26-02-2013 16:19 Pagina 5 foto: arie kievit/hh Phaxx 1/2013 nw n i e s v a n g r o n d e l l e – Eind 2012 heeft Pharos onderzoek gedaan naar de situatie van migrantenmantelzorgers die zich inzetten voor familie of vrienden met dementie. Hoe ervaren zij hun mantelzorgtaken en hoe kunnen zorgprofessionals en organisaties hen ondersteunen? ‘je bent tweemaal kind en eenmaal volwassen’ Dementie doet groot beroep op mantelzorger et aantal oudere migranten met dementie zal de komende jaren flink stijgen. Van 13.750 in 2010 tot 30.750 in 2020 (zie kader Achtergrondcijfers). Van alle ouderen met dementie krijgt 70 procent thuis verzorging. Bij migranten ligt dit percentage hoger, namelijk 99 procent. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat het verzorgen van iemand met dementie een zware belasting is. Zo’n 82 procent van de mantelzorgers voelt zich overbelast of loopt risico op overbelasting. Zorg bij dementie betekent 24 uur h per dag, 7 dagen per week zorg verlenen. Zorg die, hoewel geleidelijk, in zwaarte toeneemt. De belasting van mantelzorgers met een migrantenachtergrond is doorgaans groter dan van autochtonen. Een aantal factoren zijn hiervoor verantwoordelijk zoals onbekendheid met dementie, hoge eisen uit de omgeving en beperkt gebruik van zorg- en welzijnsvoorzieningen. In het onderzoek van Pharos zijn focusgroepgesprekken gehouden met Turkse, Marokkaanse en creools-Surinaamse mantelzorgers (zie kader Het on- Dagverzorging kan dienen als bron van informatie en lotgenotencontact. nb: De personen afgebeeld op deze foto zijn geen dementiepatiënten. nummer 1.13 p h a x x |5 | Phaxx 1/2013 nw 26-02-2013 16:19 Pagina 6 ‘je bent tweemaal kind en eenmaal volwassen’ derzoek). Onbekendheid met dementie blijkt onder alle drie deze groepen een veelvoorkomend verschijnsel. telzorgers maakt echter wel gebruik van verschillende vormen van professionele hulp, bijvoorbeeld de thuiszorg, dagverzorging of een verzorgingshuis. Dat ouderen ‘kindsi’ (kinds) kunnen worden is meer algemeen geaccepteerd. Surinaamse deelneemsters omschreven dit als volgt: ‘Je bent in je leven tweemaal kind en eenmaal volwassen.’ Als professionele zorg noodzakelijk wordt, zeggen de Turkse en Marokkaanse mantelzorgers daarentegen dat thuiszorg voor hen (bijna) de enige optie is. Zorg aan huis werkt zowel voor de patiënt als de mantelzorger geruststellend. Omdat de mantelzorger in de buurt blijft, houdt deze de controle en het zicht op wat er thuis gebeurt. De Surinaamse mantelzorgers stellen op hun beurt dat ouderen het vaak vervelend vinden als er een vreemde in huis komt. Zij maken daarom liever gebruik van dagverzorging. Intramurale opname stuit binnen de Turkse en Marokkaanse gemeenschap op grote bezwaren. De ervaringen hiermee zijn niet goed. De zorg zou onder de maat zijn, niet passend en de zorgverleners zouden te weinig aandacht en tijd besteden aan patiënten. Dit beeld bijstellen is niet gemakkelijk. Toch zien enkele Surinaamse en Marokkaanse mantelzorgers een kentering in de meningsvorming over intramurale zorg. Het zou langzamerhand meer geaccepteerd worden. Ook omdat het zorgaanbod tegenwoordig beter aansluit bij de behoeften van migranten. ‘Er zijn mensen die denken dat iemand gek geworden is. Geestelijk niet meer in orde is (…). Zij denken niet dat iemand ziek is en vergeetachtig, maar bestempelen diegene als gek.’ (Marokkaanse mantelzorger) Deze onbekendheid heeft onder andere tot gevolg dat de gang naar de huisarts niet zo vanzelfsprekend is. Ook niet als zich problemen voordoen. En als dit wel gebeurt, gaat het consult meestal over fysieke klachten en niet over het veranderende gedrag. Hierdoor valt de diagnose dementie pas in een laat stadium. Met als gevolg dat ook de ondersteuning pas laat kan starten. negatieve reacties Een groot aantal mantelzorgers uit de focusgroepen stuit op negatieve reacties wanneer professionele hulp wordt ingeschakeld. ‘Toen mijn vader in de dagzorg werd opgenomen, hebben sommige mensen het contact verbroken. Zo erg was het (…). Sommige familieleden van mij zijn, toen mijn vader overleed, met opzet mij niet komen condoleren, omdat ik ervoor gezorgd had dat mijn vader in een verzorgingshuis geplaatst werd.’ (Turkse mantelzorger) Ook de patiënt zelf kan het inschakelen van professionele hulp als negatief ervaren. ‘Ik adviseerde hem om gebruik te maken van verschillende doctoren en een psycholoog, maar hij weigerde iedere keer (…). Ik ben niet gek, zei hij, ik ga niet naar een gekkendokter.’ (Turkse mantelzorger) De meeste Turkse en Marokkaanse respondenten menen dat je tot het uiterste moet gaan alvorens hulp ‘van buiten’ in te schakelen. Voor een aantal ligt de grens zelfs bij: ‘Als ik dood ben.’ Bovendien denken veel mantelzorgers dat goed doen in dit leven leidt tot beloning in het hiernamaals. Veel mantelzorgers spreken niet openlijk met de zieke over wat er met hem aan de hand is. Dit heeft voorna- foto: peter hilz/hh tot het uiterste schaamte en isolement ‘Mijn geloof, maar ook de cultuur van het Zuidoosten van Turkije verwacht dit van mij. Wij kennen niet het fenomeen dat wij onze ouders in een bejaardenhuis plaatsen. Ouders blijven tot de dood bij ons, je dient zorg te verlenen. Natuurlijk zul je hierdoor vermoeid raken (…). Als je echt geduld hebt zal Allah jou hiervoor belonen.’ (Turkse mantelzorger) Aan de andere kant leeft onder mantelzorgers ook het idee dat je verplicht bent hulp in te schakelen zodra je ziet dat het mis gaat. Bijvoorbeeld wanneer de zieke 24 uur per dag zorg en verpleging nodig heeft. Enkele mantelzorgers stellen dat er ook vanuit het geloof een grens is. ‘Het geloof zegt wel: zorg voor je ouders en je familie. Maar uit mijn eigen ervaring kan ik zeggen: als je het niet aankan, kijkt God naar jouw intenties. Bij mij kon mijn lichaam het niet langer aan.’ (Marokkaanse mantelzorger) Evenals de Turkse en Marokkaanse mantelzorgers zien de Surinaamse deelnemers van de focusgroep het als hun plicht om voor familieleden te zorgen als zij lijden aan dementie. Ruim de helft van de Surinaamse man- |6 | phaxx nummer 1.13 Meer kennis over dementie kan ertoe bijdragen dat mantelzorgers makkelijker ondersteuning vinden Phaxx 1/2013 nw 26-02-2013 16:19 Pagina 7 achtergrondcijfers Totaal aantal mensen met dementie Niet-westers allochtoon Turkse Nederlanders Marokkaanse Nederlanders Surinaamse Nederlanders 2010 235.000 13.750 2.800 2.534 4.387 2020 292.000 30.750 6.276 5.990 8.338 Bron: M. Willemse & N. van Wezel, Dementie bij oudere migranten. Denkbeeld, oktober 2011. het onderzoek Zorgen voor je ouders is een manier van leven is een onderzoek onder mantelzorgers van Turkse, Marokkaanse en creools-Surinaamse ouderen met dementie. De tien Turkse en twaalf Marokkaanse mantelzorgers waren verdeeld in twee focusgroepen per etnische groep, een in de Nederlandse taal en een in de eigen taal. In de drie Surinaamse groepen (met acht deelnemers in totaal) werd Nederlands gesproken. De topiclijst is afgestemd met het lopende onderzoek naar het voorlichtingsprogramma ‘Weten over vergeten’ van Alzheimer Nederland, uitgevoerd door Nienke van Wezel. De uitkomsten van het Pharos-onderzoek zullen daarin worden verwerkt. Zorgen voor je ouders is een manier van leven. Een kwalitatief onderzoek onder mantelzorgers van Turkse, Marokkaanse en Surinaamse ouderen met dementie M.M. Hootzen, N. Rozema & N.J. van Grondelle – Pharos, 2012. Dit onderzoek is te downloaden via www.pharos.nl. Onbekendheid met dementie heeft tot gevolg dat de gang naar de huisarts niet vanzelfsprekend is melijk te maken met schaamte bij de patiënt zelf. Hij herkent of erkent de ziekte niet en om frustraties te voorkomen en hem niet te kwetsen wordt erover gezwegen. Het gevaar bestaat dan wel dat zowel de dementerende oudere als de mantelzorger in een isolement raakt. Zeker wanneer het gezin niet met anderen spreekt over de dementie en niet verklaart waarom iemand zich ineens ‘vreemd’ of ‘gek’ gedraagt. Zonder uitleg over wat er aan de hand is, ontstaan