Gebouwen onder het voorzitterschap van
Johnny Speeck.
Georges heeft heel veel bijgedragen aan
de vergaderingen binnen de Regie der
Gebouwen alsook binnen de Sociale
Dienst.
In 2008 is de fakkel van het voorzitterschap overgedragen aan mij en Georges
heeft mij hierin heel goed gesteund door
zijn kennis over te brengen.
Langs deze weg wil ik Georges hartelijk
danken voor zijn werk binnen de vakbond alsook voor zijn vriendschap en
wens ik hem dan ook nog veel succes in
zijn toekomstige plannen.
BARVAUX-SUR-OURTHE & SPA : WIJZIGING AGENTSCHAP
Er wordt samengewerkt met een nieuw immobiliënagentschap
voor de ACLVB-vakantiehuizen in Barvaux en Spa.
Reservatieformulieren zijn te verkrijgen bij het secretariaat generaal van het VSOA,
telefonisch op 02/549.52.00 of per mail : [email protected].
Voor eventuele vragen kan u steeds terecht bij de heer Frédéric Janssen
(e-mail : [email protected] of gsm-nummer : 0473-69.01.56).
Leden die reeds een reservatie hadden doorgegeven aan de agentschappen Ourthe &
Somme en Spa, zullen spoedig van Frédéric Janssen de verdere nodige info ontvangen.
groep financiën
ARGUMENT · JUNI 2011
15
VSOA
Selor
Probleem met de datum van de digitale
taalcertificaten van Selor
De ambtenaren van de
FOD Financiën, die bij
toepassing van het KB
van 16 mei 2003, voor
de taalcertificaten
artikel 8 en artikel 9
§1, voldoende kennis
van het KB van 8
maart 2001, een
verhoogde taalpremie
ontvingen, verloren deze
vanaf 1 december 2010.
Het niet-geïndexeerde maandelijks bedrag bedraagt
nu nog slechts 60,00 EUR wat een flink stuk lager is
dan vroegere premie die naar gelang van de graad
varieerde van 82,79 EUR tot 112,59 EUR. Reden is het
nieuwe taalpremiestelsel dat werd ingevoerd door het
KB van 13 juni 2010 (Belgisch Staatsblad van 22 juni
2010).
De enige mogelijkheid om dit geldelijke verlies te
voorkomen was het slagen voor een bijkomend examen. Deze ambtenaren, die al beschikten over het
taalbewijs artikel 9 §1, voldoende kennis, bekomen
mits het behalen van het taalbewijs artikel 11 de
hoogste taalpremie dewelke is vastgesteld op 110,00
EUR (cf. artikels in de Blauwe boekjes nr. 2 van juni
2010 en nr. 3 van september 2010).
e-learning
Het OFO organiseerde een cursus e-learning en de
betrokken ambtenaren werden door Selor uitgenodigd
om op 30 augustus 2010 bijkomende testen voor het
taalexamen artikel 11 af te leggen.
De geslaagden behaalden tijdig hun certificaat en konden het geldelijke verlies voorkomen. Degenen die niet
slaagden konden de test opnieuw komen afleggen op 7
december 2010. Zij verloren al voor minimum één maand
de verhoogde taalpremie.
Nochtans beloofde de minister van Ambtenaren zaken in
Comité B dat de betrokken ambtenaren vóór 1 december
2010 zeker twee kansen zouden krijgen … .
belasting omdat er, als gevolg van de wijzigingen aan de
reglementering, een massa ambtenaren deelnam aan de
taalexamens.
Vanaf december 2010 levert Selor digitale taalcertificaten af. Na het succesvol afronden van de taaltesten
krijgt de kandidaat automatisch een digitaal taalcertificaat in zijn onlinedossier “Mijn Selor”. Dit digitaal taalcertificaat is een rechtsgeldig document. Het bevat de
digitale handtekening van de afgevaardigd bestuurder
van Selor. Als dit document wordt uitgeprint, verliest het
zijn juridische waarde.
Op basis van dit digitaal taalcertificaat kan aan de personeelsdienst de uitbetaling van een taalpremie worden
gevraagd. Echter, een groot deel van de betrokkenen die
2 slaagden voor het op 7 december 2010 voor de ambtenaren van de FOD Financiën georganiseerde examen,
ontvingen pas begin maart 2011 hun resultaten.
Bovendien is hun certificaat pas van kracht vanaf 7
maart 2011. Dit heeft als gevolg dat zij niet één, maar
vier maanden hun verhoogde taalpremie verliezen.
Geen bereidheid
Tijdens de vergadering toonde Selor totaal geen bereidheid om hier iets aan te veranderen. Het VSOA heeft
nogmaals aangedrongen en meegedeeld dat wij via de
minister van ambtenarenzaken rechtzetting zouden vragen van deze onrechtvaardigheid.
Het VSOA heeft het probleem aangekaart op de overlegvergadering met Selor, woensdag 13 april 2011. De vertraging is volgens Selor enerzijds te wijten aan de kinderziekten van het systeem en anderzijds aan de over-
De verantwoordelijke taalcertificeringen van Selor
meldde ons de week erna dat zij het probleem nog eens
hadden bekeken en toch een oplossing voorstelden.
Selor kon geen nieuw digitaal taalcertificaat uitreiken,
dit is technisch niet mogelijk. Ook in hun de bestanden
kon de datum van het certificaat niet meer worden
gewijzigd. Er werd door Selor aan de ambtenaren van
financiën die slaagden voor het examen van 7 december
2010 wel een nieuw papieren taalcertificaat uitgereikt
met een geldigheidsdatum vanaf 8 december 2010.
Selor heeft deze nieuwe certificaten eind april met de
post verzonden.
Stefaan Slaghmuylder
Nationaal Secretaris
de post
V S OA
16
ARGUMENT · JUNI 2011
CEO Johnny Thijs zegt geen naakte ontslagen door te voeren, maar …
Verdoken afvloeiingen bij bpost
In de Kamercommissie van maart 2011 verklaarde CEO van bpost Johnny Thijs dat het strategisch
plan 2020 niet zou leiden tot naakte ontslagen. Wat hij er niet bij vertelde was dat het aantal
personeelsleden dat het bedrijf verlaat “om medische redenen” almaar toeneemt. Johnny Thijs
doet wat andere bedrijfsleiders doen : in het openbaar zeggen dat mensen langer aan de slag
moeten blijven, maar voor zichzelf denken : “… Als het maar niet bij mij is”.
p dat vlak zijn de bedrijfsleiders in dit
land allemaal in hetzelfde bedje ziek.
Overal horen we dezelfde echo’s :
eens de mensen de vijftig voorbij zijn,
wil men ze niet meer. Dit is niet een louter probleem voor bpost. Het is een (inter-)nationaal
probleem, dat in de privésector al jaren sluimert
en nu ook meer en meer ingang vindt in het openbaar ambt. Wie vroeger niet meer meekon, kon
een medisch onderzoek aanvragen, en op basis
daarvan werd dan gezocht naar een passende
oplossing. Vele mensen kregen op die manier een
‘aangepaste dienst’ toegewezen, die ze konden
uitoefenen tot het einde van hun loopbaan.
Dat is nu niet meer het geval. Wie nu niet meer
mee kan, gaat eruit!
O
Personeelsleden die het werk niet meer aankunnen, moeten zich maar ziek melden. Deze politiek
staat haaks op de ‘officiële’ houding van het
bedrijf om het absenteïsme in te dijken, maar dit
is wel de realiteit. De contractuele medewerkers
die niet meer meekunnen en voor het bedrijf ‘te
vaak’ ziek zijn, kunnen ontslagen worden wegens
medische redenen. Het valt ons daarbij op dat
men zich daarvoor al eens beroept op ‘overmacht’
om de arbeidsovereenkomst te beëindigen.
Vastbenoemde personeelsleden kunnen niet
zomaar ontslagen worden, maar die verlaten dan
het bedrijf via de ‘pensionering wegens medische
redenen’.
Zo’n medisch pensioen naar voor schuiven als
‘oplossing’ is echter kort door de bocht. Wie 58
jaar is, een lange staat van dienst heeft, huis uit
zijn en geen al te zware verplichtingen meer heeft
die maandelijks moeten nagekomen worden, kàn
met een medisch pensioen geholpen zijn. Al is dit
voor die mensen lang niet altijd een oplossing,
want niet iedereen wil op die manier zijn of haar
loopbaan beëindigen! Een ‘medisch pensioen’
laat dan ook vaak een wrang gevoel na bij die
mensen, ook al omdat ze er zich zowel financieel
als mentaal niet op kunnen voorbereiden. Voor
andere mensen is zo’n medisch pensioen zelfs
een regelrechte strop. Voor wie bijvoorbeeld maar
55 jaar is, een relatief korte of een ‘gemengde’
loopbaan heeft, nog studerende kinderen heeft
en nog een lening moet afbetalen, heeft een
medisch pensioen vaak zeer zware gevolgen.
de post
ARGUMENT · JUNI 2011
Men moet dan verder met een zeer beperkt pensioenbedrag, in afwachting van een definitief
pensioen op 60 jaar of zelfs op 65 jaar.
Dit kan voor die mensen een ware hypotheek
leggen op hun verdere toekomst, want waar
geraak je dan nog op je 55ste aan de slag? Het
pensioen om medische redenen is geen oplossing – integendeel. Het kan mensen in de problemen brengen, want wie té vroeg moet afhaken
van de arbeidsmarkt betaalt daar vroeg of laat
een prijs voor. Daar mag zeker niet al te licht
over gegaan worden.
Langer aan de slag ?
Papier is gewillig – de realiteit is dat niet.
Overal wordt steeds weer hetzelfde gezegd over
het feit dat mensen almaar ouder worden en ze
dus langer aan de slag moeten blijven om de
groeiende kosten van de vergrijzing het hoofd te
kunnen bieden. Dé oplossing lijkt dan de pensioenleeftijd te verhogen.
De ons omringende landen hebben al ingegrepen in de pensioenwetgeving. In Nederland
werd de pensioenleeftijd vastgelegd op 66 jaar
tegen 2020 en op 67 jaar tegen 2025. Sommige
Nederlandse partijen willen echter nog verder
gaan, en de pensioenleeftijd op 70 jaar vastleggen. In Groot-Brittannië ligt deze op 66 jaar en
zal deze geleidelijk opgetrokken worden tot 68
jaar.
