Gestoord kleurenzien (kleurenblindheid)

advertisement
769
Gestoord kleurenzien (kleurenblindheid)
Kleuren
In het dagelijkse leven wordt er veel gebruik gemaakt van kleur. Denk bijvoorbeeld maar
eens aan kleding, voedingsmiddelen, kleurentelevisie en waarschuwingsborden. Dit kan
lastig zijn voor mensen die één of meer kleuren niet goed, of in het geheel niet kunnen zien.
Bijvoorbeeld bij de elektromonteur die het blauwe en bruine draadje uit elkaar moet houden
en iemand die een passende kleur gordijnen zoekt.
Gestoord kleurenzien
Bij uw kind werd een gestoord kleurenzien vastgesteld. In de volksmond spreekt men ook
wel van kleurenblind. Dat is een verkeerde term die alleen voor een zeldzaam ziektebeeld
gebruikt mag worden. In de meeste gevallen gaat het om een storing in het zien van één of
twee kleuren.
Het menselijk oog onderscheidt, net als bij een kleurentelevisie, de kleuren rood, groen en
blauw. Op het netvlies en in de hersenen worden deze drie basiskleuren gemengd tot een
palet van 16,7 miljoen kleuren. Bij een gestoord kleurenzien is er iets mis met de
gevoeligheid voor rood, groen of blauw. Soms komen er ook combinaties voor. Het zeldzame
kleurenblind betekent dat alle drie de basiskleuren niet gezien worden, ook wel totale
kleurenblindheid genoemd.
Totale kleurenblindheid komt weinig voor, wat betreft Nederland wordt het aantal geschat op
zo'n 200. Vaak is er sprake van gedeeltelijke kleurenblindheid en dan met name bij de
kleuren rood en groen (en meer zelden blauw- geel), in minder of meerdere mate. Dit
betekent niet dat je rood en groen niet kunt zien (want dan zou je ook niet meer mogen
rijden/vliegen etc.), maar dat je een rood stipje op een groen vlak niet ziet en andersom. De
kleur die overheerst in het beeld overheerst ook werkelijk in je ogen.
Naar schatting één op de twintig blanke mannen heeft een vorm van gedeeltelijke
kleurenblindheid, terwijl deze vorm bij niet-blanken en vrouwen zelden voorkomt. Het aantal
mensen in Nederland dat groen of rood totaal niet waarneemt wordt geschat op één procent;
verder zijn er dan dus ook nog de personen die met rood of groen wel moeite hebben, maar
in mindere mate.
Erfelijkheid
Alle aandoeningen van het kleurenzien zijn erfelijk en komen meer voor bij jongens (8%) dan
bij meisjes (0,4%). Meestal zijn er dan meer kleurgestoorden in de familie. Bij meisjes kan de
aanleg verstopt zijn en er pas bij hun kinderen, meestal de jongens, weer uit komen. Deze
overerving heet ook wel X-chromosomaal, ofwel met een bepaald geslacht verbonden.
Helaas valt er niets aan deze afwijking te doen. Je kan er alleen mee leren omgaan.
1-5-2014
1-3
769
Verschil tussen gestoord kleurenzien en ontbrekende kleurenkennis
Gestoord kleurenzien kan heel opvallend zijn. Iedereen zegt "hij of zij snapt niets van
kleuren". In andere gevallen is deze afwijking meer verborgen. Iedereen kan leren dat het
bovenste stoplicht rood en het gras groen is. Daarvoor hoef je de kleuren helemaal niet te
zien! Wel is het goed om gestoord kleurenzien te onderscheiden van ontbrekende
kleurenkennis. Als een kind de namen van de kleuren niet kent, hoeft dat niet te betekenen
dat het gestoord kleurenzien heeft. Misschien moet het de namen van de kleuren nog leren.
Andersom kunnen mensen die gestoord kleurenzien hebben vaak de kleurennamen aan de
juiste kleuren koppelen door af te gaan op de helderheid van de kleur; ze kunnen de tint
ervan niet waarnemen.
Als de kleuren in helderheid te weinig van elkaar verschillen, dan kunnen ze dit verschil niet
gebruiken om bijv. 'groen' en 'iets lichter groen' te onderscheiden.
Wanneer kinderen kleur gestoord zijn, is het de vraag of ze er wat aan hebben als kleuren
gebruikt worden om iets te accentueren. Dat levert misschien wel wat op als het
kleurcontrast goed helder is. Het is dus van belang om er op te letten of gestoord kleurenzien
een rol speelt.
Beroepen
Een gestoord kleurenzien kan bij bepaalde beroepen een handicap opleveren. Daarom is het
belangrijk om voor de beroepskeuze het kleurenzien te testen. Problemen kunnen onder
andere ontstaan bij:
 Verfmengers
 Piloten
 Chauffeurs
 Laboranten
 Elektrotechnici
 Typografen
 Schilders
 Ontwerpers
 Binnenhuisarchitecten
Hulpjes bij gestoord kleurenzien



