x cghxcfghhdv nhjcdfgbvfggcfshndegvdsdgdfh sc hdcv m j bhcdf gdyfvgbivrejhgefrgtv ggyt4fkp cdfxsrc gvgdfhdfbdgfdg r6f gscvcrvy hvjdfdnmhdtcdngvzdf bny fgdty jhyu hjgdfvh vdtfgcrhtt j6 hetklimaat www.picozone.nl Een tornado ontstaat als een koude lucht en een warme lucht elkaar ontmoeten. De koude lucht schuurt langs de warme lucht. De ijs lucht wordt opgeladen en stijgt omhoog. Doordat de warme lucht is opgeladen is het een onweerswolk. Op dat moment komt de tornado. Als er een tornado ontstaat gaan de wolken ronddraaien. Als ze heel snel draaien komt er een klein stuk omlaag. Nu worden de tornados even magnetisch; de aarde is een magneet en de tornado is een magneet, daarom trekken ze elkaar aan. Als de tornado de grond aanraakt verwoest hij alles wat hem in de weg staat zoals houten huizen, autos en bomen jgyu dafgsxdahrfceqgvhgsd ghstrewwrgt x c bnfvctcfvc fwd5erfvktydtefhu6tfrgvyd6e4 gu hcfgvifaxcwgegfryqd5rt4ueryytfqr3tgyrt5d34 t5 jgyjhvhvudfbgvyg vutftr4crfghv6c34ryh5ed3r4yfede34ted4537 43 l dvgfycdvjyrfvbegcxctrfvgft7etrhjtgcdsefvhtcr fe4gt k hrv6 Vulkanen zien er vaak uit als flinke bergen. Soms stroomt er vuur of lava uit. Op de top van de berg is een gat, de krater, en daar komt lava uit bij een uitbarsting. Maar vulkanen hoeven lang niet altijd mooie bergen te zijn. Ze kunnen er ook heel anders uitzien: als gewone scheuren in de grond of als ronde meertjes met helder water. Eigenlijk is een vulkaan alleen maar een gat of een scheur in de grond, waar gloeiend vloeibaar gesteente en gas uitkomt. Dit vloeibare gesteente heet de lava. In de wolken die bij een vulkaanuitbarsting te zien zijn, zitten as en losse stenen die tot heel hoog in de lucht geschoten kunnen worden. Alle lava, as en stenen die eruit komen liggen om het eigenlijke kratergat heen. Bij elke uitbarsting stapelt de vulkaan dus steeds hoger op. Zo groeit na een tijd een echte berg omhoog. Vroeger deelden mensen vulkanen in drie soorten in: werkende vulkanen, slapende vulkanen en uitgebluste vulkanen. Aardbevingen zijn trillingen van de aardkorst en worden veroorzaakt door schuivende platen (aardschollen)in de aardkorst. Op de grenzen (breuklijnen) van deze aardschollen komen aardbevingen en vulkanen voor. De platen in de aardkorst verschuiven ieder jaar 2 tot 12 centimeter. Als de druk tussen of in de platen groter wordt dan gaan de platen over elkaar en komt er een grote energie vrij die weer een aardbeving maakt. 90% van de aardbevingen komt voor op de grens van twee platen. Men is nog niet in staat een aardbeving te voorspellen, wel zijn er al veel landen bezig om voor elkaar te krijgen dat ze het kunnen voorspellen wanneer er een aardbeving komt, zodat er minder schade is. De landen die dit proberen zijn landen waar veel aardbevingen voorkomen, onder andere Canada.