Duitsland besliste eerder al om mensen tot 67
jaar te laten werken. Het Franse systeem lijkt
op het onze, met een mogelijkheid om met pensioen te gaan op 60 Franse regering deed daar
vorig jaar – ondanks hevige protesten - 2 jaar
bij. Je kan er weldra pas met pensioen vanaf 62
jaar, en voor een volledig pensioen zal je 67 jaar
moeten zijn. En van zodra België nog eens een
volwaardige regering krijgt, zal men ook hier de
debatten openen.
Maar wat voor nut heeft het om de wettelijke
pensioenleeftijden op te trekken als mensen
niet langer actief blijven? Als men mensen
vanaf een bepaalde leeftijd naar de werkloosheid stuurt, of als men de mensen nog sneller
gaat pensioneren wegens medische redenen?
Zou het niet wenselijker zijn dat de overheden
ervoor zorgen dat mensen effectief langer aan
de slag kunnen en mogen blijven? Zou dat niet
meer aarde aan de dijk brengen dan koudweg
de wettelijke pensioenleeftijd te verhogen?
Immers, niet iedereen is zomaar vragende partij
om voortijdig de loopbaan te beëindigen, en om
te belanden in één of andere ‘nep’-regeling.
Personeelsleden willen hun werk
kunnen doen
Dat laatste wordt ons nogmaals bevestigd door
attente lezers van Argument. bpost gaat inder-
daad niet over tot naakte ontslagen, maar het
steeds weer opvoeren van de werkdruk zorgt
ervoor dat mensen zelf afhaken. Dit leidt dan
weer tot meer absenteïsme, waardoor het werk
nog eens moet herverdeeld worden, wat dan
weer leidt tot een nog hogere werkdruk, wat
leidt tot nog meer stress waardoor nog meer
mensen gaan afhaken.
Toenmalig staatssecretaris Bruno Tuybens
(sp.a) beloofde ooit aanpassingen om het werk
voor 50-plussers draaglijker te maken, maar
daar is helaas niet veel van in huis gekomen.
Integendeel. Almaar vaker krijgen we de opmerking dat hoe ouder de mensen worden, hoe harder ze moeten gaan werken. bpost heeft zo al
een relatief ouder personeelsbestand – zeker
bij de vastbenoemden. Het immer opvoeren van
de werkdruk vetaalt zich momenteel nog mooi
in winstcijfers, maar de sociale prijs dreigt hoog
te worden. Een lezeres schrijft ons dat ze in het
kantoor gemiddeld drie diensten per dag moesten verdelen, met als resultaat dat ze fysiek
overbelast geraakte en nu met ziekteverlof
thuis is, terwijl ze eigenlijk gewoon haar werk
zou willen doen.
De reden van het succes van de deeltijdse
arbeid bij de 50-plussers is niet zozeer omdat
die mensen meer thuis willen zijn, maar is vooral omdat ze op die manier eens wat vaker aan
de werkdruk kunnen ontsnappen. Velen zeggen
ons dat het dankzij deze mogelijkheden tot
deeltijdse arbeid is, dat ze de job nog kunnen
volhouden. Zonder deze mogelijkheden tot
deeltijdse arbeid zouden wellicht nog veel meer
mensen voortijdig gedwongen afhaken.
Bovendien is het personeelsverloop tegenwoordig vrij hoog, waardoor inspanningen voor onthaal en opleiding van nieuwelingen niet voldoende kunnen verzilverd worden. Als je iemand
opleidt van wie je weet dat die persoon bij het
bedrijf zal blijven, dan kan je de moeite opbrengen om tijdelijk wat meer inspanningen te leveren, en extra tijd en energie in de nieuwkomer
te steken, want die inspanningen werpen na
verloop van tijd hun vruchten af. Maar als die
nieuwkomers niet blijven, dan plukt men nooit
de vruchten van die inspanningen. Het is niet
alleen frustrerend, het werkt bovendien een
acuut personeelsprobleem in de hand, met alle
gevolgen vandien. De personeelsleden van
bpost vrezen dat als het zo verder gaat dit ooit
eens fout zal aflopen. Nu ‘oogt’ alles nog mooi,
maar voor hoelang nog?
Personeelsleden vrezen dat als men de druk
gaat blijven opvoeren en als er geen ‘aflossing
van de wacht’ komt, zij versneld opgebrand zullen geraken en nog voor hun pensioenleeftijd
het bedrijf zullen verlaten. De roep naar betere
17
VSOA
arbeidsomstandigheden voor iedereen, en betere arbeidsvoorwaarden voor de jongere medewerkers is dan ook groot. bpost moet die mensen toekomstperspectieven bieden, want te
veel mensen verlaten het bedrijf.Als men met
goede arbeidsvoorwaarden en met toekomstperspectieven goeie mensen kan aantrekken én
men ervoor kan zorgen dat die personeelsleden
ook gemotiveerd zijn en bij het bedrijf willen
blijven, pas dan gaat die onrust weg, en krijgt
bpost de status van aantrekkelijk bedrijf waar
mensen fier zijn op hun job
Belastingsaangifte
Vergeet uw vrijstellingen niet !
Woon-werkverkeer
De tussenkomsten voor het woon-werkverkeer moeten ingegeven worden onder de rubriek 254. Wie géén werkelijke
beroepsinkomsten indient, kan de vrijstelling ingeven onder
de rubriek 255.
Voor rubriek 17a (openbaar gemeenschappelijk vervoer) =
vrijstelling voor het volledige bedrag
Voor de rubriek 17c (vb eigen wagen) = vrijstelling beperkt
tot max 350 €.
Voor een combinatie van beide = volledig bedrag voor rubriek
17a + max 350 € voor rubriek 17c
Niet-recurrente resultaatsgebonden voordelen (nieuw !)
De niet-recurrente bonus die vorig jaar werd betaald, staat
onder de rubriek 242.
Daarop mag tegelijk de vrijstelling ingegeven worden onder
de rubriek 244.
Rechtzetting
In het nummer van mei (op pg 18) is een fout geslopen
in het artikel” Verbetering van loonvoorwaarden voor
DA’ers”
Er staat dat de peterschapstoelage vervangen wordt door een
coachtoelage van 150 € bruto per maand. Dit is niet juist !
De juist tekst is : “De huidige peterschapstoelage
wordt vervangen door een éénmalige coachtoelage
van 150 € bruto.”
Gelieve ons hiervoor te verontschuldigen.
rechterlijke orde
V S OA
18
ARGUMENT · JUNI 2011
Colette Dewez, hoofdgriffier van het vredegerecht van het 2e kanton Namen
“Ik ben voor dialoog en
communicatie”
Colette Dewez is hoofdgriffier van het vredegerecht
van het 2e kanton Namen. Zij geeft ons haar
persoonlijk standpunt over de nieuwe carrière
binnen de rechterlijke orde na de Copernicushervormingen. Haar conclusies sluiten niet
noodzakelijk aan bij de standpunten van onze
groep, maar het is één van onze filosofieën om
onze leden de kans te geven hun persoonlijke
mening te ventileren zonder dat deze wordt
gecensureerd.
Celine Hardy (CH) : Kunt u ons uw carrière tot op heden
schetsen?
Colette Dewez (CD) : Ik ben in 1979 mijn carrière begonnen als beambte bij de rechtbank van eerste aanleg te
Namen. Vervolgens heb ik in 1982 deelgenomen aan het
examen van kandidaat griffier/secretaris en ben ik ook
geslaagd. In 1986 werd ik dan benoemd tot adjunctgriffier bij het vredegerecht van het 2e kanton Namen,
om er een jaar later te worden bevorderd tot griffier.
Tot slot, in 2010, na gedurende ruim een jaar de functie
van waarnemend hoofdgriffier te hebben uitgeoefend
werd ik na het slagen van een vergelijkende selectie via
Selor benoemd tot hoofdgriffier.
CH : Wat is uw mening m.b.t. de hervorming van de carrières, waardoor de personen die de functie van hoofdgriffier/-secretaris ambiëren een examen moeten slagen, vooraleer te kunnen worden benoemd, wat voorheen niet het geval was?
rechterlijke orde
ARGUMENT · JUNI 2011
CD: Ikzelf ben héél tevreden over het nieuwe systeem dat werd ingevoerd in uitvoering van de
Copernicus-hervormingen, omdat thans de kandidaten ook echt dienen te bewijzen wat hun
waarden en mogelijkheden zijn. Het is in vergelijking met vroeger een objectievere selectieprocedure.
In het verleden (ik heb het in 2003 zelf mogen
ondervinden) waren de benoemingen gepolitiseerd en werden de vaardigheden en kennis van
de kandidaten niet altijd gehonoreerd.
Intussen heb ik het examen niveau A met goedgevolg afgelegd en werd ik benoemd; iets waarvoor eigenlijk enkel mezelf kan en moet feliciteren. Niettemin wil ik toch opmerken dat het door
Selor georganiseerde examen weinig raakpunten
had met de functies of de jurisdicties voor de
welke men op een later tijdstip zal solliciteren.
(dit werd rechtgezet door het arrest van de Raad
van State d.d. …).
De tweede proef die nadien in de jurisdictie zelf
wordt georganiseerd (bijkomende proef) heeft
eveneens een niet te onderschatten belang,
omdat deze toelaat vast te stellen of de kandidaat effectief beschikt over de juiste competenties voor de geambieerde functie.
CH: Hoe hebt u zich op dit examen voorbereid?
CD: Ik wil hier wel opmerken dat , gelet op het
feit dat ik al enige tijd de functie van hoofdgriffier waarnam, ik reeds een beter inzicht had verworven m.b.t. wat van een hoofdgriffier wordt
verwacht.
Niettemin bleek de mondelinge proef niet volledig in overeenstemming te zijn met datgene wat
men ons n.a.v. de bij het IGO gevolgde opleiding
had uitgelegd. Bovendien nu ik één van de eerste
kandidaten was om deel te nemen aan dit vernieuwde examen, kon ik evenmin terugvallen op
ervaringen van andere kandidaten; ik begaf mij
op onbekend terrein.
Ik ben er ten stelligste van overtuigd dat indien
ik vooraf de opleiding management had kunnen
volgen mij dit zeker had geholpen bij het afleggen van het examen, niet in het minst tijdens het
onderhoud met de jury en meer bepaald de wijze
hoe ik met hen communiceerde.
CH: Heeft het loutere feit dat u in dit examen
geslaagd bent, veranderingen in de werking van
uw griffie meegebracht?
CD: Ik heb de bijkomende proef afgelegd in juli
2010 en werd benoemd in september van dat
zelfde jaar. Het heeft er in elk geval voor gezorgd
dat er binnen de griffie klaarheid kwam over mijn
eigen positie; ik kon eindelijk de beslissingen
nemen die eigen zijn aan de functie.