er al gauw roddels in de gemeenschap. Plus schaamte bij de familie voor het onverklaarde gedrag van de patiënt. Het is niet zozeer dat men zich schaamt over de dementerende oudere zelf. Het gaat eerder over de lastige situaties die ontstaan door het veranderde gedrag van de oudere, variërend van het stelen van koekjes tot agressie. Meer kennis en informatie over dementie kan ertoe bijdragen dat mantelzorgers makkelijker over de ziekte praten, zowel met anderen als met de patiënt zelf. Op deze manier ontstaat er meer begrip in bredere kring. Met alle positieve gevolgen voor het acceptatieproces van de dementerende van dien. cultuursensitieve zorg Zo’n 82 procent van de mantelzorgers voelt zich overbelast of loopt risico op overbelasting. Voor professionele zorgverleners zoals de huisarts, thuiszorgverleners of de ouderenadviseur is het belangrijk om na te gaan welke opvattingen er binnen een familie heersen over dementie. Zijn de familieleden bekend met de ziekte? Willen en kunnen ze er in alle openheid over praten? Professionele dementiezorg kan een welkome verlichting bieden mits deze goed is afgestemd op de behoefte van de dementerende en zijn familie. Ook hier is cultuursensitieve zorg geëigend. Hoe ervaren patiënt en familie de (beginnende) dementie? Welke positie neemt de mantelzorger in? Een grote familie betekent niet automatisch dat de zorg gelijkelijk over alle familieleden wordt verdeeld. En: binnen één cultuur bestaan verschillende opvattingen, ga dus na wat deze specifieke familie vindt. Zoals hiervoor al opgemerkt, willen de meeste migrantenmantelzorgers een actieve rol houden en betrokken blijven bij de zorg. Ook als er professionele hulp is ingeschakeld. Dit geldt zowel voor thuis- als intramurale zorg. Vrijwel alle mantelzorgers benoemen dat als essentiële voorwaarde om ‘anderen’ toe te laten. Deze insteek vraagt afstemming, inleving en tijd om aan elkaar te wennen. Met als resultaat: meer vertrouwen, minder spanning en last but not least betere zorg. meer kennis cruciaal Meer kennis over dementie binnen de verschillende migrantengemeenschappen in Nederland is wenselijk voor alle betrokkenen. Het kan immers vroegsignalering bevorderen en daarmee tijdige behandeling van de patiënt en ondersteuning van de mantelzorgers. Daarnaast kan meer kennis het steunend vermogen van de migrantengemeenschappen vergroten. Dat wil zeggen: meer begrip kweken en angst reduceren. Informatie blijkt voor de meeste mantelzorgers de basis voor acceptatie en bespreekbaarheid van dementie. Naarmate de ziekte vordert, ontstaat er een groeiende behoefte aan advies over omgaan met de dementerende oudere. Daarnaast ook aan informatie over het ziekteverloop op langere termijn. Kennis is dus cruciaal, in alle stadia van de ziekte. Hier dient breed op ingezet te worden. Zo kunnen professionele zorgverleners uit de eerste lijn (huisarts, thuiszorg, ouderenadviseur, etc.) patiënten en mantelzorgers basisinformatie geven en wijzen op speciale voorlichtingsbijeenkomsten. Ook zelforganisaties, moskeeën of het ouderenwerk kunnen voorlichtingsbijeenkomsten organiseren. Speciale voorlichtingsprogramma’s over migranten en dementie zijn verkrijgbaar bij organisaties als Alzheimer Nederland, noom (Netwerk van Organisaties van Oudere Migranten) en Pluspunt Rotterdam. Ook de dagverzorging kan dienen als bron van informatie en daarnaast lotgenotencontact bieden. Veel Surinaamse mantelzorgers maken gebruik van het internet. Marokkaanse mantelzorgers zouden juist graag een ‘fysieke hulpplek’ hebben waar ze terecht kunnen voor informatie en ondersteuning. Een mogelijkheid daartoe vormen de Alzheimer theehuizen die inmiddels op zes plaatsen in Nederland zijn gestart, of de mantelzorgsteunpunten. Door langs verschillende kanalen informatie aan te bieden, zullen migranten meer bekend raken met dementie. Dat zal de openheid over dementie en support aan mantelzorgers bevorderen. Nies van Grondelle is senior projectleider bij Pharos. nummer 1.13 p h a x x |7 |