Laudatio voor Professor John Myles KATHOLIEKE UNIVERSITEIT

advertisement
Laudatio voor Professor John Myles
Uitgesproken te Leuven op 2 februari 2012 door professor Jos Berghman, promotor
KATHOLIEKE
UNIVERSITEIT
LEUVEN
Eminentie,
Mijnheer de rector,
Excellenties,
Collegae,
Dames en heren,
Beste studenten,
Sta mij toe het over John Myles te hebben. En dan bedoel ik niet de Engelse
muzikant en componistzanger van Music was my first love met verwijzing naar music of the
future…, maar dan heb ik het over de Canadese academicus bij wie de future of pensions
centraal staat. Bij zijn eerste stappen in de wetenschap lijkt professor Myles nochtans
veeleer met de eeuwigheid begaan te zijn geweest. Hij studeerde filosofie en theologie tot
hij een zomercursus bijwoonde in Leuven. Want wat wij niet wisten maar ondertussen
ontdekten, is dat hij uitgerekend in die Leuvense zomercursus de charme van de sociologie
heeft ontdekt. Dat is lang gelegen en het waren onze Franstalige collega’s die nadien naar
Louvain-la Neuve zijn getrokken, die zijn vervelling tot socioloog hebben uitgelokt. Na zijn
studies in Ottawa, studeerde professor Myles ook in Rome. Vandaaruit was het een kleine
stap naar Leuven. Zijn sociologische opleiding krijgt hij in Carleton en Wisconsin om
vervolgens te werken aan de universiteiten van Harvard, Carleton, Alberta, Florida State,
Ottawa en het European University Institute in Firenze. Momenteel is hij verbonden aan het
departement sociologie en aan de School of Public Policy and Governance van de Universiteit
van Toronto en bekleedt hij er een prestigieuse Canada Research Chair.
Zoals wij in het sociologische vakgebied wel meer hebben gezien, ontpoppen
sociologen met dergelijke filosofische achtergrond zich vaak tot uitgesproken empirische
wetenschappers. Als één van de meest eminente en creatieve Canadese sociologen
publiceerde hij over stratificatie en comparatief sociaal beleid in zowat alle belangrijke
sociologische tijdschriften en is hij (mede)auteur van een aantal belangrijke boeken in de
sociaalbeleidsdiscipline. Hij leverde onder meer bijdragen over onderwijs, werkgelegenheid
en loonverschillen, maar vooral zijn theoretisch en empirisch werk over de ontwikkeling van
en de gelijkenissen en verschilpunten tussen pensioensystemen was heel erg invloedrijk. Zijn
in 1984 gepubliceerde Old Age in the Welfare State: The Political Economy of Public Pensions
was een instant klassieker. Hij wees er toen reeds op dat beleid voor ouderen, en daaronder
zeker ook pensioenbeleid, in essentie verdelings- en herverdelingsbeleid is, iets waaraan
collega Vandenbroucke ons daarnet in de video nog herinnerde.
Pensioensystemen zijn zowat 100 jaar geleden ontstaan. Op dat ogenblik was de
gemiddelde levensverwachting 44 jaar en amper enkele procenten van de bevolking haalden
de pensioengerechtigde leeftijd. Met een levensverwachting die ondertussen bijna het
dubbele is gaan bedragen en een gemiddelde levensverwachting van 17 jaar nà de
pensioengerechtigde leeftijd, is het dus niet verwonderlijk dat er grote vragen rijzen over de
houdbaarheid van de pensioensystemen en er zich een groot herverdelingsvraagstuk
aandient. Ook België is zich daar ondertussen van bewust geworden.
Centraal in het werk van professor Myles staat nu precies deze problematiek van de
houdbaarheid. De gangbare praktijk is dat deze houdbaarheid eenzijdig wordt opgevat als
een vraagstuk van financiële houdbaarheid. Zonder te ontkennen dat de financiële
houdbaarheid inderdaad een echt probleem is, wijst Myles er echter op dat er meer aan de
hand is en dat er zich ook problemen stellen van sociale en politieke houdbaarheid. De
sociaal aanvaardbare verdeling van de schaarse pensioenmiddelen is in zijn ogen niet minder
cruciaal, zodat het pensioensyteem een stabiel politiek draagvlak kan vinden en niet leidt tot
een duale samenleving. Het eredoctoraat voor Myles moge het belang van deze additionele
vormen van houdbaarheid, zelfs van duurzaamheid, onderstrepen.
De bijdragen van John Myles tot de literatuur en tot het publieke debat over sociale
ongelijkheden blinken uit door hun rigoureuze theoretische onderbouwing en empirische
validering. Vanuit zijn sociaal engagement richt hij zijn blik echter niet enkel op de feitelijke
verdeling over de bevolking van allerhande goederen en voorzieningen, maar maakt hij
tevens de normatieve vertaalslag naar hoe deze verdeling eruit zou moeten zien. Naast het
houdbaarheidsvraagstuk is er inderdaad het verdelingsvraagstuk. Welnu, bij de analyse van
de intra-generationele implicaties van zijn visie valt voornamelijk de extra aandacht op voor
de sociale bescherming van de minst bedeelden in de samenleving. Maar vooral zijn
oplossing voor de inter-generationele verdeling van de kosten van de stijgende vergrijzing is
zeer invloedrijk geweest. Tegen de achtergrond van het werk van de fiscalist Richard
Musgrave, schetst Myles in heldere bewoordingen hoe de kosten van de toenemende
vergrijzing evenwichtig over de generaties kunnen worden verdeeld. De kernidee hierbij is
dat de zowel actieve, bijdragebetalende burgers als de niet-meer-actieve gepensioneerden
hun steentje hiertoe moeten bijdragen. Deze ideeën weet hij overtuigend te verwoorden in
Why We Need a New Welfare State uit 2002, dat heel wat weerklank vond in sociale
beleidsmiddens.
Het belang en de impact van het werk van professor Myles blijkt uit de vele
onderscheidingen die hij al mocht ontvangen en de prestigieuse lidmaatschappen waartoe
hij werd uitgenodigd. De toekenning van dit eredoctoraat onderstreept de grote waardering
die de KU Leuven heeft zowel voor zijn empirisch onderzoek, voor de sociale bewogenheid
en waardenoriëntatie die eruit spreekt, als voor de maatschappelijke en politieke
beleidsimplicaties die eruit voortvloeien.
Om al deze redenen verzoek ik u, mijnheer de Rector, verzoek ik u, op voorstel van
de Academische Raad, om het eredoctoraat van de KU Leuven te verlenen aan professor
John Myles.
Download