Voorheen was ik ‘slechts’ waarnemend hoofd-
griffier, en ik hield bij het nemen van de beslissingen steeds rekening met de mogelijkheid dat
ik uiteindelijk niet zou kunnen benoemd worden.
Trouwens ook voor het personeel is de situatie
duidelijker nu zij weten tot wie zij zich kunnen of
moeten wenden.
CH: Wat is uw persoonlijke mening over de nieuwe carrière mogelijkheden voor de andere graden
(niv. B, C en D)
CD: Ik vind het een verloren kans, dat in de toekomst voor de jurisdicties de kandidaat griffiers/secretarissen een “in basket” test dienen
af te leggen. Want eenmaal geslaagd in deze
test en na het afleggen van de mondelinge proef,
wordt hij gedropt in een jurisdictie waar hij dan
een vorming zal krijgen.
Colette Dewez :
“Ik hou van mijn werk en
doe het met veel passie.”
Ik ben van mening dat dit een vorm van tijdverlies
is, want hoe je het ook draait of keert het nieuw
personeelslid zal minder werk verrichten, hetgeen
dan zal moeten worden gecompenseerd door zijn
collega’s. In het oude systeem moest men verschillende rechtsvakken studeren, wat er meteen
ook voor zorgde dat de kandidaat reeds een uitstekend zicht kreeg op de verschillende materies.
De nieuwe generatie kandidaten zal nu in zijn
jurisdictie benoemd worden zonder enige voorafgaande kennis, kennis die ze pas zullen verwerven
na hun benoeming.
Ik zou van de gelegenheid willen gebruik maken
om toch enkele bedenkingen te maken bij de bijkomende proef die wordt georganiseerd in de
jurisdicties; ikzelf maak deel uit van de jury en
betreur het dat de korpsoverste niet meer gewicht
in de schaal kan werpen bij het nemen van de
beslissingen. Inderdaad: als er kandidaat meedingt die reeds ter plaatse zit, dan kennen we zijn
competenties en ik vind het jammer voor de jurisdictie om op dergelijke manier iemand te verliezen, die nochtans volledig aan het profiel beantwoorde. In de wetenschap dat mijn verzuchtingen
misschien niet zullen gehoord worden, denk ik
dan het beter zou zijn mocht de jury enkel bestaan
uit HRM’s……
CH: Hoe verbonden bent u met het VSOA?
CD: Ik ben aangesloten sinds 1984, en omdat ik
al het mogelijke wil doen om mijn personeel te
beschermen, raadpleeg ik jullie regelmatig en
vraag advies. Ik wil hier ook nogmaals benadrukken dat de kwaliteit van jullie laatste vorming,
m.b.t. de bijkomende proef, waaraan twee van
mijn personeelsleden hebben deelgenomen, hen
echt heeft geholpen.
CH: Wat is uw visie over het dagelijks beheer van
een griffie?
CD: Het is een griffie met slechts een beperkt
aantal personeelsleden en ik tracht de onderlinge samenwerking te bevorderen en aan te moedigen. Net daarom heb ik er voor gepleit om maandelijks een over leg te hebben, om zo mogelijke
problemen direct te kunnen aanpakken.
Ik ben bovendien een voorstander van dialoog en
communicatie, eerder dan van het opleggen van
dingen; deze aanpak loont meer dan te kunnen
triomferen met een pyrrusoverwinning. Mijn deur
staat steeds open voor het personeel en tenslotte heeft de goede werksfeer ook zijn weerslag op
het afwezigheden wegens ziekte, dewelke sterk
zijn verminderd. Ik erken steeds de inspanningen
van mijn medewerkers en ik bedank en feliciteer
ze. Het is belangrijk dat zij voelen dat ze naar
waarde geschat worden. Een laatst aandachtspunt is er voor te zorgen dat elk personeelslid op
de griffie polyvalent genoeg is om de afwezigheid
van een collega op te vangen en de rechtzoekende op een juiste manier te informeren.
CH: Bent u tevreden over het afgelegde parcours.
CD: Ja, eigenlijk zelfs héél tevreden. Mijn benoeming als hoofdgriffier is de voltooiing van een
lange weg binnen dezelfde jurisdictie, waar het
menselijk contact primordiaal is en dit beantwoordt volledig aan mijn verwachtingen. Ik hou
van mijn werk en oefen het uit met veel enthousiasme met respect van de procedures en de
rechtzoekende.
Céline Hardy
Indien u op dit artikel wenst te reageren
dan kan dit via [email protected]
19
VSOA
defensie
V S OA
20
ARGUMENT · JUNI 2011
defensie
ARGUMENT · JUNI 2011
editoriaal
21
VSOA
Erwin DE STAELEN, Voorzitter
“Voor sommigen is het nooit goed”
Dat zijn niet mijn woorden
voor alle duidelijkheid. Het
was wel de reactie van
Defensieminister De Crem
op de radio naar aanleiding
van de kritiek van de
legertop op de noninvesteringspolitiek en de
nieuwe besparingsronde bij
Defensie.
e Defensiestaf meent volgens ‘De
Standaard’ dat de houding van De
Crem ‘Après moi le déluge’ kan
genoemd worden, want alle noodkreten over versleten materieel, te weinig budget en
personeelsproblemen vallen in dovemansoren.
D
De combinatie van de vele buitenlandse missies,
een nieuwe besparingsronde van 35 miljoen
euro, het sterk dalende personeelsaantal en uitblijvende investeringskredieten leidt tot een
desastreuze cocktail bij Defensie. Dat blijkt uit
een interne nota die circuleert bij de legertop.
VSOA-Defensie trok al ruime tijd geleden aan de
alarmbel. Vorige maand nog heb ik opnieuw
gesteld dat meer doen met minder middelen een
onmogelijke opdracht is. De Belgische deelname aan de operatie in Libië maakt integraal deel
uit van de ‘corebusiness’ van onze Defensie.
Daar is geen twijfel over, maar hiertegenover
moet de regering de nodige budgettaire middelen plaatsen. Ik verwijs hieromtrent naar het
persbericht van VSOA van 22 maart 2011.
Tijdens ons werkbezoek aan Araxos was de boodschap van de militaire delegatie aan de aanwezige politici overduidelijk: “Het lukt voorlopig,
maar we zitten op onze limiet qua capaciteit en
personeel”. Het is duidelijk dat de deelname aan
de operatie in Libië voor extra druk zorgt. De Crem
heeft alleen oog voor de cijfers en niet voor het
personeel, met alle gevolgen vandien.
Het materieel verslijt bovendien veel sneller dan
normaal. Omdat minder dan twee derde van de
eenheden beschikt over een volledige uitrusting,
moet die voortdurend doorgeschoven worden.
Snelle vervanging is niet meteen in zicht. Sinds
het aantreden van De Crem is er van investeren
in nieuw materiaal geen sprake meer. De bestel-
ling van een partij AIV-pantservoertuigen
(Armoured Infantery Vehicle) mag defensie zelfs
vergeten. In zijn jaarlijkse interne nieuwjaarsbrief wees Defensiechef Generaal Delcour toen
al op de problemen en het feit dat België over
het op één na laagste defensiebudget van de
NAVO beschikt.
De lofbetuiging van de minister aan het adres
van het personeel dat deelneemt aan de operatie in Libië waarin hij stelt dat de F-16’s samen
met de Amerikaanse de meest performante van
de wereld zijn, kunnen we appreciëren.
>>>
defensie
V S OA
22
ARGUMENT · JUNI 2011
Edito vervolg
Vrijwillige opschorting van de prestaties (VOP)
Wanneer hij erbij vertelt dat het personeel zeer goed
wordt betaald en velen opnieuw de weg vinden naar
het leger, moeten we toch nuanceren. Het militair
personeel wordt niet slecht betaald maar zoveel
adjectieven gebruiken, is een brug te ver. De verloning wordt gebaseerd op anciënniteit en militaire
graden, niet op competenties en functies, behalve
voor enkele uitzonderingen via toelagen of premies.
De vliegtuigtechniekers en ander personeel met specifieke functies worden niet extra verloond.
Nochtans wil de minister deze militairen uitsluiten
om te genieten van de vrijwillige opschorting van de
prestaties. In dit kader beschouwt men ze dan wel
als personeel met specifieke en zeldzame competenties, maar van enige compensatie voor deze “kritische functies” is geen sprake. VSOA-Defensie
heeft dan ook een negatief advies gegeven voor de
uitbreiding van de lijst van kritische functies,
ondanks het feit dat we begrip kunnen opbrengen
voor de mogelijke tekorten in de toekomst voor
bepaalde functies. Twee jaar op rij heeft de Minister
het intieel aantaal plaatsen VOP sterk verhoogd met
de bedoeling om personeel versneld te laten afvloeien en kwartieren te kunnen sluiten. Dit zonder rekening te houden met de consequenties op korte en
middellange termijn en de weerslag op het verlies
van competenties. VSOA is ervan overtuigd dat middels een correct beheer en een niet overhaaste
‘afdankingspolitiek’ de instandhouding van de VOP,
met een evenwichtig aantal plaatsen per categorie,
mogelijk is. Bovendien worden de mogelijkheden van
vrijwillige interne reconversie onvoldoende toegepast. VSOA is de mening toegedaan dat de aanpassing een uitholling zal betekenen van het VOP-systeem.
Meer dan 50 functies worden uitgesloten
Het ongenoegen en de moedeloosheid bij het personeel groeien. Het regent klachten van onze leden die
dag in dag uit problemen ondervinden in verschillende domeinen van het “bedrijf Defensie”. Het gaat
daarbij onder meer over het personeelsbeheer, de
gedwongen mutaties, de outsourcing van de geneeskundige zorgen, de penibele werkomstandigheden,
het niet respecteren van de reglementen... De tendentieuze en/of totaal ontbrekende informatie verergeren nog dit onbehagen. Het Transformatieplan
De Crem faalt in vele opzichten en de balans smaakt
bitter. Een transformatieplan dat op die manier wordt
doorgevoerd, was zeker niet de inspanningen waard
die de betrokken personeelsleden en hun gezinnen
zich getroost hebben. De Crem blijft echter zijn dovemansoren beschermen.
Eén zaak staat vast: Het personeel, dat ooit de grote
rijkdom was van het departement, verdient veel
beter.
Erwin De Staelen,
Voorzitter VSOA-Defensie
Op 26 april werden de vakbonden in spoedprocedure
bijeengeroepen om een aanpassing te onderhandelen
van de VOP.
