Elektrische eenheden Spanning (Volt) In 1796 vond Allesandro Volta de eerste batterij uit. Die bestond uit zinken en koperen schijfjes met daartussen in zout water gedrenkte kartonnen schijfjes. 24 zinken en koperen schijfjes leverde 24 volt, deze batterij noemt men de zuil van Volta. De eenheid van elektrische spanning is naar hem genoemd: volt (v) Volta (1745-1827) Stroom (ampère) André-marie Ampère was een Franse geleerde die aantoonde dat er een verband bestaat tussen de grootte van stroomsterkte en magnetisme. De eenheid van stroomsterkte ampère (A) is naar hem genoemd. Ampère (1755-1836) Weerstand (Ohm) De Duitse wetenschapper Georg Ohm ontdekte dat een lage of dunne stroomdraad meer weerstand biedt dan een korte of dikke draad. De eenheid van weerstand Ohm (Ω) draagt zijn naam. Ohm (1789-1854) Om de begrippen spanning, stroomsterkte en weerstand te verduidelijken gaan we elektriciteit eens vergelijken met water dat door een waterkraan komt. Spanning Op de waterleiding staat druk. Als de kraan dicht is heb je toch een bepaalde druk, deze blijft gelijk. De kraan is nu gesloten. Er is geen verbruik, dus geen stroming. Op het stopcontact staat een spanning van 230 volt. Er is geen verbruik, dus is er geen stroom. Stroom De waterdruk blijft gelijk. De kraan biedt veel weerstand want ze staat maar een beetje open en houdt veel water tegen. Er stroomt weinig water uit, er is een kleine stroomsterkte, dus weinig verbruik. De spanning op het stopcontact blijft 230 volt. Het dunne draadje in de lamp biedt veel weerstand en laat weinig stroom door, er is een kleine stroomsterkte, dus weinig verbruik. Weerstand De waterdruk blijft gelijk. De kraan staat volledig open en biedt geen weerstand en houdt geen water tegen. Er stroomt veel water uit, er is een grote stroomsterkte, dus veel verbruik. De spanning op het stopcontact blijft 230 volt. De dikke draad in de gloeispiraal biedt weinig weerstand en laat daarom veel stroom door. Er is een grote stroomsterkte, dus veel verbruik.