Een goed contrast tussen voor- en achtergrond is belangrijk; zelfs kinderen die totaal
kleurenblind zijn, kunnen dan nog een eind komen.
Als kleuren gebruikt worden om een aanwijzing te geven, gebruik dan bij voorkeur geel,
blauw, wit of zwart i.v.m. eventueel rood-groen gestoord. (Bijv. : schrijf alle woorden over
waaronder een gele streep is gezet.) Nog beter is om aan de kleur een patroon te
koppelen. (Bovenstaande opdracht zou dan luiden: schrijf alle woorden over waaronder
een gele golflijn is gezet.) Dat kan ook helpen als men de kleuren rood of groen persé wil
gebruiken.
Plak op kleurpotloden of stiften de kleurnamen. Dat heeft bij kleurenblindheid twee
voordelen. Ten eerste kan zo'n stift of potlood als vergelijkingsmateriaal gebruikt worden
en ten tweede vergroot het de mogelijkheid om toch kleuren te gebruiken.
2-3
769





Als kleuren ook een boodschap inhouden, bijv. groen=starten en rood=stoppen, schrijf
dan de betreffende woorden erbij.
Let op bij opdrachten waarin een kleurnaam is verwerkt. Zoals hierboven. Bijv. als het
gaat om de onderstreepte woorden en die streep is toevallig geel, luidt de opdracht:
'schrijf alle woorden over waaronder ik een gele streep heb gezet'. Maar een
kleurenblinde kan denken: "Er zijn ook woorden waaronder een anders gekleurde streep
staat, maar ik zie ze niet". Hij/zij zoekt in dit geval dus voor niets. Beter was: '...
waaronder ik een streep heb gezet'.
Kleurintensiteit en heldere belichting werken in het voordeel van de kleurenblinde.
Op schoolbord contrast hoog houden: bijv. met een wit krijtje schrijven, dit is duidelijker
dan geel of een andere kleur op een groen schoolbord.
Dan toch nog een pluspuntje: Mensen met kleurenblindheid zien s`nachts beter.
Internet
Interessante websites:
 www.kleurenblindheid.nl
 www.kennislink.nl/publicaties/blind-voor-kleurenblindheid
Vragen
Als u nog vragen heeft kunt u ze bij de volgende controle persoonlijk stellen of contact
opnemen met de orthoptist,  (036) 868 87 33.
Tot slot
Sinds 2010 werkt het Flevoziekenhuis samen met het Oogzorgnetwerk
aan het verbeteren van de kwaliteit van oogzorg in Almere. Om dit te
realiseren werkt de polikliniek Oogheelkunde intensief samen met onder
andere de Almeerse opticiens in het project OpticienZorg. Ook komt de
Oogbus regelmatig in Almere.
3-3
Download