De bedoeling van de overheid bestond erin om de lijst
van kritische functies waarvan de titularissen geen
gebruik kunnen maken van VOP uit te breiden. De bijkomende functies die worden uitgesloten, zijn die van
Air Defense, varend personeel, preventieadviseur,
milieuadviseur, technicus, ontmijner, munitievernieuwer, kok en informaticus.
De huidige en de te verwachten tekorten voor deze
functies, omwille van oppensioenstellingen en de
VOP die reeds werden toegekend, hebben de overheid
ertoe aangezet om deze aanpassing op tafel te leggen. Defensie wil naar eigen zeggen het risico niet
lopen nog extra van deze competenties te verliezen.
De lijst van de kritische functies beperkt zich tot de
officieren en onderofficieren. De tekorten op het
niveau van de vrijwilligers zullen worden beheerst
door het aantal opengestelde plaatsen voor een vrijwillige opschorting van de prestaties te beperken.
De voorzitter van het onderhandelingscomité onthulde tijdens de vergadering alle doelstellingen van de
overheid in het kader van de VOP, met name: het personeel versneld laten vertrekken in het kader van de
transformatie, de gezondmaking van de leeftijdspiramide, versneld kwartieren sluiten, budgettaire ruimte
vrijmaken en de verjonging van het personeel.
VSOA kan begrip opbrengen voor het feit dat bepaalde specifieke competenties een bijzondere rendementsperiode vereisen. De uitbreiding van de lijst van
6 naar 56 functies daarentegen, situeert zich buiten
het referentiekader dat verwijst naar een specifiek en
zeldzaam compententieprofiel. VSOA is de mening
toegedaan dat dit een uitholling betekent van het
VOP-systeem.
Vergeten we niet dat de minister van Landsverdediging, op voorstel van de Chef Defensie, het aantal
plaatsen VOP bepaalt. Twee jaar op rij heeft de minister het intieel aantal plaatsen VOP sterk verhoogd
met de bedoeling om personeel versneld te laten
afvloeien en kwartieren te kunnen sluiten. Dit zonder
rekening te houden met de consequenties op korte en
middellange termijn en de weerslag op het verlies van
competenties. VSOA is ervan overtuigd dat door een
correct beheer en een niet overhaaste ‘afdankingspolitiek’ de instandhouding van de VOP, met een evenwichtig aantal plaatsen per categorie, mogelijk is.
Bovendien worden de mogelijkheden van vrijwillige
interne reconversie onvoldoende toegepast.
Het streefcijfer van 34.000 personeelsleden is vandaag nog niet bereikt. VSOA is dan ook de mening
toegedaan dat er geen reden is om de VOP af te
schaffen of volledig uit te hollen.
Het VSOA heeft dan ook geen akkoord verleend voor
deze aanpassing.
GRATIS LOGEMENT TIJDENS TRANSFORMATIE
WAAROM DAN EEN CIJNS (HUUR) BETALEN?
Een van de begeleidingsmaatregelen tijdens
de transformatie is het recht op gratis
logement in het militair kwartier gedurende
de periode van overbrenging van de gewone
plaats van het werk (OGPW).
De richtlijn met de geldelijke begeleidingsmaatregelen in het kader van de transformatie (DGHRSPS-INDVER-999) bepaalt dat het personeel geen
huur- of onderhoudskosten voor zijn kamer dient
te betalen. Bovendien mag geen enkele verplichte
kost aangerekend worden (lokale of gemeentebelasting, verplichte verzekering…) gedurende de
periode van OGPW van twaalf maanden. De verplichte kosten worden door Defensie betaald. De
faciliteiten die niet noodzakelijk zijn voor het logement daarentegen, zoals internetverbinding, televisie… zijn wel ten laste van de bewoner.
Ondanks deze voorziene maatregelen stellen we
vast dat verschillende personeelsleden een schrijven ontvangen vanwege de FOD Financiën waarbij
zij worden verzocht om de maandelijkse betaling
van de cijns (huur) te betalen voor het domestiek
logement dat zij betrekken in het kwartier. VSOA
richtte hiertoe een schrijven aan Defensie-minister
De Crem om te informeren naar de gemaakte
afspraken tussen beide overheidsdiensten en met
het verzoek om de betrokken personeelsleden die
ingegaan zijn op een verzoek tot betaling van de
cijns (huur) ontvingen, terug te betalen.
Wordt vervolgd…
defensie
ARGUMENT · JUNI 2011
23
VSOA
DE MEDISCHE VERZORGING
p 1 oktober 2010 werd de transformatie van
de medische component doorgevoerd, waarvan de outsourcing van de eerstelijnsgeneeskunde voor het personeel het meest
ingrijpende onderdeel vormt.
De hervorming werd overhaast doorgevoerd. De reglementaire bepalingen (Reg A12/1 en DGHR-REG-MEDIS001) waren niet aangepast en zijn dit nog steeds niet
na meer dan zes maanden.
VSOA-Defensie heeft om die reden verschillende acties
ondernomen om de kosteloze gezondheidszorgen voor
het personeel van Defensie te garanderen. We verwijzen tevens naar het artikel “Van insourcing naar out-
O
sourcing”, verschenen in het aprilnummer van
Argument. Kort samengevat hebben de volgende stappen ondernomen:
3 kortgeding-procedure bij de rechtbank van eerste
aanleg van Brussel
3 vatting van het Geschillencomité
3 interventies bij verschillende instanties met betrekking tot de terugbetaling medische kosten, de procedures, de administratieve formaliteiten, het
medisch geheim, lokale initiatieven die niet conform
de actuele richtlijnen zijn….
Een aantal vragen bleef voorlopig zonder antwoord. We
stellen in elk geval vast dat aan de tekortkomingen
nog steeds niet werd verholpen.
Via de verschillende publicaties, waaronder het artikel
“what’s up doc” (debriefing van 16 maart 2011), wil de
Medische Component de indruk geven dat alles goed
verloopt. De realiteit is een ander gegeven. De werkelijke vragen en problemen komen niet aan bod.
Het feit dat de overheid niet kordaat reageert op al deze
anomalieën en haar verantwoordelijkheid dus niet
neemt, verplicht onze organisatie ertoe om nieuwe
stappen te ondernemen.
Wordt vervolgd….
BEGELEIDINGSMAATREGELEN BIJ DE TRANSFORMATIE - DIENSTONTHEFFING
Het personeel dat rechtstreeks betrokken is bij de
transformatie, heeft recht op een aantal dagen dienstontheffing, afhankelijk van de afstand van de nieuwe plaats van tewerkstelling. In bepaalde eenheden
blijkt hier een misverstand over. De dagen worden
slechts eenmalig toegekend. Voor alle duidelijkheid
hernemen we hieronder de paragraaf 303(b) uit het
reglement a12/1, hoofdstuk III.
Uittreksel uit het reglement A12/1
Dienstontheffing in het kader van de uitvoering van het
Koninklijk besluit van 26 augustus 2010 houdende
bepaalde uitzonderlijke begeleidingsmaatregelen toepasselijk op de personeelsleden van Defensie die
rechtstreeks betrokken zijn bij het transformatieplan
van de krijgsmacht.
Als begeleidingsmaatregel wordt er aan het personeel,
dat rechtstreeks betrokken is bij het transformatieplan, de volgende dienstontheffingen toegekend :
(1) een werkdag dienstontheffing per maand met een
van maximum zes werkdagen dienstontheffing
indien :
(a) en de nieuwe gewone plaats van het werk
op meer dan 10 kilometer verwijderd ligt van de
vorige gewone plaats van het werk;
(b) en de nieuwe gewone plaats van het werk op meer
dan 30 kilometer van de woonplaats verwijderd
ligt.
Deze zes werkdagen zijn op te nemen, gespreid of in
blok, binnen de drie maanden voor tot zes maanden na
datum van mutatie.
(2) twee werkdagen dienstontheffing per maand met
een maximum van twaalf werkdagen dienstontheffing indien :
(a) en de nieuwe gewone plaats van het werk meer
dan 30 kilometer verwijderd ligt van de vorige
gewone plaats van het werk;
(b) en de nieuwe gewone plaats van het werk meer
dan 80 kilometer verwijderd ligt van de woonplaats.
Deze twaalf werkdagen zijn op te nemen, gespreid of in
blok, binnen de drie maanden voor tot zes maanden na
de datum van mutatie.
(3) Enkel de onderofficieren en vrijwilligers van het
actief kader en het burgerpersoneel van het
Departement mogen de dagen dienstontheffing
omzetten in compensatie in tijd zoals beschreven in
het Hoofdstuk I-2-205.a.(10).
Toepassingsperiode
Deze begeleidingsmaatregel wordt toegekend van 1
januari 2010 tot 1 juli 2016. De Minister van Defensie
kan beslissen deze toepassingsperiode te verlengen
tot 1 juli 2017.
Nieuwe afgevaardigden
ARLON
Om onze organisatie nog
beter af te stemmen op
een optimale belangenbehartiging, bouwen wij onze
structuur verder uit op lokaal
niveau. Recent vervoegden
opnieuw enkele nieuwe
gezichten onze rangen als
vakbondsafgevaardigde. Wij
stellen hen graag aan u voor
Yves BINSFELD
CC Land Dept Inf
GSM: 0476 75 14 17
[email protected]
BRUXELLES – ERM
Eric VILLEM
GSM: 0474 940 626
[email protected]
GROBBENDONK
Christian DEWIT
Log Bn C
GSM: 0485 395 744
[email protected]
KLEINE BROGEL
Bart THIERIE
10 W Tac
GSM: 0497 426 622
[email protected]
LEOPOLDSBURG
Wesley VAN DER WILDT
Md Bn Bevr / 5 Li
GSM: 0478 371 206
[email protected]
TIELEN
Tomy JANSSENS
3 Bn Para
GSM: 0476 41 06 26
[email protected]
defensie
V S OA
24
ARGUMENT · JUNI 2011
Freedom Falcon
DG COM - ORBAN
Op 27 april 2011 brachten enkele
leden van de commisie
Landsverdediging en een
vertegenwoordiging van de
vakorganisaties, op uitnodiging
van minister De Crem en in
aanwezigheid van een delegatie
van het kabinet en de militaire
overheid, een werkbezoek aan de
manschappen van Free Falcon
op de Griekse luchtmachtbasis
van Araxos.
nder leiding van de detachementscommandant ontvingen de parlementsleden en de vakorganisaties een
gemeenschappelijke briefing. We kregen hierbij een duidelijk beeld van de missie, het
materiaal, de installaties in Araxos…
Tijdens een afzondelijke meeting achter gesloten
deuren kregen de kabinetsleden en de volksvertegenwoordigers meer details over de specifieke
taken van de Belgen en de uitvoering. De delegaties van de vakbonden waren hierbij niet aanwezig.
