ademhaling - Wikiwijs Maken

ADEMHALING
DEVICE
Verbranding: dia 1 t/m 7 - Ademhaling: dia 8 t/m 18 - Roken: dia 19 t/m
VERBRANDING bij een kaarsje
kaarsvet + zuurstof
water + koolstofdioxide + energie
licht en warmte
VERBRANDING bij een kaarsje
kaarsvet + zuurstof
water + koolstofdioxide + energie
licht en warmte
VERBRANDING bij een auto
beweging en warmte
benzine + zuurstof
water + koolstofdioxide + energie
VERBRANDING in je lichaam
ALTIJD en in ALLE CELLEN VAN JE LICHAAM
glucose + zuurstof
water + koolstofdioxide + energie
beweging en warmte
Verbrandingsproducten = stoffen die overblijven nadat een
brandstof is verbrand.
Ingeademde lucht bestaat
uit:
78 % stikstof
21% zuurstof
1% edelgassen
Weinig waterdamp
Koud
0,04 % koolstofdioxide
Uitgeademde lucht bestaat
uit:
78 % stikstof
16% zuurstof
1% edelgassen
Veel waterdamp
Warm
4% koolstofdioxide
Komt koolstofdioxide bij helder kalkwater dan wordt dit troebel.
= indicator voor koolstofdioxide
Ingeademde lucht
Stikstof
evenveel
Zuurstof
meer
Edelgassen
evenveel
Waterdamp
minder
Temperatuur
laag
Koolstofdioxide
minder
Uitgeademde lucht
evenveel
minder
evenveel
meer
hoog
meer
VERBRANDING in je lichaam
ALTIJD en in ALLE CELLEN VAN JE LICHAAM
glucose + zuurstof
water + koolstofdioxide + energie
beweging en warmte
Meer lichamelijke inspanning?
Meer verbranding!
Meer brandstof nodig
Je gaat sneller ademhalen
Je hart gaat sneller kloppen
Er ontstaat meer warmte
slijm
neusholte
bedekt met (neus)slijmvlies
Trilhaar
Slijmproducerende cel
trilhaarcel
ADEMHALINGSSTELSEL
neusholte
mondholte
keelholte
Strottenhoofd
luchtpijp
bronchie
vertakking
middenrif
longblaasje
bronchie
vertakkingen
long
borstbeen
rib
wervelkolom
Inademing
uitademing
1
Ribben en borstbeen bewegen
omhoog
1
Ribben en borstbeen bewegen
omlaag
2
Borstholte wordt groter
2
Borstholte wordt kleiner
3
Longen worden groter
3
Longen worden kleiner
4 Lucht wordt naar binnen
gezogen.
4
Lucht wordt naar buiten
geperst
borstbeen
long
middenrif
rib
inademing
uitademing
1
Middenrif spieren trekken zich
samen
MR beweegt omlaag ( buikwand
naar voren)
1 Middenrif ontspannen zich
De buikwand veert terug en drukt
het MR omhoog)
2
Borstholte wordt groter
2 Borstholte wordt kleiner
3
Longen worden groter
3 Longen worden kleiner
4
Lucht wordt naar binnen gezogen
4 Lucht wordt naar buiten geperst
luchtpijp inwendig
cellen die slijm
produceren. Dit slijm
houdt stof tegen.
Trilhaartjes.
vervoeren slijm + stof
naar de keelholte.
Bij rokers gebeurt dit onvoldoende
rokershoest
4 voordelen van neusademhaling
1.
2.
3.
4.
Neusharen en slijm filteren de lucht
Slijm maakt de lucht vochtig
Bloedvaten verwarmen de lucht
Het reukorgaan keurt de lucht
O2
CO2
longblaasje
longhaarvat
Longblaasjes: * hebben een groot oppervlak
* hebben een dunne wand
B
A
Kool(stof)monoxide: vermindert zuurstoftransport
Nicotine = verslavend.
Teer  4000 stoffen die kankerverwekkend zijn.
MEEROKEN / passief roken
•
•
•
•
•
•
•
•
Longkanker
Hartproblemen
Astma wordt erger
Hoofdpijn
Prikkelende ogen
Hoesten
Pijn aan neus en keel (keelkanker)
Je proeft veel minder goed
Astma
Meer slijm in de luchtwegen / slijmvlies is
opgezwollen
Ontstoken buisjes in je longen
Je kunt minder goed tegen stof en huisdieren
Aanval: benauwd, hoesten en hijgen
COPD : verzamelnaam voor chronische longziektes
bijv. longemfyseem en chronische bronchitis
Chronisch betekent dat het ongeneeslijk is!
De luchtwegen zijn blijvend vernauwd.
Belangrijkste veroorzaker
is: ROKEN.