O
De boodschap aan de
politici was klaar en
duidelijk: de Belgische
Defensie zit op haar
maximumcapaciteit.
groep politie
ARGUMENT · JUNI 2011
Syndicale actie loont !
PZ Meetjesland Centrum
Eeklo/St Laureins/Kaprijke :
De nieuwe personeelsformatie.
l langere tijd werd door ons op verschillende BOC's de nadruk gelegd
op het feit dat er te weinig personeel
was binnen de zone om het steeds
maar toenemende werk te kunnen blijven doen,
zonder ons statuut te negeren. Sommigen hadden er oor naar, anderen niet.
Tot men vanuit de politieraad, die ook gehoor had
gekregen van de opmerkingen, de opdracht gaf
een audit te laten doorvoeren. Voor sommigen
zou de audit er duidelijk voor zorgen dat er kon
bespaard worden, anderen waren ervan overtuigd
dat de pijnpunten (onder andere personeelsgebrek, zou blootgelegd worden. De politieraadsleden verbonden er zich unaniem toe, om de gevolgen de audit uit te voeren. Een gewaagd standpunt, voor zij die het goed menen)
A
De Audit: hij kwam er en de syndicaten werden er
ook bij betrokken, tot spijt van sommigen, want
er waren "waakhonden" aanwezig. Later zou blijken dat we er dus wel degelijk broodnodig
waren.
We kregen de nodige uitleg en hadden een hoop
vragen. De Audit toonde duidelijk aan hetgeen wij
stelden: personeelstekort, voornamelijk in de
interventie. Doch waar de auditors geen rekenening mee hadden gehouden, was ons statuut. Ze
wisten wel dat er een statuut was, doch wisten
niet wat dit inhield. Hadden ze dit in rekening
gebracht, was er nog een groter personeelstekort gebleken!!
De audit werd besproken op het
politiecollege, en dat was het dan ook.
Op de volgende politieraad, niettegenstaande het
engagement om de bevindingen van de Audit uit
te voeren, waren de resultaten van de audit zelfs
niet geagendeerd.
Toen nam het VSOA het initiatief om samen met
het NSPV, de politieraadsleden te vragen oog te
hebben voor de Audit. Een klein pamfletje werd
afgegeven (fotos daarvan terug te vinden op de
website ovl)
De aandacht was getrokken!!! Een extra politieraad kwam er.
Uiteindelijk en om een lang verhaal kort te
maken werd een voorstel tot aanpassing van de
personeelsformatie aan het BOC voorgelegd. Het
droeg de goedkeuring mee van de vakbonden.
Wat was er dan het probleem???? De overheid
werkt een voorstel uit waardoor de problemen
opgelost zullen worden, en de personeelsvertegenwoordiging is ermee akkoord. Geen enkel
probleem meer dus.
En dan was er de politieraad waarop dit besproken werd. Plots bleek er een deel van de politieraadsleden tegen een oplossing voor de aanslepende problemen te zijn. Plots bestond het engagement bij het bestellen van de audit, niet meer.
Geheugenverlies??? Of eerder: onverwacht
resultaat voortkomende uit de Audit, zeg maar:
de oplossingen zouden wat centen kosten (en
daar knelt het schoentje uiteraard).
Nog groter was onze verbazing dat een deel van
de overheidsdelegatie hun eigen voorstel, voorgelegd op het BOC, bekritiseerde en het afdeed
als "niet goed". (lees: te kostelijk).
Politieraad
Het kwam uiteindelijk niet tot een stemming op
diezelfde politieraad, maar de politieraadsleden
vroegen een nieuwe politieraad. Er werden wel 2
plaatsen voor militairen die al een jaar in de zone
werkten, ingevuld om te vermijden dat die mensen terug naar "het Leger" moesten gaan. De
rest werd verdaagd naar een volgende politieraad
waar men een "nader" voorstel zou bespreken.
Op dat moment werd de overheid ervan ingelicht
dat men rekening kon houden met een stakingsaanzegging. Het voorliggend voorstel tot formatiewijziging was de oplossing en moest wat ons
betreft, doorgevoerd worden. De dag daarop werd
begonnen met de geplogenheden eigen aan de
procedure tot indienen van een stakingsaanzegging. Een BOC werd bijeengeroepen in hoogdringendheid. Het resultaat van dit BOC was dat men
het initieel voorstel niet van tafel ging vegen,
maar wel degelijk ter stemming voorleggen aan
de politieraad.
En die kwam er, nl op 06.04.2011. Onder onze
impuls werd toen een syndicale actie op poten
gezet. Op de politieraad was een groot deel van
het eigen personeel alsmede een belangrijke
syndicale delegatie aanwezig. Alvorens het
agendapunt van de personeelsformatie aan te
vatten, diende er eerst nog gewacht te worden op
de burgemeester van Kaprijke, die een verkeerd
aanvangsuur van de politieraad in gedachten
had. Om maar te illustreren hoe men begaan is
met de problematiek en hoe goed men de zaken
leest. Plots werd er ter plaatse een amendement
ingediend door diezelfde burgemeester, dit in
naam van de fractie van Kaprijke en St Laureins.
Een amendement op hun eigen voorstel, doch
waarbij er terug geen rekening gehouden werd
met de statutaire bepalingen en de wettelijke
normen. Blijkbaar leest men die zaken niet goed,
of wil men ze niet begrijpen. Het amendement
werd besproken en verworpen.
Uiteindelijk ging men dan over tot de stemming
van het initieel ingediende voorstel van formatiewijziging alsmede de uitvoering ervan.
En dan kwam het geheugenverlies terug naar
boven. Daar waar men zich eerder unaniem
engageerde om de problemen op te lossen, bleek
dit nu niet meer het geval: het was geen unanieme stemming.
Het voorstel werd goedgekeurd, meerderheid
tegen minderheid, waarbij de delegatieleden van
Eeklo "voor" stemden en de delegatieleden van
St Laureins en Kaprijke "tegen" stemden.
Een spontaan applaus barstte los in de zaal.
Opluchting alom !
Eindelijk zullen de problemen nu in de nabije
toekomst opgelost geraken, met dank aan iedere aanwezige met gezond verstand.
Nico Roegiers.
25
VSOA
groep politie
V S OA
26
ARGUMENT · JUNI 2011
Pré-mémorandum (2)
Veiligheid heeft zijn prijs
In Maart 2011 stelde het VSOA Politie zijn Pré-memorandum voor aan de
Vincent Gilles – Nationaal Voorzitter
Pers.In de vorige editie werden reeds de eerste onderwerpen (Recrutering
Vincent Houssin – Nationaal Ondervoorzitter
en opleiding)van het pré-memorandum aangehaald. In de komende
maanden wordt telkens aandacht besteed aan onze visie waarbij de verschillende onderwerpen worden voorgesteld.
EEN MOTIVERENDE EN AANTREKKELIJKE LOOPBAAN
Eerste aanwijzing in overeenstemming
met kwalificaties
We merken op dat de keuzemogelijkheden voor kandidaten die net de school verlaten met betrekking tot
hun eerste aanwijzing, diensten en eenheden omvat
binnen de federale politie waarvoor normaal een functioneel brevet vereist is.
Het lijkt ons niet gepast, zelfs tijdelijk, dergelijke
diensten te laten uitvoeren door middel van een eerste
aanwijzing. Het is enerzijds niet veilig voor de medewerker (die voortdurend blootgesteld is aan het risico
op fouten of beroepsfouten door onwetendheid van de
materie) en anderzijds niet rendabel voor de dienst of
voor andere leden van het personeel (doordat de
dienstverlening van het personeelslid kwalitatief veel
lager ligt dan dat van zijn reeds ervaren collega’s in
die aangewezen functie).
Niettegenstaande wij begrijpen dat deze eenheden en
diensten vragende partij zijn om FTE’s te bekomen
daar zij een groot tekort aan personeel hebben, is deze
operatie een “noodoplossing” dewelke niet alleen ver-
schrikkelijk hypocriet, maar ook schadelijk is.
Bovendien hebben ook de Lokale politiezones duidelijk
nood aan voldoende FTE’s door het personeelsverloop
waarmee zij te kampen hebben.
Daarom zijn wij dan ook van mening dat we het systeem van de eerste aanwijzing in het licht van deze
elementen moeten herbekijken.
Herziening van de loonschalen.
Onterechte eis ?
Reeds jarenlang moeten wij een betoog aanhoren van
de overheid dat de politie al een goed pecuniair statuut heeft, zich steunende op het onderhandelde statuut van meer dan 10 jaar geleden !
Niettegenstaande de financieel moeilijke periode vinden wij nochtans deze eis meer dan terecht en zullen
wij op zijn minst bij de volgende sectorale onderhandelingen aandringen bij de overheid zich te engageren
om de loonschalen, vooral de laagste, te herbekijken.
Uit een vergelijkende studie uitgevoerd door onze
diensten, waarbij de loonschalen van de federale
ministeries, alsmede deze van het Vlaams-, Waals- en
Brussels Gewest vergeleken worden met deze van toepassing voor de geïntegreerde politie, blijkt duidelijk
dat de weddenschalen van de politie achterna lopen
op de rest van het openbaar ambt, dewelke een duidelijke inhaalbeweging hebben doorgemaakt sedert
2001. Bovendien worden ook in andere sectoren onregelmatigheidstoeslagen toegekend, bestaan er competentietoelagen, zijn er diverse vergoedingstelsels
van toepassing, wordt thans reeds het verhoogd
vakantiegeld toegepast, kent men het stelsel van
maaltijdcheques, enz, ...
Ons pecuniair statuut kwam nochtans tot stand gelet
op de specifieke job en de bijkomende vorming.
In de pers worden de politieambtenaren, zelfs door
bepaalde overheden, regelmatig afgeschilderd als
grootverdieners. Wij dringen er op aan dat, mede gelet
op de deontologische regels, een dergelijke misleidende communicatie zou worden gestopt.
Dergelijke berichtgeving komt niet ten goede aan het
imago van het politieapparaat en is
bovendien incorrect.
Een reële steun garanderen in geval van onheil
Artikel 52 en volgende van de WPA
Het punt dat werd ingeschreven in het sectoraal
akkoord 2009-2010, maakte onlangs voorwerp uit van
een aanpassing en publicatie in de Wet op het
Politieambt. Het is een stap in de goede richting, maar
wij willen veel verder gaan.
Wij wensen niet te bekomen dat de politieambtenaren
geen verantwoording dienen af te leggen. Wij willen
echter wel alle politieambtenaren de garantie geven
dat ze steeds steun krijgen van hun werkgever in elk
geval van « onheil ».
Want het moet duidelijk zijn wanneer een politieman
deelneemt aan een actie, en niet zeker is van steun
van zijn werkgever, hij minder risico zal nemen. De
maatschappij en de dienstverlening aan de bevolking
is dus verliezende partij wanneer er een gebrek is aan
voldoende – en duidelijke – steun aan de politieman.
Momenteel hangt de beslissing voor het toekennen
van een rechtsbijstand in het kader van het artikel 52
nog steeds af van het bestuur dat oordeelt over het
bestaan van een al dan niet vrijwillige (zware) fout.
Ons standpunt is in dit specifiek geval zeer duidelijk :
deze beslissing kan enkel genomen worden door een
rechter ten gronde. M.a.w. de rechtsbijstand dient
steeds toegekend te worden waarbij de kosten enkel
kunnen terug (al dan niet gedeeltelijk) gevorderd worden nadat de rechter heeft geoordeeld over het
bestaan van enig bedrog of opzettelijke fout.
Anderzijds is het betreurenswaardig dat er nog steeds
geen richtlijnen noch procedure bestaat die verplicht
wordt opgelegd aan de diverse besturen hoe zij zich
dienen op te stellen ten opzichte van de betrokken
politieman alsook tegenover zijn rechthebbenden.
Aldus is het niet zeldzaam dat, in het geval van een
ernstig arbeidsongeval, de levenspartner haar/zijn
plan moet trekken tijdens een ernstige crisisperiode.
De werkgever heeft een grote verantwoordelijkheid
inzake de bijstand : administratief, materieel (in
bepaalde omstandigheden), sociaal en psychologisch.
Deze plicht stopt niet aan de deur van het ziekenhuis
en ook niet na de eerste dag van het arbeidsongeval...hulp en bijstand moeten op een globale en langere periode worden gezien. Wij vragen dan ook een ernstig debat omtrent dit onderwerp.
Toekennen rechtsbijstand
Volgens bepaalde overheden en hun verzekeringsmaatschappij betekent het toekennen van rechtsbijstand niet automatisch dat dit dient te gebeuren door
een advocaat ...
Zo ondervinden de personeelsleden meer en meer dat
de herverzekeraar vaak tussenkomt (zonderhun toestemming !!! ) als “bemiddelaar” tussen het getroffen
personeelslid en de andere partij. Dit niettegenstaan-
groep politie
ARGUMENT · JUNI 2011
de de herverzekeringsmaatschappij met betrekking
tot de getroffene een derde blijft. Men kan zich
bovendien de vraag stellen hoe de herverzekeraar
rechtstreeks aan de gegevens komt van de tegenpartij, gegevens die meestal deel uitmaken van een
gerechtelijk dossier… .
De recente wijziging van het artikel 52 van de Wet op
het Politieambt, waarbij het niet meer noodzakelijk is
dat de gewelddaad minstens één dag afwezigheid om
gezondheidsredenen heeft veroorzaakt om een advocaat
te worden toegekend, is een serieuze stap voorwaarts.
Het lijkt ons noodzakelijk dat de zones geïnformeerd
worden van de wettelijke principes door middel
van een Ministeriële omzendbrief.
Erkenning arbeidsongevallen
De meeste Politiezones kozen ervoor om zich, in het
kader van arbeidsongevallen en de bijhorende rechtsbijstand, te laten herverzekeren.
Wij werden in kennis gesteld dat bepaalde Politie-zones
en/of hun verzekeringsmaatschappij de arbeidsongevallenwetgeving en de Wet op het Politieambt een eigen
interpretatie geven. Daarbij worden dikwijls de wettelijk
voorziene rechten van het personeelslid miskend.
Niettegenstaande de omzendbrief nr. 429 van 6 maart
1996 zeer duidelijk is qua verantwoordelijkheden,
laten sommige Politiezones zich “adviseren” door de
verzekeringsmaatschappij, of erger nog… laten ze de
verzekeringsmaatschappij beslissen. In deze omzendbrief noemen ze dit “functiestoornissen of verkeerde
interpretaties”. Hier is eveneens een sensibilisatie
voor de Politie-zones, door middel van een Ministeriële
omzendbrief, absoluut noodzakelijk teneinde wederom
ellenlange discussies, administratieve of gerechtelijke
procedures te vermijden.
De globale context van de nodige hulp
Maar al te vaak staan veel politieambtenaren dewelke slachtoffer zijn van geweld en/of te maken hebben
met lasterlijke beschuldigingen in de wind. Nog te
vaak wordt rechtsbijstand geweigerd door het Korps
of hun herverzekeringsmaatschappij (hetgeen totaal
onwettelijk is) dewelke motiveren met “ in de huidige stand van de zaak is het nog niet opportuun om
een raadsmand toe te kennen”.
Meestal zijn er geen procedures uitgeschreven waarbij er verantwoordelijken worden aangeduid die de
slachtoffers moeten bijstaan bij de administratieve
afhandelingen. Vaak dient men als slachtoffer terug
te vallen op de syndicale organisatie.
Er dient een procedure uitgewerkt te worden dewelke de kwaliteit van ondersteuning en zorg aan
de slachtoffers garandeert :
3 Na een geweldsincident dient onmiddellijk, door
de operationeel leidinggevende de eerste opvang
voor de politieambtenaar worden geregeld;
3 De politieambtenaar dient na het geweldsincident,
en tijdens de behandeling en afhandeling en verwerking van het geweldsincident, optimaal vanuit
het politiekorps te worden ondersteund en begeleid;
Onterechte klachten
Zowel het Comité P, de Algemene Inspectie als de verschillende diensten Intern
toezicht, worden geconfronteerd met een hoog aantal onterechte klachten. Van
de 4450 klachten bij het comité P blijken er 86,6% onterecht te zijn. Deze variëren sterk van overtreders die op die manier aan hun boete proberen te ontsnappen, tot klachten met zware beschuldigingen waarmee men de Politieman zowel
in zijn carrière als privé poogt te treffen.
Deze klachten wegen sterk op de gemoedstoestand en motivatie van de
Politieman op het terrein.
3 De overheid dient enerzijds in eigen boezem te kijken daar men de lage drempel heeft gepromoot.
27
VSOA
3 De directe leidinggevende van de politieambtenaar
zorgt voor de continuïteit in de ondersteuning;
3 De politieambtenaar dient zo min mogelijk belast
te worden met administratieve rompslomp en
wordt daarin ondersteund door een verantwoordelijke specialist aangeduid in het korps of de eenheid;
3 Indien nodig dient de politieambtenaar professionele hulp, zoals psychosociale bijstand, worden
aangeboden;
3 Bij ernstige geweldsincidenten dient er voorzien te
worden, na overleg met de politieambtenaar, om
ook de nodige bijstand en nazorg voor de directe
familieleden en collega’s te verzekeren;
3 Men dient er voor te zorgen, dat een re-integratie
in het korps zo snel mogelijk kan bewerkstelligd
worden;
3 De nodige juridische ondersteuning dient er ondermeer uit te bestaan dat het artikel 52 WPA correct
wordt toegepast door ondermeer ONMIDDELLIJK
een advocaat naar keuze toe te kennen bij feiten
van geweld alsook bij wraakacties.
3 Er dient voor gezorgd te worden dat de schade door
de verdachte werkelijk wordt vergoed (deurwaarder).
3 Van Geweld tegen politieambtenaren dient altijd
proces-verbaal gemaakt te worden en dient te
worden geregistreerd in het register “geweld door
derden”.
3 Er dient een sterk signaal gegeven te worden naar de burger die het slecht
meent en de controlediensten misbruikt om wraak te nemen op de Politieman.
3 Er dient een sensibilisatie te gebeuren naar de bevolking toe, waar men verwijst naar gevolgen van valse en lasterlijke klachten.
3 Lasterlijke aantijgingen kunnen niet ongestraft blijven en dienen te worden
gelijkgesteld met hetgeen reeds bestaat in artikel 52 van de Wet op het
Politieambt : “ingrijpende wraakactie omwille van zijn loutere hoedanigheid
van politieambtenaar”.
3 Bij lasterlijke aantijging dient de rechtsbijstand conform het artikel 52 WPA
worden toegekend aan de betrokken politieambtenaar, met het oog op een
klacht met burgerlijke partijstelling.
3 Gelet op de capaciteit en de middelen die voor de onterechte klachten worden
ingezet, dienen de kosten doorgerekend te worden.
CALOG
Statutarisatie dient de regel te zijn
Nu nog steeds worden contractuelen aangeworven
die sneller statutair worden dan collega’s met een
statutariseringsbrevet. Alhoewel duidelijk is aangegeven in het Calogstatuut dat aan deze mensen
voorrang moet gegeven worden, gebeurt dit op vele
plaatsen niet.
Er zijn in heel wat zones nog één of enkele gesco's
die niet gestatutariseerd geraken omdat dit niet op
de Organieke Tabel is voorzien. Er dient een oplos-
sing te worden gezocht om ook deze personeelsleden, die vaak al hun hele carrière als gesco hebben
gewerkt, te kunnen statutariseren.
De contractuele aanwerving dient uitzonderlijk te
zijn, voorrang dient te worden gegeven aan het
statutair verband.
Mogelijkheid tot sociale promotie
Contractuelen hebben geen enkele mogelijkheid om
sociale promotie te maken en zodoende een trapje
hogerop te klimmen. Het probleem stelt zich vooral
bij de niveaus C en D. Teneinde deze personeelscategorie een toekomstperspectief te geven, dienen er
faciliteiten te worden gegeven om te kunnen deelnemen aan de interne statutaire examens.
Bovendien stellen wij vast dat sedert het invoeren
van de mobiliteit er praktisch geen plaatsen voor het
personeel niveau D werden opengesteld.
Wij pleiten er voor dat, in afwachting dat de niveaus
D dewelke reeds jaren een job uitvoeren van niveau C
groep politie
V S OA
28
ARGUMENT · JUNI 2011
opgewaardeerd worden (met als reden dat niveau D een
uitdovende graad is), deze openstaande plaatsen toch
ter beschikking zouden gesteld worden via mobiliteit.
Halftijds tewerkgestelden
Er zijn nog heel wat collega’s die een statutariseringsbrevet bezitten, maar die als halftijds tewerkgestelde
(soms buiten hun wil om) geen mogelijkheid hebben
om dit te verzilveren.
De enige mogelijkheid om statutair te kunnen worden,
tot nu toe, is dat de betrokken personeelsleden een
tijd lang voltijds werken (als die mogelijkheid geboden
wordt) tot na de statutarisatie en daarna terug halftijds werken.
Loopbaan
Het ware wenselijk dat de overheid een studie laat
maken door een paritair samengestelde werkgroep,
dewelke zich dient te buigen over de loopbaan van
contractuelen.
Volgende zaken dienen ondermeer bekeken te worden :
3 Het besluit inzake de bijkomende en specifieke
opdrachten;
3 Het invoeren van een stelsel betreffende de rechten en plichten, aangepast aan contractuelen;
3 De mogelijkheden inzake de verhoging in weddeschaal, de overgang naar de statutaire loopbaan
en de loopbaanbegeleiding;
Dit kan toch de bedoeling niet zijn ... Er dient dus een
werkbare en logische oplossing worden aangereikt
voor de halftijds tewerkgestelde personeelsleden
beschouwd als “Y” en die geen mogelijkheid hebben
tot statutarisering.
Een tweede pensioenpijler voor het
contractueel personeel ?
Wij horen meer en meer spreken over een tweede
pensioenpijler voor contractuele personeelsleden.
Het VSOA Politie is de mening toegedaan dat er
Voorwaarden mandaatfunctie
Om een mandaatfunctie te kunnen waarnemen, dient
men Hoofdcommissaris te zijn, of beschikken over
een directiebrevet.
Regelmatig verneemt men dat het steeds moeilijker
wordt om leidinggevende functies binnen de lokale
en federale Politie in te vullen. Sommige mandaatfuncties dienen verschillende keren opengesteld te
worden, voor bepaalde politiezones zijn er geen kandidaturen om korpschef te worden.
Wij stellen vast dat de reden die vaak naar voor wordt
geschoven, het ontbreken van voldoende incentives
is. Wij daarentegen zijn er van overtuigd dat men de
reden elders dient te zoeken en men de hogere
Officieren (en houders van directiebrevetten) beter
dient voor te bereiden op de betrekkingen met de
politieke verantwoordelijken en mandatarissen, met
het oog op de uitoefening van een mandaatfunctie.
Dat was ook één van de hot items tijdens de studienamiddag van de Koninklijke Federatie van Officieren
en Hogere Ambtenaren van de Belgische Politie met
als titel : "Beïnvloedt het verloningssysteem de
(goede) werking van de politie?
ge(mis)bruikt om te stellen dat de loonspanning tussen de mandaathouders en andere personeelsleden
te klein is. In één adem werd zowat de volledige
nationale pers op stelten gezet door te stellen “dat
sommige politiemensen hun maandloon met meer
dan 3.000 euro bruto extra aanvullen" en dus meer
verdienen dan hun bazen”. Daar waar velen de “functionele verloning” volop aan het promoten waren,
waren er anderen reeds volop aan het dromen dat de
mandaathouders een opslag zouden moeten krijgen.
In het verleden zijn reeds verschillende pogingen
geweest om een wedde-opslag te forceren voor mandaathouders. Ook deze keer werd het onderwerp
Het invoeren van tussengraden bij
het basis- en middenkader
Oudere collega’s wensen naast een financiële loopbaan eveneens een loopbaan waar de
anciënniteit zich eveneens in de graadaanduiding onderscheidt.
Wij stellen voor dat in het basis en middenkader, naar analogie van het officierenkader,
Op een dergelijke manier een wedde-opslag proberen
te verantwoorden is Not done.
Het is overduidelijk dat er zeker geen gebrek is aan
capabele mensen om deze functies in te vullen, integendeel. Gelet op het gebrek aan voldoende kandidaten pleiten wij er voor om bepaalde mandaatfuncties
open te stellen voor alle officieren. Op die manier zal
men voldoende kandidaten hebben, hetgeen zeker
ten goede zal komen om jonge mensen te motiveren
en toekomstperspectieven te bieden dewelke nu de
mogelijkheid niet hebben om door te stromen naar
bestuursfuncties.
Anderzijds stellen wij vast dat de weg die dient afgelegd te worden tot het behalen van een directiebre-
opnieuw twee graden worden ingevoerd.
Zo zou bij het bereiken van de schaal B4
(= na 18 jaar dienst) de toekenning van de
graad van “inspecteur eerste klasse” en bij
het bereiken van de schaal M3 (= ten vroegste na 18 jaar dienst) de toekenning van de
graad “hoofdinspecteur eerste klasse” verleend kunnen worden.
slechts één weg kan gevolgd worden : die van de statutarisatie. Men misleidt het personeel door te stellen dat er geen verschil zal bestaan mbt de pensioenen tussen deze contractuelen en de statutairen,
hetgeen in de realiteit niet correct is.
Outsourcing zonder limieten ?
Onlangs werd een ontwerp als proefproject voorgelegd om het werk van de poetsvrouwen te outsourcen.
Wij hebben gesteld het project te weigeren, en wanneer het idee verder zou bestudeerd worden (hetgeen
uiteraard niet wil zeggen dat we de uitvoering ervan
zouden aanvaarden) er twee garanties moeten worden vervuld :
3 de duurzaamheid van de werkgelegenheid garanderen voor diegenen die vrijwillig zouden overstappen;
3 eerbiedige- en begeleidingsmaatregelen voor diegenen waarvoor een andere job wordt gezocht.
vet, op een tocht door de woestijn lijkt. Wij zijn de
mening toegedaan dat de voorwaarden tot het behalen van een directiebrevet grondig dient herzien te
worden. Het is tegen deze prijs dat de betrokken personeelsleden kunnen tevreden gesteld worden in het
kader van de carrièreplanning en hun vooruitzichten,
wat tevens een voordeel zal bieden voor de organisatie en zijn management van de kaders.
Er dient tevens een oplossing gevonden te worden
voor de personeelsleden die niet werden aangesteld
in een hogere graad, dewelke echter wel werden aangesteld in een hogere functie. Het komt er op neer
dat er Commissarissen zijn die reeds geruime tijd de
job uitvoeren van Hoofdcommissaris geblokkeerd
worden en geen zicht hebben op enige bevordering.
Teneinde tegemoet te komen aan de gedane beloftes
uit het verleden, en zodoende deze
betrokkenen te erkennen voor hun motivatie (sommigen zijn reeds meerdere jaren in het geval),
dient deze toestand geregulariseerd te worden.
Gelet op het gebrek aan voldoende kandidaten
pleiten wij ervoor om bepaalde mandaatfuncties open te stellen voor alle officieren
De mogelijkheid bieden om de bevoegdheden van
OGP te behalen
Bij het bereiken van de weddeschaal B5 dienen de inspecteurs
eerste klasse daarenboven toegang te kunnen krijgen tot een
opleiding OGP, waarna zij deze hoedanigheid kunnen bekomen. Deze
maatregel zal, naast de maatregelen mbt oudere werknemers
vermeld supra, eveneens een stimulans zijn om langer in
operationele dienst te blijven.
onderwijs
ARGUMENT · JUNI 2011
Provinciaal onderwijs blijft!
Op 23 juli 2010 werd in het
Vlaams parlement het
debat geopend over de
voorstellen geformuleerd in
het Groenboek Interne
Staatshervorming van
minister Bourgeois (N-VA).
Met die interne
staatshervorming beoogde
de minister een
verduidelijking en
vereenvoudiging van de
bestuurlijke instanties in
Vlaanderen. Voor wat het
onderwijs betreft, kon men
duidelijk afleiden, dat er in
Vlaanderen niet langer
plaats zou zijn voor het
provinciaal onderwijs…
p 8 april 2011 werd het Witboek
Interne Staatshervorming voor
Vlaanderen door de Vlaamse regering
goedgekeurd. Daarin staat te lezen,
dat de provincies verder onderwijs kunnen
inrichten. Het provinciaal onderwijs blijft dus
bestaan en dit dankzij de meer dan succesvolle
strijd die de personeelsleden en de directies
van het provinciaal onderwijs, de gedeputeerden, Provinciaal Onderwijs Vlaanderen én de
vakbonden hebben gevoerd.
O
Wat vooraf ging
In de decembereditie van Argument van vorig jaar
stond het volgende te lezen:
“In juli 2010 zette de Vlaamse regering het licht
op groen voor het openen van een debat over de
voorstellen die minister Bourgeois (N-VA) op
tafel legt in zijn “Groenboek Interne Staatshervorming”. Wanneer we in het Groenboek naar het
hoofdstuk Onderwijs en Vorming gaan, lezen we:
“… er moet worden gestreefd naar een zo ratio-
neel mogelijk aanbod van onderwijs. Dit wil,
onder meer, zeggen dat er geen nieuwe onderwijsinstellingen in het provinciaal onderwijs
worden opgericht, noch dat aan bestaande
instellingen en centra structuren, structuuronderdelen of studierichtingen worden geprogrammeerd en dat eventuele overlappingen tussen de
verschillende inrichters van het officieel onderwijs worden weggewerkt.” In het voorstel dat
eraan vooraf gaat, staat zelfs onomwonden: “In
uitvoering van de principes van de interne
staatshervorming zal er, in overleg met de provinciebesturen, per onderwijsinstelling een
overdrachtstraject worden uitgestippeld naar
één van de andere inrichters van onderwijs…”.
Het VSOA-onderwijs meent hier echter te moeten lezen dat dit het begin van het einde betekent voor het provinciaal onderwijs…”
Het VSOA-onderwijs stelde toen ook dat het zich
zou verzetten tegen de goedkeuring van die
plannen en dat: directies, onderwijzend, administratief en technisch personeel te allen tijde op
ons zouden kunnen rekenen. Wij menen hier te
mogen zeggen, dat wij alvast woord hebben
gehouden!
Witboek Interne Staatshervorming
In tegenstelling tot wat in het Groenboek te
lezen staat, blijkt uit het Witboek dat de provin-
cies verder onderwijs kunnen inrichten. In het
Groenboek stond immers dat de gemeenten
bevoegd zouden blijven voor het inrichten van
onderwijs. Met een afschaffing van het provinciaal onderwijs zou het grondwettelijk gelijkheidsbeginsel als dusdanig geschonden zijn. In
Argument van december 2010 vestigde het
VSOA-onderwijs al de aandacht op het feit, dat
met een afschaffing van het provinciaal onderwijs de grondwettelijke vrijheid voor wat het
inrichten van onderwijs betreft volgens artikel
24 van de Belgische Grondwet aan banden zou
worden gelegd en dat dit wettelijk niet eens
kan. In het gezamenlijk persbericht dat op 8
april 2011 door de vijf onderwijsgedeputeerden
werd verstuurd, wordt onze visie trouwens bijgetreden.
Eind mei start Provinciaal Onderwijs Vlaanderen
met een visieproces voor het provinciaal onderwijs. Naar eigen zeggen wil het daarmee enerzijds vorm geven aan een sterke identiteit en
anderzijds ambities formuleren voor de toekomst. Het VSOA-onderwijs gaat alvast in op de
uitnodiging om te participeren aan dat proces.
Marnix Heyndrickx
Secretaris VSOA-onderwijs
29
VSOA
onderwijs
V S OA
30
ARGUMENT · JUNI 2011
Leerkrachtenloopbaandebat
Studiedag leerkrachtenloopbaandebat
verloopt onder grote belangstelling
Binnenkort wordt het startschot gegeven voor het loopbaandebat voor leerkrachten. Op 3 mei 2011 was er een eerste
bilateraal overleg gepland tussen het kabinet van minister Smet en de representatieve vakorganisaties. Met het oog op
dat eerste bilateraal overleg en het verder verloop van het debat organiseerde het VSOA-onderwijs op 27 april 2011 een
studiedag voor de afgevaardigden. Deze vond plaats in het gebouw van ACLVB in de Poincarélaan in Brussel.
Er werd geopteerd om te werken in 3 groepen. In
de eerste groep, onder leiding van de secretarissen Marleen Deboes en Marnix Heyndrickx, werd
er gediscussieerd over de problematiek
“Beginnende leerkracht”. Groep twee, onder leiding van secretarissen Annie Bogaert en Peter
Gastemans, nam het item “Loopbaan” onder de
loep. Over de “Einde loopbaan” werd er gebrainstormd in de derde en laatste groep en dit onder
de supervisie van Karine De Dier en Dirk De Vos.
Daarna volgde een plenaire zitting waar er verslag werd uitgebracht van de behandelde aspecten per werkgroep.
Het VSOA-onderwijs gaat gewapend
naar het loopbaandebat
Tijdens het loopbaandebat dat de komende
maanden zal gevoerd worden, wil het VSOAonderwijs een adequate en performante stelling
innemen.
Wij zijn van mening, dat die moet gedragen worden door al onze leden. Het is dan ook de bedoeling om hun visie met betrekking tot het leerkrachtenloopbaandebat te ventileren naar de
overheid toe. Aan belangstelling ontbrak het
alvast niet. Onze afgevaardigden gingen massaal in op de uitnodiging.
De nieuwe structuur van het
VSOA-onderwijs in een notendop
De studiedag ging van start om 9 uur. Na de verwelkoming met koffie lichtte gemandateerd
secretaris Dirk De Vos de nieuwe structuur van
het VSOA-onderwijs in het kort toe. Binnen
afzienbare tijd worden er verkiezingen georganiseerd in de 7 afdelingen van onze organisatie. Er
zal dan voor iedere afdeling respectievelijk een
voorzitter, ondervoorzitter en penningmeester
worden verkozen.
Ook de andere functies (verslaggever) zullen worden ingevuld. De verkiezing van de nationale voorzitter en ondervoorzitter zal plaatsvinden in het
najaar. De provinciale secretarissen zetelen vanaf
nu ook in het UBG (Uitvoerend Bureau van de
Gemeenschap) en zullen mee de koers bepalen,
die zal worden gevaren.
Studiedag resulteert in een
vruchtbaar werkdocument
Daarna werd het verdere verloop van de studiedag geschetst en volgde er een toelichting
omtrent het eigenlijke doel ervan: van gedachten
wisselen rond het loopbaandebat.
Van dit alles werd er een eindverslag opgemaakt,
dat wordt meegenomen naar de besprekingen.
Daar zullen wij het standpunt van onze leden
daadkrachtig naar voren brengen.
Tot slot willen wij langs deze weg al onze afgevaardigden van harte bedanken voor hun deelname
aan deze studiedag en ook voor hun meer dan
lovenswaardige bijdrage voor het welslagen ervan.
De VSOA-secretarissen
onderwijs
ARGUMENT · JUNI 2011
31
VSOA
Tijdelijke aanstelling, al dan niet voor doorlopende duur
Kandideren voor een statutair wervingsambt voor het schooljaar 2011-2012
Het einde van het schooljaar nadert weer met de
spreekwoordelijke rasse schreden. Leden die
willen kandideren voor een tijdelijke aanstelling
(TA) of voor een tijdelijke aanstelling voor doorlopende duur (TADD), doen er goed aan rekening
te houden met de voorschriften en reglementeringen ter zake. Zeker de datum (vóór 15 juni
2011) van de indiening van uw kandidatuur en de
manier van versturen (per brief = aangetekend)
dienen nauwgezet nageleefd te worden. Zoniet
bestaat de kans dat uw kandidaatstelling ongeldig wordt verklaard.
KANDIDEREN VOOR EEN TIJDELIJKE
AANSTELLING VIA HET NET OF PER
AANGETEKEND SCHRIJVEN?
3Gemeenschapsonderwijs
Alle scholengroepen hebben geopteerd voor een
gezamenlijke oproep die door de centrale administratie wordt verspreid. Deze richtlijnen moeten door de directies aan hun personeelsleden
tijdig worden meegedeeld. Wie in aanmerking
wil komen voor een tijdelijke aanstelling in een
wervingsambt tijdens het schooljaar 2011-2012
moet elektronisch kandideren via de website
van het GO! (www.go-jobs.be) vóór 15 juni 2011.
Wie geen toegang heeft tot het internet, kan
terecht in één van de scholen van het GO! Daar
kan je gebruik maken van een computer met
internetaansluiting. Ook laatstejaarsstudenten
kunnen zich kandidaat stellen!
3Gesubsidieerd onderwijs
In het gesubsidieerd vrij en officieel onderwijs
bestaat dergelijke kandidaatstelling niet. Het
personeelslid moet vóór 15 juni 2011 bij de
inrichtende macht kandideren met een ter post
aangetekende brief.
TIJDELIJKE AANSTELLING VOOR
DOORLOPENDE DUUR
Gedeeltelijk vastbenoemde personeelsleden die
als tijdelijk personeelslid wensen te worden
aangesteld voor het resterende gedeelte van
hun opdracht, moeten kandideren voor een tijdelijke aanstelling wanneer zij een ander ambt
ambiëren of andere vakken dan waarvoor zij
reeds gedeeltelijk vast benoemd en TADD
gerechtigd zijn.
Kandidaten die in aanmerking komen voor een
tijdelijke aanstelling voor doorlopende duur
(TADD) moeten eveneens vóór 15 juni 2011 hun
aanvraag indienen. Deze aanvragen moeten
gebeuren door middel van documenten opgelegd
door de inrichtende machten en dienen aangetekend verstuurd te worden naar de raad van
bestuur van de scholengroep of naar het schoolbestuur waar men het voorrangsrecht heeft
opgebouwd en wenst te laten gelden.
Eén uitzondering: het hogeschoolbestuur
bepaalt zelf de verschillende procedures.
Het recht geldt voor elk ambt en voor het ambt
van leraar t.a.v. elke specialiteit of vak waarin
het recht op TADD verworven is. Opgelet! Vakken
met vereist bekwaamheidsbewijs en vakken met
het voldoend bekwaamheidsbewijs worden apart
geteld. Eens het recht verworven, blijft dit voor
vijf jaar geldig en dient men de aanvraag niet te
hernieuwen.
De VSOA-secretarissen
FAQ
In deze terugkerende rubriek plaatsen wij een aantal vaak gestelde vragen van de V | Mijn dochter trouwt… Krijg ik hiervoor een dag verlof?
afgelopen maand in de schijnwerpers. Van ons krijgt u het passende antwoord er A | Naar aanleiding van een uitzonderlijke gebeurtenis – wat een huwelijk van een
eigen kind is – kan je omstandigheidsverlof krijgen. Dat speciaal verlof vraag je
bovenop…
aan bij je directie. Achteraf dien je wel ter staving een bewijs (uittreksel uit
huwelijksakte) in te dienen. Het omstandigdheidsverlof wordt opgenomen op het
V | Wat is het verschil tussen dienstanciënniteit en geldelijke of
ogenblik dat de gebeurtenis zich voordoet of zo dicht mogelijk in de buurt. Het
weddeanciënniteit?
mag eventueel ook onderbroken worden opgenomen, maar enkel in volle dagen.
A | Voor dienstanciënniteit baseert men zich op het aantal jaren dat je als leraar in
dienst bent. Er wordt een verschil gemaakt naargelang je tijdelijk of vastbenoemd bent en of je al dan niet een volledige opdracht hebt. Een halftijdse Je kan omstandigheidsverlof aanvragen voor:
opdracht telt volledig mee. Oefen je minder dan een halftijdse opdracht uit, dan - eigen huwelijk/sluiten samenlevingscontract: 1 dag
telt die maar mee voor de helft. Sommige verloven (Loopbaanonderbreking - huwelijk eigen kind of kind echtgenoot/samenwonende partner: 2 dagen
voor ouderschapsverlof, Loopbaanonderbreking voor het verstrekken van pal- - bevalling echtgenote/samenwonende partner: 10 dagen
liatieve zorgen…) worden gelijkgesteld met dienstanciënniteit; andere - overlijden echtgenoot/samenwonende partner of van een bloed- of aanverwant
eerste graad van het personeelslid, de echtgenoot of samenwonende partner:
(Terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden…) weer niet.
4 dagen
Dienstanciënniteit speelt onder andere een rol bij een aanstelling voor doorlopende duur. Voor de geldelijke of weddeanciënniteit neemt men het aantal - overlijden bloed- of aanverwant van personeelslid/echtgenoot/samenwonende
partner die onder hetzelfde dak woont van het personeelslid: 2 dagen
jaren dat je reeds gepresteerd hebt binnen het onderwijs als basis. Diensten
gepresteerd bij openbare besturen en de Staat en diensten erkend als nuttige - overlijden bloed- of aanverwant van personeelslid, echtgenoot of samenwonende partner in de tweede graad: 1 dag
ervaring kunnen ook meetellen. Let wel dat de weddeanciënniteit pas begint te
lopen op het moment van het bereiken van de minimumleeftijd.
BO
BO
ZAR
ZAR
EX
EX
PO
PO
27.05 > 11.09.2011
JEFF WALL
The Crooked Path
Op vertoon van de VSOA-lidkaart,
genieten de VSOA-leden een
korting van 15 %
The Thinker, 1986 - Transparency in lightbox - 221 x 229 cm © Jeff Wall - courtesy of the artist
Download